DE AVONTUREN VAN ROBBEDOES EN KWABBERNOOT 12

Het Nest van de Marsupilami's

D A T A S H E E T
Tekenaar:
André Franquin
Scenarist:
André Franquin
Uitgever:
Dupuis
Eerste druk: 1960
Oorspronkelijke titel:
Les Aventures de Spirou et Fantasio 12: Le Nid des Marsupilamis
Uitvoering:
SC, kleur
Plot: Journaliste IJzerlijm nodigt Robbedoes en Kwabbernoot uit voor de lezing "De Neven uit Palombië". IJzerlijm draaide namelijk een natuurdocumentaire over een koppel Marsupilami's die een ingenieus nest bouwen, een nageslacht kweken en deze behoeden voor een gevaarlijke jaguar.
Topwaardering: In de tijd van publicatie was dit een behoorlijk revolutionair verhaal. De titelpersonages Robbedoes en Kwabbernoot vertolkten immers een bijrol, dan nog als niet participerende toeschouwers. Als compensatie komt de lezer te weten hoe de Marsupilami's leven in het verre Zuid-Amerikaanse land Palombië. En zij vergasten ons op een blijde gebeurtenis: de verrassende geboorte van drie baby's. Wellicht de eerste, maar zeer zeker de beste natuurdocumentaire ooit in een stripverhaal gegoten. Hoe sterk leefde jij niet mee met de gele springbeesten en hoe zeer was jij niet bekommerd om hun lot? Voor de geslaagde komische noot zorgen de jaguar, die steeds het onderspit moet delven en er zijn complete staart bij inschiet, en de bijzonder meelevende reacties van de dame op de tweede rij naast Kwabbernoot... Om er slechts twee te noemen. Het Nest van de Marsupilami's is Franquins intiemste en meest poëtische album.
Aantal genomineerde albums van Franquin: 20/404
 
Weetjes: Eerst en vooral: dit album bestaat uit twee los van elkaar staande verhalen: Het Nest van de Marsupilami's en Boeven op de Kermis. Wij beperken ons hier tot het titelverhaal • Het Nest van de Marsupilami's verschijnt in voorpublicatie in het weekblad Robbedoes in 1956 en 1957, in hetzelfde jaar dat Isabelle, de dochter van Franquin, wordt geboren. Het echtpaar beweert nochtans dat deze privé-gebeurtenis geen enkel verband houdt met het verhaal • In 1957 start Franquin ook met de gags van Guust Flater terwijl hij nog gags moet leveren van Ton en Tineke aan het concurrerende weekblad Kuifje • Eigenlijk is de aanleiding voor dit verhaal Franquins voorkeur om nog eens de journaliste IJzerlijm te gebruiken, een personage dat hem zeer bevalt na haar eerste optredens in deel 6: De Hoorn van de Neushoren (1954) en deel 7: De Dictator en de Paddestoel (1956). Franquin vindt het vooral leuk om Robbedoes en Kwabbernoot een keer jaloers te laten worden op het ondernemende meisje dat — toegegeven — met engelengeduld een natuurdocumentaire van jewelste gemaakt heeft • "Er valt niets in te lezen", is een uitspraak van Franquin over dit album. Nochtans wordt de Marsupilami net door dit album een legende en volgens de overzichtscatalogus van de expo Le Monde de Franquin in Parijs het beroemdste mythische dier uit de geschiedenis van het Europese beeldverhaal • Het Nest van de Marsupilami's is het best verkochte deel van alle Robbedoes-albums die getekend zijn door Franquin. Ook andere verhalen waar de Marsupilami in voorkomt volgen deze topstrip op de voet • In Robbedoes 2300 uit 1982 parodiëren Yann en Conrad plaat 35, maar tekenen een nest Flagada's, een dier (het enige dier met een vleugelschroef!) gecreëerd door Charles Degotte • De romantische pagina 30, met de geboorte van de kleine Marsupilami's, wordt onder de titel Het Nest van de Mayonaisami's in Robbedoes Album+ 6 uit 1983 nog eens overgedaan door Frommeltje en Viola door Bernard Hislaire • In de albumpublicatie ontbreekt een intermezzopagina waarin Robbedoes en Kwabbernoot naar voren geroepen worden om de lezers van het door de vrome uitgeverij Dupuis uitgegeven weekblad Robbedoes een prettig kerstfeest toe te wensen. Franquin maakt de plaat tussendoor en vindt 'm helemaal niet geslaagd. Uit plaatsgebrek voor de albumpublicatie wordt ook een scène op het einde geschrapt. Deze scène speelt zich af op de receptie na de lezing van IJzerlijm die er oververdiende complimenten in ontvangst neemt • In hetzelfde jaar van albumpublicatie verschijnen ook nog het eerste album van Guust Flater (dat wegens een misverstand gratis wordt weggeschonken) en de Robbedoes-albums 13: De Bezoeker uit de Oertijd en deel 14: De Gevangene van Boeddha • In 1957 wordt al reclame gemaakt voor de latexfiguurtjes van de Marsupilami, tegenwoordig een peperduur antiquarisch gadget • Al even duur is een originele pagina uit dit verhaal. Op 24 maart 2001 wisselt op een veiling van het Franse Trajan een plaat uit Het Nest van de Marsupilami's van eigenaar voor de omgerekende som van 145.000 euro, nog steeds de hoogste prijs ter wereld voor een originele stripplaat • Nog vóór de zelfstandige stripreeks Marsupilami een feit is, wil men bij Dupuis het succes van de tekenfilmreeks De Smurfen herhalen met een andere stripreeks. De keuze valt op de Marsupilami. Maar Franquin wil in de jaren tachtig de klus niet alleen klaren. Hij zoekt een team bijeen dat hem een handje helpt bij voorbereidende tekeningen om de tv-producers over de streep te trekken. Voor de jungledecors hoeft hij niet ver te zoeken, da's een specialiteit van Will (Willy Maltaite). Verschillende jungledieren laat hij uitwerken door Marc Wasterlain. Franquin geeft de toen nog jonge Didier Conrad de kans om diverse figuurstudies van de Marsupilami te tekenen, de boosaardige personages en het kleine Indianenmeisje Cuxicu te ontwerpen. Yann (Yannick Lepennetier) is dan nog maar een beginnend scenarist die de eerste drie delen van De Onnoembaren op zijn naam heeft, getekend door Conrad. Hij schrijft samen met Yvan Delporte een paar scenario's voor potentiële tv-episodes. Een eerste scenario valt in goede aarde. Het wordt in 1989 gerecycleerd voor Marsupilami 3: Mars, de Zwarte. De Amerikaanse tv-bobo's zijn echter als de dood voor het overtreden van de strenge regels in verband met jeugdprogramma's: geen geweld, geen seks, geen drugs, geen alcohol en geen racisme. Door dat laatste ketst het tekenfilmproject af. De Indianenstam kan namelijk niet door de beugel. Om de producers te proberen overtuigen, vliegt Franquin tegen zijn zin naar Hollywood. Ondertussen is er al een pilot van vijf minuten gedraaid, gemaakt door een Japanse studio (zonder medeweten van Franquin). Het filmpje is een artistieke mislukking. Na vele pogingen en vele aanpassingen door hemzelf en derden, geeft Franquin er volkomen de brui aan en na een vooropgestelde deadline verkoopt hij de rechten aan een zakenman die daarvoor de uitgeverij Marsu-Productions opzet. Voortaan zal het weer om strips draaien... Maar Walt Disney maakt jaren later alsnog een seizoen tekenfilmepisodes waarin het dier volop tatert • Regisseur Alain Chabat bereidt momenteel een filmversie voor, gebaseerd op Het Nest van de Marsupilami's dat 3D met echte acteurs combineert.