Plot:
Lees er de geschiedenisboeken over de Guldensporenslag
op na. Of beter nog: lees het geromantiseerde,
gelijknamige boek van Hendrik Conscience.
Topwaardering:
Eigenlijk zouden we het liefst de fenomenale,
realistische tekenkunst van Bob De Moors
Cori de Scheepsjongen becommentariëren,
maar in De Leeuw van Vlaanderen schuilt
al de kiem voor dit grenzenloze meesterwerk.
Het bijgekleurde, geïdealiseerde en geromantiseerde
verhaal De Leeuw van Vlaanderen (1838)
van Conscience is door zijn welhaast mythische
reputatie doorheen de jaren foutief uitgegroeid
tot een geschiedkundig verhaal terwijl dat helemaal
niet klopt. Maar dat zoeken de lezers niet in
de versie die de ook al onterecht voor flamingant
beschouwde De Moor bijna onberispelijk in beeld
brengt (we vergeven hem de talloze, uitpuilende
tekstkaders). De middeleeuwen opnieuw, hè.
Voeg daarbij het gekende verhaal dat je ooit
al wel eens op tv zag of in de schoolklas onderging
en je hebt een stripklassieker die toch vooral
door nostalgici hoog ingeschat wordt. Of de
klassieke uitwerking de tand des tijds zal doorstaan
bij komende generaties is nog maar de vraag.
Aantal genomineerde
albums van Bob De Moor: 3/404 |
|
|
Weetjes:
Tijdens de bevrijding in 1945 raakt Bob
De Moor door een granaat gewond aan
de linkerhand. Hij verliest de middel- en ringvinger
• De strip- en illustratieproductie in
de periode 1945-1950 is werkelijk fenomenaal.
Frans- of Nederlandstalig, realistisch of humoristisch,
historisch, sciencefiction of een familiestrip,
lange verhalen of gags, 't maakt niet uit: De
Moor tekent àlles en voor een divers
scala van tijdschriften en kranten. Hij is een
van de meest productieve en beste Belgische
tekenaars • Hergé
is daar ook van overtuigd en werft De Moor aan
in 1950 voor de oprichting van de Studio
Hergé. Hij zal vanaf het Kuifje-verhaal
Raket
naar de Maan actief deelnemen aan de
Kuifje-productie (zowel nieuwe verhalen
als de hertekening van oude verhalen), voornamelijk
voor het verzorgen van de decors. Maar hij verleent
ook zijn medewerking aan albums van andere tekenaars,
zoals Lefranc van Studio-collega Jacques
Martin waarvoor hij aanvankelijk decors
tekent en het volledige verhaal Het Hol
van de Wolf, uitgegeven in 1974. Bovendien
blijft hij werken aan eigen reeksen zoals Nonkel
Zigomar, Snoe en Snolleke, Meester Mus, Barelli,
Balthazar en het fabelachtig getekende
Cori de Scheepsjongen • Door
zijn werkzaamheden in Brussel verdient Antwerpenaar
De Moor iets meer dan voorheen. Hij kan er zich
een treinabonnement eerste klas door permitteren.
Op het traject Brussel-Antwerpen schetst hij
elke dag zijn halve pagina Nonkel Zigomar,
Snoe en Snolleke voor de krant. Thuis hoeft
hij enkel nog de schetsen te inkten •
In 1949 verschijnt De Leeuw van Vlaanderen
in het weekblad Kuifje. Het gigantische
epos laat een enorme indruk na op onder andere
Willy Vandersteen • Niet
alleen De Moor verstript het gelijknamige boek
van Hendrik Conscience uit 1838. In 1934 verschijnt
al een versie van Hergés generatiegenoot
Pink (Eugeen Hermans).
Andere versies kennen we van Buth
(Leo de Budt), Jef
Nys in de jaren zestig, Gejo
in 1984, min of meer Karel Biddeloo
in De Rode Ridder in hetzelfde jaar
en Kroniek der Guldensporenslag door
Christian Verhaeghe en huidig
Talent-uitgever Ronny
Matton in 1994 • Aanvankelijk
kiest De Moor voor een tekenstijl zoals zijn
latere Barelli, veel eenvoudiger van
lijnvoering. Na amper drie pagina's gaat hij
de meer realistische toer op • De Moors
Vlaamse strips zoals De Leeuw van Vlaanderen,
De Kerels van Vlaanderen en Sterke
Jan smaakt het Tintin-publiek
minder. In 1950, net in de week van 11 juli
(de herdenking van de Guldensporenslag) verschijnt
een Kuifje-cover van De Leeuw van
Vlaanderen (zie afbeelding cover bij dit
stuk) met een trots wapperende vlag met de Vlaamse
leeuw op. Voor de Tintin-versie wordt
dat onheus veranderd naar een (Duitse!) adelaar.
Tintin-lezers krijgen ook de strip
niet te lezen. In de plaats wordt hen een roman
geserveerd, geïllustreerd door De Moor.
Het is net door die desinteresse, de geringe
kans op publicatie en het vele werk voor Studio
Hergé dat De Moor zijn eigen stripproductie
op een lager pitje zet zonder kans een échte,
zelfstandige carrière uit te bouwen en
veeleer kiest voor zekerheid • Pas in
de jaren tachtig herontdekken Franstalige lezers
De Moors Vlaamse strips waardoor een vertaling
volgt van Nonkel Zigomar en zelfs De
Leeuw van Vlaanderen en het sterk Vlaamsgezinde
De Kerels van Vlaanderen. |
|