15
-Muizentheater



Wasjemenou? Henk en Daan zijn broertjes die opgroeien in een arbeidersgezin in het Amsterdam ten tijde van de crisis. Daan is nog te jong om de ellende te bevatten, maar Henk weet beter. Hun moeder moet zich laten misbruiken voor wat voordelen. Hun vader is een agressieve dronkenlap. En op de achtergrond komen de nazi's dichterbij. Daan weet zich op alle gebied te verzetten, maar krijgt hij zijn jonge broertje mee? Na hun puberteit groeien de broers definitief uit elkaar. Henk belandt in Antwerpen om er zijn legerdienst te ontduiken. Daan vindt aansluiting bij de fascisten.
Vlaamse waardering: Meer nog dan de individuele teloorgang van de twee broertjes, die aanvankelijk in een nostalgisch, historisch decor worden gedropt, is dit een boeiend verhaal over hun onderlinge relatie. Dat het met het verstrijken van de jaren moeilijker vlot is te wijten aan hun moeilijke achtergrond en de weinig benijdenswaardige omstandigheden. Dat uiteindelijk het naïeve jonge broertje Daan zwicht voor de uniformenpracht van de nazi's ligt misschien binnen de verwachtingen. Maar Henk is daarentegen niet het ingoede tegenwicht. Hij groeit op tot een bikkelharde vent. Hoe dan ook, Muizentheater kent geen happy end. Misschien erger nog dan de *spoiler alert!* dramatische dood van elk van de broers, rest de trieste kennis dat de ooit zo door het ongenadige lot aan elkaar verbonden bloedverwanten elkaar niet meer vonden in een laatste poging tot vergevingsgezindheid. Verdomd, wat een droefnis! Qua tekeningen is Peter van Dongen waarschijnlijk het meest Hergéaans van zijn Nederlandse collega's.
Aantal genomineerde albums van Peter van Dongen: 4/354
Weetjesparade: In zijn jeugdjaren ontdekt Peter van Dongen het werk van Hergé. De Kuifje-albums De Sigaren van de Farao en Vlucht 714 en het Suske en Wiske-album Het Zoemende Ei behoren tot zijn eerste striplectuur. Op z'n zesde of zevende begint hij Donald Duck na te tekenen, op zijn tiende tekent hij een eigen verhaal van Suske en Wiske. Daarna volgt een periode waarin hij alle tekeningen van Rembrandt kopieert in het Rijksmuseum van Amsterdam. Hij verkoopt zijn eerste tekening (gemaakt met een simpele balpen) aan een Duitse toerist. Op zijn twaalfde resulteert zijn fascinatie voor Kuifje (met name De Blauwe Lotus) in een stripadaptatie van de film Kuifje en het Geheim van het Gulden Vlies (1960). Het blijft bij vier pagina's. In 1985 tekent hij voor zijn eigen plezier de openingspagina van Kuifje en de Alfakunst na • Op zijn veertiende komt hij in de invloedssfeer van Willem Vleeschouwer, die 'm in de kunsten van het tekenen inwijdt en hem toont dat er nog meer is dan Hergé. Van Dongen leert het werk kennen van tekenaars als Yves Chaland, Jean Giraud, André Franquin en Dick Matena. Van Dongen gaat zijn eigen gangetje op Vleeschouwers studio en tekent wel eens een illustratie in reclameopdracht als Vleeschouwer er geen tijd voor heeft • Na introductie door Vleeschouwer maakt van Dongen zijn echte debuut van één pagina voor De Vrije Balloen in 1983 en een verhaal van drie pagina's voor het tweede en ook laatste nummer van Rebel Comix, een amateurblad waar hij samen met Eric Heuvel bij zit • Muizentheater loopt in voorpublicatie in de meer het maandblad voor volwassenen Wordt Vervolgd... Nou ja, gedeeltelijk toch. Het afgeronde hoofdstuk Het Petje staat in nummer 81 uit 1988 • Vanaf 1984 tekent van Dongen elke maand een twee pagina's tellend kortverhaal van Prince en Buster voor Wordt Vervolgd onder het pseudoniem Dopé • Van Dongen doet er vier jaar over om zijn stripromandebuut Muizentheater af te werken • Een creatieve uitspatting vindt van Dongen van zijn 13de tot zijn 19de ook als drummer in de skaband The Original Talkatives • Als (reclame)illustrator tekent hij onder andere een Blues Brothers-cover voor het tijdschrift OOR, een stripje op scenario van Gerrit de Jager, een stripje voor Ter Plaatse! (een kwartaalblad voor een rampenbestrijdersorganisatie), een stripje voor kledingzaak Marca, advertentiemateriaal voor het Nederlands Scheepvaart Museum, een illustratie voor de Universiteit van Amsterdam en zoveel meer • Voor de eerste twee deeltjes van Bob voor De Bijenkorf assisteert hij Gerrit de Jager door silhouetten te tekenen en decors als badkamers en fornuizen. Het educatieve boekje Stop Aids Vrij Veilig (1990) met Doortje Doorzon uit De Familie Doorzon levert hij alle tekenwerk. Ook is hij assistent voor Liefde en Geluk • Documentatie voor Muizentheater vindt van Dongen in de Openbare Leeszaal, De Amsterdamse Collectie en het Amsterdams Archief voor de Kleurstelling. Inspiratie komt er door de film Once Upon a Time in America (regie Sergio Leone, 1984) • In het derde verhaaltje verwerkt hij zijn eigen liefdesverdriet na de scheiding met zijn vriendin. Ook het omgaan met zijn ouders berust op autobiografische emoties. En de auteur heeft zelf een tweelingbroer rondlopen • Aanvankelijk zijn de twaalf eerste pagina's redelijk dik gepenseeld. Op vraag van Casterman, die van Dongens potloodschetsen graag zien, maakt hij de pagina's opnieuw, maar dan dunner geïnkt • De verhaaltjes maakt hij bizar genoeg niet in chronologische volgorde. Het boksverhaal is het laatste en wordt snel afgehaspeld om de deadline te kunnen halen • Volgens Henk Kuijpers in een commentaar in 1991 verenigt de cover van Muizentheater de visuele kenmerken van Quick en Flupke en Het Gele Teken • Voor het vijftigste nummer van Zozolala in april/mei 1990 verschijnt een speciale pagina om daar aandacht aan te besteden. Naast een uitgestald nummer van Zozolala 50 in een krantenkiosk prijkt de cover van Kuifje: De Blauwe Lotus • In februari 2006 fleurt een halve pagina met Daan en Henkie in het Indonesië van 1935 het Engelstalige magazine 8Weekly op. Peter van Dongen is van Indonesische afkomst • Didier Pasamonik, een Waalse journalist die een grote naam is in Wallonië en Frankrijk, vergelijkt Muizentheater met Jo, Suus en Jokko van Hergé. In een interview uit januari 2006 voor de Franse stripwebsite www.actuabd.com houdt van Dongen het op Quick en Flupke van Hergé en De Jonge Albert van Yves Chaland • Hoewel er geen Franse editie bestaat van Muizentheater, is het de bedoeling dat er verhalen van Henk en Daan verschijnen in het Franstalige tijdschrift Quick & Flupke. Het zijn twee verhaaltjes waarvan het ene compleet is afgewerkt en het andere niet verder raakt dan potlood- en lay-outschetsen. Het tijdschrift houdt echter op te bestaan en de verhalen worden nergens gepubliceerd • Voor de oorspronkelijk bedachte openingsscène wil hij Henkie de pet van Daan laten afpakken en hem in de lucht gooien. Hij pikt het naar eigen zeggen uit de film The World According to Garp uit 1982 (de scène met de baby die in de lucht vliegt) met Robin Williams in de hoofdrol, regie door George Roy Hill. Op het eind van die film wordt het hoofdpersonage doodgeschoten waarna hij naarboven zweeft. De cirkel is rond. Het basisgegeven blijft in Muizentheater overeind met de pettenhistorie als rode draad: het begint met een alpinopet, het wordt een politiepet of een NSB-pet en tenslotte een Duitse officierspet • Nederlands stripjournalist Martijn Daalder staat aan de basis van het verhaal (hij stelt aan van Dongen een verhaal voor over twee uiteengroeiende broers) en redigeert van Dongens dialogen • Muizentheater ontvangt in 1991 de Stripschappenning voor het beste album van het jaar. Van uitgeverij Casterman krijgt hij vier flessen wijn die hij weggeeft omdat hij niet drinkt.

D A T A S H E E T
Tekenaar:
Peter van Dongen
Scenarist:
Peter van Dongen
Uitgever:
Casterman
Collectie:
Wordt Vervolgd Romans
Eerste druk:
1990
Uitvoering:
SC, zwart-wit