De Rode Ridder
55/60. De Blauwe Heks (deel 208, 2005)
TEKENINGEN: Claus D. Scholz • SCENARIO: Martin Lodewijk


De Rode Ridder
De Rode Ridder

Vraag een spripfan naar een De Rode Ridder-album dat door Claus D. Scholz getekend is, en veel kans dat hij of zij De Blauwe Heks zal antwoorden. Dit is inderdaad een van de markantste albums in de hele reeks. Bovendien is dit het De Rode Ridder-album dat het televisieprogramma Man Bijt Hond in 2007 op één uitkiest voor de rubriek De Lustige Lezers waarin telkens twee BV's (in dit geval Adriaan Van den Hoof en Bruno Vanden Broecke) dagelijks twee pagina's uit een strip voorlezen. De Blauwe Heks kent daarna als een van de acht geselecteerde albums een publicatie in hardcover op klein formaat, met daarbij een dvd met de desbetreffende afleveringen. Dit is ook het eerste album dat een voorpublicatie kent op de toenmalige website www.roderidder.be. Ook de daaropvolgende jaren brengt de website telkens één album per jaar in voorpublicatie met een halve pagina per dag, verspreid over zestig dagen.

De Blauwe Heks is het tweede album van het duo Claus D. Scholz en Martin Lodewijk. In het vorige album, De Grot van de Beer (deel 207, 2005) is het voor beiden nog een beetje zoeken wat het verhaal en de tekeningen betreft, maar in De Blauwe Heks hebben ze duidelijk hun draai gevonden.

Een Nederlandse scenarist, en dan nog wel van Rotterdam, dan weet je dat er geen nonsens aan te pas komen, en dat er heilige huisjes gaan gesloopt worden. Het begint al meteen met een naakte, blauwharige vrouw, die eveneens naakt — weliswaar een beetje verhuld — op de cover prijkt, want de overgang van de zeden zou anders iets te bruusk zijn voor sommige striplezers. Johan redt de aantrekkelijke dame van een brandstapel, waarbij hij meteen een vrouwelijke tegenspeler gevonden heeft die hem nog in meerdere albums zal vergezellen. Met Indigo Magiste heeft Lodewijk een eigen personage voor De Rode Ridder gecreëerd, juist zoals hij dat met Roodhaar gedaan heeft voor de reeks Storm, waavoor hij ook vele scenario's heeft neergepend. Moest de menselijke Indigo de plaats van de onaantastbare Galaxa innemen? Dat was inderdaad de bedoeling. Later in de reeks heeft Lodewijk toch voor een — weliswaar kortstondige — terugkeer van Galaxa gekozen, omdat hij de vele fans die vroegen naar de Fee van het Licht hun zin wou geven.

Er gebeurt nog wel meer op de eerste pagina's van dit album. Nadat Johan de brandstapel dooft, gaat hij het gevecht met de soldaten aan. Dit resulteert in bloedige toestanden zoals we ze nog nooit gekend hebben in De Rode Ridder. Op de vraag waarom het er dikwijls zo expliciet aan toe moest gaan, antwoordde Lodewijk destijds: "De middeleeuwen waren wrede tijden!" De vernieuwing gaat nog verder wanneer Indigo zich aankleedt en Johan haar daarbij galant de rug toekeert. Indigo geeft hem daarbij een kusje, waarop de gezichtsuitdrukking van Johan boekdelen spreekt. Dat hebben we aan de tekenkunsten van Claus te danken, die later nog dikwijls met gezichtsuitdrukkingen zal spelen. Zijn voorgangers lieten dat zelden toe bij Johan. Op de knappe Indigo zou de lezer trouwens ook wel verliefd kunnen worden! Die kunde zorgt voor mooi getekende verhalen, een groot verschil met de laatste paar albums van Karel Biddeloo, die toen geplaagd werd door kanker. Helaas, nadat Lodewijk stopt met het schrijven van De Rode Ridder, gaan de tekeningen van Claus er beetje bij beetje op achteruit.

Inmiddels zijn we nog steeds maar een paar bladzijden ver in dit album. Indigo vertelt die avond over haar vader, de alchemist Magist Magiste, die ontvoerd werd. Tijdens een chemisch experiment werden zowel haar vader als zijzelf getroffen: haar vader verloor zijn zicht en zijzelf kreeg blauw haar. Indigo voegt er voor alle duidelijkheid aan toe: "Overal, heer ridder... Overal!" Weer een duidelijke zet van de Rotterdammer.

Sindsdien is Indigo op speurtocht naar haar vader, en uiteraard is Johan zo ridderlijk om haar daarbij te helpen. Het spoor leidt de volgende dag naar de graaf van Chirac. Op bezoek in zijn kasteel gaan de poppen al snel aan het dansen. Uiteindelijk wordt Johan door een kruisboogpijl getroffen in het hart! Wat?! Is onze held... dood?! Gelukkig niet, zo ontdekt Magist Magiste, die in de kerker opgesloten zit en Johan mag onderzoeken. Hij ontdekt dat de Rode Ridder nog leeft. Dat komt doordat zijn hart in de rechterzijde van zijn borstkas zit. Dit heeft Johan te danken aan het feit dat hij vroeger de Toverspiegel ingestapt is, waardoor zijn organen nu gespiegeld zitten, zie De Toverspiegel (deel 58, 1973). Hij wordt daarna op bevel van de graaf een vergeetput ingeworpen. Magist krijgt nu de hulp van Indigo om alle alchemistische middelen aan te wenden om de steen der wijzen te vinden zodat de graaf van Chirac het eeuwige leven kan verkrijgen. Die graaf is inmiddels al héél ongeduldig geworden en stelt een ultimatum tegenover de naarstige zoektocht van Magist Magiste.

Sommige dingen veranderen nooit in een verhaal van De Rode Ridder, dus weet Johan te ontsnappen. Hij vlucht samen met Indigo en Magist het kasteel uit, waarna de door hen geplande explosies plaatsvinden die de graaf van Chirac het leven kosten. Op het einde vergezellen Indigo en haar vader Johan, die op weg is naar Saint-Malo, waar Merlijn op hem wacht.

Verhaal gedaan? Nog niet! In de laatste plaatjes volgt nog een shockeffect. Het zwaar verbrande lijk van de graaf van Chirac is, bijna volledig in linnen gewikkeld, begraven in een tombe. Bij die tekening staat de tekst: "De rust van een kunstig gehouwen steen verbergt de geluidloze schreeuw van een onsterfelijke ziel in een lichaam dat bezig is te vergaan..." En dan is er het beeld van het lichaam dat de ogen opent! Het trucje van een overleden schurk die ontwaakt, komt wel vaker voor in horrorfilms. En ook in de slotscène is het heel effectief aangewend, vooral omdat in het laatste plaatje Magist tegen Johan zegt dat hij het gevoel heeft dat hij nog nooit dichter bij het geheim van de eeuwigheid geweest is...

MARTIN HOFMAN



© Stripspeciaalzaak.be, 2019-2020