Karel
Biddeloo is in deze periode in de ban van het Wilde
Westen. Hij is een graag geziene gast in El Paso, een westernranch
in Wuustwezel, waar tijdens de weekends shows worden opgevoerd
voor toeschouwers, en waar hij soms de rol van Johnny Reb
speelt.
In dit verhaal komen veel westernelementen voor. De stereotype
dronkaard wordt hier vertolkt door Doric, de altijd halfdronken
hulpschout. De sheriff van dienst is uiteraard Gawein, de
schout. Samen controleren deze twee vertegenwoordigers van
de wet het stadje en sluiten ze eventuele rabauwen op achter
de tralies van de schoutswoning, zoals ook echte sheriffs
plegen te doen. Ook de rabauwen die in groep via de hoofdstraat
het stadje binnenrijden te paard, of de goeien die samen
op één rij door een eenzame straat naar het
plaatselijke rovershol wandelen (de saloon uiteraard) tonen
duidelijk aan dat Biddeloo eigenlijk met een western in
zijn hoofd zat. Ook grafisch verwijst hij naar dit genre:
wanneer Johan en de schout 's nachts door het dorp dwalen,
dragen ze in feite lange jassen.
Uiteraard moet Biddeloo een ridderstrip afleveren, maar
door bestaande thema's en verhaallijnen aan te passen en
te recycleren in een middeleeuwse setting, kan hij hier
zijn cowboyhart toch tevreden stellen. Er zijn wel meer
albums waar de westernsfeer onrechtstreeks vanaf druipt.
In De Ontvoering (deel 89,1980) kunnen we de strijdende
nomaden en boeren gerust vervangen door indianen en farmers,
die hun conflict in een Grand Canyon-achtige omgeving uitvechten.
In De Scharlaken Brigade (deel 101, 1982) is een
rijdende koets, die een gevaarlijke boevenleider vervoert,
een handig hulpmiddel uit westerns om de spanning op te
drijven. Opnieuw vervullen nomanden de rol van indianen,
terwijl de Scharlaken Brigade zelf symbool staat voor de
cavalerie die op het einde van menig western de situatie
komt redden.
Het westernthema is echter niet dominant in Het Bronzen
Gevaar. Met veel plezier voegt Biddeloo opnieuw een
vleugje sf toe aan de reeks. Anders dan in De Vluchtelingen
(deel 81, 1978) en Karpax de Stalen Man (deel 82,
1978), die gemaakt werden onder invloed van de eerste Star
Wars-film, bedient Biddeloo zich hier niet van vliegende
schotels, ruimtegevechten, enzovoort. Zaltagon, het bronzen
gevaar waarvan sprake, en Durmitor zijn eigenlijk mecha's,
lopende robotische voertuigen die bediend worden door een
piloot in het toestel. De sf-elementen bestaan in dit album
dus veeleer uit geavanceerde harnassen gemaakt uit brons,
die door middel van slimme mechaniekjes de kracht en de
bewegingen van de piloot versterken.
Het Bronzen Gevaar is een geloofwaardige cross-over
tussen een ridderstrip, een western en sf en daardoor een
uniek album binnen de reeks. Later zal Biddeloo afscheid
nemen van zijn actieve westernperiode wanneer hij tijdens
een van de shows in El Paso kruit van een pistool in zijn
oog krijgt en tijdelijk buiten strijd is. Biddeloo zoekt
een andere hobby en vindt die bij een riddervereniging die
actief is in het kasteel van Horst. Tegen De Heren van
Rode (deel 131, 1989) gaat die klassieke ridderthematiek
weer de reeks overheersen. Sf zal nog een paar keer terugkeren
als thema, maar zo goed als in Het Bronzen Gevaar wordt
het nooit meer.
IVO
DE WISPELAERE |