We
zijn zover: het album met de eerste verschijning van Galaxa.
Omgeven door kwistig rondgestrooide sterretjes, zoals in
tekenfilms van Disney, vereert Galaxa Johan
met haar beeltenis in een magische Toverspiegel. De spiegel
is de poort naar een sprookjesachtig, onderaards rijk onder
een oude Keltische burcht. Met gebogen been, dat ontbloot
uit een hoog uitgesneden splitjurk komt, poseert ze sierlijk
als in een modeblaadje. Johan staart haar met open mond
aan. En hij weet meteen dat hij zijn zwaard weer in de schede
kan stoppen. De goede Fee van het Licht boezemt hem meteen
vertrouwen in. Dat geeft hij ook grif toe wanneer Galaxa
hem als een bondgenoot tegen de Duisternis beschouwt: "Nooit
schonk ik iemand zo vlug mijn vertrouwen. Maar van nu af
aan kunt u over mijn zwaard beschikken." Daarna begint
een staarcompetitie die brutaal verbroken wordt door een
verschrikkelijke klauw.
De schone en het beest. Ook nu weer speelt Karel
Biddeloo een oerklassiek sprookjesthema uit. Galaxa
is niemand minder dan de godin Aphrodite volgens de Griekse
mythologie en Venus volgens de Romeinen, in beide gevallen
de godin van de liefde, de schoonheid, de vruchtbaarheid
en de seksualiteit. De Oudgriekse Aphrodite vond haar oorsprong
bij de Fenicische godin Astarte aan wie ook nog de bevoegdheid
oorlog werd toebedeeld.
Biddeloo kiest een in zijn tijd modernere schone als model
voor zijn Galaxa. De Oostenrijks-Duitse actrice Senta
Berger, geboren in 1941 en ze leeft nog steeds,
staat aan de basis van Galaxa's looks. Senta Berger speelt
vooral mee in Duitstalige en Italiaanse films en tv-reeksen
voor ze vanaf 1963 steeds vaker dergelijke producties afwisselt
met Engelstalige films, vaak luchtig gekleed als bimbo van
dienst. Biddeloo is een gigantische filmliefhebber, vooral
van B-films. Hij houdt plakboeken bij met onder meer foto's
uit film-, glamour- en roddelblaadjes. Later in de reeks
komt zijn databank nog letterlijk van pas door foto's te
kopiëren en te bewerken voor decors en personages.
Ook van Galaxa zijn foto's van Senta Berger in de stripreeks
op te sporen. Wat verder in het verhaal zien we Galaxa vastgeketend
aan een rots. We weten inmiddels dat Biddeloo internationale
correspondentie voerde met verzamelaars van beeldmateriaal
waarin vrouwen zich inlaten met bondage of met elkaar worstelen
in (half) ontklede toestand.
Biddeloo herintroduceert in dit verhaal Bahaal, die als
demon voortaan wel vaker in de gedaante kruipt van monsters
of schurken om in actie te treden. Nadat Johan het monster
Gorgontar versloeg, doemt uit het roerloze lichaam de Prins
der Duisternis op. Hij stelt Johan onmetelijke rijkdom en
macht voor zolang hij beslist om zijn kant te kiezen en
een bondgenoot te worden. Terwijl Johan Galaxa vasthoudt,
is zijn antwoord duidelijk afwijzend. Het schaakspel tussen
goed en kwaad, tussen Licht en Duisternis, wordt in De
Toverspiegel vastgelegd voor de komende decennia. Dat
begint meteen met een tol die Galaxa en Johan moeten betalen.
Galaxa mag het Rijk van de Spiegel niet verlaten. Als Johan
bij haar wil blijven, moet hij aan alles verzaken waar hij
tot dan toe voor heeft gevochten. Nog onder de indruk van
de liefde op het eerste gezicht en de mooie momenten die
hij sindsdien met Galaxa deelde, is hij helder in zijn besluit:
"Steeds heb ik onrecht en kwaad bestreden. Ik diende
prinsen en koningen! Zocht eer en roem op de slagvelden...
Maar nu besef ik, wat het belangrijkste is! Vanaf het eerste
ogenblik betekende je alles voor me. Ik blijf voor altijd
bij jou, Galaxa!" De deerne bedankt hem smachtend met
"Johan, lieveling... We zullen samen gelukkig zijn!"
en een kus.
Die "voor altijd" is een onmogelijkheid voor een
avontuurlijke reeks over een dolende ridder. Ondanks het
aandoenlijke geluk door het samenzijn en een vredig, prinsheerlijk
bestaan dat hem lijkt te wenken, bediend door kabouters,
is het gevaar van buitenaf nog niet gaan liggen. Aan de
ingang van het sprookjesrijk dringen de handlangers van
rabauwenleider Boggolt de Toverspiegel binnen. Om Johan
van een zekere dood te redden, springt Galaxa uit de spiegel
om tussenbeide te komen. De list van Bahaal is daardoor
geslaagd. Haar lot is bezegeld: ze moet haar huidige gedaante
opgeven en eeuwig door tijd en ruimte rondzwerven. Ze kan
nog wel in andere gedaantes Johan op zijn verdere pad bijstaan
in zijn strijd tegen het kwaad. Vaak zijn die reünies
in haar vertrouwde verschijning kortstondige opflakkeringen
van hun liefde die in De Toverspiegel is vastgelegd.
Dat Galaxa door tijd en ruimte zwerft, kan bovendien een
verklaring zijn voor Johans verdere avonturen die niet in
een duidelijk ontsloten periode in de middeleeuwen zijn
vast te pinnen. En doordat hij zich een wijle achter een
toverspiegel bevond, zit zijn hart nu aan de rechterkant.
Die anomalie heeft hem al een paar keer het leven gered.
Hoewel Galaxa meermaals terug zal komen, ondervindt Biddeloo
hoogstwaarschijnlijk dat er als personage niet veel mee
valt aan te vangen. In haar hoedanigheid van een deus ex
machina wordt het te gemakkelijk om Johan uit de shit te
halen. Voor een verhalenverteller boeit het meer om hem
in de shit te duwen, bijvoorbeeld door de verwerpelijke,
maar ook al bloedmooie Demoniah in de reeks te introduceren.
Een goede vijand is in een verhaal van groter belang dan
een almachtige vriend. Op het gebied van aantal optredens
in De Rode Ridder wint Demoniah het trouwens ruimschoots
van Galaxa terwijl de duivelin pas een vijftigtal albums
later, in De Leeuw van Vlaanderen (deel 109, 1984),
voor het eerst haar demonische trucjes toont.
Fans van De Rode Ridder zijn per definitie haast
tegelijk fan van Galaxa. Zij zijn verkikkerd op haar optredens
en vragen naar meer. Dat merkt Patrick Cornelis
ook. Hij publiceert in oktober 2019 een remake van De
Toverspiegel op voorstel van Standaard Uitgeverij.
Over het afwijkende uiterlijk van Johan valt veel kritiek
op te tekenen (een best wel grappige uitspraak is dat Johan
er in zijn zestigste verjaardagsjaar uitziet als een zeventigjarige),
maar Cornelis krijgt heel veel verzoeken om Galaxa (en ook
wel Bahaal) te tekenen. Hij trekt in zijn album een volledige
pagina uit om Galaxa, eveneens door sterretjes omgeven,
paginagroot weer te geven en dat zorgt voor een grotere
impact.
Deze remake past in het verjaardagsjaar. Biddeloos De
Toverspiegel blijft een populair album en bovendien
komen Galaxa en Bahaal erin voor. Zij voor het eerst, hij
voor het eerst in zijn definitieve rol voor de rest van
de stripreeks. Het zijn argumenten voor de uitgeverij om
van dit verhaal een remake te maken, met in het achterhoofd
een mogelijke springplank naar iets anders. Door de remake
verschijnt het verhaal, weliswaar in een andere versie,
voor het eerst in kleur. En dan valt er nog iets te onthouden:
op de cover van het remakealbum staat voor de allereerste
keer de naam van Karel Biddeloo op de cover vermeld. Eerherstel
voor de man die de stripreeks werkelijk naar de grootste
hoogten bracht en wiens naam pas vanaf De Overlevenden
(deel 108, 1984) op de titelpagina van de albums is vermeld.
DAVID
STEENHUYSE |