Roodbaard integraal 13
LAATSTE DEEL
Roodbaard integraal 13
KLIK
voor andere strips van
Marc Bourgne


KLIK
voor andere strips van
Christian Perrissin
ROODBAARD - DE SCHRIK VAN DE ZEVEN ZEEËN integraal 13
33. Het Geheim van Elisa Davis 1 - 34. Het Geheim van Elisa Davis 2

Marc Bourgne + Christian Perrissin
Sherpa | 160 p. | € 24,95 (HC)
Vintage Roodbaard
Zes jaar geleden bracht uitgeverij Sherpa in vertaling de eerste bundel uit van wat een integrale uitgave van de Roodbaard-reeks moest gaan worden. Ze waren daarmee een trendsetter: het bijhorende boeiende dossier en de verzorgde uitgave op kwaliteitsvol papier zorgden voor een schot in de roos en was de directe aanleiding voor een heuse integraaltrein waar zowat elke uitgever met eurotekentjes in de ogen op sprong en met wisselend succes mee tsjoekte. Sherpa roodbaardde intussen naarstig voort en gaf ons en passant een inkijk in het werk en leven van de vele auteurs die doorheen de jaren hun medewerking aan de reeks verleenden: Jean-Michel Charlier, Victor Hubinon, Jijé, Christian Gaty, Patrice Pellerin, Jean Ollivier en het uiteindelijk tot nader order laatste duo aan wie de roemruchte piraat werd toevertrouwd: Marc Bourgne en Christian Perrissin. De laatste twee staan centraal in deze dertiende bundel, niet echt via een dossier, maar aan de hand van (het tweede deel van) een openhartig interview. Ze kijken daarin met veel dankbaarheid en nederigheid terug op de oudere delen en de erfenis die ze kregen en geven een zeer geloofwaardige inkijk in de beslissingsprocessen tussen auteurs onderling en binnen de uitgeverij. En ook een beetje met spijt.

De twee laatste delen van deze reeks, die in deze bundel zitten, zijn wel een beetje vreemd voor de gevestigde lezer. Het vorige album was geëindigd met de vermeende dodelijke val van Roodbaard in een kloof. Voor zijn gezellen Erik, Anny, Baba en Driepoot zit er niets anders op dan terug te keren naar de bewoonde wereld en vervolgens naar het oude Europa. Hun moeizame tocht door onherbergzame streken en vergezeld van louche types, wisselt Perrissin af met het relaas van Anny — in een vorig leven de Elisa Davis waarnaar de titel verwijst — over hoe Roodbaard in haar leven terechtkwam. Door de focus op die twee verhaallijnen verdwijnt Roodbaard zelf sterk uit beeld, waardoor het achteraf gezien wel te begrijpen is dat er miskenning was bij de bewindhebbers van de uitgeverij en bepaalde fans.

Diezelfde fans (en de bazen bij Dargaud) hadden echter moeten weten dat onkruid niet vergaat en dat Roodbaard zich steevast op de meest onmogelijke manieren uit benarde situaties redt. Daar alluderen Bourgne en Perrissin ook al op in de laatste woorden van deze bundel, die — enigszins onverwacht — tot nader order ook de laatste woorden van de reeks werden. De tegenvallende verkoop, de intrede van het grote belang van geldgewin en vooral het wegvallen van beschermheer Guy Vidal (die met pensioen ging in 2002 en amper een halfjaar later al overleed) zorgden ervoor dat Bourgne en Perrissin niet konden afmaken waar ze aan begonnen waren.

Echter: Het Geheim van Elisa Davis is een onderschat tweeluik. Het levensverhaal van Anny is een vrije en spitsvondige bewerking van de echte biografie van Anne Bonny en Mary Read, die met mondjesmaat wordt opgebouwd en daardoor blijft beklijven. En de moeizame tocht van Erik en zijn gezellen doorheen de jungle is vintage Roodbaard met evenveel uitzichtloze situaties als onwaarschijnlijke ontsnappingen, die Charlier zelf kirrend van plezier zou gelezen hebben. Ook tekenaar Bourgne doet zijn best om een eigen invulling te geven aan het universum van de rosse piratenkapitein en slaagt daar op sommige ogenblikken heel goed in: vooral de schepen, de maritieme omgeving en de andere decors zijn geweldig. Voor de personages valt hij net iets te vaak terug op zijn semi-realistische stijl die wat ruigheid mist (de zogenaamde stoppelbaard van Erik als dieptepunt), maar Roodbaard zelf brengt hij dan weer wel uitstekend beeld. De weemoedig starende Roodbaard vanuit het raam op de achterplecht is een van de hoogtepunten uit het album.

Met deze dertiende bundel sluit Sherpa de Roodbaard-saga dus in schoonheid af. Of toch niet helemaal: De Jonge Jaren van Roodbaard, ook al geschreven door Perrissin en getekend door Daniel Redondo, zullen later nog zorgen voor een ongetwijfeld even beklijvend naspel. En in de Franse versie van deze integrale (maar vreemd genoeg niet in de Nederlandse vertaling), staat nog meer groot nieuws. Niemand minder dan Jean-Charles Kraehn (Gil Saint-André, Tramp, De Onthoofde Arenden) zou — tenzij de erfgenamen terug stokken in de wielen steken — in 2020 de hoofdreeks nieuw leven inblazen, met Stefano Carloni (De Vorsers) aan de tekentafel. We kijken er reikhalzend, als een piraat naar een met kostbaarheden en onschuldige slachtoffers gevuld galjoen, naar uit.
PETER D'HERDT --- augustus 2019

Lees ook deze vorige besprekingen of raadpleeg ons archief: