Bibliografie van Erik Kriek
• Gutsman
• In the Pines
• Op Missie
• The Adventures of Little Andy Royd
HET ONZIENBARE EN ANDERE VERHALEN VAN H.P. LOVECRAFT 


Erik Kriek • Oog & Blik | De Bezige Bij
112 p. (HC)
Bepalende sfeer

Zoals Robert E. Howard met onder andere Conan de heroïc fantasy hielp meebepalen, zo beïnvloedde H.P. Lovecraft het horrorgenre. Beide schrijvers zijn tijdsgenoten en kenden elkaar. Ze begonnen allebei op hun vijftien-zestien jaar met het schrijven van genreverhalen voor diverse publicaties zoals het pulp- en fantasyblad Weird Tales. Ze stierven met een jaar verschil. In 1936 schoot Howard zichzelf door het hoofd. Lovecraft was hierdoor erg aangeslagen. De toch al berooide schrijver wisselde in 1937 het tijdelijke voor het eeuwige door darmkanker en ook ondervoeding. Beide schrijvers, maar dus net zo goed hun œuvre, blijven tot op de dag van vandaag tot de verbeelding spreken. Zo ook tot die van Erik Kriek.

Krieks affiniteit met Lovecraft is bijzonder groot, dat is de conclusie die we kunnen trekken na het lezen van de bewerkingen die deze bundel te bieden heeft. De vier kortverhalen en het langere Schaduwen boven Innsmouth schetsen situaties waarin mensen, eenzaten vooral, geconfronteerd worden met fenomenen als een neergestorte meteoriet, zeemonsters, tijdreizen en gemuteerden. In donker aangezette prenten met veel grijsgradaties bepaalt Kriek de sfeer. Het zijn geen decors waar je langer dan een dag wil vertoeven. Een algemene indruk van onbehagen, kilte, een klamme vochtigheid en huivering blijft hangen doorheen het hele album. In elk verhaal komt wel een moment voor dat je de ogen doet opensperren en de wenkbrauwen fronsen. Bijvoorbeeld wanneer een landbouwer zijn monsterlijk vergroeide koeien in de stal te zien krijgt, wanneer je zelf een universum door je eigen lijf voelt gieren of wanneer de snerpende kreet van een gigantisch zeemonster je haast zelf hoort. Dit zijn de extra's die een strip heeft te bieden door het te visualiseren. Straf werk van Kriek die het hopelijk niet houdt bij deze ene bundel.

> DAVID STEENHUYSE — maart 2012