Bibliografie van Laurent Sieurac
• Arelate
• Arelate
• Erik de Rode
Bibliografie van Jean-Charles Gaudin
• Angor
• De Feul
• De WeerWolven
• Dead Life
• Er Was Eens... De Mens
• Galfalek
• H. Aas Vollegaas
• Marlysa
• PhÅ“nix
• Vigilantes
• Weerwolven - Renaissance
DE BOEKEN VAN DE ZIENERS 1
De Bastaard


Laurent Sieurac + Jean-Charles Gaudin/Robin Hobb • Uitgeverij L
48 p. (HC)
Initiatie met mondjesmaat

Persoonlijk zegt de naam Robin Hobb ons niets. Het is het pseudoniem van de Amerikaanse fantasy-auteur Megan Lindholm die pas erkenning begon te krijgen toen ze zich een mannelijke schrijversnaam aanmat. Dat succes kwam er met de trilogie De Boeken van de Zieners — Leerling en Meester die ze vijftien jaar geleden schreef. Ondertussen is haar œuvre omvangrijk te noemen. Met de stripadaptatie door Laurent Sieurac en Jean-Charles Gaudin (van wie we toch zo graag Marlysa in vertaling zagen verdergezet) maken we alsnog kennis met madam Lindholm alias meneer Hobb.

De Boeken van de Zieners is een initiatieverhaal. In het koninkrijk van de Zes Hertogdommen dropt een boer een zesjarig kind bij het kasteel. Hij beweert dat het joch de zoon is van kroonprins Chevalric. Zijn naam is "Kleine". Meer fantasie konden zijn pleegouders precies niet aan de dag leggen. Hij ziet er verpauperd uit, maar lijkt effectief op de prins. De kasteelbewoners nemen hun verantwoordelijkheid op, maar laten niet na om de jongen regelmatig te confronteren met het feit dat hij een bastaard is. Hij wordt nog niet met plakband vastgebonden op een houten palet, maar toch moet-ie slapen in de stallen bij de honden. Da's geen onbelangrijk gegeven want de jongen komt er zo achter dat hij zich in de geest van dieren kan verplaatsen. Zou dat ook lukken met mensen? Is hij vatbaar voor Het Vermogen waar de koninklijke telgen zich in onderrichten? Terwijl Chevalric zich als koninklijke opvolger terugtrekt, zijn bastaardzoon de rug toekeert en op het platteland gaat wonen, neemt de Ziener-koning Vlijm de Listige de jongen onder zijn hoede... of tenminste: hij laat de jongen, die inmiddels de naam Fitz kreeg, in de leer gaan bij geheimzinnigaard Chade. We zien de jongen slimmer en sterker worden. Bij een zoveelste invasie van de Rode Kapers bewijst hij zijn nut. En er is ook nog het meisje Molly die door haar vader mishandeld wordt.

Dit eerste deel ontstijgt het kennismakingsdeelsyndroom doordat er meerdere jaren passeren in het leven van Fitz. Zo merken we ook een betere evolutie in de relaties met zijn leermeesters, zijn pestkoppen, de dieren... Het fijne aan dit overigens verzorgd getekende fantasyveraal is dat de speciale machten en krachten nog op de achtergrond blijven waardoor de personageontwikkeling primeert. In veel andere fantasyverhalen zou het al lang geflitst en gebulderd hebben. Overdaad schaadt, mondjesmaat blaakt.

> DAVID STEENHUYSE — november 2010