2 mei 1945, bij het ineenstorten van het Derde Rijk, stoot een groepje resterende Russische soldaten door naar een ondergrondse schatkamer in Berlijn waar iets ligt dat waardevoller is dan goud. Nieuwsgierigheid wordt echter beloond met de dood.
8 oktober 1957, diep onder het oppervlak van de Middellandse Zee, vaart een duikboot met Russische bemanning op missie naar "de fabelachtigste ontdekking uit de geschiedenis van de mensheid". Dat is niet naar de zin van de kapitein die zijn angstige en sterk gedecimeerde bemanning wil beschermen en daarom een granaat tot ontploffing brengt.
6 juni 2029, commandant Hamish staat op, neemt een douche en laat zich rijden naar het hospitaal waar zijn zoontje ernstig ziek te bed ligt. Hij vertelt 'm dat hij een laatste keer op pad moet, met een duikboot op patrouille naar de Middellandse Zee. Daarna belooft hij ontslag te nemen. En daarmee begint een duister avontuur, afwisselend beklemmend, mysterieus, uitzichtloos,... dus zeer zeker geen pretje.
Het zware, en eerlijk gezegd saaie, realisme van tekenaar Christophe Bec (Zéro Absolu) komt aanvankelijk sfeerloos over tot het fascinerende scenario van Xavier Dorison (Het Derde Testament, W.E.S.T.) meer en meer de bovenhand neemt. Pas dan sijpelt het tot je door, zij het niet nadrukkelijk, dat Becs tekeningen net wèl een verrijking zijn voor de bijna claustrofobische sfeer aan boord en onder zee. Een sfeer die nog eens versterkt en spannend opgebouwd wordt door de met mondjesmaat toegediende dosis nieuwe dramatische, psychologische en mysterieuze elementen. Dit is geen vrolijke strip, dat mag duidelijk zijn. En het sf-gehalte beperkt zich tot het toekomstige jaartal.
In onze niet te stuiten drang naar het willen vergelijken met bestaande stripreeksen of films, kunnen we niet omheen Das Boot (herkenden we trouwens geen personage uit de film in deze strip?), maar de verdere ontwikkeling van het verhaal doet ons een vervolg in de trant van The Abyss vermoeden. Dit is geen spoiler, slechts een veronderstelling want we weten net zo weinig als jij. Behalve dat we ten zeerste uitkijken naar het verdere verloop, met een ferme hap extra lucht in de longen en vastgeankerd op het spreekwoordelijke puntje van onze stoel. |