Bibliografie van Eddy Ryssack
• Brammetje Bram
• Brammetje Bram
• Kramikske integraal
Bibliografie van Frans Buissink
• Brammetje Bram
DE COMPLETE BRAMMETJE BRAM 1
Piraten in Zicht!: Knevel de Killer - De Schatten van de Noer-Akhs - De Zonnekoning van de Mato Grosso


Eddy Ryssack + Frans Buissink • Arboris
176 p. (HC)
Best denkbare hommage

Vorig jaar schreef medewerker Wouter Adriaensen voor de rubriek Weetje v/d Week een overzichtsartikel van de piratenreeks Brammetje Bram. Van de zowat duizend platen die Eddy Ryssack (1928-2004) tekende, is er namelijk maar een fractie vertaald en in album verschenen. Het artikel werd opgemerkt door de uitgeverijen Hauwaerts Uitgeverij, die al langer met het idee speelde om het werk van Ryssack opnieuw uit te geven, en Arboris, die prompt een coverontwerp maakte voor wat dit eerste deel van De Complete Brammetje Bram moest worden. Er is zelfs interesse in Duitsland gekomen.

Arboris heeft de handschoen opgenomen en zal alle vijftien langere verhalen en een dertigtal kortere verhalen bundelen, telkens voorzien van een uitgebreid, door Wouter Adriaensen samengesteld achtergronddossier. Het eerste dossier gaat uiteraard over de rijkgevulde carrière van Eddy Ryssack die zijn sporen verdiende als striptekenaar en -scenarist, tekenfilmmaker (hij was medeverantwoordelijk voor de allereerste tekenfilms van De Smurfen), museumdirecteur, gildevoorzitter en zelfs zakenman. Al zijn strips passeren de revue en dan blijkt toch hoe groot het hoofdstuk Brammetje Bram wel was. Voor het stripweekblad Sjors, waarin Brammetje Bram voor het eerst verscheen en waarin veel reeksen van Robbedoes werden overgenomen, tekende Ryssack ook af en toe andermans figuren. Zo kon hij nog een aardige Guust Flater op papier zetten. Het bewijs daarvan staat eveneens in deze eerste bundel. Zijn soepele tekenstijl deelt hij ook wel met André Franquin en andere Robbedoes-rakkers.

Van de in deze bundel opgenomen drie lange verhalen is Knevel de Killer (in kleur) eerder dit jaar door Hauwaerts Uitgeverij in zwart-wit uitgegeven met heel wat bonusmateriaal. Daarin leren we hoe Brammetje Bram tegen zijn wil matroos werd op het schip van piraat Knevel en zijn bonte bemanning. De Schatten van de Noer-Akhs verscheen in 1973 in de collectie Oberon Strips waarvoor Ryssack het mascottefiguurtje ontwierp. Brammetje wil samen met zijn kat Knarf ontsnappen nu de zeerovers met wie hij optrekt in het kasteel van Pidalgië verblijven na het eerste avontuur. Na een korte omzwerving komt hij alsnog opnieuw op Knevels schip De Zeemadelief terecht. Intussen kreeg hij van een oude zeeman een schatkaart die Knevel zich toe-eigent. Hij zet koers naar Sardinië waar onmetelijke rijkdom zou moeten liggen, maar op het lugubere eiland woont het volk van de Noer-Akhs en die zijn enkel tuk op de vreemdelingen om ze op te kunnen vreten.

Het nog nooit eerder in album verschenen De Zonnekoning van de Mato Grosso opent met een halve pagina met een zicht op een havenstadje. Dat is zo mooi getekend dat je met je ogen de kade en de straten verkent. Zo'n grotere prenten met prachtige decors komen vaak voor in deze integrale. Hoewel er veel actie en beweging zit in de verhalen, waardoor je geneigd bent sneller te lezen, trakteerde Ryssack zijn lezertjes graag op dergelijk kijkplezier waardoor je alsnog je leesritme vertraagt. De auteurs verleggen vervolgens het decor naar de jungle van Brazilië waar Knevel een schatkist wil begraven, of dat laat hij Brammetje althans als straf doen. Brammetje komt in contact met een indianenstam die hem aanbidt als een god, als een zonnekoning... maar zo voordelig is dat niet.

De reproductie van de verhalen leek ons bij gebrek aan originelen geen sinecure. De kleuren zijn niet zo fris en de fijnere details vallen weleens weg omdat het om een reproductie van een reproductie gaat. Toch blijft de souplesse en het talent van Ryssack gestand. De scenario's van Frank Buissink, aan wie in de volgende integrale een achtergronddossier te lezen zal zijn, komen nu wat gedateerd over waardoor de reeks Brammetje Bram minder onvergetelijk verouderde dan je zou wensen. De compactheid van kortere verhalen leende zich beter om het komische aspect uit te spelen terwijl de langere vooral de avontuurlijke en exotische kaart trekken. Op dat gebied krijgen we nog veel variatie geserveerd in volgende integrales. Bovendien evolueerde de reeks nog wel verder door de wispelturige voorpublicatiegeschiedenis en eisen van andere redacties nadat Brammetje Bram verhuisde naar Wham! en het Duitstalige Zack. Er viel een nevenfiguur weg, Brammetje verouderde enkele jaartjes en Ryssack voerde nog andere veranderingen door. Zijn tekentalent en zijn geweldig goed aanvoelen voor beweeglijkheid zijn altijd aanwezig gebleven. En alleen al daarom is deze De Complete Brammetje Bram de best denkbare hommage aan een nog net niet vergeten Vlaamse tekenaar die ons respect en onze waardering verdient.

> DAVID STEENHUYSE — november 2017