Bibliografie van Maurice Tillieux
• Bram Jager en Zijn Buur
• Caesar en Josientje
• De Beverpatroelje
• De Complete Baard en Kale
• De Sliert
• Felix
• Gommaar en Balthazar
• Guus Slim
• Hultrasson
• Jan Brega
• Jess Long
• Natasja
• Paul Panter
• Rattekopje
• Yoko Tsuno
DE COMPLETE GUUS SLIM 3
Guus Slim, Detective in Drievoud: 7. De Rode Paters - 8. De Drie Vlekken - De Achtervolging - Spek op Vakantie


Maurice Tillieux • Arboris
144 p. (HC)
Talent voor komedie

Na zes gebundelde verhalen in de vorige twee integrales moeten we het in deel 3 met een volwaardig gebundeld deel minder stellen. Behalve de losse delen 7, De Rode Paters, en 8, Drie Vlekken, staan er nog twee kortverhalen in en een leesverhaaltje dat voor het eerst wordt vertaald.

Het kortverhaal De Achtervolging geldt als een prequelverhaal waarin inspecteur Spek en brandkastkraker Vlinder elkaar voor het eerst ontmoeten. Maurice Tillieux maakte het speciaal als aanvulling voor een enkel in het Frans verschenen pocketeditie van de eerste twee Guus Slim-avonturen. De eerste Nederlandstalige publicatie, met een nieuwe montage van de prenten, was gereserveerd voor deel 12 in de reguliere reeks. Spek op Vakantie verscheen na de voorpublicatie in Robbedoes alleen in de reeks Guus Slim Omnibus, een eerste integrale reeks die bij Dupuis verscheen. Dit kan je allemaal lezen in de alweer heel informatieve achtergronddossiers. Beide kortverhalen zijn luchtige tussendoortjes die voluit gaan voor humor, met slapstick als voornaamste komisch middel. De oorspronkelijke tekst en lettering is om technische redenen behouden wat meteen aantoont dat het opnieuw letteren en het taalkundig moderniseren van strips voor integrales geen verloren moeite is. Dat is wel gebeurd voor de verhalen De Rode Paters en De Drie Vlekken.

De Rode Paters is een rechttoe rechtaan spokenverhaal. Wie gelooft daar nog in? Wel, op het Franse platteland kan je goedgelovige zielen blijkbaar makkelijk bang maken, zeker om hen van een plaats weg te houden om op schattenjacht te gaan. De praatzieke schuldige legt het clichématig, met een pistool op Guus Slim gericht, haarfijn uit. Hij kletst lang genoeg om Guus de situatie te laten analyseren. Zijn schranderheid blijkt daar dan toch weer uit. Het onderzoek wordt af en toe onderbroken door komische intermezzo's met Vlinder, een koe die een voorliefde heeft voor groene hoeden en de niet zo snuggere adjunct van de burgemeester.

De Drie Vlekken beviel ons meer. Het inbrekersduo Aldo en Skip steelt niet alleen belangrijke documenten, maar ook de hoofdrol. Aldo, met de lange haren voor de ogen, lult maar wat aan en drijft zijn kompaan Skip steeds zover dat hij hem klappen verkoopt, zelfs om hem te leren dat hij het juiste onderwerp in een zin moet gebruiken. Daar kunnen we nog steeds hartelijk om lachen. Ook met de verwarring met twee identieke wagens en een bom die erin moet worden geplaatst. De bom gaat af en dat wordt een afgang... Maar het toppunt is wanneer Aldo een flesje nitroglycerine drinkt. Hoe Skip vervolgens probeert te voorkomen dat Aldo een stootje krijgt, levert hem zelf klappen op. Het is een fantastische vondst van Tillieux waaruit een groot talent voor komedie spreekt. Het zet enigszins het onderzoek van Guus Slim en die intrige in de schaduw. Op het einde is er dan ook een lange uitlegscène nodig om het verhaal in orde te krijgen. Dat is geen elegante oplossing, maar dat deed Tillieux wel vaker. De rit naar het einde maakt het (her)lezen van zijn verhalen echter steeds weer de moeite waard.

> DAVID STEENHUYSE — oktober 2016