SUSKE EN WISKE 60 JAAR! 


diverse auteurs - Suske en Wiske 60 Jaar! • Standaard Uitgeverij
104 p. (SC)
Zonder zwoegen
Suske en Wiske vieren dit jaar hun zestigste verjaardag, maar tot nu toe overschaduwden het in de media buiten proporties opgeblazen ontslag van Marc Verhaegen (die niet staat vermeld in het colofon van dit boek), een afgeketst feest in het Antwerpse Sportpaleis en andere zorgen het huldejaar. We blijven echter Bourgondische Vlamingen, dus als er gefeest kan worden zijn we er graag bij. Suske en Wiske 60 Jaar! is het officiële verjaardagsalbum en biedt naast een historiek, toekomstblik, hommages door diverse auteurs en een nieuw kortverhaal Het Mopperende Masker ook enkele dossiers rond het Suske en Wiske-Kindermuseum in Kalmthout en een reisgids. Alles samengevat hadden we het grootser verwacht. Uitgebreider ook, met een tastbaar bewijs dat er maandenlang op gezwoegd werd.

Neem nu bijvoorbeeld de eerste twee hoofdstukken: De Geschiedenis van Suske en Wiske en Al 60, Maar Nog Altijd Kwiek. We weten wel dat dit leesboek bestemd is voor jong en oud, maar het taalgebruik is hier al te simpel en kan de op interessante weetjes beluste lezer in ons niet voldoende behagen. Dit is al beter en verstandiger aangepakt in lijvige boeken (Peter Van Hooydoncks Willy Vandersteen, De Bruegel van het Stripverhaal om maar meteen een standaardwerk te noemen), artikels van échte (strip)journalisten en begeesterde Suske en Wiske-fans zonder oogkleppen... Maar néén, wij eisen geen honderden pagina's met details uit Willy Vandersteens of Paul Geerts' verleden. Wel verwachtten we iets meer vlees om de tanden in te zetten.

Nu goed, Het Mopperende Masker is een speciaal voor dit album gemaakt kortverhaal van Luc Morjaeu en Peter Van Gucht, allebei voortaan chef van een respectievelijk teken- en scenarioteam. Wie het trouwens moeilijk heeft om Morjaeus familienaam correct te spellen, onthoud dit geheugensteuntje: som alle klinkers uit het alfabet op en drop de i en de o. Afgaande op dit kortverhaal hebben de auteurs nog werk aan de boeg. Morjaeus tekeningen vinden we nog wat te voorzichtig en weinig spontaan terwijl Van Guchts scenario — of wat daarvoor moet doorgaan — ons doen afvragen of deze korte mopjesman het langere werk wel aankan. In plaats van het aanreiken van een doortimmerd plot, plamuurt hij het te makkelijk bij elkaar gefabriceerd verhaal met wisselvallige jokes. Bovendien, moet er nu echt een wagen met opzet in de prak worden gereden om van het ruziënde koppel Suske en Wiske weer vriendjes te maken? De man weet nochtans hoe hij naar een pointe moet werken. Voor zijn Zapman, getekend door Jan Bosschaert, heeft hij voldoende moppen uit de mouw geschud die probleemloos werken in amper drie prentjes. Maar nemen we er Zapmans De Wraak van Kamerah bij. Een aaneenrijging van goeie vondsten en ronduit flauwe grappen heeft niet noodzakelijk een dolgrappig verhaal als gevolg. We verzoenen ons echter graag met de belofte van het team om er weer een plezante strip van te maken met een goeie mix van humor en spanning. Daar hebben we het geduld voor over. Alleen raden we Peter Van Gucht aan om daadkrachtiger een flauwe grap te schrappen. Het houdt de boel alleen maar op.

Onder de titel À la Façon de betonen zestien auteurs hun respect aan Willy Vandersteen of Suske en Wiske door middel van het ophalen van een herinnering en een hommage in de vorm van een cartoon, een eigen versie van een Suske en Wiske-cover of zelfs een complete strippagina. Geestig, dikwijls verrassend en respectvol zonder dat het sentimenteel wordt. Klasse.

Het Provinciaal Suske en Wiske-Kindermuseum in Kalmthout kwam er op initiatief van Paul Geerts die er zowel de belangrijkste Nederlandstalige tekenaar van de Lage Landen mee wilde eren als het stripvak aan de jonge bezoekertjes wilde uitleggen. Nobel en opname in dit album meer dan waardig.

Aan Suske en Wiske als Reisgids begonnen we met het vooroordeel dat dit een saai stukje tekst zou zijn. Niets is minder waar! De aanpak, gevoel voor humor, gelardeerd met anekdotes van allerlei burgemeesters te lande en interessante info met achtergrondgegevens staat in schril contrast met de eerste twee hoofdstukken. Bravo, het reisverslag waarin de schrijver zes dagen lang met een aantal toeristisch getinte Suske en Wiske-albums bij de hand de hort opgaat en er de locaties uit het album bezoekt, hebben we werkelijk vol plezier verslonden. Opnieuw mocht het van ons wat langer.

Tot slot laat het boek enkele fans aan het woord. Zonder hen was er allicht al lang geen sprake meer van Suske en Wiske. Hun gewoontekoop en idolatrie hield de oplage hoog genoeg. Jaren- of decennialang volgden zij trouw de reeks ondanks aantoonbaar zwakkere, minder geïnspireerde of simpelweg schrijnend slechte periodes... Daar valt toch iets voor te zeggen? Een paar fans mogen het effectief zelf vertellen.

Los van de wisselvallige kwaliteit van dit boek en de vraag voor wie dit eigenlijk bestemd is, heeft het bij ons het belangrijkste teweeggebracht: de zin om enkele oude Suske en Wiskes ter hand te nemen, ja zelfs om enkele gaten in onze verzameling aan te vullen of tenminste enkele van de albums uit die verguisde periodes een kans te geven. Onwilligheid wordt belachelijker met de jaren, moet je weten.
> DAVID STEENHUYSE — oktober 2005