In alle stilte werd het verwekt in Antwerpen. Men polste even, keek wat links, keek wat rechts, en ja, na wat aarzelen besloot de directie ervoor te gaan. Voor het volle pond dan nog! Er waren serieuze risico's aan verbonden. Zou het lukken? Gaan we ons er niet aan verbranden? En vooral, wat als...? Maar men beet door en zette alles op alles. Het begon braafjes, maar het werd de grootste marketingmachine sinds... ja, sinds wanneer eigenlijk? Hadden we al zo'n georkestreerde marketingcampagne waar klassieke en moderne media elkaar zo versterkten, gezien in België? We dachten het niet. En dan was het zo ver. Kai-Mook werd geboren! De zoo van Antwerpen was een topattractie rijker.
Sindsdien slaagde er niemand meer om goodwillgewijs het land in rep en roer te zetten. Zelfs het pr-bureau achter De Rode Duivels niet. Standaard Uitgeverij besloot enkele maanden geleden een Kai-Mookske te doen. Alles, maar dan ook alles werd uit de kast gehaald om een spin-off van Suske en Wiske, hun recent uitstekend gerevitaliseerd vlaggenschip, te lanceren. Het marketingparcours was ronduit af, inclusief een heuse hetze. Marketinggoeroe Philip Kotler zag zo zijn 5 P's volledig ingevuld. Heel Vlaanderen, van 7 tot 77, wist dat er een vuile, harde Sus en Wis zou komen. En dan was het zover. Kai-Mook was een schattig, rozig olifantje. De Rode Duivels kunnen ballen. Maar is het product Amoras ook een goede strip? Het antwoord is volmondig ja.
Suske en Wiske worden door een stommiteit van Lambik naar de toekomst gekatapulteerd en botsen daar op Krimson die een nieuw imperium aan het uitbouwen is. De ingrediënten zijn voor een doorwinterde striplezer weinig verrassend, de uitwerking is dit echter niet. Tekenaar Charel Cambré krijgt eindelijk de ondersteuning die hij al lang verdiende, en beschaamt het vertrouwen zeker niet. Amoras is rauw, flitsend en gezegend met prachtig camerawerk. Hierdoor is Amoras een moderne strip. Een strip die we ook zouden gekocht hebben, mochten we Sus en Wis niet kennen. Bovendien weet Cambré er net zoals in Jump zijn fans subtiel wat extra's mee te geven. Zo herkennen we in Krimsons villa tussen de wereldbekende kunstwerken, een eigen schilderij van Cambré.*
Scenarist Marc Legendre heeft de jongste jaren de bakens verzet met zijn graphic novels en vooral met zijn scenario voor Kristof Spaey's trilogie Misschien / Ooit / Nooit. Zo hard wordt Amoras niet, maar er wordt niettemin flink wat gestript, gevloekt en gemoord. Toch is de kern door en door Willy Vandersteen. Zo is er de typische maatschappijkritiek, prachtig geventileerd door straatridder Lambik. Maar het mooiste is dat Vandersteens originele karakters in hun waarde worden gelaten. Sommige personages, zoals professor Barabas en Suske, staan zelfs als een huis. Enkel Jerom vinden we wat bleekjes uitvallen. Nu we toch aan het mierenneuken zijn... qua plot valt dit eerste deel wat dunnetjes uit, maar Legendre heeft wel het ene na het andere draadje uitgegooid, van diamanten tot een heuse burgeroorlog. We zijn er rotsvast van overtuigd dat hij er in de komende vijf delen een stevig geheel van maakt. Nu maar hopen dat de opgebouwde spanningsboog bij zijn nieuwe lezerspubliek niet verloren gaat door het relatief lange wachten op het vervolg.
Laat het duidelijk zijn. Wij zijn blij met Amoras. Het is een welgekomen schop onder de kont van de ingedommelde, occasionele striplezers. Door Amoras wordt het hen misschien duidelijk dat wie enkel in het verleden leeft, heel wat mist.
* Het is een schilderij van zijn oom Stan Reypens, een voormalig Belgisch bokskampioen. |