CYBERKILLER 1-2-3-4 1. Voor de Liefde van Joan - 2. Waar ben Je, Kewin? - 3. Moorden op Bestelling - 4. De Grote Samenzwering
Claude Plumail + Christian Godard • Talent (Collectie 500) 48 p. (HC & SC)
|
|
Tot de dood ons scheidt, of niet |
|
Christian Godard is een begrip in stripland. Deze vijfenzeventigjarige Parijzenaar debuteert in de jaren vijftig in een hele resem courante jeugdbladen. Zijn grote kans krijgt hij in 1959 wanneer hij voor Pilote mag samenwerken met Goscinny. Daarna start hij Norbert & Kari op en in 1967 publiceert hij met Maarten Milaan in Kuifje. In de volgende jaren zien reeksen als Axel Moonshine, Een Doodgewone Waanzin, Oki en Lokje het daglicht. Om maar eens te staven dat Godard een hele geschiedenis met zich meedraagt. Maar dat belet hem geenszins om op zijn lauweren te rusten. De creatiezin is nog steeds aanwezig. Dat bewijst hij met Cyberkiller, een vijfdelige horrorserie waarvan de eerste vier alvast in de winkel liggen.
Joan Kimberly is verpleegster in het team van dokter Hilldrich. Als ze op een ochtend het ziekenhuis verlaat, stort ze in elkaar. Het is haar allemaal te veel. De gebeurtenissen na de dood van haar vriend Kewin hebben hun tol geëist. Joan ontmoette Kewin op een vernissage. Hij werd onmiddellijk waanzinnig verliefd op haar. Zo obsessief dat hij zeven maanden later al haar doen en laten controleert. Allemaal via de computer, want Kewin is een van 's werelds beste hackers. Joan werpt de druk van zich af en maakt het uit. Een paar dagen erna stuurt Kewin een wanhopig huwelijksaanzoek. Het is het laatste contact met Joan, want kort daarna wordt hij vermoord door een paar junkies. Maar ook na de begrafenis stoppen de videoberichtjes van Kewin niet. Eerst wordt gedacht dat hij het programmeerde, maar als hij zinspeelt op gebeurtenissen na zijn dood, wordt het erg luguber en ontvouwt zich een thriller die bij wijze van spreken het haar op je armen rechtop doet staan.
De wat hoekerige tekenstijl van Claude Plumail (van het zwaar onderschatte Het Rijk) past uitstekend bij het verhaal en scherpt de spanning nog verder aan. Te lezen bij volle maan, rond middernacht, met het geroep van een verre uil op de achtergrond. |
|
> TOM DE LENTDECKER — augustus 2006 |