Voor
het eerste halfjaar van 2009 vroegen we aan Steven Dupré om de
illustratie voor de hoofding van de papieren nieuwsbrief en de website
te verzorgen. Van hem verscheen recent Kaamelott 3 dat in Frankrijk
nog steeds een grote populariteit kent. We nemen deze gelegenheid te
baat om zijn carrière in vogelvlucht te doorkruisen. Beginnen
doen we met het nog niet geconcretiseerde project Midgard waarvan
hij een schilderij voor ons maakte.
"Ik ben tegenwoordig te veel een oude knorpot om nog veel verhaaltjes
over frisse en opgewekte kindertoestanden uit mijn mouw te kunnen
schudden, denk ik."
Voor je illustratie koos je voor je
animatie- en stripproject Midgard. Wat is de status momenteel
van dit project?
Steven Dupré: "Het animatieproject lag
al enige tijd volledig stil, vooral omdat ik te druk bezig was met
andere zaken, en na het faillisement van de producent zal daar niet
gauw verandering in komen, vrees ik. Al zijn de rechten er van nu
wel opnieuw in mijn bezit."
Komt het er ooit van?
Steven Dupré: "Omdat dat eerder twijfelachtig
is, durf ik daar niet op antwoorden. Maar aangezien het toch mijn
eigen ding is ben ik stilletjesaan toch maar begonnen aan de stripversie
er van."
Kan je meer vertellen over het verhaal?
Steven Dupré: "Dat is wellicht wel hier
of daar op het internet te vinden, voor de zéér gemotiveerde
geinteresseerden. De anderen laat ik liever op hun honger, in de hoop
dat ze er ooit ergens iets van te lezen of te zien zullen krijgen
en met in het achterhoofd dat het dan toch net iets plezanter is het
verhaal geleidelijk aan te ontdekken."
Op
je website
circuleert er twee strippagina's van, maar is je stijl ondertussen
niet geëvolueerd?
Steven Dupré: "Vermoedelijk wel, maar
dat is toch geen bezwaar? Die ene proefplaat gebruik ik toch niet
langer."
Hoe komt het dat het nooit wat is geworden
met je andere, nochtans zeer interessant uitziende projecten op scenario
van Van Holme, Marvano en Yann? Dat van Yann ziet er zelfs uit als
een Samber van Yslaire.
Steven Dupré: "Ach, zo gaat dat nu eenmaal,
zeker? Je probeert iets op te zetten en je weet nooit of dat ook daadwerkelijk
ergens toe zal leiden. Ik ben er vrij zeker van dat iedere tekenaar
of scenarist laden vol projecten heeft die hij nooit heeft kunnen
slijten. En in deze gevallen was het om diverse redenen elke keer
afgesprongen. Voor het project met Van Holme bleek erg weinig interesse,
voor de samenwerking met Yann was die interesse er wél, maar
die bleek niet groot genoeg om het voor ons beiden leefbaar te maken.
Dat was ook zo voor het project met Marvano. Al zal dat niet zo’n
stille dood sterven als de andere twee. Het wordt momenteel door iemand
anders getekend en zal zo alsnog verschijnen."
Bee
Dee moet nog maar enkele delen van Wolf uitgeven (zie hiernaast
de coverillustratie van deel 17). Hoe kijk je nu op terug op je debuutreeks?
Steven Dupré: "Nog steeds als het resultaat
van de periode waarin ik mijn job stilaan onder de knie kreeg. En
wanneer ik het herlees — dat moet om een idee te hebben van
wat de volgende cover zal worden, want ik weet begot niet meer waarover
die oude verhaaltjes eigenlijk gingen — verbaast het me soms
hoe fris ze nog zijn. Soms betreur ik dat ik met dezelfde spontaniteit
als destijds niet langer aan de slag kan. Daartegenover staat dan
weer dat een beetje meer metier ook niet slecht is. Want in Wolf
sloeg ik de bal ook regelmatig mis. En het terugzien van de tekenigen
doet me soms pijn aan de ogen."
We
springen weer wat in de tijd. Hoe vaak word je nog gevraagd of er
nog een nieuw deel komt van Sarah & Robin? En kan je
nu nog een keer ditzelfde antwoord geven?
Steven Dupré: "Regelmatig. Met Sarah
& Robin kan ik desgewenst opnieuw aan de slag, maar ik heb
daar geen zin meer in. Ook voor deze reeks heb ik het gevoel dat ik
haar ontgroeid ben. Ik ben tegenwoordig te veel een oude knorpot om
nog veel verhaaltjes over frisse en opgewekte kindertoestanden uit
mijn mouw te kunnen schudden, denk ik. Dus daar zal wel niks meer
van in huis komen."
En
van Coma? De cliffhanger van deel 3 vraagt gewoon om een
vervolg. In onze toplijstjes
is het je meest gewaardeerde reeks. Zijn de rechten hierop al vrij?
Of beschouw je het als een afgesloten hoofdstuk? In recentere, Franstalige
aanbiedingscatalogussen van Glénat staat het trouwens nog steeds
opgenomen.
Steven Dupré: "En daar ben ik blij om.
Maar ook hier zit een vervolg er niet meer in. Ik mag van Glénat
wel een vervolg maken voor een andere uitgever, maar dan wil ik ook
opnieuw de eerste delen daar kunnen onderbrengen, en dat wil Glénat
niet. Bovendien was Coma bijlange geen verkooptopper, dus
zitten uitgevers ook niet te springen om de reeks voort te zetten."
Eigenlijk
trof je met je album voor de reeks Pandora Box (collectie
Impressie(s), Dupuis) de jackpot. Toen werd je pas opgemerkt
in het buitenland, meer nog dan met Coma. Merkte je dat ook?
Steven Dupré: "Wat het Franstalige publiek
betreft, klopt dat wel. De uitgevers aan de andere kant van de taalgrens
wisten al langer wie ik was en wat ik deed. De jackpot is misschien
veel gezegd, maar De Gulzigheid, het deel van de reeks dat
ik tekende, was wel het allereerste album dat een behoorlijke oplage
haalde na al die jaren ploeteren."
Was het in die periode dat Dupuis aan jou (en aan een pak
andere tekenaars) vroeg om proefplaten van Robbedoes en Kwabbernoot
te tekenen nadat Tome & Janry ermee stopten?
Steven Dupré: "Nee, dat vroegen ze mij
al een hele tijd daarvoor. Dat was best vreemd, want ik werd bij Dupuis
ontboden door Thierry Tinlot (ex-hoofdredacteur
van Spirou en nu van Fluide Glacial, ds), en ik wist helemaal
niet waarover hij het met mij wilde hebben. Ik kwam daar tegenover
een stuk of vier collectiedirecteurs te zitten, er werd wat gebabbeld,
ik toonde wat tekeningen van vanalles en nog wat en ik kon weer vertrekken.
Sympathieke mensen, dat wel, maar ik snapte niets van hun bedoelingen.
Over Robbedoes is die middag met geen woord gerept, maar
niet lang daarna kwam dat telefoontje. Voor Pandora Box ging
het net zo, alleen belde toen een andere collectiedirecteur. Dat is
natuurlijk wel comfortabel om zo af en toe eens een telefoontje te
krijgen. Bij Casterman ging het ook al zo."
Wat is er achteraf eigenlijk gebeurd
met die platen? Ze waren op scenario van Fabien Vehlmann, hè,
van wie wordt genoemd dat hij de reeks zal overnemen van Jean David
Morvan.
Steven Dupré: "Er is een luxeversie verschenen
van Versteende Reuzen, het album dat hij schreef en dat Yoann
tekende. Daarin is ook een kortverhaaltje te lezen in het extra katern
achteraan. En dat verhaaltje is precies hetzelfde als wat ik getekend
had.
Met die platen gebeurt er niks meer. Robbedoes is eigendom
van Dupuis, en zij willen niet dat ze ergens te zien zouden zijn."
(Klopt, foto's van de originele platen die een paar jaar op het
stripforum De Getekende Reep werden geplaatst, moesten verwijderd
worden, ds)
Vanwaar je fascinatie voor vikings? In
Kaamelott 2 kon je je er ook mee uitleven.
Steven Dupré: "Voor ik met Wolf
begon had ik niets met vikings, des te meer met fantasy. Maar die
vikings en hun mythologie bleken uiterst geschikt om enige fantasy-elementen
te kaderen. Sindsdien heb ik wel wat research gedaan en ze blijven
mij fascineren. Langs de ene kant waren ze erg vooruitstrevend voor
die tijd. Het ging er nogal democratisch aan toe in vergelijking met
dezelfde periode in onze streken, en vrouwen hadden bij de vikings
meer rechten dan waar ook ter wereld. Langs de andere kant bouwden
ze hun cultuur voor een niet onaardig deel op geweld, en stond hun
religie in schril contrast met het christendom. Hoewel de christenen
hier natuurlijk even geweldadig waren, bedenk ik net, hielden de vikings
aan het gebruik van geweld geen schuldgevoel over. En boetedoening
was ook al niet aan hen besteed. Ik vermoed dat ze gewoon veel eerlijker
redeneerden... Maar het waarom van die fascinatie blijft ook voor
mij onduidelijk.
Dat Astier met vikingen kwam aanzetten voor Kaamelott 2 kon
mij alleen maar verheugen. Maar hij wist niet eens dat ze een van
mijn dada's zijn."
Loopt Kaamelott in het Frans
nog steeds zo goed als in het begin? 160.000 exemplaren voor deel
1 was dat met een bijkomende herdruk.
Steven Dupré: "Hehehe... Je zult mij
niet direct horen klagen. Deel 1 is het deel waar men het meest naar
uitgekeken heeft, en dat dus ook het beste heeft gelopen, daarna ebt
de nieuwsgierigheid een beetje weg. Maar over de verkoop van delen
2 en 3 klaag ik evenmin, hoor."
De tv-reeks is toe aan zijn laatste seizoen.
Wat nu met de stripreeks?
Steven Dupré: "Dat laatste tv-seizoen
is wel klaar, maar nog niet uitgezonden, dus dat loopt nog wel even.
En daarna staan er nog steeds bioscoopfilms op stapel, al hoorde ik
wel dat Alexandre eerst nog een ander filmproject wil opzetten, eentje
dat niets met Kaamelott te maken heeft. Maar voorlopig is
dat allemaal van geen invloed op de strip. We beginnen binnenkort
aan deel 4. Daarna zien we wel."
Jij bent een meer ervaren stripauteur
dan Laurent Astier...
Steven Dupré: "'t Is Alexandre Astier,
meneer Steenhuyse. Je moet wel je huiswerk maken, hoor. En ja, ik
heb op stripvlak meer ervaring dan hij. Maar hij heeft als scenarist
uiteindelijk veel meer ervaring dan ik, zij het dan niet meteen voor
strips. Wel voor theater, radiohoorspelen, kortfilms en zijn tv-serie.
Er zijn wel bepaalde wetmatigheden die eigen zijn aan het schrijven
van een strip die dat niet zijn voor de andere media, maar die had
ik hem op een half uurtje uitgelegd waarna hij ze rigoureus wist toe
te passen. En op mijn beurt leer ik ook van hem op het vlak van regie
en zo."
Stuur je hem ook bij in zijn scenario's? Of gaat het bij jou
louter om je eigen invulling van de beeldtaal?
Steven Dupré: "Wanneer ik aan een verhaal
begin te tekenen weet ik nog lang niet waar het heen zal gaan, dus
op dat vlak bijsturen kan ik sowieso niet. Ik zou ook niet weten waarom
ik dat zou doen. Het gaat tenslotte om het verlengde van het universum
van Kaamelott dat de mensen kennen van tv en willen herkennen
en terugvinden in de strip. Dan moet ik daar toch niet aan zitten
prutsen? Het is net mijn taak als tekenaar om zo goed mogelijk de
manier om dingen in beeld te brengen te vertalen naar een strip die
Astier als regisseur voor de tv-serie gebruikt. En dat is niet zo
moeilijk, want ik krijg voor ieder prentje een nauwkeurige omschrijving
van het gewenste camerastandpunt en zo. Eigenlijk moet ik dat alleen
maar volgen. Maar desalniettemin overkomt het me soms dat ik voel
dat er iets niet zo lekker loopt, en dan stel ik aanpassingen voor.
Daar wordt over gediscussieerd, en degene met de beste argumenten
krijgt zijn zin. Waar Alexandre aanvankelijk veel bepalender was qua
beeldvoering laat hij me sinds deel 3 veel meer mijn eigen ding doen.
Hij staat bekend als een echte controlefreak wat alles wat Kaamelott
aanbelangt betreft, dus veronderstel ik dat hij van mening is dat
ik dat nog niet zo slecht doe."
Door
je tekeningen in het boekje Gestoord viel me op dat jij wellicht
graag monsters tekent. Ze komen in praktisch al je reeksen voor. Ook
in Kaamelott. Wat is er zo leuk aan het tekenen van monsters?
De creatie ervan? En was je vragende partij om ze in Kaamelott
te brengen?
Steven Dupré: "Wat Kaamelott
betreft, heb ik nergens om gevraagd. In de tv-reeks hoor je de ridders
van de ronde tafel wel verhalen over heroïsche gevechten met
allerlei vreemde creaturen maar die krijg je daar, wegens de hoge
kosten die daarmee gemoeid zouden zijn, nooit te zien. In de strip
kan Alexandre tonen wat hij maar wil, want uiteindelijk bestaan de
monsters in de strip louter uit lijntjes op papier. En ik word betaald
per pagina, ongeacht van wat ik op die pagina moet tekenen. Een uitgelezen
en redelijk goedkope manier om met allerlei monsters aan de slag te
gaan die hij nooit eerder in beeld heeft kunnen brengen.
Je hebt gelijk als je opmerkt dat ik graag monsters teken. Maar ik
teken net zo lief bestaande beesten. Ik amuseer me best met het proberen
om met iets geloofwaardigs aan te komen zetten dat er toch nog vreemd
genoeg uitziet om als monster herkend te worden. Bij de creatie van
een monster vertrek ik altijd vanuit bestaande beesten, of mensen.
Ik geloof dat ik beter niet té ver afwijk van wat als een bestaande
diersoort herkend kan worden. Maar binnen die grenzen zijn er voorts
geen grensen meer.
Die voorliefde voor monsters komt voort uit de vrijheid die je je
als tekenaar kan veroorloven bij het bedenken ervan en die je bij
andere onderwerpen veel minder hebt. Ja, in sciencefiction kan je
er ook op los fantaseren. Maar daar gaat het dan meestal om machines
en zo, en daar ben ik niet zo goed in.
Maar de monsters in mijn eerdere reeksen zijn daar eerder terechtgekomen
door een blijkbaar steeds terugkerende themathiek, die al in Wolf
opdook, namelijk de grens tussen werkelijkheid en verbeelding. Dat
zit ook in Sarah & Robin, net als in Coma, en
dat thema zal waarschijnlijk vroeg of laat weer ergens opduiken, waarbij
de verbeelding al dan niet verbeeld wordt door vreemde wezens. Enfin..."
In Gestoord staat het Sarah
& Robin-verhaal Hersenspinsels opgenomen. Hoe is
het om het in een dergelijke context geplaatst te zien?
Steven Dupré: "Vreemd vond ik het alleszins
niet. Ik heb lang in Geel gewoond, al eeuwenlang bekend vanwege zijn
psychiatrische ziekenhuis en de unieke aanpak. Bovendien werkt mijn
vrouw in die sector, dus was ik er — zij het vooral uit de tweede
hand — vertrouwd mee. Met Hersenspinsels had ik ook
expliciet de bedoeling om begrip te vragen voor mensen met psychische
problemen. Bon, die boodschap is blijkbaar overkomen, en nu weer opgepikt.
Je hebt nog Jan Bosschaert geassisteerd
met het inktwerk en de decors van Sam 6 en 7.
Steven Dupré: "... En Sam 5,
en nog twee publicitaire Sam-albumpjes."
... En Spring 3. Nu werk je
zelf met assistenten. Wat doet Patrick Van Oppen voor je?
Steven Dupré: "Voor Kaamelott 2
heeft hij de decors geinkt, voor Kaamelott 3 heeft hij de
decors vanaf mijn schetsen verder uitgewerkt en afgewerkt. Ik ben
heel tevreden met wat hij daarvan bakte."
Hielp hij je ook bij het inkten op de computer
zodat je niet langer over je potloodpagina's moet gaan? Daar win je
wellicht veel tijd mee.
Steven Dupré: "Nee, want er werd simpelweg
niet geïnkt. Niet op papier, en niet op de computer. Tenzij hier
en daar een zwart vlak, en dat gebeurde dan op het papier. Het gaat
dus eigenlijk om in Photoshop gepimpte potloodtekeningen.
Ik win er wel wat tijd mee, maar ook weer niet zo veel als ik aanvankelijk
hoopte. Ik win tijd omdat de voormalige tussenstap van de potloodtekening
nu het eindresultaat is geworden, maar die potloodtekening moet wel
in veel verdere mate uitgewerkt worden dan het geval zou zijn mocht
ze nadien nog geïnkt worden. En waar ik in inkt met penseel een
bepaalde lijn in één trek dik kan aanzetten moet ik
om dezelfde lijndikte te krijgen nu dezelfde lijn een keer of drie-vier
overtrekken met mijn potloodje. Ik geloof dat ik er gemiddeld een
halve dag per pagina mee win. Maar dat zijn op een volledig album
toch nog altijd 23 werkdagen. Al bij al niet slecht, vind ik."
Ken je nog auteurs die dezelfde techniek
hanteren?
Steven Dupré: "Meer en meer,vermoed ik.
Michel Plessix (de tekenaar van De Wind in de Wilgen,
ds) heeft bijvoorbeeld nauwelijks geïnkt, maar omdat hij
in potlood werkte nog voor de computer uingeburgerd was, trok hij
zich uit de slag met fotokopieerapparaten. Bosschaert werkte ook zo
voor Jaguar. Met fotokopiën van zijn potloodtekeningen,
bedoel ik. Maar met de computer is zo veel mogelijk geworden! Zelfs
zo veel dat je bijna geen kwaliteitstekenmateriaal meer kan vinden
om ambachtelijk mee te werken. Mijn favoriete papiersoort: zo goed
als onvindbaar. Mijn favoriete penselen: zo goed als onvindbaar..."
Je bent momenteel de best verkopende
Vlaming in het buitenland, op een Vance en wellicht ook Griffo na
dan. Zij zijn verkast naar warmere oorden. Aan Marvano vroeg ik ook
al eens waarom hij in Vlaanderen bleef wonen. Is je woonplaats niet
een nadeel om een internationale samenwerking (met scenaristen en/of
uitgevers) op poten te zetten, zelfs met internet en e-mail?
Steven Dupré: " Waarom dan wel? Alexandre
en ik hebben toch een internationale samenwerking dankzij e-mail en
internet? Als Griffo in warmere oorden woont, zal dat eerder aan het
goede klimaat ginder te wijten zijn dan aan de mogelijkheden tot internationale
samenwerking die dat hem biedt, vermoed ik.
Mijn kinderen gaan hier naar school, hebben hier vriendjes. Ook mijn
miezerige sociale leven speelt zich hier af. En met die klimaatveranderingen
groeien er binnen tien jaar ook palmbomen in mijn tuin. Dan is er
geen enkele reden meer te bedenken om te verkass... Of wacht eens
even... wil je mij hier buiten krijgen, misschien?"
Nee hoor, ik bedoelde alleen maar of Vlaanderen niet te klein
is voor je op professioneel gebied.
Steven Dupré: "Maar het is toch niet
omdat ik in Vlaanderen woon en werk dat mijn werk niet in andere landen
te verkrijgen zou kunnen zijn. In Indonesië hebben ze Sarah
& Robin gelezen, van Pandora Box komt er een Bulgaarse
(ja, daar bestaan blijkbaar ook strips) en een Engelse versie, en
zelfs Selkie wordt gepubliceerd in het Servo-Kroatisch of
welke taal men daar ook mag spreken. Allemaal vanuit een Vlaams boerengat.
Al moet ik wel toegeven dat het meestal de respectievelijke uitgevers
zijn die die deals sluiten."
Al goed. Je volgt de nieuwe generatie
stripauteurs nauw op de voet, heb ik de indruk. Het zijn die auteurs
die in de ogen van striplezers een bepaalde vrijheid genieten om te
kunnen maken wat ze willen zonder daarvoor in erbarmelijke financiële
situaties terecht te komen met het tekenen op de spreekwoordelijke
zolderkamertjes.
Steven Dupré: "Vergis je daarin maar
niet, hoor. Die mannen en vrouwen brengen ook heel wat offers voor
hun artistieke vrijheid. Neem dat maar van mij aan. Maar het klopt
wel dat ze dankzij de mogelijke subsidiëring van hun projecten
dingen kunnen maken die ze anders niet konden maken. Toen ik begon
was die mogelijkheid er niet, en dus was ik verplicht om dingen te
maken die voor een potentieel groot publiek bestemd waren en dus ook
in brave kranten gepubliceerd konden worden. Anders was ik misschien
ook eerder de artistiekerige kant uit gegaan, al betwijfel ik dat.
Maar het had gekund.
Feit is dat de mensen die volledig hun zin kunnen doen dat niet bepaald
doen voor een groot publiek. Ze zullen er dus mogelijk wel op artistiek
vlak bij winnen, maar niet financieel. Het is gewoon een keuze waarvoor
je gesteld wordt en die je moet nemen met de bijhorende consequenties."
Voel jij je ook tot een bepaalde generatie
horen? Want je bent ongeveer net zo jong als hen en toch sta jij nooit
in lijstjes met "de nieuwe Vlaamse stripgeneratie". Logischerwijze
ben jij dus een gevestigde naam, juist?
Steven Dupré: "Ik ben een notoir tussen-twee-stoelen-valler.
Ik ben te jong om aansluiting te hebben bij de oudere generatie en
te lang bezig om dat te doen bij de jongere. Zelfs mijn manier van
tekenen valt tussen twee stoelen, niet echt realistisch, niet langer
karikaturaal.
Gelukkig kom ik met de meeste mensen van beide generaties goed overeen.
Dat is dan toch al dat."
Teken je nog vaak naast strips, voor
reclameopdrachten, tekenfilms en dergelijke?
Steven Dupré: "Nope. Het gebeurt wel
af en toe. Maar dan hangt het er maar vanaf of het me een leuke opdracht
lijkt en hoe veel men me er voor betaalt.
Momenteel ben ik een schilderij aan het maken om hier in de living
te hangen, want in heel het huis is nergens iets van mijn werk te
zien. Van anderen ook niet, eigenlijk. En al die kale muren, da's
ook maar niks..."
Hoe vinden opdrachtgevers jou?
Steven Dupré: "Ik mag hopen dat ze mij
als een professional beschouwen."
Wel, in Nederland bestaat Comic House, een agentschap voor
illustratoren, animators en tekenaars die vaak belangrijke opdrachten
voor bedrijven binnenhalen.
Steven Dupré: "Ah, je bedoelt hoe ze
mij traceren en weten te contacteren? Zeg dat dan!
Ik heb een website, hé. En dat werkt prima, heb ik de indruk.
En ik draai al even mee, dus totaal onbekend ben ik niet meer. En
ik sta ook in het telefoonboek."
De idee voor een Vlaams agentschap heb
ik eens voorgesteld aan Marc Verhaegen, de voorzitter van de Stripgilde,
maar "de achterban" vond dat niet tot hun taak behoren en
te commercieel. Hoe denk jij daarover?
Steven Dupré: "Ik denk daarover zoals
de achterban. Hoewel ik niets tegen 'commercieel' kan hebben. De Stripgilde
is dan wel een vereniging van stripauteurs, maar ze heeft niet als
doel die stripauteurs werk te bezorgen. Al gebeurt het regelmatig
dat iemand een opdracht krijgt en die vervolgens via de Stripgilde
doorsluist naar een collega wegens zelf geen tijd of goesting. Comic
House wordt zeer professioneel gerund door gedreven mensen die niets
anders doen dan opdrachtgevers koppelen aan auteurs en rechten beheren.
En ze verdienen daar terecht goed hun brood mee. De auteurs zijn er
mee gebaat, en de agent ook. Maar de Stripgilde wordt gerund door
auteurs die dat vrijwillig en onbezoldigd naast hun dagtaak doen.
Om een agentschap op een degelijke manier te runnen, hebben wij noch
de tijd, noch de middelen. Dan moeten we daar ook niet aan beginnen."
Heb je naast Kaamelott en Midgard
nog andere stripprojecten lopen?
Steven Dupré: "Nee, al krijg ik wel regelmatig
aanbiedingen, die ik dan in alle ernst overweeg maar tot dusver ben
ik er nog niet op ingegaan."
En wil je daarbij nog eens je eigen verhalen
schrijven?
Steven Dupré: "Wie schrijft er Midgard,
dacht je?"
Mocht het je nog nodig hebben: veel succes
bij alles wat je doet.
Steven Dupré: "Waarvoor mijn hartelijke
dank. Dat zal nog wel eens van pas komen."