INTERVIEW met Luc De Maeyer en Ivan Claeys
— 12 april 2006 —

© De Stripspeciaalzaak • David Steenhuyse
© afbeeldingen: Luc De Maeyer - Ivan Claeys - Standaard Uitgeverij
Dit interview is eigendom van De Stripspeciaalzaak en mag in geen geval herplaatst of gekopieerd worden zonder voorafgaande afspraak met de auteur van deze tekst.
> Contact <

In april 2006 verscheen bij Standaard Uitgeverij deel 2 in de Classix-reeks, dat klassieke verhalen in stripvorm brengt. Ben Hur is een adaptatie van het wereldberoemde verhaal van Lewis Wallace (en nog bekender door de film) door tekenaar
Luc De Maeyer en scenarist Ivan Claeys.
Van beide Vlaamse auteurs legden we een interview af.

Wiens idee was het om het boek Ben Hur aan te pakken voor een verstripping? Dat van de tekenaar, Luc, of de scenarist, Ivan?
Luc: Nou, dat was het mijne, nadat ik het samen met een paar andere klassieke verhalen had voorgelegd aan de Standaard Uitgeverij.
Ivan:
Hm. Moeilijk te zeggen, eigenlijk. Luc had een lijstje met mogelijke titels die hij wilde doen voor de Classix-reeks. Toen hij het me voorlas heb ik direct voor Ben Hur gekozen. Om duidelijke redenen: ik hou van het historisch epos, en Ben Hur is een film die ik indertijd op groot scherm heb gezien. Mijn moeder had in de jaren tachtig namelijk de gewoonte om me mee te nemen (in de kerstperiode, want indertijd werden die grote films dan opnieuw in roulatie gebracht) naar klassiekers als Spartacus, Cleopatra, Barrabas, Jezus Christ Superstar, The Ten Commandments,... en Ben Hur. En ik vond dat geweldig. Luc en ik heb dan overlegd, en het werd Ben Hur.

Heb je rekening gehouden met andere adaptaties, met name de bekende film (1) of andere verstrippingen?
Ivan: Een beetje. Om problemen met rechten te vermijden hebben we geen strip van de film gemaakt. We zijn echt wel vertrokken van het boek. Maar hier en daar denk je bewust of onbewust wel een aan de film, uiteraard. We hebben in de strip wel grapjes gestopt, zoals stopcontacten en zo. Omdat dat in de film ook voorkwam.
Luc: We zijn vertrokken van het boek. maar de film heeft zeker ook bijgedragen tot een deel van de vormgeving. Maar zonder een kopie te worden. Ik vond het een beetje absurd om alles anders te willen doen om anders te doen. Het blijft uiteindelijk een verstripping van een bestaand verhaal en niet dat van ons.

Het is niet de eerste keer dat Ben Hur in een stripverhaal wordt gegoten (2). In welke mate onderscheidt jullie versie zich van de rest?
Luc: Oeps! Welke rest?
Ivan: Eerlijk gezegd: ik weet het niet. Ik heb gezocht naar eerdere versies, maar ik heb er geen gevonden. Ik hoop dat de onze er met kop en schouders bovenuit steekt.

Vind je dat je het wat moderner hebt verteld?
Ivan: Ja, dat vind ik wel. Ik heb altijd in het achterhoofd gehouden: hoe zou ik zo’n verhaal vandaag schrijven? Vandaar ook de nadrukkelijke verwijzingen in het stripverhaal naar de situatie in Judea. Een onderdrukt volk dat autonoom wil worden... Opstanden... Harde aanpak van de opstandige stemmen... Aanslagen... Het klinkt allemaal héél bekend in de oren eigenlijk. Je moet tot de conclusie komen dat de toestand er na tweeduizend jaar niet echt op verbeterd is in die streken, hé. En de paardenrace is een beetje een Formule 1-wedstrijd met paarden. Luc en ik zijn allebei Formule 1-fans. Je ziet dan ook Michael Schumacher, Jean Todt, Michelin- en Bridgestone-banden, een gele vlag,... Je ziet: we hebben ons kostelijk geamuseerd.

Formule 1 is dus een gemeenschappelijke passie van jullie. Ook Michel Vaillant zit er trouwens in! Mag de lezer naar nog meer knipoogjes en inside jokes zoeken? Zitten jullie daar niet geboeid als galeislaven op pagina 14?
Ivan: Dat klopt. Obelix en Kuifje zitten er ook in.
Luc: Inderdaad, er zitten overal verschillende anachronismen in en wat absurditeiten. Maar die gaan we niet allemaal verklappen.

Uit het interview dat jullie aflegden op de website van onze geliefde broeders van de Stripeljee is duidelijk dat deze productie niet over één nacht ijs is gegaan. Los van de tijd die jullie eraan spendeerden, wat voor offers hebben jullie nog moeten brengen?
Luc: Wat mij betreft financiële. Ik ben betaald zoals iedere tekenaar die voor Classix een verhaal tekent, denk ik, maar ik heb er wel een half jaar langer aan gewerkt dan mijn collega's. Dat betekent dus gratis, of beter gezegd: terend op mijn spaarcenten.
Ivan: Ha, ik heb me als scenarist nu en dan dubbel moeten plooien. Luc had niet zo veel ervaring als striptekenaar, maar had wel een heel uitgesproken mening over hoe het verhaal moest verteld worden. Die was niet altijd even realistisch. Het was mijn taak om ervoor te zorgen dat het verhaal volledig en logisch bleef. Soms moest ik dan ook dagenlang nadenken over de scenarioconstructie om het allemaal aan elkaar te knopen, en het leestempo aangenaam te houden. Het wachten was ook lastig. Ik heb eigenlijk het scenario vorig jaar in april afgewerkt. Het duurde dan nog een vol jaar voor de strip in de winkel lag. Nu en dan moest er nog wel een tekstje aangepast worden of zo. Maar het grootste werk was dan al achter de rug. Ik heb nog een beetje meegewerkt aan de inkleuring, trouwens. Om Luc wat extra tijd te geven. Je kan dat trouwens zien in het album. Ergens staat er een piepklein vierkantje in het album. Dat is een foutje van mij. Ik geef een gratis album weg aan de eerste die me kan zeggen waar het staat (mail de redactie en we sturen de antwoorden naar Ivan door).

Hoe zijn jullie eigenlijk in de stripbusiness gerold?
Ivan: Als stripliefhebber. Ik ben al altijd een striplezer geweest. Als enig kind thuis ligt het voor de hand dat lezen je favoriete hobby is, hé. Ik ben het nooit meer kwijt geraakt. Ik probeerde ook zelf strips te maken, naderhand. Maar ik had geen tekenschool gevolgd of zo en ik liet me een beetje intimideren door de prachtige tekeningen van de striptekenaars... Ik dacht dat ik dat nooit zou kunnen. Dus zag ik mezelf niet als een striptekenaar. Toen ik zestien was leerde ik een schoolkameraad kennen die effectief strips maakte. Voor plaatselijke personeelbladen, clubs en zo... Ik kreeg het idee om verhalen voor hem te schrijven, en voor ik het wist was ik scenarist geworden. Later heb ik dan contact gezocht met het Vlaamse Onafhankelijke Stripgilde (het VOS) en leerde ik daar Patrick Van Oppen kennen... En ik was vertrokken.
Vrij eenvoudig eigenlijk. Ivan Adriaenssens liet me weten dat Standaard Uitgeverij tekenaars zocht voor hun Classix-reeks en daarop ben ik met mijn portfolio naar hen toegestapt. Met succes blijkbaar.

Luc, de tekeningen stralen een werkelijk grote professionaliteit uit. Waarom viel jouw naam ons nog niet eerder op?
Luc: Nou, gewoon omdat ik lange tijd werkzaam was als animator en decorateur in de tekenfilmbranche. Daar werken nu eenmaal veel mensen achter de schermen en dus in de anonimiteit.

Ivan, het album straalt internationale klasse uit. Voor welke bekende tekenaar zou je nog wel eens een album willen schrijven?
Ivan: Amaai, mag ik kiezen? Pfff. Nu zweet ik toch wel effe... Je weet dat ik een verzameling heb van 3.000 strips. Daar zitten wel hele goeie tussen. Onrealistisch: Don Lawrence (want hij is dood), Vatine (want ik ken te weinig Frans) en Rosinski. Realistisch — ’t is te zeggen: Paul Teng, Steven Dupré en Jan Bosschaert.

Ivan, jij weet goed genoeg dat een scenarist helaas altijd in de schaduw staat van zijn tekenaar. Krijg je nog vaak de opmerking dat je "toch enkel maar de tekstjes in de ballonnetjes schrijft"?
Ivan: Ja (grote zucht). Het is erg, maar ook begrijpelijk. Het is een beetje mijn stokpaardje geworden om ‘striplezend Vlaanderen’ — om maar ineens bombastisch te worden — mee te geven wat een scenarist eigenlijk doet. Ik weet niet of dat is omdat ik een queeste in m’n leven wil of omdat het beroepsmisvorming is... Ik ben onderwijzer, moet je weten. Daarom ook dat ik bijvoorbeeld. Een column schrijf voor het VOS waarin ik de stripwereld beschrijf vanuit het standpunt van de (beginnende) scenarist. Scenaristen verdienen wel wat respect. Maar vooral vind ik ze belangrijk. Heus niet alleen omdat ik er nu toevallig eentje ben. De stripwereld heeft nood aan goeie scenaristen, want alleen met teams kunnen we de concurrentie met de buitenlandse strips aan, denk ik. Ik hoop natuurlijk dat ik bij die goeie scenaristen zal zijn... Maar met of zonder mij: ze zijn nodig voor de toekomst van onze eigen strips.

Luc, je wilde het album liever zelf inkleuren. Het resultaat mag gezien worden. Hoe veeleisend ben je op dat gebied? Wilde je graag inspraak tot in het laatste stadium? En ook in het scenario?
Luc: Ja, dat mag wel gezegd worden, ik heb een uitgesproken idee over wat ik wil tekenen en wat niet. Het scenario, en meerbepaald de lay-out, moeten in overeenstemming zijn met mijn visie. We hebben dan ook vaak samen gebrainstormd over de moeilijke punten. Het is trouwens geen geheim dat ik samen met Ivan werk, niet alleen omdat hij zijn stiel kent, maar ook omdat hij zeer tolerant is op dat vlak. Anders zou de samenwerking niet lukken.

Veel tekenaars beweren dat het geloofwaardig tekenen van vrouwen en paarden van het moeilijkste is dat een tekenaar moet doen. Luc, je had het niet onder de markt met de befaamde wagenwedrennen...
Luc: (lacht) Leuke vergelijking: vrouwen en paarden. Toch vind ik het tekenen daarvan niet zo moeilijk als ermee omgaan in de werkelijkheid. Wanneer ik ze teken doen ze precies wat ik wil terwijl het in echt meestal net omgekeerd is. Dan moet ik doen wat zij willen... Ik heb een vrouw en twee dochters (lacht).


In juni verschijnt deel 5 van Murena, dat andere grote Romeinse epos. Scenarist Dufaux gaf tekenaar Delaby een tiental pagina’s vrij spel om een wagenwedren op papier te zetten. Wij hebben er een pagina van gezien waar een bepaald prentje (zie afbeelding hierboven, de bovenste tekening komt uit Murena) erg lijkt op wat Luc ervan heeft gemaakt, wat nog maar eens Lucs vakmanschap bewijst. Kennen jullie de reeks Murena? Wat vinden jullie ervan?
Ivan: Ik heb die, ja. Ik hou van de oudheid, dus de reeks spreekt mij wel aan. Spijtig dat het een scenario is van Dufaux. Ik hou niet van zijn manier van schrijven, en de sfeer die hij in z’n verhalen stopt. Soms heb je ook de indruk dat hij niet alles uitlegt. En ik meen me te herinneren uit een interview dat de man het zelf helemaal niet erg vindt.
Luc: Ik ken Murena en vind het een toonbeeld van een strip. Van die paardenwedren heb ik nog niets gezien maar dat bepaalde prentjes lijken op die van mij is, denk ik, onvermijdelijk. Een paard blijft een paard, tenminste als je het realistisch wil tekenen, en een kar uit die periode blijft ook zijn globale vorm behouden. Natuurlijk zullen er ook verschillen in voorkomen, vooral wat camerastandpunten en spectaculaire houdingen betreft. Daar blijf ik trouwens voor mezelf wat op m'n honger zitten bij mijn Ben Hur, door tijd- en plaatsgebrek heb ik dat niet kunnen uitwerken zoals ik wou. Maar dat geldt eigenlijk voor de hele strip.

Uit onze BelgenTop 50 blijkt al dat de striplezende Vlaming houdt van verhalen die zich afspelen in de geschiedenis: de middeleeuwen op kop, met daarna de tijd van de oude Romeinen. Is Ben Hur een éénmalig album in de Romeinse tijd of zit er nog meer in? Luc, je had toch enorm veel documentatie vergaard?
Luc: Inderdaad, te veel! Ik heb geleerd dat ik beter eerst de lay-out maak en dan op zoek moet naar de attributen die daarvoor nodig zijn. Dat zou wel twee derde schelen in tijd voor opzoeking.
Helaas is Ben Hur een éénmalig album.

Ivan, mocht je ooit een sequel op Ben Hur kunnen uitschrijven, welke thema’s zou je dan allemaal aan bod laten komen?
Ivan: Sequel? Bwaaa. Ik weet niet of we dat wel moeten doen (knipoogt). Ik zou heel graag een serie maken die zich in de oudheid afspeelt, hoor. Maar een vervolg op Ben Hur zou ik niet maken. De strip is speciaal omdat het een one-shot is. Een vervolg erop zou niet zo’n goed idee zijn, vind ik. Ik hoop dat ze over tien jaar nog over Ben Hur praten, maar niet omdat tegen die tijd het tiende album uit de reeks verschijnt, of zo.

Wat boeit jou als scenarist het meest voor je eigen verhalen?
Ivan: Verscheidenheid. Ik wil verschillende dingen doen. Ik ben nog jong, dus ik probeer voorlopig nog vanalles uit. Humor, historische verhalen, dedectiveverhalen, thrillers, sf, fantasy, stopgags voor de krant... Ik ben er allemaal mee bezig op dit moment. Over een jaar of tien zal ik wel zien waar ik écht goed in ben (of wat door de lezers als goed wordt beschouwd), en maak ik wel een keuze. Maar nu nog niet.

We zien jullie nog graag samen een album maken. Veel succes.
Ivan: Dank u.
Luc: Bedankt.

> DAVID STEENHUYSE — 12 april 2006


(1) Het boek uit 1880 van Lewis Wallace, vaak Lew Wallace genoemd, (ooit een generaal tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog) kent vier verfilmingen waarvan de versie uit 1959 de bekendste is. Een eerste, stomme film dateert uit 1907 en is slechts 15 minuten lang. Het is een precedent geworden in copyrightkwesties want de film werd gedraaid zonder toestemming van de erfgenamen van de auteur, wat toendertijd de gewoonte was. In 1911 wordt een gerechtelijke uitspraak in het nadeel van screenwriter Gene Gauntier, de filmmaatschappij Kalem Studios en Motion Picture Patents Company uitgesproken. De korte film concentreerde zich voornamelijk op de wagenmennersrace. en werd geschoten op een strand in New Jersey met branweerdmannen als wagenmenners en de paarden die normaal brandweerwagens trokken.
Een tweed eversie kwam uit in 1925 en liep onder de titel Ben Hur - A Tale Of the Christ. Met een kostprijs van ongeveer 4 tot 6 miljoen dollar was het één van de duurste stomme films ooit. De bekende wagenmennersrace zou in de versie van 1959 shot voor shot worden geïmiteerd.
In de versie van 1959 speelt Charlton Heston de hoofdrol. Vooral de sublieme en spannende wagenmennersrace spreekt vandaag nog steeds tot de verbeelding. De film won elf Oscars. De dure productie was kantje boordje voor filmmaatschappij MGM. Mocht de film floppen dan was het met de maatschappij gedaan. Screenwriter Gore Vidal zou een licht-homoseksuele draai gegeven hebben aan de relatie tussen Messala en Ben-Hur. Messala-acteur Stephen Boyd zou zich daarmee akkoord hebben verklaard, evenals regisseur William Wyler. Charlton Heston beweerde later glashelder dat Gore Vidal een leugenaar is en dat hij in feite weinig met de film te maken had.
Naar eigen zeggen bood de filmversie van 1959 ook inspiratie aan regisseur Ridley Scott voor diens Romeinse gladiatorenepos Gladiator met Russell Crowe. En de paardjesrace werd in een sf-sausje gegoten als pod-race in Star Wars Episode I: The Phantom Menace uit 1999.
In 2003 verscheen een straight to video/dvd-animatieversie van regisseur/producer William R Kowalchukdat enkel valt te noteren omdat Charlton Heston de stem inspreekt van Judah Ben-Hur.

(2) Vandaag zijn ze wat in de vergetelheid gesukkeld, maar de Classix-adaptatie is niet de eerste stripversie van het klassieke verhaal. In 1967 verscheen al eens Ben-Hur door een onbekende auteur bij uitgeverij Vivo Press in de Vivo Helden Serie.
In 1972 verscheen bij uitgeverij Vereeniging tot Verspreiding der Heilige Schrift een andere versie (zie cover links).
Er verscheen ook een adaptatie als deel 44 in de Classics-reeks (zie cover rechts).
En daarnaast bestaat er een versie van het hele verhaal in boekvorm, onderbroken door verschillende strippagina's die het verhaal heel summier samenvatten. De strippagina's zijn van een Spaanse anonieme tekenaar.