|
|
|
Alle
bijdragen van de tekenaars van XIII Mystery
aan de rubriek De
Commentator bundelen we op deze pagina.
Klik verder naar de volgende onderwerpen:
• 17/11/2018
Jean Van Hamme over XIII Mystery
• 10/11/2018 Olivier
Grenson over XIII Mystery 13
• 01/07/2017 Olivier
TaDuc over XIII Mystery 11
• 08/08/2015 Colin
Wilson over XIII Mystery 8
• 07/06/2014 Sylvain
Vallée over XIII Mystery 7
• 06/10/2012 Hoewel
hij als tekenaar ruimschoots heeft bewezen dat hij zijn
mannetje staat, ervaarde Richard Guérineau toch
een druk door een vermeend toezicht op zijn tekeningen
voor XIII Mystery 5. Niets van aan dus. Tegelijk
becommentarieert hij enkele interessante elementen uit
zijn XIII Mystery-album over Steve Rowland.
• 19/11/2011 François
Boucq overliep in een Frans magazine zijn favoriete
tekeningen en platen. Zijn commentaar bij een plaat
uit XIII Mystery 4 nemen we over. Hij liet
zich hiervoor inspireren door een scène uit Jeremiah:
De Winter van een Clown.
• 18/12/2010 Eric
Henninot blikt terug op het album Little Jones
en sluit daarmee de reeks commentaren op de drie reeds
verschenen XIII Mystery-albums af.
• 11/12/2010 Voor
deel 2 laten we Philippe Berthet terugkijken op een
welbepaalde scène uit XIII Mystery 2: Irina.
Hij legt zijn versie naast die van William Vance.
• 04/12/2010 In december
2010 verscheen een verzamelbox met daarin de hardcoveredities
van XIII Mystery deel 1, 2 en 3. We namen deze
uitgave te baat om in drie opeenvolgende weken terug
te blikken op elk van deze albums aan de hand van commentaren
die de tekenaars leverden bij enkele pagina's uit hun
album. Ralph Meyer beet de spits af over XIII Mystery
1: De Mangoest. |
|
|
|
|
Jean
Van Hamme over XIII Mystery |
|
|
Jean-Pierre
Fuéri en Frédéric
Vidal lieten in het Franse stripmaandblad
Casemate nummer 118 van oktober 2018 Jean
Van Hamme terugblikken op de eerste twaalf delen
van XIII Mystery. De scenarist trad op als supervisor
en begeleider van de scenaristen. |
|
|
|
Over
XIII Mystery 1: De Mangoest (Ralph Meyer + Xavier
Dorison): "Ik had enkel Het Derde
Testament van Xavier Dorison gelezen, maar
dat gaf me zin om met hem samen te werken. Ik stelde
hem voor om de reeks XIII Mystery te openen.
Ik liet hem net als alle anderen het personage kiezen.
Ik verwachtte helemaal niet dat hij De Mangoest
zou kiezen die voor mij niet meer dan het archetype
van een genadeloze moordenaar is, een wandelend
cliché. Dorison maakte er een echt personage
van in een boeiend en emotioneel verhaal. Lees dit
album vóór Zwarte Vrijdag
en Waar de Indiaan Gaat... en je bekijkt
De Mangoest niet meer op dezelfde manier. Dorison
en Meyer leerden me de oorsprong kennen van de naam
van De Mangoest, die ik zelf niet kende. Een verhaal
over de slangenkuil in Siberië waarin hij zonder
wapen gegooid werd. Spannend. Dit verhaal deed me
spijt krijgen dat ik zo snel het personage heb gedumpt.
Hé, nu ik het doorblader, merk ik dat Dorison
mijn zesde gebod heeft geschonden. Het album bevat
55 platen in plaats van 54. Vreselijk, we zouden
een deel van hun auteursrechten moeten afpakken!" |
Over
XIII Mystery 2: Irina (Philippe Berthet + Eric Corbeyran):
"Ik hou heel veel van Berthets tekenstijl,
hij is heel sterk om te spelen met lichtstralen.
Maar ik heb een grote vergissing begaan. Toen ik
de synopsis las, had ik moeten beseffen dat het
om een verhaal over een huurmoordenaar ging, gebaseerd
op hetzelfde principe als deel 1. Gelukkig liep
dit album heel goed. Onlangs stond ik wel voor een
gewetenskwestie toen ik The XIII Mystery: Het
Onderzoek deel 2 schreef. Daarin stel ik de
eerste ontmoeting tussen Irina en Jessica op een
parking voor met elk een wapen in de hand. Die scène
is veel dramatischer dan de scène die in
Irina is ontwikkeld: veel klassieker in
een soort danstent. Er zal dus een tegenstelling
zijn. Jammer, ik behoud mijn scène waarvan
ik erg hou. We zullen wel zien of de lezers me dit
zullen aanwrijven." |
|
|
|
Over
XIII Mystery 3: Little Jones (Eric Henninot + Yann):
"Yann stelde me al zeer snel voor om deel te
nemen aan het avontuur. Hij legde zich toe op het
verhaal over de jeugd van Jones in The XIII
Mystery: Het Onderzoek deel 1 om daar een formidabel
verhaal rond te bouwen dat in tegenstelling tot
de eerste twee delen verrassende wendingen vormden
die een verrijking waren voor de wereld van XIII.
Met name het addertje onder het gras omtrent generaal
Wittaker alsook de onthulling van Jones' voornaam
van wie ik in de hoofdreeks enkel de eerste letter
D gaf. Die letter sloeg Yann meteen op. Zoals gewoonlijk
is zijn verhaal sterk gedocumenteerd, hij benaderde
racisme op een perfecte manier. Hij volgde tot op
de letter mijn motto: 'Vermaak mij, vermaak de lezer
en verrijk de reeks!' Een heel goed album. Sindsdien
vergat ik dat hij met een omweg een truc uithaalde
om het over een personage te hebben dat ik nochtans
had uitgesloten op de lijst met potentiële
kandidaten." |
Over
XIII Mystery 4: Kolonel Amos (François Boucq
+ Didier Alcante): "Ik was zeer geïnteresseerd
in de reeks Pandora Box, het eerste scenario
van Alcante, dus zocht ik hem op. We hebben veel
samengewerkt aan zijn verhaal. Het beantwoordt helemaal
aan wat ik van de meeste albums verwachtte: het
gegeven van enkele afleveringen uit de hoofdreeks
compleet veranderen. We komen te weten dat kolonel
Amos, de man die het onderzoek naar de moordaanslag
op president Sheridan leidt — en die dus XIII
op de hielen zit —, een professioneel dubbelleven
leidt, wat dan weer nieuwe perspectieven biedt.
Tweede geweldige vondst: Amos blijkt de vader te
zijn van een belangrijk personage uit de hoofdreeks.
Didier Alcante voldeed aan al mijn verwachtingen.
Ik voeg er nog aan toe dat ik enkel in zijn werk,
en dat van alle andere scenaristen, tussenkwam voor
de vorm van zijn scenario, nooit voor de basis waarvoor
zij alleen verantwoordelijk zijn." |
|
|
|
Over
XIII Mystery 5: Steve Rowland (Richard Guérineau
+ Fabien Nury): "Ik vond de door Fabien
Nury geschreven reeks Er Was Eens (in vertaling
verschenen bij Standaard Uitgeverij en Saga Uitgaven,
red.) geweldig. Hij koos voor Steve Rowland, wat
helemaal niet evident was. Akkoord, het is door
Steve dat alles begon, maar ik zou zelf niet automatisch
voor dit personage hebben gekozen. Nury probeert
een hatelijk personage sympathiek te maken, zoals
hij een beetje deed in Er Was Eens, spelend
met het feit dat niemand volledig zwart of volledig
wit is. Ik heb enkel wat details moeten verbeteren
op het gebied van coherentie. Het grootste probleem
van de reeks XIII is het tijdsverloop.
Daarom had ik het bijvoorbeeld nooit over de Vietnamoorlog,
maar over de oorlog in Azië. De Vietnamoorlog
kwam in 1975 ten einde, die is dus al oud. Als je
dan moet bepalen wanneer Kim naar de universiteit
gaat of wanneer ze Rowland ontmoet, is dat een waar
hoofdbreken." |
Over
XIII Mystery 6: Billy Stockton (Steve Cuzor + Laurent-Frédéric
Bollée): "Uitgever Yves Schlirf
stelde me Bollée voor. Ik heb pas daarna
ApocalypseMania van hem gelezen. Ook hij
verbaasde me met zijn keuze voor het personage.
Billy duikt op in deel 3 van de hoofdreeks en verdwijnt
in hetzelfde album. Bollée heeft dat goed
gedaan, maar het was opnieuw een portret dat minder
lezers dreigde aan te spreken. Die zeer kille, mentaal
gestoorde man, die samen met XIII ontsnapt, raakt
de lezer niet, hij wekt geen enkele sympathie op.
Cuzor, een uitstekende tekenaar, had schrijfambities.
Toen ik het album ontving, was ik verbaasd dat het
zo afweek van het oorspronkelijke scenario. Ik sprak
Bollée erover aan en hij zei me dat die aanpassingen
uitgevoerd werden zonder zijn goedkeuring. En dat
hij zijn scenario niet echt meer herkende. Ik ook
niet." |
|
|
|
Over
XIII Mystery 7: Betty Barnowsky (Sylvain Vallée
+ Joël Callède): "Joël
Callède was nog een jonge snaak wiens High
Security ik waardeerde. Ik zocht hem op tijdens
een signeersessie op en ik stelde hem het avontuur
voor. Hij was stomverbaasd. Ik heb ook veel met
hem samengewerkt, want hij moest het vak nog leren.
Maar zijn synopsis werkte heel goed. Ik had al de
basis gelegd voor Betty in The XIII Mystery:
Het Onderzoek. Ze is het vierde kind in een
familie van zeven kinderen van drie verschillende
vaders, ze is verkracht op haar dertiende door een
hulpsheriff, na twee abortussen gaat ze het leger
in, ze wordt sergeant en daarna hertogin van Frankrijk.
Het meest hallucinerende sprookjesverhaal. Callède
voert haar weer zwanger op... Goed idee, dat maakt
haar wat kwetsbaarder tijdens de beproevingen die
haar te wachten staan. Betty is een personage waar
iedereen van houdt, in tegenstelling tot Billy Stockton.
Een heel goed album." |
Over
XIII Mystery 8: Martha Shoebridge (Colin Wilson
+ Frank Giroud): "Ik vond zijn De
Tien Geboden echt goed waarop ik Frank Giroud
contacteerde. Hij schreef een subliem verhaal over
een teloorgang. Ook al komt Martha enkel in het
eerste album voor, bleef ze een belangrijk personage
voor lezers. Het verhaal raakt de uitgebreide Sheridan-familie,
ik heb daarom zeer goed gelet op mogelijke incoherenties.
Het album geeft heel goed de typisch Amerikaanse
kloof weer tussen de high society en de vulgum
pecus, doodgewone stervelingen. In Frankrijk
weet ik het niet, maar in België (Van Hamme
bedoelt dan uitsluitend Wallonië, red.) zijn
er geen sterren. Of u nu hertog of baron bent, niemand
geeft daarom. Giroud en Wilson slaagden erin veel
teksten te integreren op de pagina's die daardoor
te vol ogen. Giroud is een geweldige professional,
net als Fabien Nury. Een mooi en triestig verhaal
waarvan ik erg hield. Ik werd diep getroffen toen
ik het overlijden van Frank Giroud vernam. Hij was
een man en een schrijver die ik enorm hoog inschatte." |
|
|
|
Over
XIII Mystery 9: Felicity Brown (Christian Rossi
+ Matz): "Ik hield erg van De
Killer en de eerste aflevering van Headshot.
Dit is dus het verhaal van een hoer, een moordende
slet die slaagt in alles wat ze onderneemt. Wreed,
brutaal, een goede detectivestrip. Niemand kijkt
uit voor dit mooie meisje dat makkelijk de trekker
overhaalt. Ze ontsnapte mij ook tussen de kogels
in de finale van de hoofdreeks. Ze is dus nog steeds
op vrije voeten. Samen met Matz hebben we de scène
waarin een vermomde XIII in Costa Verde wordt herkend
door Felicity nogal veel herwerkt. We zijn van vijf
pagina's naar vier gegaan, daarna naar drie. Op
het laatst gooide Matz bijna de telefoon in mijn
gezicht! En nog steeds vind ik de scène niet
helemaal gelukt. Maar het verhaal bevalt me wel." |
Over
XIII Mystery 10: Calvin Wax (Corentin Rouge + Fred
Duval): "Yves Schlirf stelde me Fred
Duval voor. Zijn verhaal is heel interessant door
het Dokter Jekyll en Mister Hyde-kantje. De manier
waarop Calvin Wax van Wally Sheridan desondanks
de nummer I maakt, is knap en subtiel. Er viel niets
aan op te merken, ik heb weinig samengewerkt met
Duval behalve om, net zoals bij bijna alle anderen,
scènes van drie pagina's te herleiden naar
één pagina. De tekenstijl van Corentin
Rouge is goed uitgewerkt, perfect. In de loop van
de jaren begeleidde ik jaarlijks twee albums waaraan
gewerkt werd plus het synopsis van een derde. Ik
geloof dat ik me er per verhaal uiteindelijk meer
op heb toegelegd dan een uitgeefdirecteur." |
|
|
|
Over
XIII Mystery 11: Jonathan Fly (Olivier TaDuc + Luc
Brunschwig): "Ook Luc Brunschwig werd
me voorgesteld door Yves Schlirf. Maar die jongen
had een probleem. In een interview had hij veel
kwalijks gezegd over Claude de Saint-Vincent, de
grote baas van Dargaud. Luc was ervan overtuigd
dat men hem stokken in de wielen zou steken. Vandaar
heeft hij enorm veel tijd gespendeerd aan het schrijven
van zijn verhaal. Hij is de enige die het heeft
gesitueerd in Greenfalls, een soort pauze in de
hoofdreeks waarvan ik erg houd. We hebben er veel
aan gewerkt. Hij was nog steeds een beetje ongerust,
op zowel professioneel gebied als een reactie die
hij van Dargaud zou krijgen. TaDuc, die ik niet
kende, heeft prima werk geleverd. Kijk, het verhaal
bevat niet echt onverwachte wendingen, hoewel de
zwarte spreker die zich tot Ku Klux Klan-lid laat
maken een zeer sterke scène is, maar het
ontdekken van de jeugd van de toekomstige XIII interesseerde
me." |
Over
XIII Mystery 12: Alan Smith (Philippe Buchet + Daniel
Pecqueur): "Lang geleden bewonderde
ik de manier waarop Pecqueur zijn door Franz getekende
Thomas Noland had opgedeeld, meer bepaald
zijn flashbacks. Ik nam contact met 'm op en hij
stuurde me een scenario. En dat werkte helemaal
niet. Het spijt me, het werd een njet. Ik heb toen
twee jaar niet meer van hem gehoord, ik begreep
daaruit dat hij het niet echt aangenaam vond om
zich te laten afsnauwen door een Belgische eikel.
En toen kwam een tweede scenario. Helemaal niet
slecht. Goed, het is een oorlogsverhaal, uitsluitend
een oorlogsverhaal, maar Pecqueur eindigt met een
ongelofelijk trucje, dat ik me vandaag niet meer
goed herinner, maar dat me toen meteen aanstond.
We zien hier ook Betty met iedereen aanpappen. En
ook al is Alan slechts een schim in de hoofdreeks,
we vervelen ons niet met hem." |
|
Olivier
Grenson over XIII Mystery 13 |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Jean-Pierre Fuéri
en Frédéric Vidal verscheen
eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 118 van oktober 2018. |
Over
de mechaniek: "Toen Jean Van Hamme
me voorstelde om dit album te tekenen, dacht ik
dat het om een grap ging. Het was geen grap. Ik
had de reeks gelezen tot deel 13 zonder er een fan
van te zijn. Jean stuurde me zijn volledige scenario
door. Een onberispelijk mechaniek, alles staat erin
zoals de noten op een partituur. Een ritme van drie
gegevens per pagina, een heel theatrale bladschikking.
Ik heb een tiental versies van deze eerste plaat
gemaakt." |
Over
samenvatten: "Carol krijgt te maken
met een charmeur. Eerst moeten we situeren waar
ze zich bevinden, vandaar een eerste prent in vogelaanzicht.
Jean zag haar voor zich met een short en laarzen.
Ik tekende haar liever in jeans en een ietwat militair
petje. Ik moest me het compacte scenario eigen maken.
Het valt niet mee om in één pagina
samen te vatten waar anderen meerdere pagina's voor
uittrekken. Dat vergt veel precisie: de juiste acteerhandelingen,
de juiste kadrages vinden." |
Over
dominantie: "Totale verandering van
omgeving. Jean vroeg me een veel elegantere apotheek
dan degene die Yves Sente verbeeldde in Terug
naar Greenfalls. Ik plaats de flat van Judith
niet boven de apotheek, maar ernaast. Daardoor kon
ik de trap tekenen die erheen leidt. En zo kon ik
in de laatste prent Judith in een machtspositie
tonen: rechtstaand en boven een op de grond in elkaar
gedoken Carol. Jean vindt dit soort dominantie belangrijk." |
Over
momenten vasthouden: "Bij Jean zijn
er talloze ellipsen. Die moet je beheersen. Ik stopte
er de eerste prent bij met de schoenen om de scèneovergang
duidelijk te maken. En ook de voorlaatste prent.
Judith is verrast door het voorstel van Carol. Dat
moment wou ik vasthouden. Een tekenaar houdt er
altijd van als een tekstloze prent iets uitdrukt.
Hier start een verleidingsspel dat op plaat 11 succesvol
blijkt wanneer Judith toegeeft dat ze verliefd is
op Carol." |
Over
efficiëntie: "Onderaan ontdekken
we de apotheek van Judith. Amerikaanse apotheken
zijn een soort drugstores waar men zo'n beetje van
alles verkoopt. Daar zal zich een gewelddadige overval
plaatsvinden. 'Een perfect stripmoment', zoals Jean
het omschrijft. Ik werk op de traditionele manier
met papier en een fotokopieermachine om mijn tekeningen
te vergroten of te verkleinen. Daarna speel ik met
de prenten om tot de zo efficiëntst mogelijke
montage te komen." |
Over
drie plaatsen: "Drie verschillende
plaatsen in negen prenten. Het kantoor van de sheriff
met uiteraard het bureau van Ralph, een andere flirter.
Dat van Swinson in de City Hall (het gemeentehuis).
Zonder de wagen van Judith te vergeten die bijzonder
genoeg is zodat de lezer die later gemakkelijker
herkent. Elk personage, elk detail is van belang.
We kunnen niets aan het toeval overlaten." |
Over
de tomboys en de vrouw: "Hier is Carol
dan toch te zien in een short zoals Jean voor de
eerste platen vroeg. En met een topje. Dat —
en haar korte kapsel — geeft haar een tomboykantje
terwijl de verfijnde blouse van Judith en haar kapsel
haar vrouwelijkheid accentueren. Ik heb Santa Barbara
bezocht op Google Earth en heb me in de decors verdiept.
Net zoals in Niklos Koda baseer ik me graag
op de realiteit om de decors in verhouding te brengen
met wat we vertellen." |
Over
vertellen in minder pagina's: "Swinson
beraamt een plannetje en tussen Judith en Carol
worden de dingen duidelijker. Het boek van XIII:
Het Onderzoek speelt de rol van een bal in
het kegelspel. Een glas valt, ik wou dat de lezer
het brekende geluid hoort. Zo vertelt Jean Van Hamme
in acht pagina's waar anderen er vijftig voor nodig
hebben." |
Over
verdedigen: "Judith weigert het voorstel
van Carol, maar toont aan dat ze haar per se wil
aanraken. Onderaan was ik Swinsons vrouw vergeten.
Jean liet me haar toevoegen. Zij maakt de man nog
verachtelijker. We worden bedolven onder de informatie,
er gaat geen plaats verloren. De lezer wil maar
één ding: de pagina omslaan. Ik ben
blij dit soort strips te kunnen verdedigen. Ook
al waardeer ik de ene na de andere strip van driehonderd
pagina's." |
|
Olivier
TaDuc over XIII Mystery 11 |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Jean-Pierre Fuéri verscheen
eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 104 van juni 2017. |
|
Over natuur: "Toen Luc Brunschwig me voorstelde
om dit album te tekenen, werkte ik aan het laatste album
van Witte Klauw. Hij heeft gewacht tot ik er
klaar mee was. Daar dank ik hem voor. Ik heb de eerste
tien of twaalf XIII-albums gelezen. En ik herinnerde
me specifiek het tweeluik dat zich in het bergachtige
Greenfalls afspeelt. Ik teken liever de natuur dan grote
steden. Bovendien heb ik begin jaren 1990 de grote natuurparken
in de Verenigde Staten bezocht."
Over het huis: "Ik hou net als Vance
van oude huizen. Dit huis beviel me uitermate. Hier toon
ik weliswaar de voorgevel die minder verwoest is dan de
achterkant die je in De Nacht van 3 Augustus
kon zien."
Over Jonathan: "De tekenaars van
XIII Mystery worden niet gevraagd om
in de stijl van Vance te tekenen, maar de look van de
personages moet gerespecteerd worden. Mijn Jonathan lijkt
dus op die van Vance. XIII heeft als volwassen man het
hoofd van een klassieke held. Ik heb daarom van hem een
klassiek, Amerikaans kind gemaakt. Ik teken graag iets
door me te baseren op de tekeningen van een ander, daar
heb ik geen enkel probleem mee."
Over de close-up: "In 1972 zagen
telefoons en radio's er helemaal anders uit. Ik herinner
me nog een draaischijf op een telefoon die je met je vinger
moest draaien. Voor het design, de vorm en de rondingen
moest ik opnieuw in mijn verleden duiken. Met internet
gaat dat makkelijker. Ik heb Luc voorgesteld om deze pagina
te openen met een close-up van Jason. Anders zou hij op
deze pagina alleen in de verte of vanop de rug te zien
zijn, en dat zou het evenwicht en de emotie in de pagina
verstoren."
|
Over de koffiemok: "Het bureau van een journalist
van voor het computertijdperk. Overal papieren, karton,
stapels kranten. Er staat een asbak, want men rookte overal
in deze periode. Ik heb echt geprobeerd om de sfeer van
de jaren 1970 op te roepen. Een detail: Vance toont hoe
Jonathan van een kopje koffie drinkt met een schoteltje.
Nadat ik mijn moeder koffie zag drinken uit een mok heb
ik hier hetzelfde voorzien."
Over forellen: "Jonathan gedraagt
zich heel onbeleefd tegen Jason. Zijn 'Als je dat wilt'
moet verschrikkelijk geweest zijn voor zijn zoon. Hier
toon ik hem vanop de rug, in tegenlicht. Het is een manier
om hem op de voorgrond te plaatsen zonder op hem te focussen.
De forellen moeten duidelijker te zien zijn dan hem. Forellen
uit dat land kunnen enorm zijn. De forellen die mijn vrouw
en ik op Corsica eten zijn heel wat kleiner."
Over de jager: "In de volgende prent
moest je een jager met neergeschoten dieren kunnen zien.
Ik heb voor een beer gekozen en ik heb Jonathan zo gekaderd
dat het onderbewustzijn van de lezer enkel let op het
personage in die prent. Wat later zal hij begrijpen wie
de jager is. Als de foto's de lezer ontsnapt zijn, begrijpt
hij het bij de tweede of derde lezing van het album."
Over de typemachine: "Het bureau
van een hoofdredacteur uit die tijd. Met een typemachine,
een voorloper van de pc. Met een typemachine was nauwkeurigheid
vereist, de vervoegingen en spelling moest hij goed gecontroleerd
hebben voor hij zijn zinnen typte. Elke correctie was
een last. Kopieertoestellen bestonden niet, men typte
vaak rechtstreeks meerdere exemplaren met carbonpapier
ertussen. Men moest soms hard typen!"
|
Over vissen schoonmaken: "Ik stelde me voor
dat het huisje van de Flys in de jaren 1940 of 1950 is
gebouwd. Ik heb het neergezet zoals het er in die tijd
zou uitgezien hebben. Een antiek keukentje, tafelkleed
met ruiten, koffiemolen. Ik heb me laten inlichten over
hoe vissen schoongemaakt worden. De forellen die ik zelf
kocht, waren al schoongemaakt. De plaatsing van de handen
en de houding van Jason moesten zo natuurlijk mogelijk
zijn. De lezer moet vergeten dat hij naar tekeningen kijkt
en dat hij in de plaats naar echte personages kijkt. Je
moet de concentratie van Jason begrijpen, daarna hoe blij
hij is met het vooruitzicht met zijn tweetjes te eten.
Ondertussen heeft iemand me verteld dat vissen boven een
krant worden schoongemaakt, want een door ingewanden vuilgemaakte
gootsteen weer schoonmaken, is geen pretje."
Over de secretaresse: "In twee prenten
zien we de secretaresse van de hoofdredacteur terug. Dat
is niet alleen om de scène met een vrouwelijk silhouet
op te vrolijken. Ze heeft nog een beangrijke rol. Ik heb
het Luc voorgesteld. Haar aanwezigheid hier maakt het
duidelijker."
Over narratieve kleuren: "Let goed
op het verschil in kleurtoon tussen de Flys en de krant.
Bérengère Marquebreucq is de Rolls Royce van de inkleurders.
Zij beheerst het subtiele van wat ik narratieve kleuren
noem waardoor sommige elementen opvallen. Het doel is
de platen leesbaarder te maken. Ze is hier vrijer dan
de platen van Vance die over hetzelfde vertellen, want
die waren in zwart-wit!"
Over ruimte: "Ik heb de eerste vijftien
prenten volledig getekend. Ook het krukje links naast
de kast is compleet. Ik wilde er zeker van zijn dat mijn
personages de ruimte krijgen tussen de tekstballonnen
die achteraf met de computer zijn geplaatst."
|
Over de lage kadrering: "In prent 2 moet
de lage kadrering enerzijds duidelijk maken dat Jason
klaar is. De forellen zijn gebakken en hij heeft zijn
keukenschort afgedaan. Anderzijds geeft het een beeld
van de structuur van het huis, van de keuken tot de werkkamer."
Over contrast: "Wanneer hij begrijpt
dat zijn vader hem geen blik waardig gunt, maakt Jason
rechtsomkeer. Hij is voor een deel door de prent afgesneden,
bewust, hij loopt met zijn licht gebogen hoofd uit het
beeld. Het contrast tussen de ontgoochelde jongen en zijn
vader die ruzie maakt met zijn werkgever is groot. Die
twee praten met hun handen terwijl Jason terneergeslagen
afdruipt."
Over de goede leerling: "Daarna
zijn geen woorden meer nodig. Alles is gezegd. Ik heb
getwijfeld of ik Jason zou tonen in de vorm van een zwart
silhouet als hij de vissen weggooit. Ik had liever dat
zijn gezicht te zien was, met gefronst voorhoofd. Let
erop dat hij niet weggaat met dichtslaande deur, maar
zich op zijn huiswerk stort. Hij is een goede leerling
die in zijn hoekje pruilt, maar daar zijn tijd niet verliest.
Ik doe al mijn voorstudies en potloodtekeningen digitaal.
Daarna druk ik die af in blauw en inkt ik met penseel
of pen."
Over Chinaman: "Ik werk momenteel
aan een dik album van honderdtwintig platen, geschreven
door mijn kompaan Serge Le Tendre. Ik had al lang zin
om het lot van Chinaman te vertellen, vijfentwintig jaar
na de avonturen in de negen delen die we over hem maakten.
Ik heb al twintig platen getekend. Het zal me nog twee
jaar werk kosten voor het in de collectie Vrije Vlucht
van Dupuis wordt gepubliceerd. Tussendoor zal een integrale
verschijnen van mijn reeks Mon Pépé Est une Fantôme,
aangevuld met kortverhalen die in Spirou zijn
verschenen."
|
Colin
Wilson over XIII Mystery 8 |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Sophie Bogrow verscheen
eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 82 van juni 2015. |
|
Over
het einde van het album: "Dit zijn de laatste
vier pagina's van het album. Degene die je over het algemeen
vooral niet wil tonen om de spanning niet de nek om te
wringen! Maar dit is een prequel waarvan het einde de
lezers van XIII niet zal verrassen omdat we uitkomen
aan het begin van de hoofdserie. Om de overgang zo vloeiend
mogelijk te maken, heb ik ervoor gezorgd dat ik mijn tekenstijl
aanpaste aan die van William Vance indertijd..."
Over zich aanpassen: "Me aan de stijl van
iemand anders aanpassen, leerde ik bij mijn debuut in
het vak, rond 1980, in Engeland door Judge Dredd
te tekenen die gecreëerd was door Carlos Ezguerra
voor het stripblad 2000 AD. Later, in Frankrijk,
toen ik met De Jonge Jaren van Blueberry begon,
begreep ik dat stijlverschillen niet alleen niet alleen
door de tekenstijl komt, maar ook door de manier van vertellen
en de personages in beeld te brengen. Als er bijvoorbeeld
twee personages praten, toont Vance ze haast altijd in
zijprofiel."
Over de sprong naar Zwarte Vrijdag: "De
essentiële rol van deze scène is de introductie
van verschillende noodzakelijke elementen om de sprong
naar Zwarte Vrijdag mogelijk te maken. Een keer
het leven van Martha is verwoest, compleet vergald, moet
ze zich aan de kust vestigen en kennismaken met de buren
die een half verdronken XIII zullen opvangen... De scène
dient ook voor kleinere zaken, zoals de hond, of de wagen
die ze hem cadeau geeft. Abe moest dus een ouwe Amerikaanse
bak hebben op het einde van zijn krachten die er waarschijnlijk
de brui aan zou geven. Ik koos voor een Ford Station Wagon,
een model uit 1947 en 1948, de allerlaatste versie met
een carrosserie van hout... Als je wil dat een verhaal
werkt, moet je het minste detail verzorgen!"
|
Over
de twee Martha's: "Op basis van de Martha
die we kennen als een alcoholverslaafde viel het niet
mee om een jonge en mooie vrouw met een professionele
ambitie uit te vinden. En de lezer moet de beide versies
van het personage perfect kunnen herkennen. Door de miniflashback
op de vorige plaat kan je je een idee vormen. Hetzelfde
probleem, zij het in mindere mate, gold ook voor alle
personages die in de hoofdserie voorkomen: de hele clan
Sheridan (de vader, de broers en hun toekomstige vrouwen),
procureur Giardino en zijn vader de gangster..."
Over de lichaamstaal: "Frank (Giroud, red.)
had in zijn scenario verschillende van zulke scènes
voorzien waarin de tijd sneller verstrijkt. Zijn werkwijze
bestaat erin de platen te vullen met een opeenvolging
van kleinere fragmenten (in dit geval in veertien prenten),
met tekstloze momenten die je soms ziet in bepaalde documentaires.
Ze zijn een adequate noodzaak om het verhaal te dienen.
In zulke montages moet alles goed overkomen via de lichaamstaal.
Dat is niet moeilijk om te tekenen, de decoupage van Frank
was gedetailleerd. Maar het is ook niet erg bevredigend.
Vaarwel mooie tekeningen en ingenieuze bladschikkingen..."
Over de uitdaging: "Het is de eerste
keer dat ik een romantisch verhaal teken waarin alles
draait rond de relaties tussen de personages. Tot nu toe
deed ik meer iets met vechtpartijen, explosies en autoachtervolgingen
op z'n Amerikaans! Voor mij is het orkestreren van stemmingen,
het beschrijven van gevoelens via de houdingen van de
personages een uitdaging. Frank is heel precies in zijn
beschrijvingen, maar ze ook nog op papier krijgen is een
ander verhaal!"
|
Over
het zich verdiepen in de hoofdserie: "Mijn
eerste stap bestond in het me verdiepen in de hoofdserie
waarvoor Dargaud zo vriendelijk was me de albums cadeau
te geven. Ik woonde in Frankrijk (Nieuw-Zeelander Colin
Wilson woont sinds 1997 in Australië, red.) toen
de eerste albums verschenen, vanaf 1984, maar helaas stond
mijn inkomen het niet toe om ze me aan te schaffen! Later
was ik te druk bezig met De Jonge Jaren van Blueberry
om nog iets anders te lezen. Om de sfeer door te
laten dringen, me vertrouwd te maken met de personages
en de chronologie te begrijpen, heb ik dus de toen twintig
beschikbare albums verslonden..."
Over een vrouw in 3D: "Een tekenaar heeft
nood aan verandering, aan het verlaten van zijn comfortzone.
Na het tekenen van zoveel jaar actiestrips beviel het
werken aan een project als Martha Shoebridge me
uitermate. Omdat het gaat om mijn allereerste heldin en
vooral omdat het een driedimensionele vrouw is, geen karikatuur
noch een glamoureuze vamp. Met haar leven in hoofdstukjes,
haar twijfels, haar morele dilemma's... Dat verplichtte
me om lichaamshoudingen te observeren waar ik nog nooit
aandacht aan had geschonken. Maar zoiets zal ik niet elke
dag opnieuw doen, het was werkelijk een moeilijke job!"
Over de aanslag op Kennedy: "De
aanslag op Kennedy achtervolgt me echt wel! Ik heb die
in 2011 al eens getekend voor de uchronistische serie
UUR U (deel 5 in de reeks, red.) en vorig jaar
in Wonderball (twee enkel in het Frans verschenen
albums bij Delcourt, ook weer op scenario van Fred Duval
en Jean-Pierre Pécau, red.). Ik herinner me nog
de dag toen ik het nieuws vernam, thuis in Nieuw-Zeeland.
Ik was veertien jaar. Je fantaseerde over een wonderlijk
Amerika. Die dag betekende een omwenteling, de start van
een veel duisterder wereld."
|
Over
trouwe herneming: "Hoe meer het einde nadert,
hoe meer de prenten uit de hoofdserie op een trouwe manier
worden hernomen. De details zoals de rode pet van Abe
of de bloemen op de sofabekleding waar XIII op ligt, maaar
ook de verhoudingen van de prenten, de kadrages en standpunten.
De twee prenten met XIII, waarvan er een hem grotendeels
afdekt, zijn z'n enige verschijningen in het album! Dit
is niet zijn verhaal! En de laatste prent, met het huis
op het strand, is nagenoeg hetzelfde als die van Vance
in 1984. Er ontbreekt enkel nog een visser en een drenkeling."
Over de inkleuring: "Inkleurster Bérengère
Marquebreucq slaagde erin om vooral in de laatste pagina's
sfeer weer te geven met veel finesse, het licht van de
zonsop- en zonsondergangen,..."
Over opvolging: "Ik weet niet wat
William Vance van mijn pagina's dacht. Ik weet dat hij
ons werk aan XIII Mystery volgt, maar hij geeft
er geen ruchtbaarheid aan. Het is ongetwijfeld beter zo!
Zijn opvolgers, vooral voor zo'n klassieker, riskeren
sterk aangeslagen te worden. Ik herinner me nog toen ik
Jean Giraud opvolgde voor Blueberry terwijl hij
zijn verhuis voorbereidde naar Tahiti. Toen ik hem mijn
eerste platen toonde, zei hij 'Mja, 't is goed'... En
wanneer ik ernaar ijverde om contact te blijven houden,
weigerde hij dat categoriek. 'Nu is het jouw beurt, het
zijn jouw albums...' Hij had gelijk." |
Sylvain
Vallée over XIII Mystery 7 |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Damien Perez verscheen
eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 71 van juni 2014.
|
|
Over
de speciale band: "Deze tegenover elkaar
liggende pagina's (30 en 31) geven goed het werk aan de
sfeer van het album weer. De kans om een dialoogscène
een extra waarde te geven, wat soms ingewikkeld is, gebeurt
hier bij Betty en Carrington in een uitzichtloze situatie.
Ze vertrouwen elkaar iets toe en er komt een speciale
band."
Over de flashback zonder trucje: "De
regen, de koude, de sneeuw hebben hier een vertellende
rol. Ze benadrukken de dramatisatie van de twee verhalen
en maken een onderscheid met de flashback zonder daarvoor
kunstmatige trucjes te moeten gebruiken. We komen erin
na een close-up op Betty's ogen en we verlaten die weer
via twee statische, horizontale stroken en door de overgang
naar de volgende pagina."
Over kleurkeuzes: "In de prenten
6 en 7 lijkt de inkleuring van Uncle Sam fotografisch
door de retrobelichting van de affiche. Maar ik heb het
wel degelijk zelf getekend in lijnvorm op de plaat. Ik
heb systematisch voorstellen gesuggereerd aan inkleurster
Bérengère Marquebreucq. Ik heb voor elke
prent ook de richting van de belichting bepaald en als
dat nodig was specifieke aandachtspunten uitgelegd. Maar
ik heb haar de keuze voor de kleurwaarden gelaten want
ik wilde dat ze de sfeer of het klimaat met haar eigen
palet koos. Van zodra ik koos voor Bérengère
als inkleurster vond ik dat het aan haar was om keuzes
te maken."
Over de inkleuring als schilderij: "Als
buitengewone inkleurster beschouwt ze de inkleuring van
een strip als een schilderij, wat zelden voorkomt. En
ze klaagt nooit als ze pagina's moet herwerken. Een kans
voor mij die de neiging heeft om het werk nooit als afgewerkt
te zien zolang het nog niet af is..."
|
Over
Carringtons vaderlijke rol: "In prent 3
rondt Betty haar verhaal af in het heden en we begrijpen
dat ze een familie zoekt. Carrington gaat er onvrijwillig
op in door zich vaderlijk en beschermend op te stellen
voor Betty na het falen met Kim, zijn eigen dochter. Vandaar
de keuze voor een opeenvolging van close-ups, van persoonlijke
standpunten, van stiltes en blikken die een nauwlettende
beluistering of schroom voorstellen. "
Over de geest van Carrington: "Ik
sluit de scène met Carrington die het hoofd optilt,
meer dan ooit vastberaden na de verrassende bekentenissen
van het onwrikbare personage. Om Carrington neer te zetten,
spiegelde ik me niet aan Lee Marvin of aan het personage
van Vance die hem op de acteur inspireerde. Ik heb integendeel
geprobeerd om de geest van het personage over te nemen,
de indruk die hij nalaat. Je moet van hem een ouder wordende,
maar ook dappere kant voelen. Een rots, maar behept met
een groot vaderlijk gevoel. Wat een plezier om deze mythische
personages te mogen tekenen!"
Over aanvulling: "Voor Er Was
Eens kon ik me door de meer semirealistische en karikaturale
tekenstijl een grotere expressiviteit voor de personages
permitteren. Voor deze XIII heb ik er niet naar
geijverd om mijn stijl meer te 'vullen' onder het mom
van realisme. Ik vond dat de personages er anders statisch
zouden hebben uitgezien. Hier komt de inkleuring aan tegemoet
door datgene aan te vullen wat ik niet wilde tekenen om
het niet te zwaar te maken."
Over de paradox: "De kleuren hebben ook
de rol om de opgeroepen sfeer van de lijntekening te ondersteunen.
Om een prent leesbaar en efficiënt te houden, moet
er ruimte zijn voor leegte, voor kleur. De lijntekening
stopt waar de inkleuring begint. Kortom, we tekenen tot
zolang wanneer we niet tekenen. Dat is nogal paradoxaal."
|
Over
Mills' offer: "Mills, een SPADS-afvallige,
verandert van kamp en redt Betty uit een dramatische situatie.
In het oorspronkelijke scenario werd hij vervolgens laf
vermoord tijdens een executie. Ik wilde liever een grotere
betekenis geven aan zijn offer terwijl zijn dood gedramatiseerd
kon worden. Zijn uiteindelijke zelfdoding vertolkt zijn
weigering om zich neer te leggen voor een meerdere in
wie hij niet langer gelooft. Het is een origineel personage
waar ik me in het bijzonder aan hechtte."
Over reactes in drievoud: "Een ongewone
scène in XIII, toch wat deze confronterende
en directe aanpak betreft. Het geweld zit 'm in Mills'
gebaar, maar ook in de reacties van de getuigen, in drievoud.
Eerst van de leider van de afvalligen die verrast is.
Daarna van Betty die het schot veroordeeld, en vervolgens
van de anderen vanuit vogelperspectief. Deze sterke scène
liet ons toe om ons eigen creatieproces in het verhaal
te verstevigen."
Over het gedurfde voorstel: "Personages
neerzetten die al eerder werden gecreëerd, viel niet
mee. Ons voorstel is gedurfd, maar sluit aan bij het XIII
Mystery-concept waarin de auteurs het wereldje van
Jean Van Hamme en Vance op hun eigen manier moeten vernieuwen.
Voor mij is deze plaat een van de beste van het album
omwille van de vorm en de diepgang."
Over emotionele bedoelingen: "Het scenario
van Joël (Callède, red.) bevatte veel emotionele
bedoelingen die ik moet overnemen zonder die te verraden
of ze te vergroten. Een keer de tekst in het beeld staat,
kan het soms een omgekeerd effect hebben en de scenarist
ontgoochelen. Ik waak er dus over om er rekening mee te
houden tijdens het bepalen van de bladschikking."
|
Over
Emiliano: "Een ander voorbeeld van een aanpassing
dat ik kon uitvoeren door de rode draad van het verhaal
te respecteren, betreft de rol van Emiliano, een van de
smeerlappen die in het album SPADS voorkwam.
Emiliano ontbrak in eerste instantie in het verhaal op
het moment van de fusillade. We weten niet goed wat er
met hem is gebeurd. Ik heb daarom aan Joël en Jean
Van Hamme voorgesteld om een voor hem gepast einde te
geven. Daarom dient hij hier als menselijk schild voor
de grote slechterik van het verhaal! We konden hem dus
een laatste keer gebruiken en van hem afgeraken. Bovendien
vond ik dat grappiger."
Over links/rechts: "De hele plaat
is opgebouwd volgens links/rechts en aanvallers/verdedigers.
Doel: de opzet van de actie en de verplaatsingen beter
doen begrijpen. Betty komt bij Carrington door naar links
te lopen, de granaat vliegt naar rechts in een boogvorm
door de lucht om bij de SPADS-afvalligen te belanden.
Dat vergemakkelijkt de lezing en en maakt het dynamischer."
Over gas geven: "Ik besteed extra veel tijd
aan de soepelheid en de efficiëntie van mijn pltaen,
de juistheid van de tekeningen in overeenkomst met de
bedoelingen van het scenario. Ik wil het doel dat ik koos
na het lezen van het complete scenario dienen door het
toegankelijk te maken aan de lezer en tegelijk de intensiviteit
ervan te maximaliseren. Dat wil niet zeggen dat ik voortdurend
gas geef, noch dat ik elke scène ondermijn. Het
is veeleer een kwestie van richtingbepaling, van een evenwicht
tussen vorm en inhoud. Veel acteurs beweren dat je een
diepere indruk nalaat door net niet te acteren." |
Richard
Guérineau over XIII Mystery 5 |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Damien Perez verscheen
eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 52 van oktober 2012.
|
|
Over
de tweehonderdduizend exemplaren: "Yves
Schlirf (uitgever bij Dargaud, red.) had me voorgesteld
om aan een XIII Mystery te werken toen het project
nog top secret was. Ik heb getwijfeld, maar toen ik vernam
dat Dorison, Meyer, Boucq ook meededen, begreep ik dat
de serie er niet hals over kop kwam. En toen men me zei
dat het eerste album een oplage kende van tweehonderdduizend
exemplaren, vond ik dat je al een idioot moet zijn om
te weigeren. Tussen de goedgekeurde scenario's sprak dat
geen van Fabien, die een personage uit de kern van de
serie aanpakte, me het meest aan."
Over de bladschikking: "Ik gebruik
alleen onomatopeeën als ze nodig zijn. In dit soort
scènes, met weinig ruimte voor tekst, is dat niet
het geval. De overvloed aan details vervangen het lawaai.
Vance had deze plaat ongetwijfeld onderverdeeld in maximaal
zes prenten. Ik deed het in negen. Ik doe liever te veel!"
Over het majorettemeisje: "Vance
had nooit het mooie majorettemeisje in prent 2 afgesneden!
Ik vond het leuk om haar zo te kadreren. Ik wilde de focus
blijven leggen op Uncle Sam, die je ook op de volgende
pagina terugziet, en dat zou lastiger geweest zijn als
het mooie meisje de aandacht zou stelen op de voorgrond!"
Over het onderscheid: "Het grootste
prsonage in prent 6 is duidelijk geïnspireerd op
de film Shaft. Maar ik heb ernaar gestreefd om
voor de andere zwarten niet te vervallen in karikaturen
uit de blaxploitationfilms. Meer nog dan de kledij of
de kleurrijke wagens, baseerde ik me op de houdingen van
Afro-Amerikanen zoals in prent 5. Hier voel je het gewicht
van de segregatie. De blanken lopen in het licht, de zwarten
staan in de schaduw. Deze compositie heeft ook een puur
technisch doel: voor- en achtergrond van elkaar onderscheiden."
|
Over
de wenkbrauwfrons: "Het viel niet mee om
vader en zoon Rowland te tekenen, vooral door ze te jonger
neer te zetten dan in de hoofdserie. Ik heb voor Steve
zjn hoekige kaaklijn behouden en ondertussen zijn gezicht
wat ronder getekend. Voor zijn vader heb ik veel gespeeld
met de wenkbrauwfrons, een typisch element van Vance."
Over dezelfde pas: "In prent 3 en
4 heb ik ervoor gezorgd dat vader en zoon Rowland dezelfde
manier van gaan en dezelfde stand van de schouders te
geven zodat goed kan worden aangetoond in welke mate de
zoon in de pas loopt van zijn vader."
Over
het zoekspelletje: "Prent 5 is een "iconische"
prent zoals Fabien en ik die genoemd hebben. Deze, en
nog een tiental andere, zijn rechtstreeks overgenomen
uit de hoofdserie. Prent 5 komt uit Waar de Indiaan
Gaat... Ik heb hetzelfde standpunt en de meeste elementen
overgenomen. De fans van XIII hebben er een houvast
aan, maar het is tegelijk een spelletje: vind alle iconische
prenten die verspreid zijn over de strip!"
Over de goedkeuring van Vance: "Mijn
eerste schetsen van Rowland overtuigden niet. Ik vernam
dat Vance, die mijn albums had gelezen, aan Schlirf vroeg
om er bij mij op toe te zien dat ik me documenteerde.
Het leek me de hel om het album te maken! Nadat ik de
acht eerste XIII-albums heb gelezen, herlezen
en herherlezen kroop Rowland eindelijk in mijn potloden.
Ik heb ook nooit eerder twintig platen in potlood getekend
en ze naar de uitgever opgestuurd. Ik hoopte dat ik door
die overvloed het de uitgever en Vance onmogelijk maakte
om er nog moeilijk over te doen. Maar ze zeiden allebei
dat ze verheugd waren, waarop ik eindelijk ontspannen
kon tekenen." |
François
Boucq over XIII Mystery 4 |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Frédéric Bosser
verscheen eerder in de rubriek Mes plus belles images
in het Franse stripmaandblad dBD nummer 58 van
november 2011. In deze rubriek overloopt en becommentarieert
een auteur zijn favoriete tekeningen en platen, in dit
geval François Boucq. We pikken
er zijn commentaar uit over pagina 45 uit XIII
Mystery 4.
"Bij het maken van de laatste prent dacht ik aan
het Jeremiah-album De Winter van een Clown
van Hermann waar je meeuwen rond
de clown ziet vliegen op een vlot. Alleen vlogen ze daar
rond hem om zich tegen hem te keren. Hier drukken ze het
leven uit terwijl Amos treurt om een verlies. De sfeer
rond hem is grijsachtig en de meeuwen zijn veeleer vervelend
dan opbeurend.
De laatste drie stroken lieten me toe om te spelen met
het ritme van de horizon. Mocht ik het beeld afgesneden
hebben en er een ander voor in de plaats gebruiken zou
het het aspect doorbreken van een man die tegenover zijn
lot en zijn eigen horizon staat. De drie stroken benadrukken
dit idee." |
Eric
Henninot over Little Jones |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Jean-Pierre Fuéri
verscheen eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 30 van oktober 2010.
|
|
Over
de platenverkoper om de hoek: "Door het
bedreigende personage in het groot te tekenen, meende
ik er iemand in te herkennen... de platenverkoper in Marseille
naast het atelier waar ik werk! Ik heb 'm opgezocht. Hij
was helemaal weg van het idee te figureren in een strip.
Hij stond toe om enkele gelaatsuitdrukkingenvoor me te
tonen in zijn winkel, die ik dan fotografeerde. Het hielp
me om beter de veranderingen in zijn fysionomie te begrijpen
en om het personage geloofwaardiger te maken. Er zijn
gedragingen die je nu eenmaal niet kan uitvinden. Dit
gezegd zijnde, heb ik nooit foto's nagetekend, ik heb
me er enkel door laten inspireren."
Over beweging in decor: "De spanning
stijgt. Elroy Wittaker slaat iemand. Volgens Yann
(de scenarist van dienst, red.) moest hij een
rechtse verkopen, maar de beweging moest vanuit de linkerkant
komen. Dat zou een onderbreking in het leesverloop betekenen.
Dan maar gaan voor een stevige linkse! Daarmee kwam alles
in evenwicht. Je ziet direct dat Elroy een vechter is
die terugkomt van Vietnam. Hij redt zich in het begin
aardig uit de slag tegen drie mannen.
In prent 5 benadrukt de uitgeschakelde Black Panther met
de bloedende neus wat er zich op de achtergrond afspeelt:
zijn maten zijn weerloos tegen Elroy. Ik heb hier iets
ongezien uitgeprobeerd: een indruk van beweging geven
door de bar te bewegen en niet de mannen. Ik denk wel
dat het werkt. Ik experimenteer graag met zoiets."
Over het gebruik van zwart: "De
Black Panthers dragen allemaal zwarte broeken, zwarte
baretten en zwarte, lederen, militaire vesten. Ik, die
anders niet de gewoonte heeft om veel zwart te gebruiken,
had het begrepen: deze keer was het nodig om me in het
zwart te gooien. Uiteindelijk viel het wel mee. Het zal
me nog helpen in de toekomst.
In de laatste prent zit Elroy in de problemen wat een
tussenkomst van Little Jones noodzakelijk maakt. Klein
als ze is, uit de toon vallend in deze scène vol
herrie."
|
Over
vallen tussen twee stoelen: "De Black Panthers
rennen naar links, dus weg uit het verhaal. Jones en Elroy
blijven alleen achter. Voor de rest lees ik graag de uitspraken
van Jones. Amper tien jaar jong en ze vertoont al trekken
van een feministe. Tegenover haar staat Elroy, een macho
en nochtans erg vertederend. Als militair in een racistische
maatschappij valt hij tussen twee stoelen. Jones heeft
het als kind temidden de volwassenen ook al niet makkelijk
en moet haar mannetje staan in de straat."
Over plaat 13: "Het regent hier
voor twee redenen. Ten eerste is het een hommage aan William
Vance die verzot is op scènes in de regen.
Jean Van Hamme bediende hem meermaals
op zijn wenken in XIII. Ten tweede hoort regen
wel bij deze sène. De relatie tussen Elroy en Jones
wordt meer gespannen. Uiteindelijk vertrekt ze alleen
in de straat die haar wereld is, een wereld waar het koud
is.
Omdat het hier om plaat 13 gaat, heeft Yann
me gevraagd om er een knipoogje naar de reeks XIII
in te stoppen. Het mocht niet te opvallend zijn, vond
ik, zodat het het leesritme niet zou verstoren. Er zijn
in het album meerdere verwijzingen naar William Vance
en Jean Van Hamme. Ze zijn bedoeld voor iedereen die een
beetje op de hoogte is van hun leven."
Over dubbele bodems: "Ik heb voor
deze authentieke affiche in de laatste prent gekozen omdat
ik ze goed vond passen in deze wereld waarin niets eenvoudig
is, niet voor de personages en niet voor hun leven. Je
ziet op de affiche een pig (een scheldnaam die
aan de politie wordt gegeven) die een meisje redt door
mond-op-mondbeademing. Dat is het eerste niveau. Maar
dit beeld krijgt een andere betekenis in ons heden waarin
pedofiliezaken vaak in de media komen. Ook al wordt het
niet expliciet vermeld, moet je toch in je achterhoofd
houden dat Jones, het kind, verliefd is op Elroy, de volwassene."
|
Over
vallen tussen twee stoelen: "Hier is dan
de beruchte cineast (Norman Boltanski is Yanns versie
van de bekende regisseur Roman Polanski,
red.). Ik heb hetzelfde kapsel gebruikt zonder voor
de rest naar al te veel gelijkennissen te zoeken. Dat
is van geen belang voor het verhaal. Yann is iemand die
graag risico's neemt, ik geneer me er alleen maar voor.
Ik heb nog enkele sporen van de slogans op de muur en
de vloer behouden om de niet al te sympathieke en opportunistische
kant van ons personage te accentueren. Het bloed van zijn
vrouw is nauwelijks opgedroogd of hij biedt de rol die
ze zou spelen al aan een ander aan.
Omdat De Mangoest op het einde van de plaat in een spiegel
moest kijken, bedacht ik me dat ik al een gong had getekend
in deze kamer. Ik heb beslist om daar gebruik van te maken."
Over de mond snoeren: "Prent 3:
De Mangoest staat in de schaduw want we mogen hem nog
niet herkennen. Ik gaf aan zijn gebaren een delicate kant;
hij schroeft zijn geluidsdemper vast zoals hij een kopje
koffie zou drinken, erg zelfverzekerd.
We gebruiken hier ook twee keer eenzelfde foefje. We weten
wel dat Norman zal zeggen dat ze kon doodvallen, maar
de PLOP van de geluidsdemper snoert hem de mond. Hetzelfde
geval voor de persoon aan de andere kant van de lijn wanneer
"hallo?" wordt onderbroken door de CLICK van
de telefoon. Het was hier niet nodig om de moord te tonen,
enkele bloedstralen volstonden."
Over hetzelfde, maar dan omgekeerd: "De
laatste strook herneemt dezeflde scène als de strook
ervoor, maar dan omgekeerd. Deze keer belt De Mangoest
en komt een slechts voor de helft belichte man (net zoals
De Mangoest net tevoren) dichterbij. De Mangoest ontdekt
zijn aanwezigheid dankzij de gong. De man heeft geen gezicht.
Wie is hij?"
|
Over
een ander soort herrie: "Een scène
met veel herrie, maar heel verschillend van plaat 12.
Ik teken dit niet vaak, dus ik voelde me niet erg op mijn
gemak. Alles zit in de beweging. De Mangoest gooit de
telefoon, Elroy ontwijkt die. Hij heeft goeie refelexen,
maar De Mangoest heeft die ook door uit het raam te springen."
Over de afwezigheid van decor: "Op
plaat 12 heb ik het decor achter de herrie getekend. Het
heeft me zelfs geholpen om beweging te simuleren. Hier
ben ik het decor niet vergeten uit luiheid, maar veeleer
omdat het de aandacht van de lezer dreigde af te leiden.
De decoupage volstaat om een gevoel van snelheid weer
te geven.
Elroy begint moe te worden. Hij mist vier keer De Mangoest
en zijn geweer ketst. Het was trouwens niet mijn bedoeling
om De Mangoest van Vance exact na te tekenen. Hier is
hij jonger, gespierder en kwieker."
Over de code van beelden: "Prent
6 is interessant. De twee handen en de twee gedeeltes
van het geweer zijn van elkaar gescheiden door het zwarte
gedeelte van het raam. Deze scheiding, die de onmacht
van het personage symboliseert, wordt nog eens versterkt
door een bleker gekleurd raam achteraan. Elroy is als
het ware gevangen tussen de stukken hout. Zelfs al is
hij er zich niet van bewust, moet de lezer toch een gevoel
van onmacht opvangen. De prent kan op eenzelfde manier
als de affiche met de mond-op-mondbeademing de lezer helpen
om de code, de achterliggende boodschap van beelden beter
te begrijpen. Eens hij dat mechanisme snapt, kijkt hij
met een heel ander oog naar alle beelden, alle reclameboodschappen
die er op het eerste zicht makkelijk, eenvoudig en oppervlakkig
uitzien, maar die in feite geladen zijn met onderliggende
boodschappen. Probeer het maar eens, je zal het wel zien!"
Over het moment van begrijpen: "In
de laatste prent heb ik het gezicht van Elroy getekend
dat verwrongen is door woede. Hij weet nu wat hij moest
weten, hij begrijpt dat hij is gemanipuleerd. Zijn gezichtsuitdrukking
beeldt al zijn woede uit. Het is hier ook niet nodig om
achter hem een decor te tekenen." |
Philippe
Berthet over Irina |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Jean-Pierre Fuéri
verscheen eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 20 van november 2009. Daarin werden de eerste
halve pagina en de eerste volledige pagina over
het personage Irina uit XIII 13: Het Onderzoek
van William Vance naast de versie
van Berthet gelegd. Het gaat namelijk om dezelfde
scène, maar dan anders...
|
Over
het verschil in ritme: "Door twee prenten
extra in te lassen vóór die van Vance verander
ik het ritme van de laatste strook waarin gedood wordt.
Ik heb de prent met Irina op het bed eruitgelicht en groter
gemaakt om meer kracht te zetten bij de moord die in drie
prenten is opgedeeld. Ook de kadrage van de laatste prent
is aangepast, ik toon het meer van nabij. Ik deed dit
allemaal voor het evenwicht van mijn pagina. Zo tekende
ik het lichaam van Irina in de schaduw zodat het gezicht
van het slachtoffer helemaal belicht is."
COMMENTAAR
BIJ PAGINA 50 UIT XIII 13: HET ONDERZOEK |
|
|
|
Over
de tip van Vance: "Sinds Pin-Up
— en zelfs daarvóór! — heb ik
er geen moeite mee om een mooi meisje te tekenen. Het
probleem was ook niet om mijn Irina gelijkend te maken
aan die van Vance. Ons contract stipuleert duidelijk dat
elke tekenaar zijn eigen stijl moet behouden. Ik kon haar
zelfs meer achtergrond geven. In het begin van het verhaal
is ze slechts vijftien jaar en tweederde van het album
gebeurt nog vóór ze een moordenares in dienst
van de KGB wordt. Het heikele punt — en dat beviel
me nu net aan dit verhaal — is dat van zodra je
weet waar ze vandaan komt, je meer begrip voor haar opbrengt,
wat haar menselijker maakt. Ik hoop alleszins dat ik haar
niet te sympathiek heb voorgesteld.
De tip van Vance bestond erin om herkenbare kapsels voor
elk vrouwelijk personage uit te werken. Wanneer ze te
veel op elkaar beginnen te lijken, maakt het toch niets
uit want je kan ze nog steeds van elkaar onderscheiden
door hun kapsel. De blonde lok van de bruinharige Jessica
Martin is het perfecte voorbeeld voor deze manier van
werken."
Over veranderingen: "Toch enkele
veranderingen op deze plaat. Ten eerste introduceert Eric
Corbeyran een element dat niet voorkomt in de
XIII-plaat van Vance. De rode ster is van groot
belang in ons verhaal. Vervolgens liet hij me Irina van
een trap komen. Om die reden heb ik de kadrage van de
derde prent kleiner gemaakt. Daardoor wordt ook de actie
gecentreerd en valt haar ongerustheid beter op. Het gedoe
met de pruik lieten we achterwege want het bracht niets
bij. Ik heb de neiging om meer in te zoomen in mijn prenten.
In de volgende pagina van Vance zie je de twee mannen
die Irina vasthielden, elk met één kogel
in hun lijf gedood worden door De Mangoest. Op onze pagina
worden ze door het hoofd geschoten en de kadrage is veel
nauwer dan die van Vance. Dat is nu eenmaal mijn stijl!
Maar ik verander niet voor het plezier. Veel prenten zijn
nagenoeg hetzelfde van opzet als het origineel."
COMMENTAAR
BIJ PAGINA 50 UIT XIII MYSTERY 2:
IRINA |
|
|
|
Over
commentaren: "Uiteraard is de tekst van
Jean Van Hamme gerespecteerd op onze
eigen pagina's. Op dit ogenblik heb ik nog geen commentaar
gekregen van Vance, ook al heb ik begrepen dat Dargaud
'm regelmatig mijn platen doorstuurt. Jean Van Hamme op
zijn beurt heeft me gebeld om me te feliciteren voor mijn
cover. Wellicht zal ik meer reacties van hen ontvangen
na de verschijning van het album." (dit interview
dateert al van een jaar geleden, red.)
Over typische personages: "Ik ondervond
niet echt moeilijkheden om De Mangoest of Amos te tekenen,
die nochtans erg typisch zijn. Ook de agent die Irina
achtervolgt, gaf me geen problemen. Hij is een mooi modelpersonage.
En ook hier zijn de verschillende kapsels handig. Maar
voor kolonel Svetlanof, die je amper ziet in Het Onderzoek,
had ik meer tijd nodig."
Over fans: "Men heeft me dikwijls
gevraagd of ik niet bang was voor de reacties van de fans
van XIII. En God weet dat ze talrijk zijn! Ik
heb er echt geen moment aan gedacht, rekening houdend
met het feit dat ik het scenario van iemand anders teken,
ook al gebruikt het personages uit XIII. Om heel
eerlijk te zijn, heb ik vooral vermeden om er rekening
mee te houden om paniek te vermijden, om me niet te laten
blokkeren en om een maximum aan zelfstandigheid en flexibiliteit
te behouden!" |
Ralph
Meyer over De Mangoest |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Jean-Pierre Fuéri
verscheen eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 6 van juli 2008.
|
|
Over
De Mangoest: "Ik heb twee weken lang niets
anders getekend dan De Mangoest, Steve Rowland en Kim
Carrington alvorens ik aan het album begon. Oorspronkelijk
had Xavier Dorison een dikke, vieze kapitein
bedacht. Door erover te discussiëren kwamen we uit
bij een kapitein met wat meer klasse om hem een grotere
geloofwaardigheid te geven. Kijk goed naar hem... en hop,
hij is dood! Xavier heeft me om de juiste redenen gevraagd
om niet de moord te tonen, maar wel hoe Kim reageert.
Door er slechts naar te verwijzen, is de impact vaak groter
dan het zomaar in beeld te brengen. Het was alleszins
de juiste keuze voor deze scène. We hebben extreem
met het contrast gespeeld: een vrouw groot in beeld, doodsbenauwd,
vervolgens gaat de camera omhoog en komt een demonisch
personage in beeld. Het is De Mangoest. Enfin, toch in
de versie van Jean Van Hamme en William
Vance want in de volgende pagina's komt een afgezwakte
versie aan bod. Hij is minder gespierd, minder strijdlustig,
minder sinister."
Over de kleuren: "Voor de kleuren,
die ik samen met mijn vrouw realiseerde, heb ik geen rekening
gehouden met die van XIII (die door Petra
zijn gemaakt, de vrouw van Vance, red.). Het eerste
en het laatste gedeelte van De Mangoest, die
overeen komen met het begin van de reeks XIII,
zijn rechtstreeks in kleur geschilderd. De rest van het
album, over het leven van De Mangoest, is traditioneler
ingekleurd met een inkting in zwart."
|
Over
het rustpunt: "Dorison vond de blik van
Kim hier erg belangrijk: groot afgebeeld, starend naar
De Mangoest. Maar na dit dramatische moment was het nodig
om de spanning te doorbreken. Vandaar het prentje met
de boot, nauwelijks verlicht in de nacht. Dit kalme moment
zorgt ervoor dat de lezer eventjes een pauze neemt en
staat aan het verhaal toe om van ritme te veranderen.
Prent 4 was een problemgeval. De Mangoest heeft de elektrische
verlichting van de Lady Bee doorgeknipt. Hier moest ik
duidelijk maken dat een lamp de ruimte verlicht. Dit beeld
in vogelperspectief brengt alle personages in beeld en
toont de lichtbron. De sfeer is nu vrediger, er kan zelfs
een kleine lach bij De Mangoest vanaf. Nu kan er gebabbeld
worden!"
Over tekst en beeld: "De laatste
prent is heel symbolisch. Om de superioriteit van De Mabgoest
aan te tonen, is het tekenen van zijn gezicht niet nodig.
Zijn handen met het bloed van alle mannen die hij net
vermoordde en zijn wapen achter de riem van zijn broek
volstaan om zijn machtspositie tegenover Kim te benadrukken.
Kim is met de handen geboeid en lijkt tam.
De dialogen bereiken een hoogtepunt. Soms is een beeld
efficiënter dan voorzien omdat het de tekst gedeeltelijk
overbodig maakt. En soms zijn beelden integendeel ondergeschikt
aan wat er wordt verteld. Xavier had het recht om tot
het eind te schaven aan de tekstballonnen. Hij vermeed
zoveel mogelijk om het werk van de tekenaar opzij te zetten."
|
Over
leesbaarheid: "Het album kent een gemiddelde
van negen prenten per pagina. Dat zijn er al genoeg. Hier
zijn het er elf en dat is zwaar! De teksten van Xavier
zijn soms overweldigend, maar nooit gratuit. Het is aan
mij om ze zo verteerbaar mogelijk te verwerken voor een
vlotte lezing. Ik speel met de kadrages, met bewegingen,
ik zorg ervoor dat de expressies van de personages het
meest logisch zijn en het meest overeenkomen met wat ze
zeggen of wat ze horen.
We bevinden ons op een boot, in principe dus op een locatie
met beperkte mogelijkheden. Maar het jacht is ruimtelijk
genoeg om te kunnen spelen met perspectieven waarbij de
grafische kant hier van minder belang is. Het belangrijkste
is dat de paginaschikking zo leesbaar mogelijk is. Voor
een grotere variatie wissel ik grotere overzichten af
met medium shots in verschillende pesrpecteven. Let hier
ook op de verandering van ritme. De toon wordt dreigender,
De Mangoest grimast en slaat Kim. De prent met de geboeide
hand dient als intermezzo. Zo komt het overeen met de
laatste twee prenten. De confrontatie is voorbij, de kalmte
is teruggekeerd. Zelfs het gezicht van De Mangoest ontspant
zich."
Over de toekomst: "Ik hield erg
van dit werk. Als Dorison erin slaagt om uitgeverij Dargaud
te overtuigen ons groen licht te geven voor een tweede
album (wat alle auteurs tot nu toe wensten, red.)
dan ben ik zeker van de partij. In afwachting werk ik
aan een one-shot op scenario van Frank Giroud
en Denis Lapière. Het is een hedendaags
verhaal van een honderdtal pagina's in kleur voor uitgeverij
Futuropolis. Het is minder realistisch
getekend. Voor de verandering!" (Het album Page
Noire verscheen in augustus 2010, red.) |
|
|