Tiburce
Oger over Buffalo Runner |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Paul Giner verscheen
eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 77 van januari/februari 2015. |
Over inspiratie: "Ik heb me voor het tekenen
van Edmund Fisher laten inspireren op de foto van een
cowboy die bij zijn paard poseert. De avonturier op de
foto was een ware man van het Wilde Westen. Hij zag er
tegelijk vreedzaam als vermoeid uit. Zijn gezicht straalde
veel sereniteit uit. Het simpele gegeven dat hij een pose
moest aannemen, moet hem al op de zenuwen hebben gewerkt."
Over de markies: "Met zijn belangrijke
voorkomen, zijn bruine krullen op z'n Spaans en zijn grote
fijne snor op z'n Frans liet ik me voor markies de Mor¸s
inspireren op drie of vier foto's. Hij zet zijn brede
hoed nooit af als hij over zijn gebied rijdt, statig als
een ridder met zijn Rifle Winchester 1876 groot kaliber
bij de hand, twee Colts aan zijn riem en een groot jachtmes.
Die rijke jongen van een jaar of twintig speelt gewoon
cowboy."
Over Medora: "Medora, de stad die
de markies in North-Dakota stichtte, draagt de naam van
zijn vrouw op wie hij smoorverliefd is. Zij houdt zich
op de achtergrond op — wat niet ongebruikelijk is
in die tijd —, maar ze herinnert haar man er toch
aan dat hij veel te danken heeft aan de investeringen
van haar vader. Ik heb geprobeerd om aan die elegante
vrouw, die haar man graag vergezelt bij jachtpartijen,
haar als paardrijdster wat zachtheid en kwetsbaarheid
te geven."
Over het licht: "Voor de laatste
prent ben ik vier keer herbegonnen om het juiste licht
te bekomen... met de hulp van sponzen en bleekwater. Ik
hou veel van deze plaat met drie verschillende prenten.
De middenste prent is in twee kleuren met ambergeel en
violet voor de schaduwen en laat de plaat ademen. Ik heb
die getekend naar een foto van een koelwagon die ingevroren
vlees naar Chicago vervoerde."
Over het kasteel: "Er zijn veel foto's beschikbaar
op het internet van het 'kasteel' van de markies, dat
tegenwoordig een museum is. De inrichting is heel kitscherig
met lelijke interieurs in blauw, rood, met groen behangpapier...
Toen ik het inkleurde, kreeg ik er zelf schrik van!"
Over documentatie: "Hoewel de meeste
documentatie op het internet terug te vinden is, hou ik
ervan de periode opnieuw op te roepen met de hulp van
oude boeken. Een hedendaags boek over de geschiedenis
van het Wilde Westen vertelt niet op eenzelfde manier
als een boek uit de jaren 1950. Twee handleidingen over
het laden van vuurwapens, die begin twintigste eeuw verschenen,
hebben me de geest van de periode bijgebracht."
Over vliegtuigreizen: "Ik ben nog
nooit naar de Verenigde Staten gereisd, want het idee
om op een vliegtuig te stappen maakt me al ziek. Niet
erg, ik heb het leven op een ranch in mijn kindertijd
beleefd. Mijn vader was een paardrijdleraar."
Over paarden beklimmen: "Tegenwoordig
klimmen meer en meer ruiters op een zachte cowboymanier
op hun paard die voortkomt uit de indiaanse manier waarbij
het paard respectvol wordt behandeld door de mond weinig
aan te raken en waarbij de stand van het bovenlichaam
en de benen voornamelijk gebruikt wordt om het dier te
stoppen of te doen draaien. De oorspronkelijke cowboymanier
komt voort uit de Mexicaanse methode die op zich al de
erfenis is van de Spanjaarden. En die was heel hard met
monsterlijke prikken van de sporen en uitzonderlijk harde
manieren om het paard te dresseren, want men bond de ogen
af voor men een paard tegen een muur liet galoperen om
hem te leren te stoppen..."
Over het redden van indianen en Mustangs: "De
goedhartige markies neemt het op voor de indianen die
herleid zijn naar zwervers en bedelaars. Hij is ge•rriteerd
door het idee dat iemand verhongert op zijn gebied en
hij laat karren vol mondvoorraad leveren. De man die gek
was op paarden zette zich ook in voor het redden van het
indiaanse Mustang-paardenras in die Amerikaanse streek."
Over snorren: "Behalve kinderen
en tieners droegen alle mannen van het Wilde Westen een
snor, ook al geven cowboyfilms niet die indruk. Gregory
Peck en John Wayne hebben wel degelijk geprobeerd om een
snor te dragen in een van hun films, maar hun groupies
en de critici keerden zich tegen hen. Misschien komen
snorren in de toekomst wel terug, want hoewel ze lang
idioot leken, komen sikjes, baarden en snorren terug in
de mode"
Over de grote prenten: "Om de verschillende
grote delen van het leven van Edmund Fisher en de belangrijkste
thema's van de geschiedenis van het Wilde Westen weer
te geven, heb ik verschillende paginagrote prenten in
het album gelast. Het gaat om een sc¸ne uit de Secessieoorlog,
een gevecht met de indianen, een cowboysc¸ne en nog een
met de verlatenheid van de woestijn."
Over de manier van tekenen: "Ik
maak een potloodtekening op aquarelpapier op het formaat
150 x 65 centimeter, daarna inkt ik met Chinese inkt.
De inkleuring gebeurt met gouache en een beetje acrylverf.
Mijn vrouw liet me twee maanden werk besparen door 'drawing
gum' op mijn platen aan te brengen. Daarmee dek je de
randen van de prenten, de personages en de voorgronden
af zodat er niet buiten de lijntjes gekleurd wordt als
ik de achtergronden en hemels inkleur."
|
Over het tekenen van paarden: "Ik kloeg
voortdurend bij het tekenen van de paarden. Soms zagen
ze er goed uit, met de juiste houding, soms zagen ze er
vervormd uit, vooral hun voor- of achterkanten. Jammer,
het belangrijkste is om emotie over te brengen en beweging
te laten aanvoelen. Net zoals ik mijn eigen interpretatie
heb van het menselijke lichaam, heb ik mijn eigen interpretatie
van paarden. Ik vind het spijtig dat veel tekenaars zich
tevreden stellen met het openen van een album van Blueberry
om te zien hoe Jean Giraud zijn paarden tekende."
Over Theodore Roosevelt: "In de
middenste strook zie je Theodore Roosevelt tijdens de
jacht. Van 1901 tot 1909 zou hij nog een uitstekende president
van de Verenigde Staten worden die ook vandaag nog wordt
bewonderd. De man was niet hard, maar hij deelde eenzelfde
standpunt als de meeste Amerikanen tegenover de indianen."
Over de covers: "Van het album verschenen
twee edities, elk met een andere cover. De ene is wat
koud met een dominant blauw, de ander contrasteert met
warmere kleuren. Beide covers zijn een beetje opgemaakt
als oude affiches van Wild West Shows met een art nouveau-invloed."
Over vrijheid: "Ik draag Buffalo
Runner op aan de vrije mens. Staan we onder invloed
van wat we op tv, door het nieuws en op het internet te
slikken krijgen, en zijn we wel zo vrij wat we denken?
Vrij in ons standpunt? Ik stel me de vraag. Edmund Fisher
was vrij om te kiezen en te gaan als hij zijn situatie
niet langer verdroeg. Waar kunnen we vandaag nog naar
weggaan en onze kans wagen? Ik heb het gevoel dat wij
nergens meer vrij zijn." |
Tiburce
Oger over De Smaragdridders 1 |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Sophie Bogrow verscheen
eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 40H van augustus/september 2011. |
|
Over
tegengestelde werelden: "Ik hou ervan dat
een lezer maar een blad hefet om te draaien om van sfeer
te veranderen. In dit album heb ik dikwijls een streep
moeten trekken door het principe: te veel werelden neerzetten
in te weinig pagina's. Deze twee pagina's zijn daar een
typisch voorbeeld van. Maar de tegenstelling tot de duistere
wereld van de Irianeth, het boosardige rijk met z'n zeegroene
rotsen, z'n onweersbuien, z'n monsters, half-insect, half-aasgier,
en dat van het koninkrijk van Smaragd op de volgende pagina,
vrolijk en kleurrijk, zelfs in de nachtelijke scènes,
is interessant."
Over de kern van het probleem: "In
twee platen is de pitch ingeleid: de slechteriken bereiden
een aanval voor, maar niet meteen. 'Maak de kinderverblijven
gereed', houdt een voorafgaande productie van draken in.
We zien hen niet meer terug in dit album. Daartegenover
staan de goeien die op de hoogte zijn van de bedreiging
en zich ongerust maken over wat komt."
Over animatie in een plaat: "Dit
is een vrij klassieke kadrage, maar wel een spectaculaire
die ik graag gebruik om een onrustwekkende situatie voor
te stellen. Prent 1, een onderaanzicht zet de kijker in
een ondergeschikte positie, dus in een mogelijk gevaarlijke
situatie. Prent 2, een verandering van standpunt plaatst
ons in de huid van Amecareth. Prent 4, weer een onderaanzicht.
De opstelling animeert een eenvoudige plaat: een enkele
locatie en een dialoog tussen twee personages."
Over Giger: "In tegenstelling tot
wat je misschien denkt, met al die spiraalvormen en macabare
versieringen, ben ik geen grote fan van Druillet!
Als kind maakten zijn tekeningen in Pilote me
bang. Ik ben veeleer van de generatie van Hans
Ruedi Giger, de Zwitserse surrealistische schilder
en beeldhouwer, die mechanische met organische structuren
mixt. Hij heeft overigens het wezen uit Alien
ontworpen."
|
Over
Disney: "Zo'n kasteel is typisch, met het
warme licht en de hemel vol sterren die eruitzien als
vuurwerk.Zonder twijfel is het een restant van mijn tekenfilmjaren.
Een vleugje Walt Disney doet iedreeen
wel eens wegdromen, toch? Zoals die oude, half opengerolde
perkamenten met beschadigingen en scheuren. Daar ben ik
dol op..."
Over een oude boerderij: "... net
zoals krullen en versiersels. Het is mijn rebellie tegen
alles wat de standaard en het voorgekauwde is, tegen rechte
lijnen. Ik woon in een oude boerderij uit de zestiende
eeuw waar geen enkele muur parallel loopt met de andere.
Het staat er vol draaitrappen, bewerkte raamlijsten, maagdelijke
wijnranken, een beetje zoals het laboratorium van magiër
Elund."
Over de balans: "In de film loopt
de horizon mee met elke camerabeweging. Als gefixeerd
beeld heeft die balans soms een destabiliserend effect.
Ik maak er ook gebruik van voor meer rustige scènes,
zoals in de prenten 1 en 2, om de illusie van hoogte mee
te accentureren."
Over tijdsaanduiding: "In tegenstelling
tot de vorige is deze pagina moeilijker door de veranderingen
in plaats en tijd. Prent 3, het scenario omschrijft een
dageraad. Dan moet je goed zoeken naar iets visueels om
de tijd te laten passeren."
Over de manier van werken: "Ik begin
telkens met potloodtekeningen voor het volledige album.
Daardoor kan ik in sequenties werken, kan ik de scènes
in evenwicht brengen en kan ik herhalingen vermijden van
bijvoorbeeld gelijkaardige prenten. Ik inkt alles vervolgens
in en gom alle potloodlijnen uit. Mijn vrouw dekt alle
voorgronden af (dit kost ons twee maanden tijd) waarna
ik kan beginnen inkleuren... De tekstballonnen zijn uitgewrekt
op een afzonderlijk kalkblad en de uitgever integreert
ze in de platen." |
|