|
|
Over
de samenwerking:
Dupré: "Twee
zomers geleden had ik een afspraak met Toon Horsten van
Standaard uitgeverij, naar aanleiding van een van de vele
mogelijke projecten die ik toen wilde opstarten. Het is
dan uiteindelijk en totaal onverwacht op iets compleet
anders uitgedraaid. Er is me daarop een voorstel tot scenario
van Conz doorgemaild. Daarover is dan wat gediscussieerd
en geargumenteerd via Skype en mail en hoewel het een
goed verhaal bevatte, was ik toch de mening toegedaan
dat nu we kans kregen om iets met Suske en Wiske
te doen we dan ook die kans moesten aangrijpen om uit
te pakken met iets wat in de gewone reeks niet zou kunnen.
Boemerang dus. Waarvoor hulde aan Conz, want
om op zo'n korte tijd een dergelijk verhaal uit je koker
te persen is niet iedereen gegeven."
Conz:
"Ik had Toon enkele maanden eerder ook gecontacteerd
om een ander project te pitchen, wat hij niet meteen zag
zitten wegens té groots en té ambitieus,
maar kreeg een tijdje later wel de vraag of ik een one-shot
van Suske en Wiske wou schrijven dat Steven dan
zou tekenen. Mijn eerste voorstel was een echt Vandersteen-verhaal
met een moderne twist, maar het was inderdaad een goed
idee van Steven om eens iets totaal anders te doen, dus
heb ik Suske en Wiske mijn wereld binnengetrokken."
Over de vorm:
Dupré: "In
boekvorm leek mij de beste optie eigenlijk... Maar geen
klassieke reeks, dus ook afstappen van de klassieke vier
stroken, en aflopende tekeningen enkel in het geval van
de in beeld gebrachte hallucinaties."
Conz: "Ik
ben verzot op sciencefiction, dus wou ik heel graag zo'n
soort verhaal vertellen, maar dan met de vertrouwde personages.
Ik wou dat hun karakters echt herkenbaar bleven,
maar de vorm van het verhaal en de wereld moesten
helemaal anders."
Over modern versus klassiek:
Conz:
"Om die sciencefictionwereld geloofwaardig
te brengen, heb ik heel het verhaal naar een alternatief universum
overgeheveld. Dat was in mijn ogen de meest evidente manier
om alles te kunnen vertellen. En de personages
gedijen wonderwel in deze wereld, wat genoeg zegt
over het talent van Vandersteen voor het creëren
van sterke universele karakters."
Over het #metoo-momentje:
Dupré: "Dat
stond oorspronkelijk niet in het scenario, en ik zag een
kans om daar te alluderen om het op dat ogenblik volop
woedende #metoo. Sowieso hadden we kort daarvoor al vastgesteld
dat het scenario wat meer humor kon gebruiken. Dat was
volgens Conz niet echt zijn forte. En mijn forte is niet
meteen een sterke verhaallijn te bedenken. Dus wat dat
betreft, vulden we elkaar goed aan. Bovendien kreeg ik
van Conz ook de vrijheid om dat soort zaken voor te stellen,
en mits zijn goedkeuring bleven ze dan ook in het verhaal
verweven."
Conz:
"Dat klopt, daarmee dat ik Steven met plezier
hier en daar wat extra humor heb laten toevoegen
om het verhaal wat luchtiger te maken.
Over Wiskes zwarte legging:
Dupré: "Why
not? Niemand loopt tegenwoordig nog rond met een
wit jurkje. Iedereen draagt leggings, dus...
Conz: "Wij
ook trouwens..."
Meer knipogen verwacht:
Dupré: "Ha,
maar Conz is Yann niet, die daarvan zowat zijn handelsmerk
heeft gemaakt. Voor ons was het vooral belangrijk dat
de karakters hun karakter behielden, ook in deze nieuwe
setting. En er zitten toch meerdere figuren uit de klassieke
reeks in?
Conz: "Ik
vond het eigenlijk al meer dan genoeg. Anders gaat het
storend werken. Ik hou er niet van als je door te veel
knipogen uit het verhaal wordt gehaald. Mijn streefdoel
was dat alle nevenpersonages uit de klassieke reeks die
we lieten opdraven ook echt een rol kregen binnen
de vertelling. En als je alles optelt: Theofiel, Savantas
met zijn stopstraalkanonnen en zonder te veel te willen spoilen
de man in de isoleercel plus dan nog de klassieke Sus
& Wis op het einde, vind ik dat al meer dan voldoende
knipogen."
|
Over
expressies:
Dupré: "Het
is een karikaturale strip, dus mag er al eens aan overacting
gedaan worden. Bovendien was het alweer even geleden (van
Benoit Olivier) dat ik dat nog eens kon doen."
Over spannend houden:
Dupré: "Ja,
dit is dus zo'n typische blablablabla-plaat waarin veel
info in de dialogen zit. De pogingen die Lambik ondertussen
onderneemt om het kokertje open te krijgen zorgen hier
voor een betere verteerbaarheid."
Conz: "In
de strips van Kuifje zie je dat vaak. Terwijl
enkele figuren een droog gesprek aan het voeren zijn,
laat Hergé Haddock ondertussen iets onnozel doen
op de achtergrond. Zoiets had ik hier ook in gedachten.
Voor de volgende pagina's heb ik de uitleg van het plan
in voiceover over de effectieve uitvoering ervan gezet.
Ten eerste om de lezers een saaie pagina met enkel uitleg
te besparen, maar uiteindelijk vooral voor het dramatische
aspect als enkele pagina's later het plan en de werkelijkheid
meer en meer uit elkaar beginnen te lopen."
Over humor:
Dupré: "De
humor zit 'm hier vooral in het acteren van de figuren,
denk ik."
Over ogen met en zonder oogwit errond:
Dupré: "Normaliter
teken ik altijd oogwit, maar de klassieke Sus en Wis hebben
dat niet, en dat wou ik dus ook behouden. Maar door het
ontbreken van het oogwit is het lastig om aan te geven
in welke richting ze kijken. Probeer ze maar eens vanuit
hun ooghoeken naar iets te laten loeren terwijl er geen
ooghoeken zijn. Lastig, hoor. Dus heb ik ervoor gekozen
om waar ik het nodig achtte voor hun expressie dat oogwit
wél te tekenen, en de kraaloogjes vooral te gebruiken
in de shots waarin ze verder op het achterplan staan en
waar het niet zo van tel is."
Over carte blanche of inmenging:
Dupré: "Het
spreekt vanzelf dat het verhaal en de eerste personageontwerpen
voorgelegd dienden te worden aan de rechthebbenden. Zodra
zij hun akkoord gaven, hadden we wel degelijk carte blanche.
We hebben niet geprobeerd de grenzen van wat toegelaten
was op te rekken, al hebben we een initieel verhaalelement
ten behoeve hiervan aangepast. Maar geen hond die daar
iets van zal merken. (lacht)"
Conz: "Het
was een soort carte gris clair. We mochten eigenlijk redelijk
onze zin doen, maar moesten wel rekening houden met
wat er in het testament van Vandersteen vermeld staat.
De waanzinepidemie was in de eerste versie van het verhaal
een waanzindrug, waar onze personages onrechtstreeks mee
in contact kwamen, maar aangezien het testament stipuleert
dat onze geliefde helden geen drugs mogen nemen, hebben
we dat veranderd naar een gefabriceerde ziekte. Maar ik
was eigenlijk wel heel tevreden met de vrijheid die ik kreeg
bij het schrijven."
|
Over
de futuristische wereld en sf-toestellen:
Dupré: "Dat
is niet echt mijn ding. Ik ken daar niks van. Ik ben ook
geen sciencefictionadept en voel me meer thuis in een
historische setting waar ik al dat soort technologische
brol niet moet tekenen. Maar dit is een eerder nabije
toekomst die ik vorm moest geven, dus dat verschilt niet
zoveel van onze huidige leefwereld. Conz adviseerde me
wel om wat meer buizen tegen gevels te tekenen, zodat
het wat meer richting Blade Runner zou gaan.
Ik heb noch de oude Blade Runner, noch de remake
ooit gezien, maar als men mij buizen vraagt dan teken
ik buizen. Et voilà. Bij het ontwerpen van de glider
was het tot mijn opperste verbazing meteen raak. En aangezien
Conz wél thuis is in de sciencefiction en opgelucht
dat ik daar niet te lang op moest blijven ploeteren geloofde
ik hem maar al te graag."
Conz: "Ja,
dat is helemaal mijn wereld. In mijn hoofd was het allemaal
zelfs nog wat extremer qua look, maar ik vind het juist
leuk dat Steven er toch zijn eigen ding mee gedaan heeft.
Zijn gliders zijn inderdaad super. Bijna een Zwendeltuig
uit Robbedoes. Ik doe haast niks liever dan zulke
soort settings bedenken."
Over outfits:
Dupré: "Dito.
Ik ken daar niks van en doe zomaar wat. Gelukkig bestaan
die outfits toch niet en werkt het zodra het ietwat geloofwaardig
lijkt. Achteraf had ik wel wat spijt van die omgekeerde
fruitschalen als helmen en de vele details die in de uniformen
zitten. Die helmen vanwege nogal simpel, de uniformen
vanwege veel werk."
Over details:
Dupré: "Ik
kan er niets aan doen. Ik teken nu eenmaal zo. Toch zijn
er voor mijn doen heel veel eerder lege decors. Dat lag
puur aan de setting. Gangen van futuristische hoofdkwartieren,
lege treinwagons en klinische ziekenhuiskamers zijn nu
eenmaal eerder klinisch en leeg."
Over het doemscenario:
Dupré: "Ja
en nee. Je zou het aan Conz moeten vragen, maar ik zie
wel parallellen met Boemerangs visie en die van Trump.
Alleen heeft Boemerang zijn visie al kunnen realiseren
en is Trump nog niet zo ver. Maar volgens mij zijn er
wel degelijk machten aan het werk die de wereld graag
in de richting van een Boemerangiaans bestel zouden zien
evolueren, en zijn alle middelen goed om dit in de hand
te werken. Het begint met het verdachtmakende van de pers
gevolgd door het rechtstreeks en ongefilterd verspreiden
van leugens aan de bevolking, genoeg op dezelfde nagel
blijven slaan tot de bevolking de machthebbers hierin
volgt. Ik zie dat met lede ogen aan."
Conz: "Onze
wereld komt alsmaar meer in handen van multinationals
en superrijken. Het grote verschil met onze wereld
en die van Boemerang is dat bij ons de wereldleiders
gewoon nog dansen naar de pijpen van de multinationals
en dat in de wereld van Boemerang de big business
de politiek eigenlijk al volledig opzijgeschoven heeft.
Daar zijn ze zelfs al geen burgers meer, enkel nog consumenten."
Over oude bekenden:
Dupré: "Ja
en nee. Ik kende die figuren natuurlijk al lang, maar
ze tekenen was uiteraard nieuw voor mij. Savantas is een
heerlijk figuur om te tekenen, al is zijn expressie beperkt
door die donkere brillenglazen, toch blijft hij heerlijk
slecht."
Conz: "Het
leuke is vooral dat je al die figuren zo goed kent. De
personages schreven het verhaal soms haast zelf omdat
je gewoon wist hoe ze in bepaalde situaties zouden denken
of reageren. Dat was heel verrassend, vond ik, en heel
leuk om aan te werken."
|
Over
favoriete personages in dit verhaal en in de reguliere
reeks:
Dupré: "Voor
mij Savantas, vanwege het tekenplezier, en ook wel Wiske.
In dit album ook zonder twijfel Sidonie en Savantas. Savantas
omdat Ik vind dat het een slechterik is met veel potentieel.
En het was heerlijk om hem te schrijven. Sidonie wou ik
een actievere rol laten spelen in dit verhaal en dat gaat
haar heel goed af, vind ik. Ik wou vooral af van de versie
van het personage dat thuis blijft als de rest avonturen
beleeft en af en toe een zenuwaanval krijgt. In sommige
oude albums is ze veel ondernemender en die Sidonie wou
ik ook in dit album. Het is alsof SidoniA braver is dan
SindoniE. Vandaar ook de voorkeur om hier die naam te
gebruiken, zeker."
Conz: "In
de reguliere reeks is mijn favoriete personage Lambik.
In de gouden periode was hij grappig, maar ook een echte
held. Hij was toen nog niet de dommerik die hij later
geworden is. Ik was trouwens eerst van plan om Lambik
een veel grotere rol te geven in deze strip, om van hem
weer die klassieke held te maken. Maar tijdens het schrijven
besloot ik dat hij een heel andere en uiteindelijk zelfs
dramatischere en belangrijkere rol moest spelen."
Over de beste Suske en Wiske-verhalen:
Dupré: "Ai,
hier ga ik bijna moeten passen. Ik ben al lang de draad
kwijt, maar denk wel met plezier terug aan De Bronzen
Sleutel en Lambiorix."
Conz: "Ik
ben een enorme fan van de gouden Vandersteen-periode met
als hoogtepunt de blauwe reeks. Mijn favoriete album is
trouwens ook De Bronzen Sleutel. Andere favorieten
zijn: De Tartaarse Helm, De Dolle Musketiers,
De Schat van Beersel, De Stalen Bloempot,...
Ik kan die oude Suske en Wiske-verhalen echt
nog met heel veel plezier herlezen en sta er telkens
versteld van hoe goed die verhalen overeind blijven."
Over invloeden:
Dupré: "Zoals
steeds een beetje van alles en iedereen, wat ik dan zo
vermeng dat niemand nog weet wat ik waar gepikt heb. En
uiteindelijk komt er wel iets uit dat herkenbaar is als
mijn stijl, hoop ik dan."
Conz: "Voor
dit verhaal? Ik denk een ietwat vreemde combinatie van
de klassieke Vandersteen, Blade Runner, Star
Wars, Paprika,..."
Over een nieuwe samenwerking:
Dupré: "Dat
is niet uitgesloten, al zal het dan geen Suske en
Wiske meer zijn."
Conz: "Ik
vond het een heel vlotte en prettige samenwerking, dus
wat mij betreft zou het nog weleens mogen in de toekomst."
Over volgende projecten:
Dupré: "Het
negende album van Kaamelott. Ooit. En een one-shot
op scenario van Valérie Mangin met wie ik al De
Roofdierenclub heb gemaakt."
Conz: "Ik
ben al enkele jaren een driedelige sciencefictionstrip
over een tijdreiziger aan het schrijven en tekenen, maar
het gaat heel erg traag vooruit. Nog enkele jaren
geduld dus. Daarnaast probeer ik ook om enkele stripreeksen
op poten te zetten die ik enkel zou schrijven. En
veel illustratiewerk." |