Philippe
Berthet over Zwijgen Als Vermoord |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Sonia Déchamps
verscheen eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 85 van oktober 2015. Vertaald door Wim
De Troyer. |
|
Over
Australië: "Al bij al zie je weinig
van Australië in dit album. Ik had er wel graag een
verhaal van gemaakt waar ik ten volle gebruik kon maken
van de echte, typische Austalische decors: de rode rotsen,
de aboriginals, enzovoort. Dat was hoe ik het mij oorspronkelijk
voorstelde. Uiteindelijk bevinden we ons in een klein
Australisch stadje dat evenzeer een klein Texaans stadje
kon geweest zijn. Enkele eigenaardigheden, zoals hoe het
licht valt onder de evenaa,r en de lage gebouwen, zelden
hoger dan één verdieping. Maar afgezien
daarvan, kon dit verhaal zich overal afgespeeld hebben."
Over lafheid: "Hier zien we de grafsteen
van de broer van Greg, Ike, die alvorens te sterven zichzelf
beschuldigt van de moord op Lee. De mensen hebben zich
uitgeleefd op zijn grafsteen, misschien diezelfden die
meer dan twintig jaar geleden Greg zouden gelyncht hebben.
Dit illustreert de lafheid van de mens. Dezelfde mensen
die hem toen uitgespuwd hebben, komen hem nu opzoeken
om hem te zeggen dat ze nooit aan zijn onschuld getwijfeld
hebben. Ze zijn allemaal schijnheilig. In dit album komen
de misselijke eigenschappen naar boven."
Over cadrage: "Hier geen excentrieke
prenten. Ik wou dichtbij mijn personages blijven. Ik wou
een soort kalmte bewaren, een inherente traagheid, eigen
aan het scenario."
Over sfeer: "Voor de kleuren situeerde
ik de beelden in een bepaalde periode van de dag, en dan
gaf ik aan Dominique, mijn echtgenote en inkleurster,
de instructies. Ze is erin geslaagd om, gebruik makend
van dezelfde techniek als voor Perico (reproductie
van de platen op aquarelpapier, en daarna handmatig inkt
en aquarel toevoegen) toch een palet op punt te stellen
dat voldoende verschillend is. Met haar inkleuring bepaalt
zij de sfeer van mijn albums."
|
Over
zwart-wit-rood: "Ontmoeting op Lee's grafzerk.
De lezer ontdekt pas later de toedracht van de moord.
Die was nogal moeilijk om te tekenen. Het moest brutaal
zijn, maar ik wou er ook geen horror van maken. Lee moest
het beestachtige van de mens ondergaan, half ontbloot,
bebloed... Het was de brutaalste scène, maar ook
een sleutelscène. In compleet contrast met de rust
die deze platen en het album in het geheel uitstralen.
Ik heb Dominique voorgesteld om voor de moord te werken
in grijswaarden, zodat enkel het bloed werd benadrukt.
De scène is uiteindelijk zo zeer bloederig geworden.
Het zijn drie ultrageweldadige platen in het midden van
een redelijk traag verhaal."
Over "Hot" Lee: "Lee is
een van de personages die ik het moeilijkst kon vatten.
Ze moest sexy zijn, verleidelijk, maar geen klassieke
'sexbom'. Wanneer we in het begin de indruk hebben dat
ze gewoon een 'flirt' is, wou ik dat je op het einde zag
dat ze zeer verliefd is op Greg. Het is gewoon een meisje
dat veel te snel is moeten opgroeien. Zoals zo vaak in
de scenario's van Zidrou zit er een zekere fragiliteit
in de personages."
Over Scarlett Johansson: "Lee blijft
een van de interessantste vrouwelijke personages in mijn
niet korte rij heldinnen... Voordat ik haar begon te tekenen
heb ik enkele foto's van Scarlett Johansson genomen, de
heldin in Lucy, een film van Luc Besson. Ik heb
enkele schetsen gemaakt met haar foto's bij de hand en
langzamerhand is het personage Lee naar voren gekomen,
met die nogal aparte mond."
|
Zidrou
over geesten: "Ik wou niet dat Lee verscheen
als een klopgeest, maar dat ze aanwezig zou zijn in Gregs
leven, dat ze de ene keer als een aanwezigheid die hem
ophitst, dat ze de andere keer als een vloek verschijnt.
Voor Greg is het een enorm litteken dat hij voor altijd
meedraagt. Een innerlijk litteken, dus nog sterker, nog
pijnlijker."
Philippe Berthet over verschillende meningen:
"In het begin ging ik niet helemaal akkoord. Zidrou
wou een Lee op blote voeten, en gekleed in het jurkje
dat ze droeg toen ze stierf. Ik stelde voor om haar telkens
anders te kleden, aangepast aan de omstandigheden, als
manier om haar garderobe te variëren en haar sexy
kant beter te kunnen uitspelen. Ik kon dan ook kiezen
voor wat prikkelender outfits... Hij weigerde, en argumenteerde
dat het personage hetzelfde moet blijven zodat men snel
zou begrijpen dat ze een hersenspinsel is."
Over helden: "Greg, het belangrijkste
personage, heeft grafisch alle kenmerken van de held,
maar we beseffen snel dat hij dat misschien niet is. Ik
had hem vrij snel uitgetekend, Zidrou vroeg me enkel om
hem grijze slapen te geven. Hij wordt in het begin voorgesteld
als een buitenpersoon, met een baard. Voor zijn terugkeer
naar de stad moest ik hem scheren. Een baard bepaalt veel
van de look van een personage. Wanneer je hem scheert,
is de moeilijkheid dat je riskeert dat er niet veel van
overblijft."
Over een zeldzame glimlach: "Het
zijn misschien de enige platen waarop Greg een vage hint
van een glimlach weergeeft. Behalve dat voel je dat er
een groot kwaad aan hem knaagt, dat hij dat met zich meedraagt."
|
Over
de schoonzus, weduwe en...: "Dit is een
belangrijke scène waarin Greg voor het eerst oog
in oog staat met de weduwe van zijn broer. En die broer
is er van op de hoogte dat die twee een relatie gehad
hebben, een kwarteeuw geleden."
Over decors: "Er zitten in dit decor
nogal wat dagdagelijkse decors die niet noodzakelijk mijn
grootste favorieten zijn. Dat was nieuw voor me, allesbehalve
evident, en stelde me elke keer weer voor grafische uitdagingen!
In de loop van het verhaal vinden we nogal wat decors
die terugkeren: het station, het hotel,... en die verdraaide
snoepwinkel met al zijn potjes in nette rijen! Dus, ik
geef toe, ik heb enorm bedrogen. Ik plaats het kader,
en vervolgens plaats ik de personages erin. Ik blijf het
decor niet 100% trouw, ik vind dat de prenten, en ook
de platen ruimte nodig hebben, om te ademen."
Over U-Turn: "Ik heb me voor dit
verhaal laten inspireren door U-Turn, een film
van Oliver Stone met Sean Penn en Jennifer Lopez, die
zich afspeelt in een klein Texaans dorpje. Ik heb de film
herbekeken alvorens dit album te beginnen, en heb zelfs
enkele printscreens genomen."
Over cinema: "Ik heb die printscreens
uiteindelijk niet gebruikt, maar ze gaven me een idee
over de verhouding tussen de enorme hemels en de kleine
gebouwen. Dat alles in een bedompte, bedrukkende sfeer.
Die film zit het dichtst bij dit album. Ik bekijk mijn
personages een beetje zoals acteurs. Ik regisseer, ik
hou rekening met hoe ze gaan spelen, en waar ik mijn camera
ga plaatsen." |
Philippe
Berthet over Perico 1 |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Sophie Bogrow verscheen
eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 67H van februari 2014.
|
|
Over
zwart: "Deze openingsscène is drie
pagina's lang, maar in de chronologie van het verhaal
zitten we veel verder. Ik zet graag onmiddellijk de toon:
'zes ontploffingen in de nacht, de aftrap voor heel wat
heisa...' Ik wilde de scène onderdompelen in een
benauwend zwart. Ik ben dol op zwart!"
Over kantelmomenten: "De sfeer brengt
een beetje de dominerende sfeer in De Weg naar Selma
in herinnering. Ik heb er een gelijkaardig plezier aan
beleefd. Selma betekende een keerpunt in mijn
carrière, het was het moment waarop ik meer op
volwassenen gerichte verhalen kon maken. Ik zou graag
hebben dat Perico ook ene van die kantelmomenten
wordt."
Over de propere klare lijn: "Mijn
lineaire stijl is niet makkelijk om geweld mee weer te
geven. Dat is al altijd mijn probleem geweest. Ik kom
er maar niet toe om vlekken te gebruiken of me van het
propere van de klare lijn te ontdoen. Als compensatie
probeer ik mijn tekeningen te vermenselijken door de schaduwen,
de kadrages, de houdingen, de expressies."
Over de inkleuring: "De inkleuring is van
mijn vrouw, Dominique David. Gezien het verschil van het
project met mijn voorgaande strips stelde ze voor om de
computer te laten vallen en opnieuw ecoline en aquarel
te gebruiken op vellen die waren voorbedrukt met mijn
tekeningen. En ze legde zich toe op subjectieve kleuren.
Hier begint het. Ik stelde een rode hemel voor zoals van
het laatste licht van een ondergaande zon. De rest van
de sfeerschepping kwam als vanzelf. Daarna waagde ze zich
aan bruine hemels of appelblauwzeegroene wateren, een
saffraangele oceaan onder de lichten van Malécon
(de boulevard aan zee in Havana). Overvloedige kleuren,
maar nooit flashy, altijd subtiel en evenwichtig."
|
Over
positionering: "Bij het maken van een stripverhaal
zijn er talloze technische beperkingen waar een lezer
zich niet bewust van is. Onder andere de logica van het
acteursspel. Hier moest ik het zo organiseren dat de buitenstaander
op een natuurlijke manier langs het linkerportier komt
voor het vuurgevecht. De personages moeten ook goed geplaatst
worden in functie van de volgorde van de dialogen. Ik
haat tekstballonnen waarvan het staartje het personage
moeten inhalen of staartjes die elkaar kruisen. Het vergt
soms heel wat hoofdbrekens om alles op de juiste plaats
en op het juiste moment te positioneren."
Over personages in wagens: "Het
lijkt stom, maar het is niet zo makkelijk om een personage
in een wagen te laten handelen. Niet alleen is de locatie
beperkt, het zit ook nog eens vol nutteloze, zeg maar
vervelende details. Ik heb geprobeerd het probleem op
te lossen door een strakkere kadrage zodat er geen stuur
en dergelijke meer in perspectief moest getekend worden
die de lezing zouden kunnen verstoren. Ik heb van de chauffeur
ook een linskhandige moeten maken want anders paste het
niet."
Over de wagens: "Mooie wagens, op
dat gebied bedient Perico me van een vertrouwd
gegeven. Eigen aan de periode van de jaren 1950 zijn de
carrosserieën groot, zwaar en vol rondingen. Deze
wagens rijden tegenwoordig nog altijd in Cuba. Het Amerikaanse
embargo maakte van elke Cubaan een handige mecanicien.
In afwachting van het tekenen van het glimmende soort
wagens uit Amerika, dwong ik mezelf om de wagens zonder
hulp van de lichtbak te tekenen."
|
Over
de wind: "Na het dramatisch rood in de vorige
pagina's, keren we terug naar natuurlijke, objectieve
en rustige kleuren. De meeuwen geven aan dat we dichtbij
de zee zitten, je voelt zelfs dat er wind is."
Over rentabiliteit: "Ik heb mijn
tijd genomen voor dit album. Als een prent me vier of
vijf dagen tijd kost, dan is dat zo. Ik die zo van rentabiliteit
hou en een ritme aanhoud van een plaat per twee of drie
dagen, gooi me hier op brede en complexe decors. Voor
de gebouwen uiteraard, zoals hier, maar ook voor een scène
in een cabaret gezien door de benen van danseressen. Met
heel wat kleine personages op de achtergrond, elk mey
een eigen houding en perspectiefproblemen. Of ook nog
voor het interieur van een populair café, zelf
uitgevonden bij gebrek aan een goed beeld, met een scheve
en vervormde kadrage van de tafels op de voorgrond."
Over de straten van Havana: "Ik
ken de straten van Havana, die de laatste zestig jaar
niet veel zijn veranderd, helaas enkel van foto's. Ik
heb heel wat boeken doorgenomen en het internet afgeschuimd.
Twintig jaar geleden spendeerde ik hele dagen in boekhandels
om een handvol foto's te vinden die ik bijhield in vijf
banden! Google Street View gaf me een idee, maar de zichten
zijn zelden bruikbaar. Omdat ik niet erg vertrouwd ben
met de bouwstijl, gebruikte ik een kadrage die overeenkwam
met de prent met een voorstelling van het vluchtpunt.
Daarna herschik ik alles, ik vereenvoudig, ik herbereken
en ik bevolk de prenten. De jongen die met een wielas
speelt, komt van een foto, maar het steegje is uitgevonden.
Het balkon in prent 5 fotografeerde ik in Kreta. Het paste
er goed bij. Van elk album geef ik een van de platen cadeau
aan de scenarist. Régis koos voor deze plaat."
|
Over
Humphrey Bogart: "Het amuseerde me om de
vader van de held in het licht van de rolluiken te plaatsen.
Het ziet er overdreven uit, hé, zovel grote zwarte
lijnen op een lichaam? Het effect komt ook voor in films
uit die tijd met Humphrey Bogart. Ik gebruikte ze lang
geleden al in De P.I. van Hollywood. De schemering
doet de zoon, Joaquin, beter uitkomen. Hij is al bij al
het hoofdpersonage."
Over verschrikkelijke, historische personages:
"Ik heb hele pagina's volgeschetst voor
het uiterlijk van de jongen. 'Te volwassen, te oppervlakkig',
herhaalde Régis toen hij mijn eerste schetsen zag.
Ik zag 'm daarom jonger, fragieler ook, om ruimte te laten
voor zijn evolutie in de toekomst. Uiteindelijk is het
grappig dat hij in niets lijkt op mijn eerste schetsen!
De historische personages moeten natuurlijk herkenbaar
zijn en zij vormen het grootste probleem. Om hen te doen
gelijken, moet je ze heel wat kleine trekjes en rimpels
meegeven... alles dat niet past bij mijn tekenstijl. JFK
in Nico was een verschrikking!"
Over steden en pompstations: "De
eerste thriller die Régis me voorstelde was heel
erg Amerikaans en vooral heel stedelijk. Grafisch was
dit voor mij déjà vu want al meer door mij
gedaan. Ik zou er me niet mee gaemuseerd hebben. Ik heb
hem om ruimte gevraagd en vooral een menselijke dimensie,
indien mogelijk een liefdesverhaal. Maar de grote steden
zijn alomtegenwoordig: na het exotische Cuba volgen de
buitenzichten, de motels en de pompstations in het roadmoviegedeelte
van deel 2. Ik begeef me dezer dagen naar Albuquerque
en Hollywood. Je ontloopt je lot niet!" |
|