|
|
|
Alle
bijdragen van Paul Salomone aan de
rubriek De Commentator
bundelen we op deze pagina.
Klik verder naar de volgende onderwerpen:
• 24/08/2013 Hoewel
hij niet van westerns houdt, toont Paul Salomone zich
als een begenadigd tekenaar van een overtuigende westernstrip,
De Engelsman die niet van Vuurwapens Houdt.
Salomone was in zijn studententijd een van de beste
Franse atleten, maar hij koos voor een carrière
als striptekenaar. |
|
|
|
|
Paul
Salomone over De Engelsman die niet van Vuurwapens Houdt
1 |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Damien Perez verscheen eerder
in het Franse stripmaandblad Casemate nummer
36 van april 2011.
|
|
Over
leren tekenen: "Tekenstudies? Een diploma
toegepaste kunsten. Daarvoor probeerde ik het een beetje
op mijn eentje. Van kleinsaf tekende ik al. Mijn vader
was schilder, hij heet Paul Salomone, zoals ik, en het
ouderlijke huis was steeds vol schilderijen en beeldhouwwerken
die me ontwikkeld hebben in mijn gevoel voor esthetiek.
Op jonge leeftijd leerde ik de anatomie en perspectief
door alles wat door mijn handen passeerde na te tekenen:
fotoboeken, geïllustreerde woordenboeken en encyclopedieën.
Mijn tekenstijl is dus niet gevormd door één
enkele school, maar is veeleer gevoed door heel diverse
invloeden. Ik ben trouwens geen fervent striplezer, ben
ik nooit geweest. Het spijt me , maar ik heb zelfs niet
het minste grafisch voorbeeld."
Over sport: "Voor mijn licentiaat
in de toegepaste kunsten volgde ik een STAPS-richting
(Franse studierichting met voornamelijk sport, red.).
Ik heb lange tijd op hoog niveau sport bedreven, ik behoorde
tot de beste twintig Franse atleten op de 400 meter. Daarna
moest ik kiezen. Het werd tekenen, zelfs al doe ik nog
steeds veel aan sport, voornamelijk mountainbiken. In
het begin tekende ik alleen maar en verplichtte mezelf
om eens in de twee weken te lopen. Daarna vond ik sport
voor mij een noodzaak om mijn hoofd te legen, mijn evenwicht
te vinden. Zonder dat zouden mijn tekeningen er anders
uitzien."
Over het acteursspel: "Mijn personages
praten graag met de handen! Wellicht omdat ik Italiaanse
origines heb! Maar serieus nu, het acteursspel —
en dus de houdingen — lijkt me essentieel voor de
geloofwaardigheid van een personage. Ik heb daarom een
grote spiegel in mijn atelier waardoor ik gezichtsuitdrukkingen,
handbewegingen en lichaamshoudingen kan visualiseren,
zoals in tekenfilmstudio's gebeurt."
|
|
Over
architectuur tot mode: "Er zit veel architectuur
in mijn prenten, maar ik probeer niet te overdrijven.
Ik hou er gewoon van, da's alles. Ik wilde graag decorateur
of interieurarchitect worden. Uiteindelijk werd ik striptekenaar,
een specialisatie waardoor ik alles tegelijk kan uitoefenen,
het ontwerpen van mode zoals de jurken van Margot waar
ik nogal op heb gezwoegd incluis!"
Over Jesus: "Ik heb me goed geamuseerd
met het ontwerp van Jesus, de Mexicaanse bewaker van de
buit. Het is een enorm personage met een fysiek die naar
beneden neigt met heel wat kogelriemen om zijn lijf. Maar
om hem te laten bewegen... zo ingewikkeld! Ik had niet
altijd de keuze om het maximum uit mijn personages te
halen. Als er een half dozijn Mexicanen met sombrero en
snorren zijn te tekenen, valt het niet mee om hen niet
hetzelfde uiterlijk te geven! Lupano vertrouwde me een
boek toe dat ik heb gebruikt voor de complete totstandkoming
van het album: 1911 – La Bataille de Ciudad
Juárez door Miguel Ángel Berumen. Een
ware goudmijn tjokvol foto's uit die tijd waardoor ik
van alles vond om kogelriemen en gewone riemen en zelfs
tronies kon gebruiken zonder sommige elementen van de
vervallen hacienda, waarin bijna het heel verhaal zich
afspeelt, te vergeten."
Over het vuurgevecht: "Hierna komt
een groot vuurgevecht. Daardoor moet de buurt van de hacienda
dus helder in mijn hoofd zitten. Ik heb een precieze plattegrond
getekend en er de personages op geplaatst zoals in de
film. Om het metselwerk beter voor te stellen, bediende
ik me van een hacienda uit de film Way of the Gun."
|
|
Over
vertrouwen: "Het scenario van deel 1 was
al geschreven toen ik voor het project toezegde. Ik moest
me dus aanpassen aan de vastgelegde bepalingen. Deel 2
verliep anders want het werd gaandeweg geschreven omdat
Wilfrid mijn smaak en voorkeur kende voor sfeerbepaling
en kadrages. We kenden elkaar tevoren niet, maar ik waardeerde
zijn werk ten zeerste, in het bijzonder Alim de Leerlooier.
Ik stond erop om elkaar te ontmoeten voordat ik het project
aanvaardde. Een album is teamwerk. Ik moet er vertrouwen
in hebben, om op dezelfde golflengte als de scenarist
te staan. We hebben elkaar enkele dagen gezien en we hebben
onze voorkeuren met elkaar gedeeld. Het klikte snel!"
Over de formule: "Ik ben dol op
prenten vol details. Ik heb deze stijl vastgelegd met
Wilfrid die een tekenstijl wilde die zo nauw mogelijk
aansloot bij de vertelling. Nadat we er lang over hebben
gediscussieerd kwamen we tot deze formule: semirealistische
personages met de mogelijkheid hun expressies maximaal
te versterken. Dit alles gekoppeld aan realistische decors
die de intrige geloofwaardig maken."
Over compositie: "Van zodra het
mogelijk was, probeerde ik elke keer drie stroken te gebruiken,
van die pagina-indeling hou ik wel en ik kan ermee spelen
in de breedte en in de hoogte zoals in prent 4. Ik waak
er ook over dat de lezer bij het bekijken van de pagina
op zijn geheel er de belangrijkste prent uithaalt. Hier
gaat het om prent 2 waarin Margot heel lief kijkt om uiteindelijk
Manolo, de bendeleider van de Mexicanen, te behagen. Om
deze prent in het oog te laten springen, heb ik de achtergrond
eenvoudig gehouden. Het aantal details in de andere prenten
dient ook om deze compositie te benadrukken."
|
|
Over
de dikke Mexicaan: "Voor mij hangen nevenpersonages
er niet zomaar bij. Goed wetend dat we de bende Mexicanen
vaak zullen zien, heb ik voor elk van hen een kleine biografie
bedacht om me hen geloofwaardiger voor te stellen en hen
op een geloofwaardige manier te tekenen. Om hen een eigen
identiteit te geven, lijken ze noch op kennissen van me
noch op bekende acteurs. Elk personage heeft zijn eigen
karakter en handelt daarnaar. De dikke Mexicaan die het
hele album lang chili eet, is niet het meest actieve type
want hij brengt zijn tijd aan tafel door. Ik heb 'm dus
niet gebruikt voor de aanval op de trein in het begin
van het album."
Over stof en vuil: "Ook al ben ik
geen grote westernfan, toch hou ik van My Name Is
Nobody en andere klassiekers. Ik heb het project
meer voor de achtergrond geaccepteerd dan voor de zin
om het wilde westen te bezoeken. Ik erken dat ik me er
goed mee heb geamuseerd dankzij de bestofte, vuile locaties
die een waar plezier waren om te tekenen."
Over sfeerbepaling: "Ik moest hier
aan de lezer duidelijk maken dat je deze scène
door een verrekijker bekijkt, vandaar de verleiding om
de compositie met streepjes te voorzien. Maar uiteindelijk
is Byron Peck een heel voorkomend man, dus dacht ik bij
mezelf dat er geen enkele reden voor was dat zijn verrekijker
bevuild zou zijn! Een eerste probeersel leverde niets
op tot ik vond dat de inkleuring volstond om het zicht
door de verrekijker weer te geven. Ik test tot op welk
niveau het aantal details inkleurder Lorenzo Pieri doet
zuchten, maar tot nu toe heeft hij nog nooit geklaagd!
Ik heb 'm zo veel mogelijk geholpen door bijvoorbeeld
niet te veel zwart te gebruiken zodat hij zelf schaduwen
kan toepassen en hem zelf de sfeer te laten bepalen." |
|
|