Alle bijdragen van Régis Loisel en Jean-Louis Tripp aan de rubriek De Commentator bundelen we op deze pagina.

Klik verder naar de volgende onderwerpen:
15/11/2014 Régis Loisel en Jean-Louis Tripp over Magasin Général 9
 
Régis Loisel en Jean-Louis Tripp
over Magasin Général 9
15/11
TOP
Onderstaande bijdrage van Jean-Pierre Fuéri verscheen eerder in het Franse stripmaandblad Casemate nummer 67H van februari 2014. Vertaald door Wim De Troyer.

COMMENTAAR BIJ PAGINA 22
Régis Loisel over typen met twee vingers: "Jean-Louis en ik schrijven een episode in één à twee maanden aan een tempo van meerdere zittingen per week. We vertrekken van een idee en gaan van daaruit verder, de ene keer hij, de andere keer ik. Aangezien ik typ met twee vingers, en hij met vier, is het hij die moet typen, zo gaat het twee keer zo snel. Vervolgens storyboard ik alles en teken ik mijn platen zodanig dat ze onleesbaar worden. Dan ga ik er met stift over zodat de arme drommel er iets van kan maken alvorens hij aan de inkting van onze reeks door vier handen begint."

Jean-Louis Tripp over de ware tekenaar: "Als zijn vriend kan ik het wel zeggen dat de basistekening die Régis maakt geen vrolijk zootje is, maar eerder dat het tjokvol energie zit die gekanaliseerd moet worden. Ik teken geen haren, ogen, neuzen, water of het bos zoals hij dat kan. Ik zet alles over in mijn tekening en die alchemie zorgt voor de ware tekenaar van de reeks, die noch hem, noch ik is."

Régis Loisel over gemakkelijkheidsoplossingen: "De winkel, de schappen, de kassa tonen, het is niet altijd leuk. Ik zoek altijd naar gemakkelijkheidsoplossingen die wat ademruimte geven en die de zaken zo simpel mogelijk maken."

Régis Loisel over nagels kloppen: "Het resultaat van de drie oudjes is een mooi voorbeeld van onze manier van werken. Ze komen nogal in de war aan in het atelier van ouwe Noël die aan zijn boot aan het werken is. Het is een beetje statisch. Ik moet Jeannette bezig houden, zodat ze niet verdwijnt in de massa. Ik geef haar een hamer, wat nagels, en het is vertrokken. Het kon ook een buis om propjes mee te schieten geweest zijn! Dat amuseert Jean-Louis. Plots gaat ze overal nagels kloppen, zelfs in de biechtstoel. En uiteindelijk eindigt het ermee dat de twee anderen ook een hamer moeten hebben. Dat zijn zo van die kleine dingen die gebeuren zonder dat we er te veel bij nadenken."



COMMENTAAR BIJ PAGINA 23
Régis Loisel over lezers als voyeur: "Hier gebruik ik met een ander doel grote close-ups, vaak donker. De lezer wordt voyeur. In prent drie verbeeld je je een achter de stoel van de lerares weggestopt kind. Ik nodig onbewust de lezer uit om deel te nemen aan de actie. In prent 4 verbeeldt de lezer dat hij of zij mensen ziet achter enkele houtblokken. Hetzelfde geldt voor een vechtpartijtje. Ofwel bekijk je het van buitenaf, groot plan, ofwel zit mijn camera temidden de vechtersbazen en heeft de lezer de indruk dat hij meppen moet ontwijken. Het is duidelijk dat ik die aanpak verkies."

Régis Loisel over misbruik van principe: " Prent 4, de close-up laat me ook toe te veel details te vermijden bij de personages in de achtergrond van de scène. Maar ze houdt steek en ik ben ervan overtuigd dat geen enkele lezer denkt dat ik deze constructie op poten gezet heb om het mezelf gemakkelijk te maken. Ik misbruik het principe niet in de voorgaande prent, noch in de volgende. Ik kon een vogelperspectief gebruikt hebben in de eerste, maar dat had niks toegevoegd."

Jean-Louis Tripp over grijswaarden:
"In zijn soloalbums werkte Régis met close-ups, maar in kleur, niet in zwart-wit. Ik heb er grijswaarden op gezet, zelfs rechtstreeks zwart vanaf album 3. Mijn tekenstijl is gebaseerd op de schaduw, het licht, wazige donkertes en arceringen, ik heb moeten werken aan mijn grijswaarden."

Jean-Louis Tripp over anonieme kinderen: "De kinderen zijn een bron van permanente discussie tussen ons beide. Régis verdomt het er een verschil in aan te brengen, voor hem zijn het figuranten, punt uit. Mij geneert het een anoniem kind te tekenen. Ik wil weten of het een jongen van de Ouelettes is of een meisje van de Archambaults. Ik heb ze dus geschetst in een schrift, al de kinderen die de revue al zijn gepasseerd. Hij heeft het dan enkele maanden geprobeerd, en heeft toen opgegeven. Ik heb toen ook moeten lossen."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 24
Régis Loisel over Félix: "Vanaf het begin becommentarieert Félix, de overleden man van Marie de actie in tekstballonnen met een blauwe kleur, en in een klein lettertype. Ik gebruikte dit vaak, dat stond me toe de evolutie van emoties in het dorp te volgen. In het begin is Félix jaloers op Marie, om haar langzamerhand te begrijpen. Voor de dood van een grootmoeder hebben Jean-Louis en ik elk een tekst geschreven voor Félix. Aangezien ik nog nooit zoiets meegemaakt heb, heb ik het mij ingebeeld. En nadien hebben we de teksten gemengd. Voor de teksten is Jean-Louis de sterkste. Ik sta mijn mannetje in de dialogen. Soms merken we aan het einde dat we Félix zijn vergeten. Waar kunnen we hem laten praten? En dan bladeren we opnieuw alles door."

Régis Loisel over schijt aan paarden: " Paarden irriteren mij! Ik krijg het schijt van paarden! Dus probeer ik ze zo weinig mogelijk te tonen. Net zoals met voeten. Ik haat voeten tekenen. Peter Pan speelt zich af in een besneeuwd Londen, zodat ik geen voeten hoefde te tekenen. De personages van Op Zoek naar de Tijdvogel lopen vaak in het hoge gras om dezelfde reden. Meer zelfs, hun sporen zijn een kenmerk van de reeks."

Jean-Louis Tripp over paarden met kleren en schoenen aan: " Over paarden gesproken, in tegenstelling tot de mijne zijn die van Régis geniaal. De grote truc bestaat erin ze zo weinig mogelijk te tonen. Hier is dat mislukt. Het galopperende paard met de kleine erop gaat nog, maar die twee andere... het is niet helemaal dat. De enige beesten die ik ooit getekend heb voor Magasin Général waren voor kinderboeken, met kleren en schoenen aan. Dat helpt! De structuur van beesten kan ik niet vatten, ik begrijp niet goed waar hun spieren zich bevinden. De enige die ik beheers zijn de kleine huisdieren, zeer geïdealiseerd, weinig realistisch."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 25
Régis Loisel over de klok: "Ik ben geen groot tekenaar, maar ik beheers magnifieke trucs. Een klok in heel zijn complexiteit tekenen verveelt me. Dus verstop ik ze en teken ik een mooie prent met 'Dong! Dong!'. Iemand bewonderde al de manier waarop ik de klok liet overhellen om haar in evenwicht te houden, voordat ik er zelfs maar aan gedacht had."

Jean-Louis Tripp over zijn allergie voor mooie poppetjes: " Akkoord, onze vrouwen zijn een beetje dik, en beantwoorden niet aan de modebeelden, maar ik vind ze mooi. Het zijn echte mensen en de essentie van onze verhalen is vertellen over echte mensen. Ik ben allergisch aan mooie poppetjes die los staan van de realiteit. Maar neen, het is geen allusie op pin-ups op cover van tijdschriften."

Régis Loisel over dieren en mensen: " Je zag op de vorige pagina een kat en een beertje. In het begin van Magasin Général liet ik een kat en een hond zien die aan het bakkeleien waren met elkaar. Later sloten ze vrede, de kat likte zijn pootje, de hond knabbelt op zijn bot. Later voegde ik er een eend aan toe die zich wat afzijdig hield. Serge, het storende element wanneer hij aankomt in het dorp, wordt scheef bekeken. Als een stoute kleine eend. Stukje bij beetje komt alles goed voor Serge. En de kat, de hond en de eend slapen samen. Ik vind de parallel tussen het gedrag van de mensen en de dieren vertederend."

Jean-Louis Tripp over plannen: " Ik beschouw me als de bewaker van de tempel. Zodra een scenario klaar is, bel ik Casterman en leggen we een datum vast waarop het album moet klaar zijn. En ik zet aan de hand daarvan een planning op. Ik teken tussen een halve en twee derde pagina per dag. Régis iets meer. Daarna speel ik met de tijd. En dat werkt. Levering ten laatste in oktober. Tenzij Régis halverwege het album niet naar Indië verdwijnt."