Alle bijdragen van Jean-Michel Ponzio aan de rubriek De Commentator bundelen we op deze pagina.

Klik verder naar de volgende onderwerpen:
06/06/2015 Jean-Michel Ponzio over Experience Death
18/08/2012 Als je de commentaren leest van Jean-Michel Ponzio over het verzoek om De Orde van Cicero 4 na Paul Gillons dood te tekenen, vraag je je af waarom net hij werd gevraagd. Zijn werkwijze om vooral met foto's aan de slag te gaan, staat diametraal tegenover Gillons methode. En toch klaarde Ponzio de klus... in amper drie maanden.
 
Jean-Michel Ponzio over Experience Death
06/06
TOP
Onderstaande bijdrage van Damien Perez verscheen eerder in het Franse stripmaandblad Casemate nummer 67 van februari 2014.

COMMENTAAR BIJ PAGINA 12
Experience Death
Over foto's als voorstudies: "Mevrouw Fork leek eerst op Angela Merkel. Ik heb me gebaseerd op een vriendin van mijn vrouw die er net niet op lijkt! Toen ik de jonge vrouw die als model diende voor Hélène, het hoofdpersonage in Het Chimpansee-Syndroom, meenam naar een signeersessie herkende de lezers haar niet! Foto's zijn zo'n beetje voorstudies voor mij. Nadat ik ze nam, blijft er nog heel wat werk om ze in scène te zetten."

Over futurisme:
"Een futuristisch voorwerp moet voortkomen uit een vervorming van de werkelijkheid om geloofwaardig te zijn. Mijn holografische uurwerken geven ook het uur aan dankzij de cijfers die uit lijnen en punten bestaan, zoals van een oude wekkerradio! Hetzelfde geldt voor de kledij, ik gebruik bestaande voorwerpen op een andere manier. Het gebeurde al eens dat ik een knieband kocht om die te integreren in een kledingstuk, maar dan op een ander gedeelte van het lichaam dan rond de knie."

Over Forks zoon: "Aanvankelijk had de zoon van mevrouw Fork in zijn sarcofaag niet dit hoofd. Omdat ik aannam dat hij in slaap zou blijven, heb ik 'm in 3D ontworpen. Toen ik ontdekte dat hij aanweziger is in het tweede deel (de Franse editie verscheen als tweeluik, red.) gebruikte ik mijn gebruikelijke techniek naar levend model om hem te animeren. Nadat ik de benodigde foto's nam voor deel 2 nam ik er andere voor deel 1. Vervolgens heb ik alle prenten waarin hij voorkomt in deel 1 aangepast."

Over de oude jongeman: "Matt is getroffen door progeria, de verouderingsziekte waarbij jonge mensen eruitzien als eeuwlingen. Hij mocht geen bejaarde zijn, maar een man met trekken van zijn leeftijd en ouderdomstekenen. Ik heb geprobeerd om de karakteristieke uiterlijkheden van een ouder persoon te analyseren. Meer dan met rimpels heb ik gewerkt met de houding en de verzwakking van de spieren."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 13
Experience Death
Over knutselen: "Het valt niet mee om personen in zulke pakken sexy te maken! Het is zelfs frustrerend, maar het wordt gecompenseerd door het plezier om texturen met plooien te tekenen en uirustingen vol detals te tekenen. Ik nam foto's van piepschuimen structuren die ik versierde met alle soorten rommel, bijvoorbeeld melkflessen die als zuurstofflessen dienden. Ik raad het piepschuim aaan dat je in verpakkingen van elektronische huisdhoudtoestellen vindt! Dan schoonde ik de foto's van mijn geknutsel digitaal op en werkte de nietjes weg die ik voor mijn piepschuimen structuren nodig had. Er restte me niets anders dan het allemaal te herwerken om het geloofwaardig te maken. Momenteel creëer ik een uniform van een militair uit de toekomst aan de hand van een stofzuiger! het komt in de kelder terecht, bij de andere grote zakken met knutselwerken."

Over één model:
"De wetenschapper in de prenten 4 en 6 blijft in de schaduw staan want ik wilde mevrouw Fork in het licht zetten. Voor zulke nevenpersonages gebruik ik slechts één enkel model, een bevriend politieofficier die heel toegewijd is om poses aan te nemen. Hij vertolkt heel veel personages, bijvoorbeeld ook de wetenschapper met het baardje op de volgende pagina. Zonder hem moet ik een echt persoon vinden per personage. Dus een zetigtal per album. Ondoenbaar."

Over modellen zoeken: "Modellen vinden is stresserend. Ze moeten in mijn onmiddellijke omgeving zijn want als dit tweeluik op een dag een vervolg krijgt (wat inmiddels het geval is, red.), reis ik liever niet door Frankrijk of de wereld om mijn model te vinden! Ik spoor gezichten op die emoties kunnen uitdrukken. Het gebeurt dat ik aanklop bij buren die ik niet ken omdat hun gezicht me aanspreekt! In 95% van de gevallen stemmen ze toe om te poseren, hun vertrouwen roert me telkens weer."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 14
Experience Death
Over aanpassen: "Ik heb vaak gewerkt met scenaristen-tekenaars zoals Richard Marazano. Ik probeer tot het grafisch niveau te komen van degene wiens verhaal ik illustreer. Dat helpt me vooruit. Ik heb geen egoproblemen en volgde alle suggesties van een veeleisend tekenaar als Denis Bajram (co-scenarist van Experience Death, red.). We hebben op voorhand veel besproken, ik wilde zijn exacte visie over het schip Horus-Ra en van de maalstroom waarin het terechtkomt. Deze elementen zitten in de pagina's gekluisterd. Uiteindelijk heeft Denis elke plaat onder handen genomen, een ander licht hier, een kleur daar. Ik heb zijn kennis over de mise en scène aan het werk gezien"

Over de mond:
"Als ik een model fotografeer, is het belangrijkste zijn mond. In prent 3 en 4 berust alles bij de expressie. Een blik aanpassen is te voorzien. Het is echter onmogelijk om een mond te herwerken, voor mij is dat het handelsmerk van een persoon."

Over zwart en wit: "Ik wissel graag zwarte met witte bladspiegels af op eenzelfde pagina. Dit trucje komt me goed uit om mijn pagina's beter in evenwicht te brengen, maar ik probeer er geen misbruik van te maken. Als ik het op twee naast elkaar liggende pagina's doe, let ik erop dat de zwarte en witte gedeelten in elkaar overvloeien zodat het geheel esthetisch blijft. Voordat het album naar de drukker verstuurd wordt, schik ik al mijn platen naast elkaar per twee om de algemene weergave na te gaan."

Over tekstballonnen: "Tot dan toe werkte ik met ovalen tekstballonnen, maar hier koos ik voor rechthoekige formaten als hommage aan Denis Bajram die er zulke gebruikte in Universal War One. Er is geen vergissing mogelijk tussen de tekstballonnen en vertelkaders. Daar dient het staartje aan de tekstballon voor als een zeer efficiënte, grafische code."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 15
Experience Death
Over de helmen: "Personages met helmen herkenbaar maken, vooral van ver, is een ware uitdaging. Ik dacht eerst aan helmen met verschillende kleuren tot ik erachter kwam dat ze niet allemaal noodzakelijk in alle scènes herkenbaar moeten zijn. De helm is het enige deel van een personage dat niet gefotografeerd werd. Ik maakte ze in 3D, paste ze op het hoofd voordat ik werkte aan het materiaal en de transparantie..."

Over toilletten aan boord:
"Ik bouwde het schip Horus-Ra in 3D en vroeg aan Denis om de noden voor de passagiers te bepalen. Was er een keuken nodig, een badkamer, toiletten? Denis antwoordde me dat de reis kort zou zijn, dus dat een minimum volstond. Het schip bevat een tweede doorgang die ik niet heb gebruikt. Liever dan de Horus-Ra aan te passen, toon ik het vanuit hoeken waarop je die lege ruimte niet ziet. Maar het is er altijd, verborgen in een hoek van mijn prent!"

Over 3D en 2D: "3D-ontwerp impliceert een juiste behandeling tussen realisme en tekening. Als ik het schip Horus-Ra had gebruikt zoals ik het op mijn scherm heb gecreëerd, zou het er zodanig realistisch hebben uitgezien, ook in kleur, dat ik er net zo goed acteurs van vlees en bloed in had kunnen zetten. Omdat mijn 3D goed zou matchen met de striptaal herteken ik het in 2D, door de realistische intensiteit terug te dringen zodat mijn getekende personages er harmonieus in passen."

Over oud boven hightech: "Ik heb Horus-Ra gebouwd zonder rond te neuzen op de site van de NASA of elders. Denis wilde een bathyscaaf die er wat opgelapt uitziet. In plaats van mijn hightechstoelen zag hij liever oude vliegtuigstoelen. In plaats van mijn aanraakschermen had hij liever oude meetinstrumeten van een helikopter. Hij had gelijk, nu lijkt het schip op geen enkel gekend toestel. "


Jean-Michel Ponzio
over De Orde van Cicero 4
18/08
TOP
Onderstaande bijdrage van Jean-Pierre Fuéri verscheen eerder in het Franse stripmaandblad Casemate nummer 48 van mei 2012.

COMMENTAAR BIJ PAGINA 6
Over de eer: "Toen Glénat me voorstelde om het laatste deel van De Orde van Cicero te tekenen, stemde ik meteen toe, zonder nadenken. Wat een eer! Richard Malka gaf zijn akkoord, ik maakte enkele proeftekeningen en alles kwam in een stroomversnelling. Ik kon meteen met de preproductie starten en het album is in drie maanden gemaakt."

Over de uitdaging: "Ik heb de eerste storyboardversie gebruikt die Paul Gillon voor de eerste tien platen had gemaakt. Wat ik tekende, leek er goed genoeg op. Op deze plaat heb ik enkel de prent met het boek toegevoegd. Het was sowieso een onvoorstelbare uitdaging. Ik heb de gewoonte om intensief te werken met fotomateriaal en met levende modellen (die hij fotografeert om vervolgens de foto's te bewerken, red.). Deze keer diende ik te werken naar de tekeningen van Paul. En dat veranderde alles!"

Over inzoomen op de gezichten: "Het was een dubbele uitdaging. Ervoor zorgen dat de lezers de personages van Paul herkennen, dat ze zich terugvinden in de decors, maar ook dat de platen mijn signatuur dragen. Ik beschikte over de digitale bestanden van de eerste drie albums. Zo kon ik inzoomen op de door Paul getekende gezichten, de dikte van zijn lijnenspel nagaan, zien hoe hij op bepaalde momenten met het penseel pauzeert, een echte personagebijbel samenstellen, enzovoort."

Over ouderdom: "Het is van belang de personages te doen leven, maar ze ook te doen verouderen. Er wordt vaak beweerd dat door het toevoegen van een rimpel in het gezicht een personage tien jaar ouder wordt. Niet eenvoudig. Paul schetste een oude dame van 85 jaar die niet overeenstemde met mijn idee dat ik over haar had. Ik zag haar minder getekend door het leven en nog mooi. Richard Malka had weer een andere mening. We hebben erover gediscussieerd, hier is het resultaat."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 7
Over donderse kerstbomen: "Deze voorgevel bezorgde me een onaangename verrassing. Toen ik die fotografeerde in december was die haast niet te zien achter de sparren, compleet versierd met kerstballen en slingers. Daar had ik veel retoucheerwerk aan... Ik heb op het internet toepasselijke interieurs gezocht en vervolgens allerlei foto's van meubilair gedownload die ik daarna heb aangepast om ze in de kamer te passen en er de personages in te plaatsen."

Over de tegengestelde techniek: "Paul Gillon gebruikte een techniek die tegengesteld is aan de mijne. Hij beschikte over een enorme papieren documentatie op zijn zoldering/atelier waar stapels knipsels uit de pers, catalogussen, enzovoort stonden. Hij doorzocht die en was ervan doordrongen. Hij beweerde dat zijn opzoekingen hem "gevoelens gaven" waardoor hij bijvoorbeeld beter kleerplooien begreep. Een keer hij die info snapte, gebruikte hij die op zijn eigen manier, met groot gemak zonder ooit zijn bronmateriaal te kopiëren. Dat gemak is het resultaat van een heel leven werken. Het is een heel complexe methode waardoor hij het dichtst de realiteit benaderde met een minimum aan middelen."

Over typevoorbeelden: "In de voorlaatste prent staat Benjamin. Samen met zijn neef Nathan zijn ze de twee hoofdpersonages... en ze lijken ontzettend op elkaar. Paul veranderde enkel het kapsel en de haarkleur om de twee van elkaar te onderscheiden. Maar ik weet best dat elke tekenaar zijn eigen typevoorbeeld man en vrouw heeft. Sommigen tekenen hun leven lang dezelfde types."

Over de wisseling van decors: "Een van de beperkingen van dit album bestond erin om op bijna elke pagina een andere locatie te tekenen. En soms in elke prent! Dat is het geval wanneer Emilie haar leven vertelt in New York."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 8
Over virtuele wandelingen: "Uitzoomen naar achter en we verlaten het ministerie. Een groot beeld op de baai en daar heb je Anissa in de straten van Napels. Richard heeft enkel over de kibboetsen en de rechtszalen gesproken. Voor de rest moest ik me behelpen. Als ik geen tijd had om foto's te maken, surfte ik wat rond. Via Google Street View kon ik wandelen in gelijk welke straat in gelijk welk land, uitgezonderd als er een oorlog woedt."

Over de virtuele gerechtszaal: "Helaas komt Google niet binnen in de rechtszalen. En die heb ik veel nodig in Verdicts! Richard Malka nam Paul Gillon mee om enkele publiekszalen te bezoeken. Hij heeft ze vanuit alle hoeken en kanten gefotografeerd. Die foto's heb ik. Door me erop te baseren kon ik een virtuele rechtszaal in 3D construeren. Hoewel het evenwicht en de verhoudingen niet exact dezelfde zijn als in het echt (door de foto's kon dat ook niet), kwam de compositie toch overeen met de foto's van Paul. Het kostte me drie of vier uur werk, maar vanaf dan was het pure tijdwinst! Ik kon er naar hartenlust met mijn virtuele camera in rondgaan. Maar elk decor reconstrueren zou de hel geweest zijn."

Over opengeslagen albums: "Er ligt nooit papier op mijn werktafel, alles verloopt via de computer. Drie maanden lang was er een uitzondering voor de opengeslagen albums van Paul. Op basis van die pagina's of aan de hand van de digitale bestanden van zijn albums probeerde ik te doorgronden hoe hij zijn personages aanpakte. Ik analyseerde zijn grafische keuzes. Maar het was alsof ik een taal leerde zonder dat ik die kon spreken. De tekenstijl van Paul is als een manier om te wandelen, zijn handtekening, iets dat zich enkel vormt in de loop van de jaren en dat niet te imiteren valt."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 9
Over de twee Anissa's: "Twee soorten informatie. Enerzijds wat Anissa vertelt, anderzijds wat de lezers ontdekken in de tekening. Het pistool in de tas en het haarkleurmiddel, wat een bron van ergernis! Mijn Anissa is zonder twijfel het verst verwijderd van die van Paul. Zijn versie is slank, de taille van een fotomodel, dun zonder mager te zijn, een mooie vrouw zoals hij die wist te tekenen. Ik voelde haar daarentegen kleiner aan met wat meer vlees."

Over de haarkleur: "Malka vroeg me om haar blond te maken, de haarkleur typeert vaak een personage! Ik hoop dat ik ‘r niet te veel veranderd heb. Ik heb geprobeerd om haar een ander kapsel te geven, maar dan was het Anissa niet meer... Colorna bestaat niet. Ik nam een Frans haarkleurmiddel, vertaalde de tekst met het weinige Italiaans dat ik ken en vond de naam uit."

Over de inkleuring: "Ik heb de inkleuring gedaan zonder de sfeer van de eerste drie albums tot in de kleinste details te respecteren. In de lijn werken van het voorbeeld van Paul volstond voor mij. De platen van Paul mogen inkleuren was wellicht een waar plezier door alle elementen die hij al in zwart-wit tekent."

Over leren van de meester: "In tegenstelling tot hem geef ik veel informatie door via de inkleuring. In mijn zwart-witversies is dat geen sinecure. Ik werk pas met de belichting in de inkleurfase terwijl de belichting al aanwezig is in Pauls zwart-wittekeningen. Als je het album doorbladert, realiseer je je dat de personages meer en meer aansluiting vinden bij die van Paul. Daar ben ik tevreden over. Dat wil zeggen dat hij me veel heeft geleerd."