Alle bijdragen van François Boucq aan de rubriek De Commentator bundelen we op deze pagina.

Klik verder naar de volgende onderwerpen:
05/04/2018 François Boucq over Bouncer 10
19/02/2015 François Boucq over Little Tulip
 
François Boucq over Bouncer 10
05/04
TOP
Bouncer 10
Onderstaande bijdrage van Sonia Déchamps verscheen eerder in het Franse stripmaandblad Casemate nummer 110 van januari 2018.

COMMENTAAR BIJ PAGINA 22
Bouncer 10
Over de prenten: "Drie personages op zoek naar een klein meisje. Close-up van hen, daarna gaan we over in vogelperspectief. Daarna een breedbeeld van het meisje op de daken. Ziet ze hen? In elk geval overziet ze alles. De twee horizontale beelden laten toe om je in te beelden dat het meisje zich boven Yin-Li bevindt. De prent waarin Yin-Li wordt lastiggevallen door twee mannen onderbreekt de zoektocht. Niet lang. Wat me interesseert is te zien hoe het meisje op de daken rondloopt. Ze springt als een vogel, valt. Kikvorsperspectief, vogelperspectief. Op het einde van de pagina dringt zich een ritme op."

Over het oog leiden: "De schaduwpartijen creëren structuren. De schaduw van het dak in prent 2 antwoordt op de schaduw van de prent eronder waarin het kind zich verschuilt. Het oog van de lezer zal bij Bouncer vertrekken in de eerste prent en de drie personages volgen die uit elkaar gaan. Dan brengt de eerste schaduwpartij aan de linkerkant van het beeld het oog weer op natuurlijke wijze naar de plek waar het meisje zich verbergt."

Over vriend Bouncer: "Het is heel aangenaam om een personage te tekenen dat je zo goed kent! Ik beheers de structuur van zijn gezicht, hoe zijn haar ligt, enzovoort. Ook al is het niet altijd evident. Sommige belichtingen leiden me soms naar het opnieuw bijstellen van mijn kennis van zijn lichaam. Een geweldig plezier. Als je een nieuwe vriend leert kennen, moet je hem vragen stellen voor je echt een goede verstandhouding met hem kan onderhouden. Als je het personages goed kent, komt de sympathie vanzelf. Dat is wat er gebeurde tussen Bouncer er ik. Hij is als een vriend."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 23
Bouncer 10
Over ritmiek: "De kerel op de grond toont voldoende aan dat Yin-Li mannen zoals hen het hoofd kan bieden. Dat rechtvaardigt haar plaats in de western. Daarna komt de Chinese in het licht. Het kind in de schduw. Die twee zones bevinden zich ook in prent 6. En in prent 7 komen ze bij elkaar in de schaduw. Door dit gebruik van schaduw schep ik een dramatisch spanningsveld waarin ik de verschillende plaatsen kan neerzetten die uiteindelijk samenvloeien. De lichaamsbewegingen van de Chinese vormen een ritmiek: rug, driekwartprofiel, zijaanzicht, rug, vooraanzicht, vooraanzicht en rug. Dat schept een bijzondere beweging. Ik plaats de personages vooraan in prent 6 om goed te tonen dat de Chinese haar voorzorgen neemt om niemand naar haar te laten kijken."

Over beelden en woorden: "In zo'n scène moet alles te begrijpen zijn door de beelden. De leesbaarheid moet perfect zijn. Het beeld moet iets vertellen voor je de tekstballon leest. Het moet een elementje toevoegen, de lezing versnellen, of een contrapunt geven aan wat er te zien is. Het oog is veel opmerkzamer dan de hersenen die woorden moeten begrijpen."

Over gelijktijdigheid: "Wanneer het kind Yin-Li roept, staat de tekstballon over twee prenten. Ik werk de gelijktijdigheid uit. In één oogopslag 'ziet' Yin-Li haar naam en ziet ze het kind. Ik speel met haar blik naar de tekstballon waarin haar naam verschijnt. Het belangrijkste is dat de ene de andere roept die meteen reageert. We zien dat Yin-Li dat heel goed doet!"


COMMENTAAR BIJ PAGINA 24
Bouncer 10
Over ritmestoornis: "We keren terug naar Bouncer wiens zoektocht op niets uitdraaide. In het donker verbergt zich een vreemd personage dat we al gezien hebben. Maar de lezer let er niet op wie dat zou kunnen zijn. De derde prent, horizontaal, onderbreekt het ritme en toont wat er gebeurt. Die storing van het ritme werkt als een tijdsonderbreking. Vervolgens dienen de vier laatste prenten om in detail te tonen dat Bouncer er een bepaalde tijd over deed om overal het kind te zoeken. Uiteindelijk gaat hij terug naar Yin-Li..."

Over zien en niet zien: "Prent 5, de blik van de kerel volgt Bouncer die de trap opgaat. Ik teken hem opnieuw bovenaan de trap. Ik heb dat standpunt nodig om te tonen dat hij bij Yin-Li binnenkomt. Ook om te laten zien dat hij zijn achtervolger niet heeft gezien. En ook dat hij zich wat omdraait, misschien omdat hij iets voelde. Misschien... Al die gelaagdheid is goed om in stand te houden."

Over de spil: "Opgepast, gevaar op deze dubbele pagina. Links (de plaat hierboven) dreigen de personages eruit te zien als dwergen naast de grote prent op de volgende plaat, vooral door de close-up van de schedel van het kind. Maakt niet uit, ik speel met die enorme breuk, want de belangrijke dingen in mijn verhaal worden onthuld. Ik moet de lezer aan het verstand brengen dat die ontdekking de spil is van het hele avontuur."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 25
Bouncer 10
Over overvloeiingen: "Ik speel met het overvloeien van de lichamen. Bijvoorbeeld tussen het hoofd van het kind in prent 1 en het hoofd van Yin-Li in prent 3. Dat moet de lezer de indruk geven dat Yin-Li al in het hoofd zit van het meisje. Volgende prent, het hoofd van het kind uit de vorige prent loopt over in de haren van Bouncer, alsof het een hoed is. In de laatste prent neemt de schedel de volledieg prent in beslag. Mijn vertelling combineert het geheel van die vormen om tot een homogene pagina te komen."

Over combinaties checken: "Om te zien of een pagina werkt, neem ik er vaak een foto van en bekijk die in het klein op mijn telefoon. Dan zie je goed of de vormen, de ene na de andere, goed combineren of niet."

Over andere houding: "Zonder haar haren verandert Panchita van uiterlijk, maar ook van houding. Ze voelt zich kwetsbaarder. Ze wordt achtervolgd, ze weet dat haar dagen geteld zijn en dat ze makkelijk teruggevonden kan worden. Haar houding moet haar onzekerheid weergeven."

Over de plek in de woestijn: "Deze pagina toont op een definitieve manier aan wat ze op haar schedel heeft. In de loop van de pagina's voel ik me niet meer verplicht om het net zo precies te tekenen. Een overladen tekening dreigt het lelijker te maken. Ik vertel een verhaal, maar ik let er ook op dat het mooi en harmonieus blijft. De schat rust in een meteorietkrater, midden in een compleet lege woestijn zoals sommige zoutwoestijnen. Geen schuilplaats, duinen die door de wind voortdurend veranderen, er was een bijkomend element op de schedel van het kind nodig om de plek aan te duiden. Bouncer begrijpt het. De lezer zal moeten wachten tot het volgende album."


François Boucq over Little Tulip
19/02
TOP
Onderstaande bijdrage van Sonia Déchamps verscheen eerder in het Franse stripmaandblad Casemate nummer 75 van november 2014.

COMMENTAAR BIJ PAGINA 42
Over de VS: "Mijn personage moest een robotportrettekenaar worden voor de politie in een land waar ze die nodig hebben. In de Verenigde Staten dus. Bovendien is het het land van Jerome (Charyn, de scenarist van Luttle Tulip, red.). En tussen de wreedheid in de goelag en wat er in sommige wijken in New York heerst, is er geen verschil."

Jerome Charyn over scenario-aanpassingen: "Mijn eerste script begon met een kleine jongen in Moskou die in het kamp terechtkwam en daarna emigreerde naar New York. François wilde in het heden beginnen. Ik herbegon het scenario met een personage dat robotportretten tekent voor de politie en wiens verleden we daarna pas te weten komenj. Het verhaal moest ingekort worden. Jammer, want er waren nog heel wat zaken te vertellen over de kampen."

Over heden en verleden: "Ik speel met de tijd. Het personage gooit zijn tekeningen weg in het heden en er worden er opgeraapt in het verleden. Elders valt hij van een dak in New York, wordt in een ambulance vervoerd, raakt in coma en ontwaakt... in het verleden. Je weet niet meer of je in het heden of verleden bent. Niet erg, het verhaal wordt naast het verstrijken van de tijd verteld."

Over het kind in de volwassene en vice versa: "Een volwassen personage en zijn kinderversie tekenen, vergt coherentie. Zijn kindertijd moet al inleiden hoe hij er als volwassene uitziet. En als volwassene moet je het kind aanvoelen dat hij ooit was. De ogen van het kind moeten uitdrukken dat hij overleeft in een volslagen vijandig milieu, zonder affectie."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 43
Over perceptie en intentie: "Er zijn verschillende fases om te leren tekenen. Een ervan is de wetenschappelijke perceptie: alle vormen rond je heen leren kennen om te weten hoe je ze weergeeft. Vervolgens moet je een intuïtie over structuren ontwikkelen. Zonder de intentie — heel belangrijk — te vergeten. Een intentie die goed in het hoofd zit, leidt naar een betere tekening. Ik sta soms versteld van vormen waarvan ik dacht ze niet getekend te hebben, maar die lezers net wel ervaren. De tekening gaf die intentie weer zonder dat ik mij daarvan bewust was."

Over het leven: "Een van de fundamentele principes van het stripverhaal is het leven. Lijnen naast elkaar moeten de illusie van leven geven. Personages van Franquin, Giraud en Uderzo komen voor je ogen tot leven. Dat is geen klein bier. Je moet je tekenstijl openstellen voor het leven. Als er geen leven in zit, maak je gebruik van informatie, wat geen kennis is. De twee door elkaar halen, is het drama van ons tijdperk. Echte kennis verloopt van mens tot mens. Door de trillingen van het leven."

Over zekerheid: "Je hebt altijd de indruk dat de diepte van al wat je verbeeldt niet terug te vinden is in waar je in slaagt om te tekenen. Als je nochtans minder goed tekent dan gewoonlijk, moet je proberen een absoluut vertrouwen in jezelf te behouden. En zeker zijn over je gebreken."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 44
Over de sprookjessfeer: "Ik doe de inkleuring voornamelijk met Alexandre, mijn peetzoon, door hem genoeg vrij te laten. Wanneer hij er klaar mee is, verbeter ik op het scherm. Omdat ik een heel precies idee heb, gebeurt het dat ik de sfeer volledig omgooi. Hier wilde ik de sfeer van een sprookjesverhaal behouden, want dat is het, zelfs al is het een wreed sprookje. Pavel komt voor een koning te staan, een koning van de onderwereld. Kiril de Walvis is een koninklijk personage. De Graaf ook. Je moet die personen in hun domein tonen, een cocon die moet contrasteren met de kou en de hardvochtigheid van de stapelbedden voor de gevangenen."

Over de tatoeages: "Voor de tatoeages nam ik een violetkleurige inkt omdat het goed overkomt. Zij gebruikten over het algemeen vloeistoffen die ze fuel noemden: kolengruis, mengsels... Ook inkt als ze er vonden op de zwarte markt. Je kan tatoeëren met as die is vermengd met water. Het wordt een vloeiende substantie die de intensiteit van het zwart behoudt en die in de huid wordt ingebracht. Daar moesten wel ziektes van komen!"

Jerome Charyn over toevoegingen: "François voegde er veel aan toe. Dat is zijn manier van werken: ik lever hem een een scenario waar hij aan toevoegt wat hij wil. Van onze drie samenwerkingen, Duivelsmond, De Vrouw van de Tovenaar en Little Tulip is deze laatste het engste en het schrijnendste... en ook het krachtigste. Als ik schrijf, zie ik altijd beelden voor me, maar het resultaat is nooit wat ik verwachtte. Maar altijd fantastisch."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 45
Over dominante mannetjes: "Bigard vertelde dat hij ergens las dat als je twee dominante apen in een kooi zet, een kleine en een dikke, geen van de twee het van de ander wil overnemen. Ze erkennen elkaar als dominante mannetjes. Er komt een notie van macht bij elkaar die niets met grootte te maken heeft. Kiril — die je op de vorige pagina zag — en de Graaf zijn op hun beurt ook twee dominante mannetjes met elk hun territorium, ook al ziet de tweede er dominanter uit dan de eerste. Ze proberen elkaar te respecteren want ze weten dat ze allebei dezelfde graad van dominatie bezitten. Ze houden hun trawanten op een afstand van elkaar. Geen van de twee toont zich een grotere baas dan de ander."

Over de Graaf (van Monte-Cristo): "Gaandeweg het tekenen verdiep ik me meer en meer in de personages, de sfeer... Jerome noemde dit personage de Graaf. Ik vond daarom dat hij zich misschien voor de Graaf van Monte-Cristo hield. Hij vraagt aan de held om een bijzondere tatoeage te tekenen, alsof hij via die tatoo kan ontsnappen en de schat van Monte-Cristo kan vinden. Sommige zaken komen zo ter sprake en de tekenaar, die in de ban is van het verhaal, komt uiteindelijk op andere aspecten die er in het begin niet waren."

Over uiterlijke diepgang: "De Graaf wil Pavel voor zichzelf. De koningen discussiëren, over hun bendes, over het gezag van de goelag, maar ook over de tatoeëerders die een echte rijkdom betekenen. Deze laatsten slagen erin om op de lichamen zaken weer te geven die de personen diep van binnen met zich meedragen. Dit is geen triviale scène."