François
Boucq over Bouncer 10 |
|
 |
Onderstaande
bijdrage van Sonia Déchamps verscheen
eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 110 van januari 2018. |
 |
Over de prenten: "Drie
personages op zoek naar een klein meisje. Close-up van
hen, daarna gaan we over in vogelperspectief. Daarna een
breedbeeld van het meisje op de daken. Ziet ze hen? In
elk geval overziet ze alles. De twee horizontale beelden
laten toe om je in te beelden dat het meisje zich boven
Yin-Li bevindt. De prent waarin Yin-Li wordt lastiggevallen
door twee mannen onderbreekt de zoektocht. Niet lang.
Wat me interesseert is te zien hoe het meisje op de daken
rondloopt. Ze springt als een vogel, valt. Kikvorsperspectief,
vogelperspectief. Op het einde van de pagina dringt zich
een ritme op."
Over het oog leiden: "De schaduwpartijen
creëren structuren. De schaduw van het dak in prent
2 antwoordt op de schaduw van de prent eronder waarin
het kind zich verschuilt. Het oog van de lezer zal bij
Bouncer vertrekken in de eerste prent en de drie personages
volgen die uit elkaar gaan. Dan brengt de eerste schaduwpartij
aan de linkerkant van het beeld het oog weer op natuurlijke
wijze naar de plek waar het meisje zich verbergt."
Over vriend Bouncer: "Het is heel
aangenaam om een personage te tekenen dat je zo goed kent!
Ik beheers de structuur van zijn gezicht, hoe zijn haar
ligt, enzovoort. Ook al is het niet altijd evident. Sommige
belichtingen leiden me soms naar het opnieuw bijstellen
van mijn kennis van zijn lichaam. Een geweldig plezier.
Als je een nieuwe vriend leert kennen, moet je hem vragen
stellen voor je echt een goede verstandhouding met hem
kan onderhouden. Als je het personages goed kent, komt
de sympathie vanzelf. Dat is wat er gebeurde tussen Bouncer
er ik. Hij is als een vriend."
 |
Over ritmiek: "De kerel
op de grond toont voldoende aan dat Yin-Li mannen zoals
hen het hoofd kan bieden. Dat rechtvaardigt haar plaats
in de western. Daarna komt de Chinese in het licht. Het
kind in de schduw. Die twee zones bevinden zich ook in
prent 6. En in prent 7 komen ze bij elkaar in de schaduw.
Door dit gebruik van schaduw schep ik een dramatisch spanningsveld
waarin ik de verschillende plaatsen kan neerzetten die
uiteindelijk samenvloeien. De lichaamsbewegingen van de
Chinese vormen een ritmiek: rug, driekwartprofiel, zijaanzicht,
rug, vooraanzicht, vooraanzicht en rug. Dat schept een
bijzondere beweging. Ik plaats de personages vooraan in
prent 6 om goed te tonen dat de Chinese haar voorzorgen
neemt om niemand naar haar te laten kijken."
Over beelden en woorden: "In zo'n
scène moet alles te begrijpen zijn door de beelden.
De leesbaarheid moet perfect zijn. Het beeld moet iets
vertellen voor je de tekstballon leest. Het moet een elementje
toevoegen, de lezing versnellen, of een contrapunt geven
aan wat er te zien is. Het oog is veel opmerkzamer dan
de hersenen die woorden moeten begrijpen."
Over gelijktijdigheid: "Wanneer
het kind Yin-Li roept, staat de tekstballon over twee
prenten. Ik werk de gelijktijdigheid uit. In één
oogopslag 'ziet' Yin-Li haar naam en ziet ze het kind.
Ik speel met haar blik naar de tekstballon waarin haar
naam verschijnt. Het belangrijkste is dat de ene de andere
roept die meteen reageert. We zien dat Yin-Li dat heel
goed doet!"
 |
Over
ritmestoornis: "We keren terug naar Bouncer
wiens zoektocht op niets uitdraaide. In het donker verbergt
zich een vreemd personage dat we al gezien hebben. Maar
de lezer let er niet op wie dat zou kunnen zijn. De derde
prent, horizontaal, onderbreekt het ritme en toont wat
er gebeurt. Die storing van het ritme werkt als een tijdsonderbreking.
Vervolgens dienen de vier laatste prenten om in detail
te tonen dat Bouncer er een bepaalde tijd over deed om
overal het kind te zoeken. Uiteindelijk gaat hij terug
naar Yin-Li..."
Over zien en niet zien: "Prent 5,
de blik van de kerel volgt Bouncer die de trap opgaat.
Ik teken hem opnieuw bovenaan de trap. Ik heb dat standpunt
nodig om te tonen dat hij bij Yin-Li binnenkomt. Ook om
te laten zien dat hij zijn achtervolger niet heeft gezien.
En ook dat hij zich wat omdraait, misschien omdat hij
iets voelde. Misschien... Al die gelaagdheid is goed om
in stand te houden."
Over de spil: "Opgepast, gevaar
op deze dubbele pagina. Links (de plaat hierboven) dreigen
de personages eruit te zien als dwergen naast de grote
prent op de volgende plaat, vooral door de close-up van
de schedel van het kind. Maakt niet uit, ik speel met
die enorme breuk, want de belangrijke dingen in mijn verhaal
worden onthuld. Ik moet de lezer aan het verstand brengen
dat die ontdekking de spil is van het hele avontuur."
 |
Over
overvloeiingen: "Ik speel met het overvloeien
van de lichamen. Bijvoorbeeld tussen het hoofd van het
kind in prent 1 en het hoofd van Yin-Li in prent 3. Dat
moet de lezer de indruk geven dat Yin-Li al in het hoofd
zit van het meisje. Volgende prent, het hoofd van het
kind uit de vorige prent loopt over in de haren van Bouncer,
alsof het een hoed is. In de laatste prent neemt de schedel
de volledieg prent in beslag. Mijn vertelling combineert
het geheel van die vormen om tot een homogene pagina te
komen."
Over combinaties checken: "Om te
zien of een pagina werkt, neem ik er vaak een foto van
en bekijk die in het klein op mijn telefoon. Dan zie je
goed of de vormen, de ene na de andere, goed combineren
of niet."
Over andere houding: "Zonder haar
haren verandert Panchita van uiterlijk, maar ook van houding.
Ze voelt zich kwetsbaarder. Ze wordt achtervolgd, ze weet
dat haar dagen geteld zijn en dat ze makkelijk teruggevonden
kan worden. Haar houding moet haar onzekerheid weergeven."
Over de plek in de woestijn: "Deze
pagina toont op een definitieve manier aan wat ze op haar
schedel heeft. In de loop van de pagina's voel ik me niet
meer verplicht om het net zo precies te tekenen. Een overladen
tekening dreigt het lelijker te maken. Ik vertel een verhaal,
maar ik let er ook op dat het mooi en harmonieus blijft.
De schat rust in een meteorietkrater, midden in een compleet
lege woestijn zoals sommige zoutwoestijnen. Geen schuilplaats,
duinen die door de wind voortdurend veranderen, er was
een bijkomend element op de schedel van het kind nodig
om de plek aan te duiden. Bouncer begrijpt het. De lezer
zal moeten wachten tot het volgende album." |
François
Boucq over Little Tulip |
|
 |
Onderstaande
bijdrage van Sonia Déchamps
verscheen eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 75 van november 2014. |
 |
Over
de VS: "Mijn personage moest een robotportrettekenaar
worden voor de politie in een land waar ze die nodig hebben.
In de Verenigde Staten dus. Bovendien is het het land
van Jerome (Charyn, de scenarist van Luttle Tulip,
red.). En tussen de wreedheid in de goelag en wat
er in sommige wijken in New York heerst, is er geen verschil."
Jerome Charyn over scenario-aanpassingen:
"Mijn eerste script begon met een kleine jongen in
Moskou die in het kamp terechtkwam en daarna emigreerde
naar New York. François wilde in het heden beginnen.
Ik herbegon het scenario met een personage dat robotportretten
tekent voor de politie en wiens verleden we daarna pas
te weten komenj. Het verhaal moest ingekort worden. Jammer,
want er waren nog heel wat zaken te vertellen over de
kampen."
Over heden en verleden: "Ik speel
met de tijd. Het personage gooit zijn tekeningen weg in
het heden en er worden er opgeraapt in het verleden. Elders
valt hij van een dak in New York, wordt in een ambulance
vervoerd, raakt in coma en ontwaakt... in het verleden.
Je weet niet meer of je in het heden of verleden bent.
Niet erg, het verhaal wordt naast het verstrijken van
de tijd verteld."
Over het kind in de volwassene en vice versa:
"Een volwassen personage en zijn kinderversie tekenen,
vergt coherentie. Zijn kindertijd moet al inleiden hoe
hij er als volwassene uitziet. En als volwassene moet
je het kind aanvoelen dat hij ooit was. De ogen van het
kind moeten uitdrukken dat hij overleeft in een volslagen
vijandig milieu, zonder affectie."
 |
Over
perceptie en intentie: "Er zijn verschillende
fases om te leren tekenen. Een ervan is de wetenschappelijke
perceptie: alle vormen rond je heen leren kennen om te
weten hoe je ze weergeeft. Vervolgens moet je een intuïtie
over structuren ontwikkelen. Zonder de intentie —
heel belangrijk — te vergeten. Een intentie die
goed in het hoofd zit, leidt naar een betere tekening.
Ik sta soms versteld van vormen waarvan ik dacht ze niet
getekend te hebben, maar die lezers net wel ervaren. De
tekening gaf die intentie weer zonder dat ik mij daarvan
bewust was."
Over het leven: "Een van de fundamentele
principes van het stripverhaal is het leven. Lijnen naast
elkaar moeten de illusie van leven geven. Personages van
Franquin, Giraud en Uderzo komen voor je ogen tot leven.
Dat is geen klein bier. Je moet je tekenstijl openstellen
voor het leven. Als er geen leven in zit, maak je gebruik
van informatie, wat geen kennis is. De twee door elkaar
halen, is het drama van ons tijdperk. Echte kennis verloopt
van mens tot mens. Door de trillingen van het leven."
Over zekerheid: "Je hebt altijd
de indruk dat de diepte van al wat je verbeeldt niet terug
te vinden is in waar je in slaagt om te tekenen. Als je
nochtans minder goed tekent dan gewoonlijk, moet je proberen
een absoluut vertrouwen in jezelf te behouden. En zeker
zijn over je gebreken."
 |
Over
de sprookjessfeer: "Ik doe de inkleuring
voornamelijk met Alexandre, mijn peetzoon, door hem genoeg
vrij te laten. Wanneer hij er klaar mee is, verbeter ik
op het scherm. Omdat ik een heel precies idee heb, gebeurt
het dat ik de sfeer volledig omgooi. Hier wilde ik de
sfeer van een sprookjesverhaal behouden, want dat is het,
zelfs al is het een wreed sprookje. Pavel komt voor een
koning te staan, een koning van de onderwereld. Kiril
de Walvis is een koninklijk personage. De Graaf ook. Je
moet die personen in hun domein tonen, een cocon die moet
contrasteren met de kou en de hardvochtigheid van de stapelbedden
voor de gevangenen."
Over de tatoeages: "Voor de tatoeages
nam ik een violetkleurige inkt omdat het goed overkomt.
Zij gebruikten over het algemeen vloeistoffen die ze fuel
noemden: kolengruis, mengsels... Ook inkt als ze er vonden
op de zwarte markt. Je kan tatoeëren met as die is
vermengd met water. Het wordt een vloeiende substantie
die de intensiteit van het zwart behoudt en die in de
huid wordt ingebracht. Daar moesten wel ziektes van komen!"
Jerome Charyn over toevoegingen: "François
voegde er veel aan toe. Dat is zijn manier van werken:
ik lever hem een een scenario waar hij aan toevoegt wat
hij wil. Van onze drie samenwerkingen, Duivelsmond,
De Vrouw van de Tovenaar en Little Tulip
is deze laatste het engste en het schrijnendste... en
ook het krachtigste. Als ik schrijf, zie ik altijd beelden
voor me, maar het resultaat is nooit wat ik verwachtte.
Maar altijd fantastisch."
 |
Over
dominante mannetjes: "Bigard vertelde dat
hij ergens las dat als je twee dominante apen in een kooi
zet, een kleine en een dikke, geen van de twee het van
de ander wil overnemen. Ze erkennen elkaar als dominante
mannetjes. Er komt een notie van macht bij elkaar die
niets met grootte te maken heeft. Kiril — die je
op de vorige pagina zag — en de Graaf zijn op hun
beurt ook twee dominante mannetjes met elk hun territorium,
ook al ziet de tweede er dominanter uit dan de eerste.
Ze proberen elkaar te respecteren want ze weten dat ze
allebei dezelfde graad van dominatie bezitten. Ze houden
hun trawanten op een afstand van elkaar. Geen van de twee
toont zich een grotere baas dan de ander."
Over de Graaf (van Monte-Cristo): "Gaandeweg
het tekenen verdiep ik me meer en meer in de personages,
de sfeer... Jerome noemde dit personage de Graaf. Ik vond
daarom dat hij zich misschien voor de Graaf van Monte-Cristo
hield. Hij vraagt aan de held om een bijzondere tatoeage
te tekenen, alsof hij via die tatoo kan ontsnappen en
de schat van Monte-Cristo kan vinden. Sommige zaken komen
zo ter sprake en de tekenaar, die in de ban is van het
verhaal, komt uiteindelijk op andere aspecten die er in
het begin niet waren."
Over uiterlijke diepgang: "De Graaf
wil Pavel voor zichzelf. De koningen discussiëren,
over hun bendes, over het gezag van de goelag, maar ook
over de tatoeëerders die een echte rijkdom betekenen.
Deze laatsten slagen erin om op de lichamen zaken weer
te geven die de personen diep van binnen met zich meedragen.
Dit is geen triviale scène." |
|