Alle bijdragen van Éric Hübsch aan de rubriek De Commentator bundelen we op deze pagina.

Klik verder naar de volgende onderwerpen:
30/01/2019 Éric Hübsch over Cigalon
 
 
Éric Hübsch over Cigalon
30/01
TOP
Cigalon
Onderstaande bijdrage van Sophie Bogrow verscheen eerder in het Franse stripmaandblad Casemate nummer 116 van juli/augustus 2018.

COMMENTAAR BIJ PAGINA 23
Cigalon
Over het eerste contact: "Ik was de eerste om verrast te zijn toen Bamboo (de Franse uitgever van Cigalon, red.) me contacteerde voor deze collectie. Dat was voor het tweeluik Topaze, terwijl ik uit de heroïc fantasy kom, en dat was helemaal niet evident. Ik geloof dat mijn vriend Christophe Cazenove mijn naam had voorgesteld. Het kwam goed uit, want ik zat zonder project. Ik heb mijn drie proefpagina's getekend. Die kwamen vrij natuurlijk... Drie albums later geniet ik er nog steeds van."

Over het restaurant: "Dit is het dorp en het restaurant waar Pagnol zijn film heeft opgenomen. Ik heb die met opzet niet gezien zodat ik de versheid van een oorspronkelijk scenario kon behouden. Éric Stoffel en Serge Scotto hebben me hun foto's en screenshots bezorgd. Het restaurant is een mix van de twee: huidig bord en vooroorlogse bloempotten en planten in tonnen."

Over vrij spel: "De zonnige, oranjegele gloed die zo eigen is aan de sfeer van onze komedie is volledig te danken aan onze inkleurster Sandrine Cordurié. Ze kleurt ook Pagnols verstripte jeugdherinneringen in die Morgann Tanco tekent. Ik bemoei me niet met haar werk. Mijn rol bestaat er integendeel in om haar vrij spel te geven en te vermijden dat ik mijn platen in zwart-wit volplamuur met licht en schaduw. Daarom ziet mijn origineel inktwerk er wat saai uit! De schaduw die over het gezicht van Cigalon valt, is een van de weinige correcties die ik haar heb gevraagd zodat de blik er beter uit zou komen."

Over Pagnols wereldje: "Behalve bij jongeren zit het wereldje van Pagnol min of meer in het collectief geheugen. Mijn generatie bestudeerdehem op school, in mijn geval was dat Topaze. Dat liet geen onverwoestbare indruk na, dat moet ik toegeven, maar ik geef ook toe dat ik wel van Manon des Sources hield."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 24
Cigalon
Over dynamiek in een dwingend kader: "Éric en Serge zijn precieze scenaristen. In twee kolommen staat hun scenario in detail uitgeschreven met de dialogen, beschrijvingen van elke prent, elk camerastandpunt, elke kadrage. Het is een dwingend kader dat tegen alle verwachting in de creativiteit bevordert. De uitdaging is om het naar de letter te respecteren, de dynamiek uit te spelen, prent per prent de vlotte lezing en de harmonie van de hele plaat te combineren en de plaatsing van de tekstballonnen in evenwicht te brengen."

Over trucjes: "Bij dat alles rest datgene waar ik het meest van hou: de beweging en de expressies. De trucjes die je moet vinden om op papier te zetten wat je op een scherm ziet — de mimiek, de lichaamstaal van de acteurs —, is deel van het spel. Ik heb soms de indruk dat ik een tekenfilm maak... en minder betaald word!"

Over instinct: "Omdat ik instinctmatig teken, en daarbij eerst de expressies teken vóór de verhoudingen, evolueren mijn personages vaak in de loop van de pagina's. Dat is een goede reden om nooit te beginnen met de eerste pagina's. Ik wacht tot ik de figuren goed in mijn handen heb. Ik voorzie ook de laatste pagina's, want een album eindigt vaak overhaast. De eventuele zwaktes zitten beter in het hoofddeel van het verhaal."

Over mager en met vlees aan: "Ik wou Cigalon innemend tekenen, maar niet echt sympathiek. Vinnig zoals Louis de Funès wiens zenuwachtigheid de spanning in het verhaal stuwt. Ik heb 'm mager gemaakt, maar niet té. Ik ben zelf een lange magere en ik zie graag personages met vlees aan. Zoals mevrouw Toffi die even scherpzinnige charmes heeft als haar puntneus. Die twee passen goed bij elkaar."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 25
Cigalon
Over regels aan de laars lappen: "Over het algemeen teken ik perspectieven zoals ze me uitkomen. Ze zijn meestal fout , maar mooier en juister dan wanneer ik de regels zou respecteren. In een landelijke context zijn de gebouwen schots en scheef. Ik pas enkel de regels toe als ik een burgerlijk huis moet tekenen!"

Over illusie: "Het terras in prent 2 is een goed voorbeeld van een wankel perspectief. Het lijkt rekening te houden met hoe het oog over de prent gaat: het standpunt verandert zoals de beweging van een camera. Dat moet je eens wetenschappelijk analyseren: merkt het oog het gebrek in het beeld op en creëert het de illusie van de beweging door het houvast te proberen terugvinden?"

Over de zwart-witbeelden: "De scènes in zwart-wit zijn een typisch middel in strips en ze herinneren aan toenmalige films. Het eerste beeld, met het restaurant en het balkon met uitzicht op de haven, komt van een foto. Ik vraag me nog steeds af hoe kelners op zo'n terras konden rondwandelen! Voor het tweede beeld bedacht ik een willekeurig restaurant in een niet al te beruchte buurt. Gangsterstijl en betaalde liefde met een knipoog naar het beroemde kaartspelletje. Het was dat of een partijtje petanque."

Over het inkten: "Ik heb Topaze geïnkt met een potlood. Ditmaal inktte ik weer met pen en werkte ik op veel grote formaat: A3 voor elke strook (of twee als het om een plaat met vier stroken ging). Ik scan eerst mijn potloodtekeningen, ik verander in Photoshop het zwart in blauw en dat print ik om het te inkten. De uitgever scant die platen en monteert de stroken op een pagina om ze zo naar de inkleurster te sturen."


COMMENTAAR BIJ PAGINA 26
Cigalon
Over semirealisme: "Bewegingslijntjes, verrassing, duizeling,... Ik hou erg van de kleine, klassieke stripcodes die heel leuk zijn om te gebruiken. Het voordeel van het semirealisme is dat je hier in één prent naast een oldtimer een expressie karikaturaal kan overdrijven zonder dat het stoort."

Over invloeden: "Als men me uitvroeg over mijn stripinvloeden somde ik heel wat namen op in alle stijlen en uit alle periodes: van Les Pieds Nickelés over het klassieke realisme en underground tot comics en manga's... Nu vermijd ik dat, het spijt me daarna altijd dat ik er ben vergeten."

Over knipogen: "Éric en Serge zien mijn kleine koketterieën graag. Die zijn er in alle soorten. De interne knipogen zoals de leerling in het dorp die er hetzelfde uitziet als Topaze, of je ziet de kleine Marcel Pagnol op straat spelen met zijn vrienden terwijl zijn vader en oom Jules van de jacht terugkomen. In de laatste prent van het verhaal staan Stoffel en Scotto, verloren tussen de menigte. Drie boeven aan tafel zien eruit als Les Pieds Nickelés. We denken dat Pagnol daar wel van gehouden zou hebben, hij heeft die vast gelezen in zijn kindertijd."

Over volgende projecten: "Na de volgende Pagnol (La Partie de Boules waar nu aan gewerkt wordt) denk ik aan projecten die persoonlijker zijn. Ik heb enkele ideetjes. Het worden veeleer scenario's, want mijn tekenstijl is te humoristisch voor de een en niet genoeg voor de ander. Momenteel sta ik nog niet ver genoeg op het gebied van dialogen en de kunst om daar info met gratie en luchtigheid tussen te laten glippen. Aan Pagnol werken legt de lat heel hoog! Maar geduld, het komt wel."