Onderstaande
bijdrage van Sonia Déchamps verscheen
eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 102 van april 2017. |
|
Nicolas Delestret over het scenario:
"Ik was meteen enthousiast over het scenario
door de komische aanpak. Een ernstige aanpak zou me niet
zoveel aangesproken hebben. Het verhaal had net zo goed
kunnen tegenvallen, maar dat wordt het nooit. In de bovenste
strook is Yacine te zien. Die vond ik bij de eerste schetsen.
Iedereen ging ermee akkoord! Het scenario was oorspronkelijk
bedoeld voor een tv-film en besloeg zo'n tweehonerd pagina's.
Dat hebben we herleid tot tachtig pagina's. Daardoor wonnen
we aan efficiëntie. Alles was uitgeschreven en van
dialogen voorzien, ik kon me van bij het begin in het
verhaal onderdompelen. Dat is niet het geval als je het
scenario scène na scène ontvangt. Ik heb
de decoupage gemaakt, Jean en Stéphane keken het
na en pasten aan waar nodig."
Delestret over instinct: "Ik werk
instinctmatig. Beelden en kadrages komen spontaan. Hier
is de decoupage klassiek, nogal cinematografisch. Voor
dit verhaal voor een eerder groot publiek, probeerde ik
de beelden niet te overladen. Het belangrijkste is hoe
de personages en de dialogen aangepakt zijn. Om de humor
te laten werken, moet de vertelling zo vlot mogelijk zijn."
Delestret over valsspelen: "De scènes
in de wagen waren een beetje gecompliceerd. Het is niet
zo erg om vals te spelen, tekenen is nu eenmaal valsspelen.
In de context van de komedie moest ik vooral goede indrukken
op de lezer overbrengen. Bijvoorbeeld door te laten aanvoelen
dat het wagentje krap is. De realiteit is niet echt van
belang. Als het juist lijkt, volstaat dat."
Delestret over de caddie: "De kleine
caddie komt van een foto. Ik tikte 'supermarkt' in Google
en dat vrouwtje met haar caddie kwam tevoorschijn. Ik
hield er wel van."
|
Delestret over opzoekingen: "Tijdens
het lezen van het scenario kwam ik op indrukken en beelden.
Sommige personages kwamen vlug, andere minder. In dat
geval kijk ik naar mensen op straat en op televisie. En
ik laat mijn hersenen zijn werk doen en de diverse inspiratiebronnen
vermengen. Op het einde van het album staat een schetsdossier
met sommige opzoekingen in detail."
Delestret over karikaturen: "Ik
tekende graag Pascal. Ik had 'm beet bij de tweede schets.
In het begin droeg hij een snor. Ik teken graag vuile
smoelen en oude mensen. Ongetwijfeld omdat ze gemakkelijker
te karikaturiseren zijn dan anderen die jonger en mooier
zijn. Het is voor mij makkelijker om ze expressieve gezichten
te geven en ze van anderen te laten onderscheiden. We
werken aan een nieuw, gezamenlijk project en ik heb het
moeilijker met de hoofdpersonages. Het zijn dertigers
en moeilijker te vatten."
Delestret over de samoerai: "Bij
het lezen van het scenario hield ik van de absurde kant
van de scène met de samoerai met zijn winkelkar.
Het haalt ons meteen uit de andere, meer realistische
scènes. Ik hou van het onmogelijke. Vandaar dat
ik van Terry Gilliam hou. In het begin zag ik eerst een
samoerai zonder harnas en met een strohoed, maar Jean
Rousselot zag liever de samoerai met het harnas en een
angstaanjagend masker. Ik probeerde eenvoudig te blijven
en ik vermeed om te veel details toe te voegen."
Stéphane Massard over Japan: "In
Japan bestaat een ware zelfmoordcultuur. Wanneer de eer
gekrenkt is, omdat ze overwerkt zijn, aan een burn-out
lijden... Voor ons was het van belang om daar wat kleur
aan te geven. In het begin van het album zien we Pascal
een Japans gedicht over de dood lezen."
|
Massard
over supermarkten: "Ik doe niet graag boodschappen,
maar ik moet ze doen zoals iedereen. Men verkoopt ons
oppervlakkige dingen. De mensen trappen in de val van
dat valse geluk dat een supermarkt ons voorschotelt. Terwijl
het enkel gaat om het kopen van eten."
Delestret over moeten zoeken: "Katrien
is het personage waar ik het meest opzoekingen voor heb
gedaan. Ik begon met een hups, mooi meisje. De scenaristen
hadden liever een vrouw die wat algemener is. Niet lelijk,
maar ook niet te mooi. Er moest een tussenoplossing gevonden
worden. En ik moest het meisje dat ik me tijdens het lezen
voorstelde, vergeten. Daar waren heel wat schetsen en
aanpassingen voor nodig. De scenaristen stelden me enkele
namen van actrices voor, onder meer van Catherine Frot
op wie Katrien uiteindelijk niet lijkt. Als alles altijd
makkelijk uit dezelfde bron vloeit, zal je verloren lopen.
Het is goed om eens te moeten zoeken."
Delestret over zich in de personages verplaatsen:
"In de eerste versie gaf ik Nicolaas korte
haren. Dat hij even kortharig was als Pascal stoorde de
scenaristen. In het begin zagen zij iemand met bruin haar.
Ik heb 'm graag door zijn antwoorden en zijn attitude.
Hij reageert vaak als een ware klootzak, maar dat vind
ik grappig. Ik probeer me altijd in de personages te verplaatsen
terwijl ik hen teken, ik probeer te voelen wat zij voelen,
een beetje zoals acteurs doen, neem ik aan"
Delestret over de kassiersters: "Het
zijn doodnormale kassiersters die op de kassiersters van
mijn plaatselijke supermarkt lijken. Nu ja, in gedachten
dan. Bij het lezen van de dialoog van Nicolaas zag ik
meteen deze twee personages voor me. Het paste perfect."
|
Massard
over onbestaande dingen: "Ik baseer me graag
op wat ik zie, zonder het zomaar na te tekenen. Ik teken
zelden hedendaagse zaken. Zo dicht mogelijk bij de realiteit
blijven, heeft de neiging mij te vervelen. Ik teken liever
dingen die niet bestaan. Maar hier viel ik meteen voor
het verhaal. Het was een uitdaging voor me omdat de tekenstijl
niet de meest natuurlijke is."
Delestret over decors: "Het moeilijkste
was het weergeven van de vlotte vertelling en het spel
tussen de personages. Ik concentreerde me op die twee
punten om de humor en de tedere momenten voor te stellen.
Het decor is hier echt van minder belang. Het was dus
een heel andere uitdaging dan voor L'Homme qui Rit
(vier delen bij Delcourt op scenario van Jean David
Morvan naar het werk van Victor Hugo, red.) waarin de
decors indrukwekkend moesten zijn en moesten bijdragen
aan het scheppen van een sterke sfeer. Hier sta ik in
dienst van de dialogen. Daarom verdwijnt het decor van
de supermarkt op sommige plekken waar ze niet van belang
zijn."
Delestret over tedere momenten: "Ik
hou van de laatste prent wanneer Nicolaas tranen in de
ogen krijgt. Het werkt goed. In het midden van de hele
komedie zijn tedere momenten nodig die houvast bieden
aan de personages. Hun zwaktes maken hen aandoenlijk."
Delestret over de inkleuring: "Ik
kleur in met de computer. Het hele verhaal speelt zich
op één dag af, ik heb daarom geprobeerd
om de verschillende nuances te respecteren. Natuurlijk
moesten de kleuren op sommige momenten verhalend zijn
en minder met de realiteit te maken krijgen. Ik heb enkeke
pagina's met die bedoeling uitgewerkt, namelijk de eindscène
met de samoerai. Meer zeg ik niet. Mysterie!" |