|
|
|
Alle
bijdragen van Corentin Rouge aan de
rubriek De Commentator
bundelen we op deze pagina.
Klik verder naar de volgende onderwerpen:
• 28/06/2016
Corentin Rouge over Rio 1
• 25/12/2013 Juárez
was aanvankelijk bedoeld voor François Boucq,
maar Corentin Rouge maakte er net zo goed een geslaagd
en intelligent gebracht one-shot van, let maar eens
op zijn begeleidende commentaren. |
|
|
|
|
Corentin
Rouge over Rio 1 |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Paul Giner verscheen
eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 91 van april 2016. |
|
Over tekenstijl: "Net zoals in Juárez
heb ik Rio eerst getekend met potlood en daarna
donkerder gemaakt in Photoshop zodat er een soort potloodtekenstijl
ontstaat. Die techniek houd ik voor mijn albums die in
Zuid-Amerika zijn gesitueerd. Milan K. en mijn
album van XIII Mystery zijn op een traditionele
manier gemaakt, geïnkt met penseel en Chinese inkt."
Over het uiterlijk: "Met zijn blonde
haren en zijn lichte Afrotrekken contrasteert Rubeus met
de straatkinderen. Zijn zusje Nina moest schattig zijn
zodat je haar zou willen beschermen. Naast hen is Rat
een groot, mager, spichtig bendehoofd, ook weer een contrast
met zijn vriend Bakar, de eeuwige grapjas en altijd goedgemutst.
De ene zegt wit, de andere zwart. Zoals bij tekenfilms
heb ik eerst enkele dagen pagina's volgetekend met personages
in alle vormen en maten. Dat is mijn bijbel, ook al evolueren
de personages nog op de stripplaten. Hun uitdrukkingen
verdringen soms de voorbeelden waar ik me aan probeer
te houden."
Over poses: "Deze scène zet
de psychologie van de vier hoofdpersonages neer en het
toont aan dat Rubeus en Nina niet welkom zijn. Ze gaan
van hot naar her en hebben het moeilijk om ergens opgenomen
te worden. In tegenstelling tot de poses van stabiele
volwassenen, zitten die van de kinderen telkens ergens
tussenin. Ik probeer ze uit evenwicht te tekenen om hun
levendigheid te kunnen weergeven. Ik heb ook gekozen voor
een wat gesmeten tekenstijl, met een licht schetsmatige
uitvoering in een eerste, spontane ontwerpfase voor een
natuurlijk en levendig effect."
|
Over trouw en vrijheid: "Ik blijf trouw
aan de straten in het centrum van Rio, aan de wagens en
zelfs aan de wegmarkeringen. Ik tekende ze naar foto's
die ik nam tijdens plaatselijke reportages. Dat geldt
minder voor de favela's die chaotischer zijn en waar ik
meer vrijheid voor nam."
Over de gevaarlijke wijk: "De laatste
keer dat ik naar Rio ging, zag ik geen kinderen rond de
kerk van Candelária. Maar er lopen er veel in bendes
rond in die wijk in het stadscentrum waar er veel gebedeld
wordt. Ook al is er geen avondklok lopen er 's avonds
en in het weekend in de wijk geen toeristen en bewoners
rond omdat het er zo gevaarlijk is om rond te wandelen.
's Nachts zijn er enkel kinderen te vinden en wagens van
Carioca's (inwoners van Rio, red.) die op de achtergrond
rijden en die de toestemming kregen om door rood licht
te rijden."
Over plezierig inkleurwerk: "Ik
wilde gewicht en diepgang geven aan de personages met
de inkleuring die ik in Photoshop maakte. Ik behield een
energie die gelijkaardig is aan de schetsen terwijl ik
naar voorbeelden werkte voor de belichting. Daarom lijkt
het vaak dat er een veeg kleurpotlood is te zien naast
een potloodlijn. Door het inkleuren uit te besteden zou
ik productiever kunnen zijn, maar ik vind dat de tekenaar
de best aangewezen persoon is om daar voor te zorgen.
Ik doe dat graag en ik vind dat hel plezierig."
|
Over
de fontein: "Nogal wat bedelaars en mannen
en vrouwen die op straat leven, komen zich wassen in de
fontein van Candelária die door alle Carioca's
is gekend. Die heeft niets te maken met de fontein die
ik tekende voor de titelpagina waar Rubeus zonder moederlijke
band, nadat hij zijn moeder heeft verloren, een beetje
affectie vindt in de armen van een standbeeld."
Over prinses Nina: "Deze scène
toont ook de overdreven verfijning van Nina aan. Ondanks
de situatie blijft ze dromen over een prinsessenbestaan
en wil ze weg uit deze buurt. Haar psychologie wordt aan
het einde van dit album en in het tweede album verder
uitgewerkt."
Over de cover: "Op de eerste versie
van de cover waren de kinderen en de Corcovado (de berg
in Rio waarop het reuzestandbeeld van Jezus Christus prijkt,
red.) te zien. Het was niet overtuigend en het was een
beetje gekunsteld. Ik heb dan boeken ingekeken van Braziliaanse
fotografen en viel op foto's van straatkinderen tegenover
afgebladderde roze beschilderingen, typisch voor Brazilië
en Zuid-Amerika. Ik vond het geestig om een roze, vrolijke
cover te hebben om te vertellen over geweld en die kinderen.
Ik wilde ook dat je de indruk krijgt dat je Bakar luid
hoort roepen tot het pijn aan de oren doet."
Over een illustratie: "Het is niet
de eerste keer dat ik straatkinderen teken. Enkele jaren
geleden tekende ik voor de fun een illustratie met straatkinderen
voor mijn blog.
Voor de verschijning van het album heb ik een twintigtal
andere illustraties over Brazilië gemaakt."
|
Over het Copacabana Palace: "Deze scène
moet het belang en het majesteitelijke van het Copacabana
aantonen. De politie staat permanent voor het paleis en
langs het strand. Hier zijn de gebouwen omringd met versperringen
en bewakers. Je komt er niet zomaar binnen. Dit is de
eerste keer dat er luxe is te zien in het album, met marmer,
sportwagens, ver weg van de ellende in de favela's. De
straatkinderen hebben de gewoonte om toeristen te zakkenrollen
in het centrum. Louise en ik vonden het prettig om dat
eens te zien in het Copacabana Palace."
Over de cliché-Christus: "Rio
is ook Christus de verlosser. Het is moeilijk om naast
dat clichématige postkaartbeeld te kijken dat zo'n
beetje overal voorkomt. Het is al vroeg in het album te
zien, 's nachts en in de regen — in omstandigheden
die je niet vaak ziet — voor het weer is te zien
aan het einde van het album."
Over invloed: "De drie delen van
Milan K. heb ik ondertekend met enkel mijn voornaam.
Omdat de naam Rouge is al gebruikt door mijn vader (Michel
Rouge is de tekenaar van Comanche, Marshal
Blueberry, Hemelsluizen, Simon de Samaritaan,...)
en onze tekenstijl gelijkaardig is, wilde ik mijn zelfstandigheid
uitspelen en mijn familienaam niet vermelden... Ik vond
dat nogal snel een beetje dom en sindsdien onderteken
ik met mijn volledige naam. De tekenstijl van mijn vader
heeft me uiteraard sterk beïnvloed want ik zag hem
heel mijn jeugd tekenen. Ook anderen hebben mij beïnvloed,
namelijk François Boucq, Christian Rossi, Michel
Durand, Max Cabanes of Hermann." |
Corentin
Rouge over Juárez |
|
|
Onderstaande
bijdrage van Paul Giner verscheen
eerder in het Franse stripmaandblad Casemate
nummer 50 van juli/augustus 2012.
|
|
Over
variatie: "Milan K. maak ik in
een thrillerstijl. Ik had zin dat eens te doorbreken met
een kort verhaal dat zich in Zuid-Amerika zou afspelen.
Dat gebied spreekt me aan door de wilde plaatsen en hun
westernkantje. Betreffende de dood, het lichaam, de wet,
het bestaan, gaat het er anders aan toe dan bij ons. Dit
verhaal beviel me meteen. We komen op nogal wat plaatsen,
met contrastrijke scènes, in de woestijn, de hacienda's,
de straten van Juárez, de onderwereld,... En er
waren veel personages om te creëren."
Over blondjes en brunettes: "In
de eerste prent zie je Gael, het hoofdpersonage. Qua uiterlijk
moest hij er jong genoeg uitzien, als compenstie met de
personen die hij zal ontmoeten, met smoelen die er veeleer
harder uitzien. Erika moest er tegelijk Zweeds als Mexicaans
uitzien. Dikwijls hebben de goeien in films een Apple
en de slechteriken pc's, blondjes zijn eerder goed en
brunettes zijn de slechteriken. Het was interessant om
een blondje in dit Mexcio te loodsen waar bijna iedereen
bruinharig is. Ze heeft een harde rol in dit verhaal."
Over de schedel: "Deze plaat introduceert
het personage van Erika. Gael zoekt op het kerkhof een
spoor naar haar zuster. De heldere ster geeft de hoop
weer om haar terug te zien. Korte cut naar de introductie
van de nog onbekende vijand: Erika. Ik liet me leiden
door het scenario om haar tatoeage te creëren. Erika
heeft een schedel op haar rug uit de vorige scène
met het standbeeld van Santa Muerte. Die schedel legt
een intieme toekomst tussen de twee personages bloot die
elkaar drie pagina's verder zullen ontmoeten."
|
Over
dikke Mexicanen met snorren: "Alle personages
in Juárez zijn Mexicanen, behalve Erika.
Mijn uitgever merkte opdat ze allen bruinharig en dik
zijn met snorren. Dat cliché geeft een waarheid
weer. Ook de Mexicaanse vrouwen moeten goed in het vlees
zitten om met het lokale canon overeen te komen. Het mannequinmodel
bestaat enkel in misswedstrijden. Mijn personages eten
vet en zoet. In Mexico is 50% van de bevolking zwaarlijvig.
Het is een echt publiek gezondheidsprobleem."
Over de stad Juárez: "Om
op een geloofwaardige manier te tonen wat er in Juárez
gebeurt, moet je niet beginnen met een gefantaseerd Mexico.
Ik heb de architectuur van de stad samengesteld op basis
van talloze beelden. Ze is gelegen in een woestijnkom
omringd door bergen, zoals Las Vegas gebouwd vanuit het
niets. In het begin van het album komt de lezer Juárez
binnen vanuit de lucht, samen met een gier."
Over de schilderijen: "Voor het huis baseerde
ik me op verschillende bestaande voorbeelden, op mijn
eigen manier. Ik hou van schilderijen, ik heb dus her
en der schilderijen gehangen. In de eerste twee prenten
geeft het portret een luxe-uitstraling aan het huis. In
prent 3 heb ik een Zweeds landschapsschilderij bedacht.
Achter het bureau hangt daarentegen Señora
Harris van Diego Rivera, de echtgenoot van Frida
Kahlo, een van de meest gekende Mexicaanse kunstenaars,
voornamelijk voor haar fresco's. Een origineel van Rivera
hangt helemaal op zijn plaats op het bureau."
Over tekenaarspleziertjes: "Deze scène
bevat verschillende camerastandpunten om het minder statisch
te maken. Ik onthul het schilderij dus beetje bij beetje
door de kadrages. Dat zijn de pleziertjes van een tekenaar
die niet voorkomen in het scenario."
|
Over
de praatscène: "Dit soort platen
is altijd een probleem voor de tekenaar. De zaken worden
uitgelegd via dialogen in plaats van actie. Het is de
enige scène in die soort in dit album, maar ze
is noodzakelijk. De twee personages staan voor bepaalde
rollen. Het scenario voorzag een gesprek dat lang genoeg
is opdat Gael in de hacienda kon rondwandelen. Sommigen
beweren dat hoe meer tekstballonnen er zijn, hoe minder
er te tekenen is, maar je moet verbeelding voor de dag
leggen om voor elk van die ballonnen plaats te vinden.
Gelukkig ging het niet om twee personages die tegenover
elkaar zitten, zoals op resturant. De ene is erg op zijn
gemak en benut de ruimte, hij probeert de andere op zijn
gemak te brengen, vastgeklusiterd in zijn zetel."
Over François Boucq: "Ik
heb samen met Nathalie Sergeef de platen getoond aan François
Boucq. Zo begreep ik dat hij het scenario al voor mij
in handen gekregen had. Uitgevers dachten dat het hem
zou interesseren, maar hij had al veel andere projecten.
Het leek me interessant om zijn mening te kennen over
mijn werk want hij kende het verhaal al. Hij heeft me
geholpen dit zeer compacte scenario van 66 platen te laten
ademen."
Over tonen en niet tonen: "Nathalie liet
me wat de geweldscènes betreft vrij. Ik stelde
me veel vragen bij de verkrachting. Wat moest ik tonen?
Wat toonde ik beter niet? Wat is er sterker als ik het
niet toonde? De scenarist vertelt een gefantaseerd verhaal,
de tekenaar op zijn beurt moet dat concreet maken en mag
niet vervallen in buitensporigheid, overdaad, vulgariteit.
Ik had niet het gevoel dat ik de visie van een vrouw illustreerde.
Ze liet me het aanvoelen op mijn eigen manier."
|
Over
personages puzzelen: "Hier zien we Guillermo,
de halfbroer van Erika, die in het begin van het album
verschijnt. Voor de creatie van personages diep ik in
mijn archieven, met beelden die ik van het internet pukte,
uit magazines, die ik aan de kant bewaar zonder erbij
na te denken omdat ze me interessant leken. Ik vind de
kin of een mond van een persoon, de haren of de ogen van
een ander, het is een puzzel. Ik heb geprobeerd warme,
aantrekkelijke, boeiende personages samen te stellen,
ook al is alles dat getoond wordt wreed en gewelddadig,
zonder vulgair te zijn. De personages zijn talrijk, elk
met hun heel precieze rol. Het was van belang dat ze goed
neergezet werden in hun rol zodat de lezer er zich meteen
in terugvindt."
Over inkten in potlood: "Ik heb
het inkten voor dit album achterwege gelaten door harder
in potlood te tekenen en dat dan zwaarder om te zetten
op de computer. Potlood is een stap in de constructie
die zijn grafische aspect verliest door de inkting. Ik
heb een grafisch potlood geprobeerd waarbij de inkting
via het potlood aan te voelen is, een beetje houtskoolachtig,
maar wel helder."
Over stoffige auto's: "Ik teken vooral graag
de personages, maar het is rustgevend om auto's of geometrisch
perfecte toestellen weer te geven waarbij het minste detail
moet kloppen. Ik begon er plezier in te krijgen om in
Juárez de auto's te tekenen die dikwijls
beschadigd waren en rammelden. Ik hou wel van dat stoffige."
Over de tweede lezing: "De onthulling op
het einde nodigt de lezer uit om het album een tweede
keer te lezen. Daarom introduceerde ik elementen in de
tekeningen die betekenis geven aan de tweede lezing. Er
zijn twee niveaus van herlezing, de ene visueel, de ander
geschreven." |
|
|