Alle bijdragen van Alberto Varanda aan de rubriek De Commentator bundelen we op deze pagina.

Klik verder naar de volgende onderwerpen:
06/04/2019 Alberto Varanda over De Levende Dood
 
Alberto Varanda over De Levende Dood
06/04
TOP
De Levende Dood
Onderstaande bijdrage van Jean-Pierre Fuéri verscheen eerder in het Franse stripmaandblad Casemate nummer 116 van juli/augustus 2018.

De Levende Dood
Over gotisch kantje: "De twee Oliviers van Comix Buro, Vatine en Sztejnfater, lieten me Stefan Wul ontdekken door me de pitch van zijn romans te vertellen. Ik was meteen dol op De Levende Dood. Ik ben niet zo'n sf-liefhebber, maar ik was eerder gewonnen voor de donkere, gotische kant, zo tussen Frankenstein en Dracula in. Het is de enige van de twaalf titels die ik me zag bewerken. Ik heb het boek verslonden en stelde me een bewerking voor in gravures."

Over vijf jaar werk: "Een gravurestijl wou ik al jaren toepassen. Uitgevers vreesden mijn vertragingen en wilden me er niet over horen spreken. Ik kan hun geen ongelijk geven, ik deed er vijf jaar over om De Levende Dood te tekenen met slechts een pauze van twee maanden: Vatine vertrok naar Tahiti en liet geen vervolg van het scenario achter."

Over potloodtekeningen: "Als ik de kans krijg om met een uitstekende regisseur te werken, laat ik hem doen. Olivier maakte het storyboard dat ik nagenoeg trouw heb gevolgd. In het begin werkte ik de potloodtekeningen heel zwaar uit. Helaas, toen ik begon te inkten met arceringen, verknoeide ik mijn tekeningen. Ik ben toen overgeschakeld op lichtere potloodtekeningen. Ik werk op A3-papier. Ik heb het storyboard van Olivier voor me op het computerscherm staan. In Photoshop kleur ik mijn lijntekeningen in met aquarel om de sfeer weer te geven door met licht en donker te werken. Dat werk onder ogen helpt me veel."

Over genieten: "Deze plaat kostte me anderhalve week. Het album bevat enkele paginagrote prenten die een rustpunt zijn tussen de hoofdstukken. Dit werk doe ik het liefst. Ik zie graag de architectuur en geniet ervan. Wul was een tandarts, maar ook een dichter die zich inbeeldde dat boeken ook in de toekomst nog bestaan. Bedankt! Het was een waar plezier om goed gevulde bibliotheken te tekenen."


De Levende Dood
Over zwart-wit: "Ik hou van academische tekeningen en schilderijen. Terwijl ik een plaat inkt, zie ik die enkel in zwart-wit voor me. Vanaf de eerste arceerpogingen hadden we snel door dat het zwart veel deel uitmaakt van de plaat en er weinig ruimte zou zijn voor kleur. Vandaar de uniforme tinten met warme tonen in oker. En hier in blauw. De vorige plaat met meer variatie doet denken aan de postkaarten uit de jaren 1900: zwart-witfoto's die voor de gelegenheid zijn ingekleurd. Ik denk dat de liefhebbers van tekeningen voor de zwart-witversie zullen kiezen (naast de kleurenversie is in het Frans ook een gelimiteerde editie in zwart-wit verschenen, red.)."

Over rondingen: "Olivier wou Martha het initiatief zien nemen tegenover een eerder maagdelijke Joachim. We voelen aan dat die mooie vrouw hem domineert zelfs wanneer ze zit en hij rechtstaat. De gordijnen die ze opendoet, zag ik als zware gordijnen. Ze bestaan slechts uit rechte arceringen. Geen ronde arceringen om net haar rondingen te kunnen accentueren. Als student ontdekte ik die manier van inkten bij de Amerikaan Franklin Booth die in populaire magazines publiceerde in het begin van de twintigste eeuw."

Over groot-klein: "Ik werk niet graag aan te kleine tekeningen. Hier gaat het nog. Met grote prenten, zoals linksboven, kan ik mezelf een plezier doen. Normaal gezien tekenen illustratoren die arceringen gebruiken op grote formaten zodat ze de technische en esthetische kant kunnen uitwerken voor die methode. Op een te klein formaat is het werkelijk frustrerend."

Over (g)een probleem: "Ik heb er niets op tegen om lang over een prent te doen En ik heb er een hekel aan om zomaar van de ene naar de andere prent over te schakelen. Als schilder kan ik een maand over hetzelfde doek doen. Dat is voor mij geen probleem, maar wel voor de uitgever die op mijn platen wacht."


De Levende Dood
Over sensualiteit: "Drie stroken en een zekere sensualiteit per strook, uitgedrukt via de lippen, de handen die elkaar aanraken en het woord 'kom'. In veel scènes proberen Olivier en ik een zekere emotie, een zeker gevoel, te leggen."

Over transparantie: "Het baldakijn in de laatste prent bestaat uit doorzichtige sluiers en het is ook met arceringen getekend. Ik heb het afgewerkt met witte arceringen om de structuur een beetje lichter te maken. Ik heb het complete decor erachter getekend om een leidraad te hebben. Het moet doorheen de sluiters te zien zijn."

Over brillen: "In de loop van de jaren, terwijl ik aan De Levende Dood werkte, heb ik mijn ogen verknoeid. Mijn bril was niet langer in orde voor me. Tot mijn afspraak bij de oogarts gebruikte ik een bril met vergrootglazen. Uiteindelijk kreeg ik een voorschrift voor een nieuwe bril, maar die kon ik niet gebruiken voor mijn werk, want ik zou de afstand tussen twee arceerlijntjes anders hebben gezien. Dat was een probleem. Mijn eerste bril voldeed niet meer en ik heb een andere moeten kiezen om het weer groter te kunnen zien. En ik moest dus terug naar de oogarts omdat mijn zicht alweer was achteruitgegaan. Bijkomend ongemak: als ik zelf wil kunnen zien wat jij, de lezer, ziet, zou ik de vergrootglazen moeten weggooien, want die hebben mijn werk wat geschaad."

Over voorkeur: "Van bepaalde scènes uit het boek vond ik het jammer dat ik ze niet kon tekenen. De scène waarin het wezen de vorm aanneemt van Martha, zoals in The Abyss, om een oudere Joachim te verleiden bijvoorbeeld. Of de scène waarin meerdere Lises samenvloeien in één enkele entiteit. Maar er moest gekozen worden. En Olivier gaf de voorkeur aan de relaties tussen de personages en minder aan de horrorscènes. In het begin dan toch."


De Levende Dood
Over het kasteel: "Heb ik je al gezegd dat ik dol ben op Coppola's Dracula? Dit kasteel komt niet uit Transsylvanië, maar uit Duitsland. We vonden het op het internet. Olivier heeft het gecreëerd in 3D zodat ik het vanuit alle hoeken kon zien. We hebben de torens verlengd om het nog sierlijker te maken."

Over decors: "Ik kan er dagen en dagen over doen om een decor te tekenen. Ik ben in de eerste plaats een illustrator, daarna pas striptekenaar. Ik stel het moment uit waarop ik de personages moet toevoegen. Ik word lastig als ik die op mijn decor moet plakken. Ik heb dan het gevoel dat ik de decors vermink omdat ik mijn decors beschouw als volwaardige personages. Om die reden teken ik de personages op een ander vel en plaats ik ze op de computer in de decors. Zo blijft de tekening van mijn decor maagdelijk."

Over Franquin: "De parasol kostte me een hele dag werk. Ik tekende het rustig aan. Ik kruis en herkruis de arceringen tot ik tot het gewenste zwart kom. Ik heb Franquin ontmoet ten tijde van Zwartkijken. Hij vertelde me dat hij zijn zwartvlakken met een Rotringpen tekende met fijne lijntjes in plaats van die met een penseel vol te inkten. Hij deed dat allemaal om een zekere zachtheid van het papier op te zoeken. Men had hem gezegd dat bij het drukken het zwart gewoon zwart is, maar nee, voor hem was dat niet hetzelfde. Ik vind dat plezier terug. Terwijl ik het uitvoerde, was het verschrikkelijk. Nu ik er met plezier op terugkijk, is het groots."

Over angst: "Ik had angst voor elke pagina. Het is hetzelfde soort leed zoals bijvoorbeeld bij het beeldhouwen wanneer je een vorm zoekt. Daarna is elke voltooide plaat een nieuwe portie geluk. Elke keer ik mijn platen naar het atelier bracht, schepte ik er plezier in om Oliviers blik te zien wanneer hij mijn werk bekeek."