"Ik
ben een slechte schrijver. Ik zeg niet dat ik geen verhalen
of scenario's kan verzinnen, want dat doe ik elke dag.
Maar puur het opschrijven ervan, dat doe ik liever niet.
Ik heb altijd het gevoel dat het ten koste gaat van de
vrijheid van een strip. Zodra ik een conversatie op papier
zet, voelt het alsof ik het één-op-één
moet overnemen. Als ik vervolgens iets wil veranderen
in de strip, moet ik in een Word-documentje het gesprek
opnieuw indelen, alinea's weghalen, of omgevingen anders
omschrijven. En dan al die leestekens. Nee, dank je. Ik
ben een visueel ingesteld persoon. Pas als ik het zie,
weet ik of het werkt.
De eerste stap is voor mij daarom niet het schrijven,
maar het ruwe scenario bedenken en het verhaal opdelen
in hoofdstukken. Dit doe ik heel schetsmatig op papier.
Vervolgens deel ik de hoofdstukken in met deze pagina-thumbnails.
Wat je ziet zijn eigenlijk — geheel op gevoel —
de eerste opzetten van de pagina's. Als een soort film
zie ik de strip aan mij voorbij gaan, en elke scène
zet ik neer zoals ik het op dat moment zie. Ik teken de
thumbnails ontzettend snel, in enkele lijnen, om zo de
spontaniteit en de flow niet te verliezen. Daarna ga ik
wat beter kijken naar wat nu écht werkt, wat mooi
is, en wat irritant is. Het heeft allemaal te maken met
de leesbaarheid van een pagina. Zodra ik de pagina's hierop
heb aangepast, bedenk ik wat de personages in deze scènes
moeten zeggen. Liefst zo min mogelijk — ik hou niet
van te veel tekst. Bij dit proces kan het zijn dat ik
sommige pagina-opzetjes moet veranderen of weggooien.
Dat moet dan maar. Het is dom om bij je eerste ingeving
te blijven, dat heb ik in de loop der jaren wel geleerd.
Elke pagina moet doordacht zijn, en niet zomaar 'een verzameling
van plaatjes'.
Dit is een scène uit het begin van het boek. Het
bos is een belangrijke locatie. Het vormt een soort ontsnapping
uit de dagelijkse sleur voor de hoofdpersoon. Hij rijdt
elke dag met zijn auto naar de opslag van zijn boekwinkel,
midden in het bos. De rust die hij in het bos vindt doet
hem goed. Dat wilde ik ook in de pagina overbrengen. De
stilte in de pagina doet eigenlijk het meeste werk. In
een vorige versie van deze pagina waren er nog veel 'tekstbalkjes'
met zijn gedachtes. Uiteindelijk kwam ik erg in de knoop
tegen het einde van het boek, omdat de hoofdpersoon niet
meer in tekstbalkjes dacht. Zijn gedachtes waren alleen
zichtbaar aan het begin van het boek. Het was totaal niet
consequent! Dus ik heb alle gedachtes weggehaald, waardoor
er vooral in het begin van het boek een grote stilte ontstaat.
Dit leest verrassend prettig weg. Als tekenaar is het
natuurlijk ook fijn dat lezers gedwongen zijn om de plaatjes
te bekijken. Ik heb soms het gevoel dat lezers van tekstballon
naar tekstballon gaan, en dan aan het eind van de pagina
denken: 'Oh, nog even de plaatjes bekijken.' Dat voorkom
je door dit soort stiltes in te bouwen. Je wordt gedwongen
om de tekening te lezen, in plaats van de tekst. Het weggelaten
kader in het laatste plaatje is een typisch Japans fenomeen.
In manga wordt al decennia gespeeld met de rekbaarheid
van kaders. Soms staan personages bovenop een kader. Soms
rent een karakter van het ene naar het andere plaatje,
dwars over de pagina heen. Dat soort dingen vind ik prachtig,
want alle kadreringen staan in dienst van de leesbaarheid
en de vertelling. Dat wilde ik bij deze pagina ook. Door
de omgeving langzaam weg te laten vallen, in plaats van
harde rechthoekige lijnen, krijg je als lezer veel meer
het gevoel dat het een oneindig landschap is.
Op deze pagina is goed te zien dat ik vier jaar Animatiefilm
heb gestudeerd, haha! Ik ben eigenlijk animatie gaan studeren
uit noodzaak, omdat er geen stripopleiding was in Nederland.
Animatie komt het dichtst bij het vak van stripmaken:
scenarioschrijven, karakters ontwikkelen, en nog belangrijker:
de symbiose van beeld en verhaal. Vervolgens werd ik tijdens
het tweede jaar hals over kop verliefd op het medium animatie.
Het vereist meer van je als maker, want je bent ook regisseur,
muzikant, en producent. Maar er zijn ontelbare overeenkomsten
met strips. Dat begint al bij het storyboarden. Eigenlijk
lijken veel storyboards van blockbusters of Disneyfilms
op schetsachtige strips. En andersom! Deze pagina zou
zo uit een storyboard voor De Wespendief - de film
kunnen komen. Maar het effect van dit soort pagina's is
dat de tijd langzamer dan anders voorbijgaat. Doordat
er weinig verandert tussen de kaders, is het alsof de
tijd in slowmotion passeert. De regen was trouwens niet
gemakkelijk om te tekenen. Ik heb geen vaste hand, en
als ik een rechte lijn moet tekenen zit er eigenlijk altijd
een boog in. Ik heb een paar goeie lijnen getekend en
deze gekopieerd. Vervolgens heb ik ze bij elkaar geplakt,
en stuk voor stuk aangepast, zodat er geen kopieën
meer waren. Dat is het voordeel van digitaal werken: het
valsspelen is een stuk makkelijker geworden. Tegen niemand
zeggen, hoor.
COMMENTAAR
BIJ PAGINA 141 |
|
Deze
pagina is afkomstig uit het afsluitende deel van het verhaal.
Ik zal er niet teveel over verklappen, maar dat de hoofdpersoon
wanhopig is, mag duidelijk zijn. Een journalist vertelde
me vandaag dat hij onder de indruk was van het verteltempo
van het boek. Het ritme in de eerste paar pagina's is
erg constant, maar naar het einde toe wordt het sneller.
Alsof een hartslag omhoog gaat. Dit komt overeen met de
stress bij het hoofdpersonage, die steeds heftigere dingen
te verwerken krijgt. Het grappige is echter dat ik dat
tempo niet zo gepland had. De reden dat het ritme versnelt
is dat ik minder pagina's over had dan ik had gedacht.
Het boek zou 160 pagina's worden, óf 176. Dat komt
doordat het gebonden is in pakketjes van 16 pagina's.
Dat betekent dat 161 of 162 pagina's niet echt een optie
is — dan blijf je met een hoop witte pagina's over
die je dan moet gaan vullen met titelpagina's, colofons,
en extra tekeningen. No way — ik wilde
echt gaan voor de 160! Maar het middenstuk van het boek
liep ietsje uit en ik moest opeens haast maken met het
einde. Ik was bang dat het ten koste zou gaan van de afwikkeling
van het verhaal, maar tegelijkertijd voelde ik dat het
snelle tempo de spanning verhoogde. Het versterkte zelfs
de laatste scènes. Daarom heb ik het zo gelaten.
Uiteindelijk kwam ik uit op precies 160 pagina's. Ik heb
wel met pijn in mijn hart twee pagina's moeten weggooien.
In de film- en animatiewereld zeggen ze: 'Kill your
darlings'. Dat heb ik de afgelopen periode wel geleerd!"
De Terugkeer van de Wespendief
door Aimée de Jongh verscheen begin oktober 2014
bij Oog & Blik | De Bezige Bij. |