DEEL 3 VAN INTEGRALE REEKS IN ZES DELEN KLIK voor andere strips van Karel Verschuere KLIK voor andere strips van Willy Vandersteen DE RODE RIDDER: DE EERSTE AVONTUREN 3 1962-1963: 13. De Vuurgeest - 14. De Galmende Kinkhoorns - 15. De Zwarte Wolvin - 16. Baloch, de Reus - 17. De Zeekoning - 18. De Witte Tempel Karel Verschuere / Frank Sels + Willy Vandersteen Standaard Uitgeverij | 232 p. | € 34,99 (HC met ex libris) Metamorfose Met een tweemaandelijks verschijningsritme gaat het vooruit met deze integrale uitgaven van De Rode Ridder. We zijn reeds toe aan het derde deel. Deze turf bevat opnieuw een enorme verscheidenheid aan verhalen. In De Vuurgeest vinden we Johan terug in Brabant waar hij een geheimzinnige brandstichter tegen het lijf loopt. De Galmende Kinkhoorns brengen hem dan weer naar West-Ierland waar schepen op de kust gelokt worden met giganteske schaaldieren. In De Zwarte Wolvin komt Johan door een belofte aan een stervende ridder terecht in een kat-en-muisspel tussen corrupte edelmannen die een geheim genootschap van roofridders vormen en een meisje dat met een roedel wolven stokken in hun wielen wil steken. In Baloch, de Reus doorkruist Johan dan weer zijn geboortestreek en ontmoet er oude bekenden. De Zeekoning brengt hem naar het Hoge Noorden waar hij de rechtmatige eigenaar van het zwaard Djorndal wordt en temidden van een epische vikingstrijd terecht komt. Tenslotte bezoekt onze held een Grieks eiland waar hij getuige is van de uitbuiting van de eilandbewoners door de restanten van een oude Griekse beschaving. In de eerste twee integrale uitgaven passeerden enkele toppers uit de geschiedenis van de stripreeks: De Gouden Sporen, Het Wapen van Rihei, De Zilveren Adelaar,... Dit toont aan dat qua verhaalopbouw en uitwerking De Rode Ridder vanaf het begin een degelijke stripreeks was. In de periode van de delen 13 tot 18 kunnen we stellen dat de reeks een eerste metamorfose onderging. Qua lay-out gaat de reeks vanaf het album De Galmende Kinkhoorns over op vier stroken. Vanaf album 16, Baloch, de Reus, neemt Frank Sels de tekenpen over van Karel Verschuere. Johan wordt in de daaropvolgende albums dynamischer, gespierder en moderner. Alsof Frank Sels hem klaarstoomt om zich aan te melden aan het hof van Koning Arthur... Daar lopen we uiteraard wat op de zaken vooruit, maar de reeks is nu helemaal uit de schaduw van zichzelf gegroeid. De voorgenoemde metamorfose zullen we later in de reeks nog een aantal keer tegenkomen. En hoewel het losbreken van de reeks onder Karel Biddeloo ons misschien het meeste bijstaat, mag het belang van Frank Sels voor de reeks niet onderschat worden. Dankzij de achtergronddossiers leren we kleine en grote weetjes in verband met de reeks en de toch wel rijke geschiedenis die deze met zich meedraagt. Ook de nodige historische duiding maakt de dossiers de moeite waard om te lezen. Laten we het de kers op de taart noemen. Voor de fans van De Rode Ridder onder ons is dit een grote brok nostalgie. Voor nieuwe lezers de kans om kennis te maken met de reeks en te genieten van een reeks tijdloze ridderverhalen in een zeer kwalitatieve uitgave aan een schappelijke prijs. Vol ongeduld kijken we uit naar de volgende integrale delen. We hopen daarbij ook dat het werk van Karel Biddeloo opgepikt wordt in een latere integrale reeks. JACKY CORNELIS --- juni 2019

Lees ook deze vorige besprekingen of raadpleeg ons archief: