|
KLIK
voor andere strips van
Steven Dupré |
|
|
JOMME 2
Paradijseiland
Steven
Dupré naar Jef Nys
Ballon Comics | 48 p. | € 7,95 (SC) |
Respectvolle
Mick Jagger bij The Beatles |
Het
was voor ons een beetje schrikken toen we vernamen dat Steven
Dupré na Griffo de volgende
zou zijn die een album van Jommeke in Jomme,
de hommagereeks aan de Jef Nys-klassieker,
onder handen zou nemen. Dupré, dat was toch de ongekroonde
erfgenaam van Willy Vandersteen, een auteur
die de toon en de stijl van Standaard Uitgeverij
als van nature in de vingers leek te hebben? En tussen Jommeke
en Suske en Wiske was er historisch toch een soort
van gezonde concurrentie om de harten van de jonge striplezers?
Maar goed, Stevens eersteling Wolf rolde destijds
samen met Jommeke en de rest van de krant Het
Volk van de persen in de Forelstraat in Gent. En in een
tijd waar grote overnames en andere joint-ventures alles onder
een grote speler lijken onder te brengen, lijkt het prikkelend
én vanzelfsprekend dat Mick Jagger
een gelegenheidsduet met The Beatles opneemt.
Het oog van Dupré — of van de beslissingsnemers
bij de uitgeverij — viel op de klassieker Paradijseiland.
Een uitstekende keuze. In de Suske en Wiske-spin-off
Boemerang leken de ietwat futuristische en koude
decors Dupré uit zijn comfortzone te trekken. Nu zijn
ze vervangen door een onbewoond, Robinson Crusoë-achtig
eiland waar natuurliefhebber en -tekenaar Dupré helemaal
zijn ei kwijt kan. Je hoeft na dit album niet langer naar
Brazilië om daar met een zaklamp op het strand de schildpadden
te gaan storen die bij valavond de zee intrekken. Dupré
tekent het in dit album voor jou en passant en zowat achteloos
als een soort van extra verwennerijtje. Ook elders is hij
tekenmatig in zijn element. Hij integreert feilloos de typische
Nys-elementen (let maar eens op de ogen van de personages)
in zijn eigen Sarah en Robin-stijltje. Een hoogtepunt
is de knappe uithaal waarin hij paginagroot het amusement
van Jomme en co in een soort van geïmproviseerde Center
Parcs letterlijk doorbreekt met de hysterische ongerustheid
van de ouders. De compositie is er eentje voor aan de muur
van het Brusselse Stripmuseum, want in deze
albumversie is het zonde dat het formaat en de wat fletse
drukkleuren haar oneer aandoen.
Na het lezen van het eerbetoon door Dupré namen we
ook het origineel van Jef Nys nog eens ter hand. De vergelijking
was best interessant. De druk van het voorpublicatietempo
maakt van de Nys-versie een wat chaotischer geheel dat soms
wat samenhang mist en charmante hiaten vertoont. Dat heeft
Dupré niet. Zijn verhaal heeft meer structuur en een
meer doordachte verhaalopbouw, ook al lijkt het ook bij hem
soms dat hij om onduidelijke redenen hier en daar een ideetje
bij nader inzien niet verder wou of mocht uitwerken.
Wat dit album wel wat ontbeert, is de ruwe en ondeugende spontaniteit
van de jonge Nys. Zoals contradictorisch genoeg een debuutplaat
van een jonge muzikant, drijvend op diens enthousiasme, ons
zoveel meer kan beklijven dan een perfectionistisch geproducete
album van diezelfde muzikant met twintig jaar meer ervaring
en kunde. Waar Nys ons een paar keer luidop deed lachen en
nogal gul met milde krachttermen durfde strooien, lijkt Dupré
keuriger en met de handrem op te rijden, alsof hij wat al
te voorzichtig wil omspringen met het stukje erfgoed dat hij
in handen heeft. Als we moesten gniffelen, was dat vooral
om de latente deugnieterigheid die regelrecht uit een album
van Wolf leek te komen, zoals de interventie van
de brandweer en de naam van reddingssloep van de Zilvergolf.
De relatieve braafheid is het enige minpuntje dat we konden
ontdekken. Heel wat verhalende tussenkomsten zou Nys naar
alle waarschijnlijkheid, na een enthousiaste "sapperdekriek,
goed gevonden", met genoegen zelf als alternatief verwerkt
hebben in zijn verhaal. Duprés gaafste ingreep is zonder
meer de afwijkende aanpak om Pekkie en Flip mee te krijgen
op een schip waarop huisdieren niet zijn toegelaten en de
mompelende "hmmm"'s waartoe een vermeend blinde
en stomme Fille zich daardoor moet beperken.
De slotsom is dan ook dat voor ons deze hommage aan Jomme
door Dupré, meer nog dan die van vorig jaar aan Suske
en Wiske, geslaagd is. Here comes the sun, and I
say it's all right. We horen het Mick Jagger met (misschien
iets te veel) respect voor het origineel, maar met een enig
mooie eigen toets brengen. Aan de vooravond van zijn vijfenzestigjarige
verjaardag had de held met het strooien dakje zich geen mooier
cadeau kunnen wensen. |
PETER D'HERDT --- december 2019 |
|