Suske en Wiske 99
(oorspronkelijk nummer 47,
eerste druk uit 1963)


(herdruk met aangepaste cover)

(krantenaankondiging van 14 juli 1962, niet opgenomen in de albumuitgave)

In het luchtruim boven België zweeft een vreemde tros metalen bollen. De bollen worden bewoond door de buitenaardse wezentjes Pamora en Mamora van planeet Kwakurnus. De wezentjes worden belaagd door bandieten tegen wie onze vrienden het opnemen.

Boef: Werkzaam voor G. Ouden en K. Alf. Vangt als eerste info op over de Tros en de Kwakstraal omdat Jerom hem als passagier naar Rotterdam diende te brengen. Volg onze vrienden sindsdien.
Gladde: Handlanger van bovenvermelde boef. Vat de keuze voor zijn 'beroep' als gezonde inbreker samen als: "Ik ben een verwaarloosd kind, zag veel slechte films, las veel slechte boeken en ben te lui om te weren!"
G. Ouden: Wil samen met zakenpartner K. Alf koste wat kost het geheim van de Kwakstraal achterhalen om er grof geld aan te verdienen. K. Alf wordt getroffen door de straal. G. Ouden slaat hem daarom neer.
Mamora: Komt met haar gezin van de planeet Kwakurnus. Het werkelijke gezinshoofd van de Kwakfamilie want zij zorgt ook nog eens voor het talrijke kroost, de Bébamoras.
Pamora: Wil het menselijk ras met de Kwakstraal uit de linkerwijsvinger beschaafd maken. Slechte karakters komen erdoor tot inkeer. Met de rechterwijsvinger kunnen vaste stoffen opgelost en weer tevoorschijn gestraald worden.

Behalve Vlaanderen, Wallonië en in beperktere mate Frankrijk is Nederland het belangrijkste wingewest voor de serie Suske en Wiske. Voor een grotere verkoop maakte Vandersteen een knieval door het taalgebruik op te poetsen en enkele namen aan te passen (Sidonie werd Sidonia, Schalulleke werd Schabolleke en uiteindelijk Schanulleke). Onder Paul Geerts leek het zelfs alsof de nationaliteit van onze vrienden Nederlands was. Het nationale voetbalteam in De Goalgetter bijvoorbeeld droeg oranje tenues. De verkoop van de reeks was nu eenmaal groter geworden in Nederland dan in Vlaanderen. Tegenwoordig wonen de personages volgens scenarist Peter Van Gucht "in de Benelux". In 2010 bedroeg de verkochte oplage van elk nieuw album 90.000 exemplaren voor Nederland, 50.000 voor Vlaanderen en 10.00 voor Wallonië.
In 1978 kwam een Zweedse vertaling op de markt onder de reeksnaam Finn och Fiffi, ondersteund door een grootse perscampagne en gadgets als een dominospel en een ganzenbord. 69 titels verschenen in het Zweeds, geen enkele andere taalversie buiten het Nederlands en Frans doet beter. Vanaf 1983 volgden Finse, Noorse en Deense versies die via de post werden geleverd en een oplage haalde van dik 40.000 exemplaren.

"Lief soldaatje vergeef mij! Ik ben een slechte sergeant! Ik pest je niet om je tucht te leren maar uit nijd omdat ik thuis onder de plak zit!"

Een sergeant komt tot bekentenissen nadat hij getroffen is door de Kwakstraal.
 
© Stripspeciaalzaak.be, 2013