De Geuzen 5,
ininkting door
Eugeen Goossens
(eerste druk uit 1987) |
(rechtstreeks in album verschenen in 1987)
Graaf Hugo van Aldenberg en zijn zus Gerda worden de nieuwe
buren van Hannes en Veerle, die volop van hun wittebroodsweken
genieten. Maar Gerda heeft haar zinnen op Hannes gezet en
Veerle gaat in het verweer.
|
|
|
Baljuw:
Komt met zijn knechten de ontsnapte Soetkin bij
alchimist Maldor zoeken. De goedgelovige snoeshaan is
zo'n beetje de Jan Lul van het verhaal. |
|
Gerda
van Aldenberg: Met haar broer Hugo de nieuwe
buren van Hannes en Veerle. Ze nodigt het koppel uit op
hun kasteel waar ze Hannes probeert in te palmen, dik
tegen de zin van Veerle. |
|
Graaf
Hugo van Aldenberg: Steunt de geuzen en bewoont
het slot Ravenstein. Een gemaskerde schutter belaagt hem
en zijn zus Gerda om wraak te nemen op het verraad dat
hij pleegde. |
|
Maldor:
Leeft als kluizenaar in een bos. De alchimist beschikt
over buitengewone gaven. Door te kijken in tijd kan hij
Hannes en Veerle waarschuwen voor Soetkins bewogen toekomst. |
|
Soetkin:
Waanzinnig geworden meisje. Door een herinnering wordt
ze weer normaal, maar ze houdt dat verborgen om eerst
wraak te nemen als gemaskerde kruisboogschutter. |
|
|
In zijn laatste reeks die het zonder voorpublicatie moest
stellen, mocht het wat frivoler. Schouderbandjes hingen
losser, boezems waren geprononceerder en ook de liefde
werd geconsumeerd. Voor de eerste keer mochten Vandersteens
helden duidelijk verliefd zijn op elkaar en met elkaar
vrijen. Hij had er blijkbaar nog een stichtende bedoeling
mee ook, getuige deze uitspraak uit 1985 bij de start
van De Geuzen: "Ik vind inderdaad te weinig
romantische liefde bij de jongeren van vandaag. Als ik
jongelui bezig zie in een disco, dan is het net alsof
ze bang zijn van lichamelijk contact. Vroeger, in mijn
tijd, toen wisten we blijkbaar beter wat 'vrijen' was.
Hannes en Veerle mogen heerlijk verliefd zijn en vrijen
in mijn nieuwe verhaal. Ik hoop dat de jeud daar ook nog
iets van leert..." |
|
|
"O
nee, Veerle, dat is een wapen voor boerenmeiden!"
Badabing, en daarmee denkt
Gerda van Aldenberg Veerle af te serveren wanneer
zij vraagt of het haar kruisboog is die aan
een muur hangt. Veerle is enorm bedreven met
het wapentuig en weet er Gerda mee te vernederen
door haar hoofddekseltje af te schieten. |
|
|
|