Suske en Wiske 88
(oorspronkelijk nummer 19,
eerste druk uit 1953)


(herdrukken met aangepaste cover)

(krantenaankondiging van 7 april 1953, niet opgenomen in de albumuitgave)

Onze vrienden trekken naar Kongo om er het geheim van de vader van Lambik te ontrafelen. Bij een overnachting in het oerwoud worden ze opgeschrikt door twee tamtamkloppende mensapen, de Joerangetangs, die onze vrienden aanvallen. En dan is er nog een duistere figuur en ene Bololo die het op Suske en Wiske gemunt hebben. De inzet van al die vijandelijkheden is de bolhoed van Papal-Ambik, maar is het dat allemaal wel waard?

Biebop: Koning van de Joerangetangs, een stam van sprekende apen. Beschaafd, want hij draagt een hemd boven lange broek die net te kort is. Wil Papal-Ambiks medicijn buitmaken voor eigen gebruik.
Bololo: Tovenaar van de stam van de Ju-jubekes. Draagt voortdurend een masker. Heeft het ook al gemunt op het medicijn.
Ju-jubeke: Brave zwarte, lid van de Ju-jubekesstam. Door Biebop 'uitverkoren' om voor de krodokillen gegooid te worden omdat de stam bevriend is met blanken.
Papal-Ambik: Miskend poëziegenie die met zijn twee zonen Lambik en Arthur naar Rotswana vluchtte. Houdt in zijn bolhoed een 'medicijn' voor zijn oude dag verborgen.
Stijve boord: Mysterieuze geheimzinnigaard die om fiscale redenen Papal-Ambik te pakken wil krijgen.

Jerom die zijn eigen tekstballon te buiten rent, Jerom die zijn tekstballon als valscherm gebruikt, Jerom — alweer hij! — die een spoor van aan bomen opgeplakte tekstballonnen nalaat, de inhoud van een tekstballon die weer bij elkaar gepuzzeld moet worden, Lambik die tegenstander Biebop achter een plaatje knalt... Dergelijke spielereien met de conventies of begrenzingen van het stripmedium placht Vandersteen wel vaker te gebruiken, maar zelden in groter getale dan in De Tamtamkloppers. Op dat gebied is het album een van de meest experimentele in de reeks en voor 1953 behoorlijk nieuwerwets in de Belgische strip. Ook in andere van Vandersteens publicaties in deze tijd (bijvoorbeeld de gagreeks De Vrolijke Bengels) speelde hij op welhaast surrealistische manier met de kaders van prenten en dies meer.
"En ja, je weet wel hoe dat gaat... Nu geef ik je nog een goede raad... 'k ben slimmer nu... 'k zeg dus, als 'k mag... Spaar vlijtig voor je ouwe dag!"

Zelfs vijftig jaar na datum is dit een te volgen raad van de pensioengerechtigde Papal-Ambik.
 
© Stripspeciaalzaak.be, 2013