Suske en Wiske 150
(oorspronkelijk verschenen in de blauwe reeks als eerste album,
eerste druk uit 1952)
(herdrukken met aangepaste cover) |
 (voorpublicatiecover
van 9 september 1948)
Het spookt in het museum! Lambik, Suske en Wiske ontmoeten
er het Spaanse spook. Ze worden meegenomen naar zijn tijdperk
waar ze moeten strijden tegen de hertog van Alva om het
dorp Kriekebeek te redden. Zijn onze vrienden sterk genoeg
om het op te nemen tegen de Spaanse strijders?
|
|
 |
Alwina:
Heks die onze vrienden op voorspraak van het
Spaanse spook omtovert iin edellieden. Aan haar heeft
Wiske haar krulletjes te danken. Van Lambik maakt ze een
boer op een ezel. |
 |
Don
Alvarez de Toledo: Alias de gevreesde hertog
van Alva. Leidde het Spaanse bezettingsleger in Brabant.
Wil voorkomen dat een genadebrief voor Kriekebeek in de
openbaarheid komt. |
 |
Don
Persilos Y Vigoramba: Alias het Spaanse spook.
Voormalig Spaans officier. Vroeg genade voor Kriekebeek.
Stierf in dronkenschap. Vraagt in het heden de hulp van
onze vrienden. |
 |
Pieter Brueghel: Tekent een vechtende Lambik
na en wordt opgemerkt door Wiske. Vluchten samen voor
de Roodrokken, huurlingen in dienst van de hertog van
Alva. Helpt sindsdien onze vrienden. |
 |
Van
de Molenburg: Burgemeester van het door de Spanjaarden
omsingelde Kriekebeek. Komt in Brussel zijn spionnen zoeken.
Krijgt de hulp van onze vrienden en het Spaanse spook. |
|
| |
De Nederlandstalige editie van het weekblad Kuifje,
dat sinds 1946 verscheen, raakte maar niet van de grond
en daarom deed Hergé een beroep op de toen al populaire
Vandersteen. Hij diende wel zijn tekenstijl aan te passen
om Suske en Wiske minder volks te maken. Ook de verhalen
moesten beter gestructureerd zijn en geloofwaardiger terwijl
tante Sidonia en Jerom achterwege werden gelaten. Voor
het eerst kon Vandersteen een verhaal situeren in een
geliefkoosd tijdperk: de zestiende eeuw in de Nederlanden,
een periode die gedomineerd wordt door de vrijheidsstrijd
van de geuzen. Zijn fascinatie voor het werk van schilder
Pieter Brueghel kon hij ook tenvolle uiten, al meteen
in de tweede prent toonde hij Breughels bekende schilderij
Boerenbruiloft. Enkel voor de verhalen in de
zogenoemde blauwe reeks heeft Wiske krulletjeshaar. De
jongste jaren tekent huidig Suske en Wiske-tekenaar
Luc Morjaeu Wiske af en toe nog eens met dit kapsel. |
|
 |
"Oh,
nee! Als ik mijn kippenhok schilder, zal het
heel wat mooier zijn! En dan staat het zeker
niet vol met die zotte mannetjes!"
Lambik voelt niets voor het
schilderij Boerenbruiloft. |
|
 |
|
