|
Ze
trouwen. Het had de mooiste dag van hun leven moeten worden. Maar
een onschuldige, met garnalen gevulde tomaat gooit roet in het eten.
Helaas kan niemand om de farce lachen, want opeens, in een orgie van
geschreeuw, schoten, tranen en bloed, verandert het feest in een nachtmerrie.
De haat doodt de liefde, de dood slaat blindelings om zich heen en
je realiseert je eens te meer dat alles veel beter zou gaan op deze
planeet als de mens niet vastgeklonken zat aan zijn ongeneeslijke
domheid. |
|
|