Uit:
De Raap van Rubens (1976) Lambik is in 1620 te gast bij de toen al beroemde
schilder Rubens en gaat aan de slag in zijn schilderatelier
als raap (leerjongen). Hij zal die zeventiende-eeuwlingen eens
laten kennismaken met abstracte kunst: "Zo met handen en
voeten, hè! En als het werk af is, er nog enkele uren
over praten om het duidelijk te maken!" Lambik is duidelijk
van de moderne strekking: "Met blote handen en voeten!
Penselen is iets voor primitieven!", "Kunst is een
kwestie van temperament en temperament is een kwestie van emmers
verf!", "Het leven is kort... De kunst is lang!"
Maar waar het de overenthousiaste, energieke en simplistische
analyses debiterende Lambik aan ontbreekt is niet temperament,
wel talent. Het is een clash tussen academische schilderkunst
en abstracte, moderne kunst, tussen de klassieke school en vernieuwing.