|
|
Dokter
Zwitser
gepresenteerd door David Steenhuyse |
|
|
WEEKBLADGESCHIEDENIS
ROBBEDOES / SPIROU
Eerste
verschijning: 1976• Laatste verschijning:
2013
Tekenaar: Marc Wasterlain
Scenarist:
Marc
Wasterlain |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Na assistentie
te hebben verleend aan tekenaar Dino Attanasio (decors
en inkting voor Ton en Tineke) en sinds 1966 een gewaardeerde
job in de studio van Peyo, waar hij meehelpt aan
De Smurfen, Steven Sterk, Johan en Pirrewiet,
Poesie en andere reeksen van de meester, wil Marc
Wasterlain net zoals elke ambitieuze striptekenaar op eigen
benen staan. Tussen die eerste twee jobs ligt een periode met allerlei
tekenklusjes en een kortstondige doortocht op de studio van
Maurice Kornblum en Maurice Rosy, de toenmalige
auteurs van Jaap. Met dat weinige geld leidt hij het leven
van een bohemien. Hij trekt een halfjaar naar Amsterdam waar hij van
zijn tekeningen wil leven. In de praktijk verkoopt hij zijn tekeningen
voor een habbekrats in vooral restaurants. Bij zijn terugkeer in België
kan hij een tijdje terecht bij kunstenaar Marcel Broodthaers,
die bekendheid geniet via zijn ready mades die de kunstwereld op de
korrel nemen.
Met een eigen project, getiteld Bob Moon en Titiana, trekt
Wasterlain in 1971 naar het concurrerende blad Kuifje. Gesteund
door Yvan Delporte (die net ontslagen is als hoofdredacteur
bij Robbedoes en voor andere bladen begint te schrijven waaronder
het Nederlandse Eppo) raakt hij binnen bij Kuifje.
Vier verhalen worden gepubliceerd. Voor hetzelfde weekblad creëert
hij in 1975 Kereltje met een duidelijk ecologische inslag.
Door een ongeluk raakt hij gewond aan de hand en past hij zijn tekenstijl
noodgedwongen aan, het wordt minder rond en gezellig en wat krasseriger.
Na een aantal korte verhalen van Kereltje vliegt hij als
een van de eersten uit het blad nadat uitgever Raymond Leblanc
zijn zoon Guy in de directeursstoel plant. Guy houdt
niet van niet-commerciële, poëtische strips en moeit zich
meer en meer met de taak van hoofdredacteur Greg
die kort daarop uitgeverij Le Lombard zou verlaten
om bij Dargaud emplooi te vinden als literair directeur.
Bij Robbedoes krijgt hij de kans om met een nieuwe reeks
te starten, Dokter Zwitser dus, en animeert hij halve pagina's
in een periode waarin de lay-out van Robbedoes is veranderd.
Hij neemt het voortouw met een tekenstijl die zijn weerslag vindt
in het werk van jonge auteurs als André Geerts,
André Benn, Bernard Hislaire,
Frank Pé, Bosse, Christian
Darasse, Alain Maury, Frank Le Gall,...
In 1976 maken de lezers van Robbedoes kennis met Dokter Zwitser,
een vrolijke dokter met een opvallende naaldneus en een grote rode
mantel waarmee hij kan vliegen. Zijn butler woont in een wandklok.
Wat was dat? Door het realistische kortverhaal Verse Nootjes in
een dubbeldik vakantienummer uit 1977 verandert de mening van menig
lezer. Op amper twaalf pagina's etaleert Marc Wasterlain een
breed gamma van emoties: van nostalgie over jaloezie tot een hartverscheurend
drama. Kort samengevat dist Dokter Zwitser herinneringen op aan zijn
jeugd waarin hij samen met zijn zwarte adoptiefbroer opgroeit. Op
een dag komt er een Vietnamees meisje op school. Ze wordt hun nieuwe
klasgenote. Beide broers ontwikkelen een boontje voor haar en dan
duikt het groene beest van de jaloezie op. De jonge Zwitser verlaagt
zich zelfs tot een enkele racistische uitlating. Net wanneer de ruzie
op zijn hoogtepunt is, kan de oorsprong van hun twist het geruzie
niet meer aan en vlucht huilend weg. Daarbij wordt ze helaas geschept
door een wagen en overleeft het ongeluk niet. Zwitser duikt daarna
in de studieboeken, studeert af als dokter en redt daardoor heel wat
mensenlevens... Eenzelfde drama overkomt ook Wasterlain. Zijn eerstgeboren
zoon raakt verpletterd onder een vrachtwagen in Duitsland.
Zelf houdt Wasterlain het meest van zijn tweeluik De Kattenplaneet
en De Reus die Vragen Stelde waarin Dokter Zwitser en
een bont gevolg van nevenpersonages, onder wie een superintelligente
baby, op een buitenaardse planeet belanden waar een oorlog woedt tussen
katten- en hondenvolkeren in een middeleeuwse setting. Het basisidee
recycleert Wasterlain voor andere reeksen (Jo en Bert, Les
Pixels) voordat hij voor uitgeverij Mosquito
(Arcadia vzw in vertaling) in 2016 een comeback van
Dokter Zwitser forceert met een terugkeer naar de Kattenplaneet.
Doorheen de reeks komen ook nog antropomorfe dieren en sprookjeswezens
voor tot Robbedoes in 1989 een lange pauze inlast. Wanneer
de reeks voor vijf verhalen naar uitgeverij Casterman
verhuist, omdat Dupuis de albums niet meer wil uitgeven
en liever de voorkeur geeft aan Wasterlains andere reeks Sarah
Spits, neemt de reeks een kinderlijker koers.
De albums van Dokter Zwitser zitten in het Nederlands verspreid
bij Dupuis (deel 1-8, 1978-1990), Casterman (drie delen, 1996-1998)
en Arcadia vzw (twee albums die in het Frans bij
Casterman verschenen en het comebackalbum Terugkeer naar de Kattenplaneet,
2010-2017). Bij het Franse Mosquito is inmiddels
het slot van het comebacktweeluik verschenen. Mosquito bundelde ook
de Casterman-verhalen als integrale nadat Dupuis tussen 2010 en 2012
alle bij Dupuis verschenen albums in drie integrales uitgaf, samen
met onuitgegeven gags en kortverhalen. De Franstalige reeks van Dupuis
telt trouwens één album meer, verschenen in 1986, met
daarin een groot deel van die gags en kortverhalen die tussendoor
in Robbedoes verschenen.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|