|
|
Sammy
gepresenteerd door Diederik Van de Velde |
|
|
WEEKBLADGESCHIEDENIS
ROBBEDOES / SPIROU
Eerste
verschijning: 1970 • Laatste verschijning:
2009
Tekenaars: Berck, Jean-Pol
Scenarist:
Raoul Cauvin |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Tijden veranderen
en met die tijden ook de tijdsgeest. Daaraan is ook de stripwereld
onderhevig. In zekere zin kunnen we hier een "helaas" plaatsen,
want (strip)tijdschriftenredacties en vaste stripstudio's horen inmiddels
(nagenoeg) helemaal tot het verleden. Nochtans zijn vele 'klassieke'
stripreeksen op zulke locaties geboren, door toevallige ontmoetingen,
voorgestelde samenwerkingen of spontaan ontstane vriendschappen. Sammy
is een van die reeksen.
Sammy was niet de eerste creatie van Arthur
(Berck) Berckmans, maar wel degene
die de Leuvenaar blijvend op de stripkaart zou zetten. Bij een eerste
sollicitatie vangt de jonge Berck nog bot. Hij gaat dan maar
hagiografieën illustreren voor de Jezuïeten en bekwaamt
zo zijn aanleg voor realistisch tekenen. Een tweede sollicitatiepoging
levert hem een plaatsje op bij Publiart, het publiciteitsbureau
van het weekblad Kuifje. Eens daar opgemerkt door Raymond
Leblanc kan hij aan de slag voor het weekblad zelf. Van daaruit
gaat het snel voor Berck tot een geschil hem in de armen van Charles
Dupuis drijft.
Het is ginds, bij Dupuis' Robbedoes dat Berck zijn idee voorlegt
voor wat Sammy zou worden: twee detectives die zaken oplossen
tijdens de Amerikaanse drooglegging. Althans, dat is het idee tot
de deal met Yvan Delporte, de scenarist die de uitgeverij
voor Sammy voor ogen had, afspringt. Berck wordt om zijn
voorkeur gevraagd en hij kiest voor een scenarist die toen "vaak
aan het kopieertoestel te vinden was": Raoul Cauvin.
Hij maakt van de twee detectives twee lijfwachten. In die hoedanigheid
verschijnen Sammy Day en zijn baas Jack Attaway in 1970 voor het eerst
in Robbedoes. Een eerste albumuitgave volgt in 1972 in de
Okay-collectie. Een jaar later promoveert Sammy
tot volwaardige albumreeks.
Berck en Cauvin vinden de ideale werkverdeling en vrijheid. Cauvin
maalt niet om Bercks aparte inkleuring die uiteindelijk zijn handelsmerk
zou worden. Berck laat Cauvin dan weer de volledige vrijheid in het
uitdenken van zijn verhalen. Enkel wanneer Cauvin een bazooka in de
reeks presenteert, zo'n twintig jaar voor dat ding wordt uitgevonden,
moet Berck creatief aan de slag.
Ook buitenlandse censuur heeft weinig tot geen effect op de reeks.
Wanneer de Franse censuurcommissie het afbeelden van corrupte politieagenten
weigert goed te keuren — toch een geloofwaardig element in een
reeks waarin Al Capone en consorten voorkomen —
blijkt dat veel Franse lezers het verhaal gewoon over de grens gaan
halen.
Sammy bevat veel maatschappelijke verwijzingen of kwinkslagen.
Werkloosheid en armoede zijn voorbeelden van vaak terugkerend thema's.
Het lijfwachtenbureau Attaway moet regelmatig collega's ontslaan omdat
het er slecht voorstaat. Maar wat er ook gebeurt, Sammy en Jack blijven
voor elkaar bergen werk verzetten.
Ook Berck heeft hard gewerkt en besluit op zijn vijfenzestigste met
pensioen te gaan. De reeks mocht verdergaan als iemand zijn tekenstijl
kwalitatief genoeg wist over te nemen. Twee kandidaten krijgen Bercks
akkoord: Dirk Stallaert, die uiteindelijk met Marc
Sleen in zee gaat, en Jean-Pol, die beter
doet dan elke kandidaat-opvolger die nog volgt.
Jean-Pol schenkt de reeks nog tien vervolgen, inclusief de kleurcontrasten
en de zwierigheid die aan Berck herinneren. Sammy en Jack krijgen
een verdiend pensioen in 2009. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|