|
|
Natasja
gepresenteerd door Johan Decloedt |
|
|
WEEKBLADGESCHIEDENIS
ROBBEDOES / SPIROU
Eerste
verschijning: 1970 • Laatste verschijning:
heden
Tekenaar: François Walthéry met assistentie
van Jidéhem, Pierre Seron, Will, Laudec, Georges van Linthout,
Mittéï, Bruno Di Sano
Scenaristen:
Gos, Étienne Borgers, J. Baert, Marc Wasterlain, Maurice
Tillieux, Mittéï, François Walthéry, Raoul
Cauvin, Mythic, Peyo, Michel Dusart, Guy d'Artet de Neufmoustier,
Thierry Martens, Sirius |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Decennia voor
de #metoo-tijden waren de jonge striptijdschriftlezers in de ban van
de vrouwelijke Robbedoes-archetypes als Yoko Tsuno en Natasja.
De ene was de natte droom van de nerds (en geloof ons, die waren talrijk
in de jaren 1970), de andere van iedereen. Velen zijn de trotse bezitters
van iedere eerste druk van Natasja (het album Natasja,
Luchtstewardess kostte 55 frank) omdat we — zeker bij de
Dupuis-albums — telkens getrakteerd werden
op een wonderlijk samengaan van bittere ernst (schietgrage gangsters,
vliegtuigkaping, moordaanslagen, wrede dictators,...) met hoogstaande
humor, hét handelsmerk van de Robbedoes-school.
François Walthéry wordt na zijn opleiding
in onder meer het Saint-Luc Institute in Luik ontdekt door zijn dorpsgenoot
in Cheratte, Mittéï. Begin jaren 1960
zullen andere grootheden als Yvan Delporte en Peyo
van zijn diensten gebruik maken (onder meer voor De Smurfen
en Steven Sterk). Hij ontwikkelt zijn eigen stijl (zie ook
de reeks Jakke en Silvester) om in 1967, op vraag van uitgever
Dupuis die nood had aan een vrouwelijke heldin in Spirou,
Natasja te scheppen. Et Walthéry créa Natasja.
Dupuis wordt op zijn wenken bediend. Iets té zelfs, want de
weelderige vormen van Natasja staan nogal haaks op de toenmalige tijdsgeest,
met als gevolg dat het nog drie jaar duurtvooraleer ze haar optreden
maakte in Robbedoes nummer 1663 van 26 februari 1970.
Zonder afbreuk te doen aan schepper Walthéry bekruipt ons het
gevoel dat Natasja en Walter een beetje de onechte kinderen zijn van
alle leden van de Robbedoes-stal. Grootmeesters en vrienden
als Gos, Maurice Tilleux, Mittéï,
Étienne Borgers, Marc Wasterlain,
Raoul Cauvin en Peyo bedenken de
verhalen. In de decors (en de wagens) herkennen we het meesterschap
van Laudec, Jidéhem, Will,
Pierre Seron, Mittéï en anderen. Getuige hiervan ook de
tientallen cameo's van de Robbedoes-garde met als hoogtepunt
ongetwijfeld Maurice Tilleux in Het Metalen Geheugen en in
Natasa en de Striptekenaars de ontvoering van de ganse Dupuis-ploeg
naar het 'Gekkeneiland' om de verwende dochters van een rijke Griekse
reder een eigen stripalbum te geven. In dit verhaal wordt ook subtiel
verwezen naar de legendarische traagheid van Walthéry om zijn
platen in te leveren, dikwijls tot wanhoop van de redacteuren.
Zonder afbreuk te doen aan Natasja, een in alle opzichten voorbeeldige
heldin, is Walter — geen sidekick zoals pakweg Kobus bij Jan
kordaat — die als dé tegenpool van Natasja de reeks naar
een hoger niveau tilt. Dikwijls is hij goed voor gegarandeerde, gierende
spanning, maar steeds is hij de aanleiding of het gevolg van schitterende,
vanzelfsprekende gags om alles verteerbaar te maken. Er zijn tientallen
voorbeelden met Walter meestal als lijdend voorwerp. Als topkok, hondenwandelaar,
tegenstander van een koppensneller in een gevecht op leven en dood,
restaurateur van de Mona Lisa, Robot-Rambo,... telkens opnieuw staat
hij klaar om Natasja te helpen en de lezers te plezieren.
Walthéry maakt ook de goede keuze door Natasja de job van stewardess
te geven. In de jaren 1970 en 1980 is dat beslist niet de huidige
routinejob, maar de verpersoonlijking van verre bestemmingen, onverwachte
avonturen, het onbekende.
Sinds 1971 zijn er tweeëntwintig albums verschenen. De eerste
dertien komen uit bij uitgeverij Dupuis, daarna brengt
Walthéry de reeks onder bij Marsu Productions
tot die uitgeverij uit Monaco wordt overgekocht door Dupuis waardoor
Natasja vanaf deel 22 opnieuw bij Dupuis verschijnt.
Wat ons betreft heeft ze haar bronzen beeld in Middelkerke verdiend. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|