|
|
Flagada
gepresenteerd door David Steenhuyse |
|
|
WEEKBLADGESCHIEDENIS
ROBBEDOES / SPIROU
Eerste
verschijning: 1961 • Laatste verschijning:
1988
Tekenaar: Charles Degotte
Scenaristen:
Charles Degotte, Bom, Raoul Cauvin, Michel Matagne, Eddy Ryssack |
|
|
|
|
|
|
|
Flagada
is een van die reeksen die mocht proefdraaien in de Micro-bibliotheek
voor het een vaste waarde wordt in het weekblad. In dertig van die
boekjes maken we kennis met een sprekende, bolvormige vogel met hefschroef,
de enige vogel ter wereld met zo'n aandrijving. Zijn naam dankt hij
aan het geluid dat hij maakt wanneer hij uitgeput door het vliegen
naar beneden valt. In Nederlandse en Franse woordenboeken is "flagada"
ook een omschrijving voor zwakjes, slapjes, futloos.
De Flagada brengt zijn dagen
etend en slapend door en bedenkt ideetjes om Alex mee lastig te vallen.
Alex is een kleine bonde jager op groot wild die aanvankelijk de Flagada
wil vangen. Hij raakt gecharmeerd door het paradijselijke, tropische
eiland waar de Flagada woont en raakt bevriend met de vogel. De vriendschap
grenst vaak aan haat wanneer de Flagada weer eens plaagstoten uitdeelt
aan Alex en hij dat de vogel betaald wil zetten. Bij dat duo hoort
ook nog de aalscholver Ares, een niet zo slimme, klunzige vogel die
voor zijn voedsel afhankelijk is van de Flagada en Alex, want hij
kan zelf niet vissen. Ares is net zo lui en gulzig als de Flagada
die de blauwe vogel voortdurend beschermt en verdedigt. Ondanks de
haat-liefdeverhouding tussen Alex en de Flagada komt het ware gevaar
soms van buitenaf door allerlei indringers, tot uit de ruimte toe.
Flagada is een creatie van de Belgische tekenaar Charles
Degotte uit Verviers. Begin jaren 1960 werft uitgever Charles
Dupuis hem aan voor de lay-outafdeling van het weekblad Robbedoes.
Daardoor kan hij grootheden als André Franquin,
Peyo, Jean Roba en Maurice
Tillieux ontmoeten. Door het succes van de microverhalen
van Flagada kan hij zijn schepping in ettelijke tientallen
gags en kortverhalen en drie vervolgverhalen (Ares, de Verschrikkelijke,
Nivapapa's Eiland en De Spitvogel) uitwerken. Bom
(Ragebol) helpt hem sporadisch door scenario's te schrijven,
ook Raoul Cauvin, Michel Matagne
en Eddy Ryssack leveren weleens een scenariootje,
maar het leeuwendeel is geschreven door Degotte.
De reeks scoort gemiddeld in opiniepeilingen en zo'n rapporten zijn
dikwijls onvoldoende om een stripreeks in het weekblad ook albums
te gunnen. Van Flagada verschijnen enkel in het Frans albums,
maar niet bij Dupuis. Tussen 1981 en 2007 geven Pepperland,
MC Productions, Dargaud (in de retrocollectie Les
Classiques du Rire), Taupinambour (drie integrales
van de microverhalen) en Le Coffre à BD samen acht
liefhebbersuitgaven uit in diverse uitvoeringen.
De Flagada lijkt intussen een bekender figuur buiten zijn eigen stripreeks.
André Franquin — die met de Marsupilami zelf een mythisch
dier schiep — betoont zijn waardering voor het komische reeksje
door de Flagada meermaals op een poster te tekenen in de kantoren
waar Guust Flater rondlummelt. Guust knutselt in een gag ook een ventilatortje
in elkaar naar het model van de Flagada en voor een van zijn legendarische
kostuums voor een verkleed bal hijst hij zich in een omvangrijk kostuum
van de Flagada, compleet met werkende hefschoef.
Flagada bulkt van de woordspelingen waar een vertaler niet
altijd mee uit de voeten kan. Datzelfde gevoel voor humor buit Degotte
nog meer uit in de gagreeks De Brozems die de fervente motorliefhebber
na het stopzetten van Flagada in 1984 in Robbedoes
start. Na een lange depressie pleegt Degotte op 20 april 1993 zelfmoord.
Hij werd zestig jaar.
In 2008 en 2009 beleven de Flagada, Alex en Ares twee nieuwe avonturen
waarvoor Philippe Bercovici (Vrouwen in 't Wit)
en Zidrou verantwoordelijk zijn. Deze albums verschijnen
alleen in het Frans bij Glénat. De albums
komen zonder veel ruchtbaarheid uit en ze floppen genadeloos. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|