|
|
De
Beverpatroelje
gepresenteerd door Peter D'Herdt |
|
|
WEEKBLADGESCHIEDENIS
ROBBEDOES / SPIROU
Eerste
verschijning: 1954• Laatste verschijning:
1993
Tekenaar: MiTacq
Scenaristen:
Jean-Michel Charlier, MiTacq, Marc
Wasterlain, Jacques
Stoquart |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Michel
Tacq is geboren op 10 juni 1927. Op het einde van de oorlog,
op amper zeventienjarige leeftijd, zet hij zijn eerste pasjes in de
stripwereld met de publicatie van zijn eerste strip in 1944. In de
jaren nadien richt hij zich vooral op illustratiewerk voor het tijdschrift
van de scouts, maar ook voor stripbladen zoals Bravo, Kuifje
en Robbedoes. Ook voor de reeks L'Hebdomadaire des Grands
Récits, een reeks van honderdvijf geïllustreerde
romans waaraan ook onder andere Eddy Paape, Maurice
Tillieux, René Follet en Sirius
(met een voorganger van De Timoers) meewerken, verzorgt hij
illustraties. In zijn illustratiewerk staan vaak scouts en/of de natuur
centraal. Niet verwonderlijk, Tacq is zelf een geëngageerde scout
geweest. Totemnaam: Onbaatzuchtige Toekan. Heel passend, want zijn
generositeit en idealisme worden later steevast geprezen door zijn
collega's bij Robbedoes. Het staat dan ook in de sterren
geschreven dat ook in zijn echte stripwerk scoutisme centraal zou
staan.
In 1951 vervoegt hij de ploeg van World's Press,
onder leiding van Georges Troisfontaines. Die leveren
onder andere kortverhalen aan voor het weekblad Robbedoes
en in Robbedoes nummer 606 maakt de lezer (met Attila
Valt Aan, een Oom Wim-verhaal op scenario van Octave
Joly) voor het eerst kennis met de striptekenaar MiTacq.
Niet veel later stelt een oude vriend, Jean-Jacques Schellens,
hem een scenario voor rond een scoutsgroep. Toen hij de synopsis voorlegt
aan Troisfontaines, wil die het risico niet nemen om twee onbekende
stripmakers aan elkaar te koppelen. Hij stelt MiTacq voor samen te
werken met de bekendere Jean-Michel Charlier. Die
laatste werkt een aantal personages uit die de vaste protagonisten
van de reeks zouden worden en blijven, elk met een vrij klassiek karakter
zoals je ze toen in haast elke film, tv- of stripreeks aantrof: een
leider (Veulen), een intellectueel (Valk), een benjamin (Vlieg), een
stoutmoedige durfal (Kat) en een grootbakkes die voor de komische
noot zorgt (Tapir).
Eind 1954 staat De Beverpatroelje voor het eerst in het
weekblad. MiTacq onderscheidt zich al snel met zijn stijl die wat
tussen realisme en karikatuur ligt en die de vlotte avonturenverhalen
die uit de pen van Charlier vloeien, versterkt. De Bevers worden een
pijler van het weekblad en zijn de komende veertig jaar en dertig
albums lang een relatieve werkzekerheid voor hun tekenaar. Relatief,
want de drukbezette Charlier, wiens getreuzel met het aanleveren van
scenario's legendarisch wordt, zorgt ervoor dat er soms gaten vallen.
De hardwerkende MiTacq permitteert zich dan ook wat zijsprongetjes,
met korte en meestal komische verhalen of illustraties. Voor Robbedoes
parodieert hij — naar een idee van Yvan Delporte
— zijn patroelje meerdere keren met De Zom's, een familie
van échte bevers die komische avonturen beleven. In 1974 gaat
hij met De Totems nog een stap verder en stuurt hij zijn
scouts eenmalig op pad als dieren, in overeenstemming met hun totemnaam.
In 1967 creëert hij Stany Derval, een avontuurlijke
televisiereporter en wereldverbeteraar. Voor die reeks laat hij zich
bijstaan door goede vrienden, zoals André Beckers,
Jacques Stoquart, Maurice Tillieux,
André-Paul Duchâteau en René
Follet. Na zijn carrière in Robbedoes (van
1967 tot 1979) maakt Stany nog twee keer een kort optreden in De
Beverpatroelje (in Souvenirs uit El Casino en in Blokkade).
In 1980 beseft ook Charlier dat hij zijn verschillende activiteiten
in de strip- en televisiewereld niet meer kan combineren en hij beslist
na het verhaal Op Zee Gevangen met de reeks te stoppen. MiTacq
zet in eerste instantie (vijf albums, waarvan een met kortverhalen)
alleen door en met Charlier van boord maken de spanning en het grote
avontuur al gauw plaats voor meer karakterontwikkeling en geloofwaardigheid.
Voor de laatste drie albums vindt MiTacq hulp bij Stoquart en Marc
Wasterlain. De eerste samenwerking met Wasterlain, Het
Galgeveld, is het enige avontuur van De Beverpatroelje
dat niet wordt voorgepubliceerd in Robbedoes. Elf pagina's
ver in Les Naufragés de la Marie-Jolie, het eenendertigste
avontuur van zijn scoutsroedel, wordt hij, veel te jong, op 22 mei
1994 geveld door de verschrikkelijke ziekte met de letter K. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|