Achiel
Van Acker
Premier in 1945 tot 18 februari 1946. Verkiezingen gaven
vervolgens het premierschap aan Paul-Henri Spaak, maar
op 31 maart tot 9 juli 1947 kon hij het premierschap
opnieuw bemachtigen.
(lees Nero Klassiek 7: De Juwelen van Gaga Pan +
27: De IJzeren Kolonel) |
|
Henri
Carton de Wiart
Van 1896 tot zijn dood in 1951 was hij lid van het parlement.
Een van de grondleggers van de christendemocratie. Tussen
1911 en 1918 minister van Justitie en onder meer verantwoordelijk
voor de wet op de kinderbescherming in 1912. Eerste
minister van 1920 tot 1921. Onder zijn bewind werd België
officieel een tweetalig land. In de periode 1924-1926
was hij minister van Koloniën. Van 1932 tot 1934
minister van Arbeid, Sociale Voorziening en Hygiëne.
In 1950 was hij opnieuw minister van Justitie. Naast
politicus en fulltimeadvocaat ook auteur van historische
roman en reisverslagen.
(lees Nero Klassiek 7: De Juwelen van Gaga Pan)
|
|
Frederic-Joseph
Vandemeulebroucke
Burgemeester van Brussel van 1939 tot 1956. Hij werd
gemeenteraadslid van Laken in 1908 en schepen in 1912.
In 1921 werd Laken bij Brussel gevoegd zodat hij gemeenteraadslid
werd van Brussel. In 1930 werd hij schepen van Onderwijs
en vervolgens schepen van Openbare Werken in 1938. Vanaf
1932 tot 1936 was hij eveneens volksvertegenwoordiger.
Hij was ook voorzitter van de Algemene Raad van de Bond
der Belgische steden en gemeenten.
(lees Nero Klassiek 7: De Juwelen van Gaga Pan +
11: De Bronnen van Sing Song Li) |
|
Kamiel
Huysmans
Socialist. Eerste minister van 1946 tot 1947. Speelde
een belangrijke rol in de Koningskwestie en werd door
de katholieken zowat als de vleesgeworden duivel bestempeld.
Huysmans had iets met duivels, hij publiceerde er een
boekje over. Sleen vereeuwigde hem als Geeraard de Duivel.
(lees Nero Klassiek 9: De Hoed van Geeraard de Duivel)
|
|
Paul-Henri
Spaak
Socialist. Eerste minister van 1938 en 1939 en nogmaals
van 1946 tot 1949. In 1949 werd hij minister van Staat.
Spaak ontpopte zich tijdens de Koningskwestie als een
volksmenner en straatrevolutionair. In de Brusselse
laan die naar hem werd vernoemd staat het gebouw van
uitgeverij Lombard met Kuifje en Bobbie op het dak te
blinken.
(lees Nero Klassiek 9: De Hoed van Geeraard de Duivel
+ Nero 1: Het Bobobeeldje) |
|
Placide
De Paepe
Minister van Sociale Voorzorg in 1966-1971 en 1974-1976.
Staatssecretaris voor het openbaar ambt in 1973-1974
en burgemeester van Gent van 1977 tot 1982.
(lees Nero Klassiek 14: Beo de Verschrikkelijke)
|
|
Joseph
Pholien
Eerste minister van 1950 tot 1952. Daarna minister van
Justitie tot zijn ontslag in 1952.
(lees Nero Klassiek 15: De Bende van de Zwarte Kous)
|
|
Théo
Lefèvre
Van 1950 tot 1961 nationaal voorzitter van de Christelijke
Volkspartij. Eerste minister van 1961 tot 1965. Van
1968 tot 1973 minister en vervolgens staatssecretaris
voor Wetenschapsbeleid en Programmatie.
(lees Nero Klassiek 27: De IJzeren Kolonel + 42:
Het Lodderhoofd) |
|
Gaston
Eyskens
Katholiek. Leidde meerdere regeringen. Een eerste keer
van 1949 tot 1950, twee opeenvolgende keren van 1958
tot 1961 en nog eens twee keer van 1968 tot 1972.
(lees Nero 20: De Dolle Dina's) |
|
Jan
Albert Goris (Marnix Gijsen)
Tussen 1945 en 1964 afgevaardigde van de Verenigde Naties.
Ook bekend als letterkundige onder zijn pseudoniem Marnix
Gijsen.
(lees Nero 22: Hoed Je voor Kastar) |
|
Alphonse
Vranckx
Socialist. Politius en hoogleraar. In 1965 en 1966 was
hij minister van Buitenlandse Zaken. Hij diende een
wetsontwerp in om een commissie voor de verbetering
van de betrekkingen tussen de Belgische taalgemeenschappen
in het leven te roepen. Nadien werd hij minister van
Justitie.
(lees Nero 25: Zongo in de Kongo) |
|
Willy
De Clercq
Tussen 1958 en 1985 volksvertegenwoordiger voor de Liberale
Partij. In de periode 1973 tot 1977 was hij vicepremier
en minister van Financiën. Sinds 1989 zetelt hij
in het Europees Parlement. De politieke peetvader van
Guy Verhofstadt.
(lees Nero 32: Zwarte November + 36: De Blauwe Blommebloem
+ 41: Ottoman de Veertiende + 48: De Paardekop + 62:
De Planeet Egmont + 79: De Pierewaaiers + 80: De Batavieren
+ 86: De Bom van Boema) |
|
John
Van Waterschoot
Deze baron startte zijn loopbaan als lid van de economische
redactie van De Nieuwe Standaard en De
Nieuwe Gids. In 1950 werd hij attaché op
het kabinet van Economische Zaken. In 1968 werd hij
adviseur op het kabinet van eerste minister Gaston Eyskens.
Tussen 1971 en 1981 was hij gecoöpteerd senator.
(lees Nero 39: De Groene Slapjanus) |
|
Leo
Tindemans
Premier van 1974 tot 1978. Tussen 1979 en 1981 was hij
voorzitter van de CVP. Eeuwige rivaal van Wilfried Martens.
(lees Nero 62: De Planeet Egmont) |
|
Paul
Vanden Boeynants
Bekleedde een eerste keer het ambt als premier in 1966
tot 1968 en een tweede keer in 1978 en 1979. Daarna
was hij tot 1981 vicepremier. Tussen 1979 en 1981 was
hij nationaal voorzitter van de PSC, de Waalse socialistische
partij. Werd door de bende van Patrick Haemers ontvoerd
in 1989 die hem zijn pijp afpakte.
(lees Nero 67: De V-Machine) |
|
Herman
De Croo
Sinds 1968 ononderbroken verkozen kamerlid. Werd in
1980 minister van PTT en Pensioenen. Tussen 1981 en
1985 was hij minister van Verkeerswezen. Van 1 juli
1999 tot 11 juli 2007 was hij voorzitter van de Kamer
van Volksvertegenwoordigers. Sinds juli 2007 is hij
Ondervoorzitter van de Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers.
De Croo is bekend om zijn royalistische en belgicistische
standpunten. Sinds 2001 burgemeester van Brakel.
(lees Nero 72: Het Kasteel der Zuchten + 134: Het
Spook van de Zandstraat) |
|
Mark
Eyskens
Zoon van Gaston Eyskens. Tussen 1977 en 1979 minister
van Begroting, Vlaamse Streekeconomie en Ruimtelijke
Ordening. In 1979-1980 was hij minister van Ontwikkelingssamenwerking.
Onder Martens IV (1980-1981) was hij minister van Financiën.
In 1981 was hij acht maanden lang eerste minister. In
de regering Martens V (1981-1985) was hij minister van
Economische Zaken. vandaag hoogleraar aan de KULeuven.
(lees Nero 74: De A-Straal) |
|
Hugo
Schiltz
Stond mee aan de wieg van het federalisme in België.
Was in 1953 betrokken bij een poging een brug in Diksmuide
op te blazen om een belgicistische bijeenkomst van antiflamingante
oudstrijders bij de IJzertoren te voorkomen. Van 1958
tot 1998 was hij veertig jaar lang Antwerps gemeenteraadslid.
Na de vastlegging van de taalgrens verliet hij in 1963
ontgoocheld de CVP en kwam in 1963 bij de Volksunie
terecht. Van 1965 tot 1991 zetelde hij als Kamerlid.
Van 1992 tot 1995 was hij senator. Bij de verkiezingen
van 1991 verpletterde het Vlaams Blok (een fusiepartij
van VU-afscheuringen) op Zwarte Zondag de VU, wat als
een nederlaag voor Schiltz werd aanzien. Zette zich
vervolgens in om samen met Jean-Luc Dehaene en Wilfried
Martens via de Sint-Michielsakkoorden van 1993 van België
een volwaardige federale staat te maken. In 2001 splitste
de Volksunie in N-VA en Spirit. Schiltz koos voor de
lijn van Bert Anciaux en stapte in Spirit.
(lees Nero 87: De Ring van Balderic) |
|
Karel
Van Miert
Voorzitter van de SP van 1978 tot 1988. Tussen 1979
en 1985 was hij lid van het Europees Parlement.
(lees Nero 88: De Terugkeer van Geeraard de Duivel)
|
|
Charles-Ferdinand
Nothomb
Voorzitter van de Kamer van Volksvertegenwoordigers
tussen 1979 en 1980.
(lees Nero 88: De Terugkeer van Geeraard de Duivel)
|
|
Guy
Verhofstadt
"Da joenk" werd in 1979 voorzitter van de
PVV-jongeren. Tusen 1982 en 1985 was hij de jonge voorzitter
van de PVV. In 1985 was hij verkozen als Kamerlid. In
1985 werd hij vicepremier, minister van Begroting, Wetenschapsbeleid
en het Plan. In 1999 startte hij een eerste van twee
legislaturen als premier.
(lees Nero 88: De Terugkeer van Geeraard de Duivel
+ 157: Het Bio-Bao-Virus) |
|
Jean
Gol
In 1979 voorzitter van de liberale PRL. In 1981 vicepremier
en minister van de Institutionele Hervormingen. Hij
bekleedde dit ambt tot in 1988, het jaar waarin hij
vicevoorzitter van de Kamer van Volksvertegenwoordigers
werd.
(lees Nero 104: De Indiaanse Neusfluit + 113: De
Man van Europa) |
|
Jean-Luc
Dehaene
Tijdens zijn regeerperiode werd België een volwaardige
federale staat. Hij behoorde tot de CVP (nu CD&V).
Hij leidde twee coalitieregeringen met de socialisten
en bekleedde verschillende ministerposten voor hij in
1992 eerste minister werd. Van 2000 tot 2007 is hij
burgemeester van Vilvoorde. In 2002 werd hij voorgedragen
als vicevoorzitter van de Europese Conventie, maar hij
stoot op Brits verzet.
(lees Nero 107: De Verloren Zee + 123: Wonderboy
+ 138: De Held der Helden + 139: Operatie Ratsjenko
+ 140: De Blauwe Woestijn + 142: De Staf van Bompa +
144: Palermo + 149: De Vijfurenboom) |
|
Jean-Pierre
Van Rossem
Libertijn. Kreeg op het einde van de jaren tachtig bekendheid
als geniale beursgoeroe en Ferrari-freak. Toen hij zijn
fortuin (en dat van anderen) kwijtspeelde en in opspraak
kwam, werd hij schrijver. Moest de gevangenis in van
waaruit hij werd verkozen. Schopte het met de partij
R.O.S.S.E.M. in de senaat en schopte keet bij de inauguratie
van koning Albert II.
(lees Nero 112: Nerororck + 113: De Man van Europa)
|
|
Wilfried
Martens
Eerste minister van negen kabinetten tussen 1979 en
1991, waarvan alleen al drie in 1980. Tuimelde van de
ene regeringsval in de andere tussen 1980 en 1981. Op
Europees niveau stoot hij door tot voorzitter van de
Europese Volkspartij.
(lees Nero 113: De Man van Europa) |
|
Willy
Claes
Minister van Economische Zaken tussen 1977 en 1979.
Vicepremier in 1979 en minister van Economische Zaken.
In 1992 genoot hij bekendheid als minister van Buitenlandse
Zaken tot hij in 1994 het ambt inruilde voor dat van
het hoogste ambt van de Verenigde Naties als secretaris-generaal.
Een corruptieschandaal in de socialistische partij kost
hem uiteindelijk de kop en zijn politieke carrière.
Van 1998 tot 2003 werd hij uit zijn burgerrechten ontzet.
(lees Nero 134: Het Spook van de Zandstraat)
|
|
Louis
Tobback
Minister van Binnenlandse Zaken en Ambtenarenzaken van
1988 tot 1994 en van 1988 tot 1992 ook minister van
Nationale Wetenschappelijke en Culturele Instellingen.
In 1994 gaf hij het ministerschap op om partijvoorzitter
van de Vlaamse Socialistische Partij (SP, nu sp.a) te
worden en hij loodste de partij in die jaren doorheen
misschien wel de moeilijkste periode van haar bestaan.
Sinds 27 september 1998 burgemeester van Leuven. Verzette
zich vruchteloos tegen de plaatsing van de middelange-afstand
kruisrakketten en de TGV. In april 1998 werd Tobback
in dramatische omstandigheden voor de laatste keer minister
van Binnenlandse Zaken, wanneer na de ontsnapping van
Marc Dutroux zijn opvolger en voorganger Johan Vande
Lanotte ontslag nam. Korte tijd later, in september
1998, kwam de afgewezen Nigeriaanse asielzoekster Semira
Adamu bij haar gedwongen uitwijzing om het leven. Het
kwam tot hevige protesten. Tobback verdedigde het uitwijzingsbeleid,
maar erkende zijn politieke verantwoordelijkheid en
nam ontslag.
(lees Nero 136: Singbonga) |
|
Herman
Van Rompuy
Vanaf het midden van de jaren tachtig behoorde hij tot
de top van zijn partij en was van 1980 tot 1988 directeur
van de studiedienst van de partij Cepess. Hij onderhandelde
mee bij de regeringsvormingen van Wilfried Martens (III
t/m VIII, van 198 tot 1988) en Jean-Luc Dehaene I en
II. Van 1988 tot 1993 was hij voorzitter van de CVP.
In september 1993 volgde Van Rompuy Mieke Offeciers
op als minister van Begroting en ook vicepremier en
minister van Begroting in de regering Dehaene I en II
(tot in 1999). Als begrotingsminister wist Van Rompuy
het Belgische begrotingstekort op zes jaar tijd sterk
terug te dringen. In 2007 poogde hij de moeizame regeringsonderhandelingen
uit het slop te halen.
(lees Nero 137: De Roos van Sakhti + 140: De Blauwe
Woestijn) |
|
Johan
Vande Lanotte
Minister van Buitenlandse Zaken in 1994. Tot 2007 voorzitter
van de sp.a.
(lees Nero 139: Operatie Ratsjenko + 142: De Staf
van Bompa) |
|
Louis
Michel
Van 1982 tot 1990 en van 1995 tot 1999 voorzitter van
de Franstalige liberale partij, de Parti Réformateur
Libéral (PRL) die in 2002 opging in de MR. Van
1999 tot juli 2004 was hij minister van Buitenlandse
Zaken, bevoegd voor institutionele hervormingen en vicepremier
in de regering Guy Verhofstadt. Vanaf 2005 is hij Europees
Commissaris voor Ontwikkeling en Internationale Hulp.
(lees Nero 153: De Orde van de Lange Tenen)
|
|
Adolf
Hitler
Belandde in 1923 na een mislukte putsch in de gevangenis
waar hij Mein Kampf schreef. Kort na zijn vrijlating
werd hij in 1933 rijkskanselier en in 1934 Führer
(president) van het Derde Rijk. Na de herbewapening,
de hermilitarisering van het Rijnland en vooral de Anschluss
met Oostenrijk, werd steeds duidelijker dat hij grootse
militaire plannen koesterde, te beginnen met de invasie
van Polen. In de Tweede Wereldoorlog veroverde hij een
groot gedeelte van Europa en zorgde ervoor dat Joden,
homo's, zigeuners en andere door hem als minderwaardig
geachte mensen werden uitgeroeid in concentratiekampen.
Pleegde in april 1945 zelfmoord in de bunker van de
rijkskanselarij in Berlijn.
(lees Nero Klassiek 8: De Man met het Gouden Hoofd
+ 33: Het Knalgele Koffertje + Nero 89: De Terugkeer
van Geeraard de Duivel + 138: De Held der Helden)
|
|
Jozef
Stalin
Werd in 1922 secretaris-generaal van het Centraal Comité
van de communistische partij. Zet na de dood van Lenin
in 1924 Trotski aan de kant. In 1936 gaf hij de Sovjetunie
een nieuwe grondwet. Leidde het land door de Tweede
Wereldoorlog. In 1946 werd hij minister-president. Tot
aan zijn dood in 1953 bleef hij de Opperste Leider van
de Sovjet, het Russische parlement.
(lees Nero Klassiek 12: De Bronnen van Sing Song
Li + 13: Het Vredesoffensief van Nero + Nero 89: De
Terugkeer van Geeraard de Duivel) |
|
Harry
Truman
President van de Verenigde Staten van 1945 tot 1952.
Zijn naam is verbonden met de Truman-doctrine, een presidentiële
verklaring uit 1947 waarbij hij stelde dat de levensbelangen
van Amerika onverbrekelijk verbonden zijn met die van
Europa. Besliste het gebruik van de atoombom op Nagasaki
en Hiroshima.
(lees Nero Klassiek 13:
Het Vredesoffensief van Nero) |
|
Nikita
Chroestsjov
Werd in 1953, na Stalins dood, eerste partijsecretaris.
In 1958 werd hij partijchef en premier. In 1956 startte
hij met de 'destalinisatie'. In 1960 bracht hij in volle
Koude Oorlog een historisch bezoek aan de Verenigde
Staten, mede bedoeld om de spanning tussen de Verenigde
Staten en de USSR binnen de perken te houden. Hij was
een charmante man, maar hij stond ook bekend als een
onbehouwen lompe boer die snel boos werd. Op 13 oktober
1960 schoot de Sovjetleider letterlijk uit zijn slof.
Hij was aanwezig tijdens een vergadering over dekolonisatie
bij de Verenigde Naties in New York. Een Filippijnse
diplomaat gebruikte zijn toespraak om de Sovjet Unie
te verwijten Oost-Europa op een imperialistische manier
te overheersen. Chroestsjov ontplofte. Volgens getuigen
balde de communistenleider eerst zijn vuisten en vloekte
hij binnensmonds. Toen dat geen effect leek te hebben
en de spreker gewoon doorging met zijn verhaal, trok
hij zijn rechterschoen uit en sloeg er hard mee op zijn
tafel net zo lang tot de diplomaat verbouwereerd zijn
mond hield.
(lees Nero Klassiek 25: De Wortelschieters + 31.
De Pax-Apostel) |
|
Nikolai
Boelganin
Van 1931 tot 1937 burgemeester van Moskou. Russisch
Minister van Oorlog tussen 1953 en 1955. In 1958 werd
hij premier. In 1960 verliet hij de politiek.
(lees Nero Klassiek 25: De Wortelschieters)
|
|
Fidel
Castro
Maakte zich door een revolutie, die gesteund werd door
de Russen, meester van het eiland Cuba. In 1959 werd
hij eerste minister. In 1960 was er in Cuba een incident
waarbij België betrokken was. In de havenstad,
tevens hoofdstad Havana ontplofte een Frans schip dat
Belgische wapens aan boord had. Later op het jaar nationaliseerde
Cuba alle Amerikaanse ondernemingen op het eiland. De
Cuba-crisis hing in de lucht toen de Amerikanen vaststelden
dat er Russische raketbasissen werden geïnstalleerd.
Onder het Amerikaanse presidentsschap van John F. Kennedy
volgde een mislukte Amerikaanse invasie van de Varkensbaai.
Dagenlang dreigde een Derde Wereldoorlog. Tot vandaag
is Castro de leider van het land. Is ook gekend door
zijn urenlange speeches.
(lees Nero Klassiek 37: Het Wonderwolkje) |
|
Djamal
Abd al-Nasser
Werd in 1954 eerste minister van Egypte. Twee jaar later
werd hij president. In 1956 zorgde hij voor de voltooiing
van het Suez-kanaal. Zowel in 1956 (Suez-crisis) als
in juni 1967 (de Zesdaagse Oorlog met Israël) leed
hij een militaire nederlaag die desondanks vertaald
werd in een politieke overwinning. Bleef tot aan zijn
dood in 1970 de sterke man van Egypte.
(lees Nero Klassiek 47: De Brief aan Nasser + Nero
7: De Lolifanten) |
|
Charles
De Gaulle
Generaal De Gaulle kreeg bekendheid toen hij in 1940 leider
werd van La France Libre, de in Londen in ballingschap
verkerende Franse regering. In 1944, na de Bevrijding,
werd hij de leider van de voorlopige regering. Toen de
linkse oppositie hem te veel in de weg liep, trad hij
af in 1946.Vanaf 1947 kreeg hij als leider van het Rassemblement
du Peulpe Français ene enorme invloed. In 1959
werd hij de eerste president van de Vijfde Republiek.
Hij ondersteunde de idee van de Force de Frappe waardoor
Frankrijk een atoommogendheid werd. Met de studentenrevoltes
van mei '68 kreeg hij het zwaar te verduren. Al behaalden
de gaullisten bij de vervroegde parlementsverkiezingen
in juni 1968 een overweldigende overwinning, toch trad
hij als president af in 1969. Is ook bekend van de uitspraak:
"Weet u, eigenlijk is mijn enige rivaal op het internationaal
toneel Kuifje. Wij zijn allebei kleintjes die zich niet
laten beduvelen door de groten. In mijn geval wordt dat
echter niet zo opgemerkt, vanwege mijn lengte."
(lees Nero Klassiek 7: De Juwelen van Gaga Pan + Nero
14: Nero tegen de F.F.F.) |
|
Richard
Nixon
Stond bekend als een heftig anticommunist. In 1950 werd
hij senator van de staat Californië. Van 1953 tot
1960 was hij vicepresident onder Dwight Eisenhower.
In 1960 werd hij als presidentskandidaat van de republikeinse
Partij nipt verslagen door de democraat John F. Kennedy.
In 1968 werd hij de 37ste president van de verenigde
Staten. In 1972 werd hij verkozen, maar twee jaar later
trad hij af na de bekendmaking van het Watergate-schandaal.
Tijdens de verkiezingscampagne had Nixon de opdracht
gegeven om in te breken in het hoofdkwartier van de
democraten om de hand te kunnen leggen op eventuele
bezwarende informatie.
(lees Nero 28: Iwan de Verschrikkelijke) |
|
Mao
Tse-Toeng / Mao Zedung
Schrijver van het Rode Boekje dat alle richtlijnen van
de Chinese leider Mao bevatte. Hij klom eerst op binnen
de communistische partij en werd na een burgeroorlog
de leider van China. In 1931 werd Mao benoemd tot het
hoofd van een nieuw opgerichte communistische staat
in het middenoosten van China. In 1934 werden de communisten
daar door de nationalistische legers van Tsjing Kai-sjek
verdreven. Na een barre tocht van 10.000 kilometer,
de roemruchte Lange Mars, weten de communisten naar
het noorden te ontsnappen. Nadat Japan in 1945 verslagen
is, brak er in China een burgeroorlog uit tussen de
communisten en nationalisten. De communisten wisten
de strijd te winnen en in 1949 riep Mao de Volksrepubliek
China uit. Door middel van Vijfjarenplannen en gedwongen
collectivisatie moest China snel een moderne industriële
staat worden, maar het werd een grote mislukking. Tijdesn
de Grote Sprong Voorwaarts (1958-1961) kwamen vele miljoenen
Chinezen om van de honger door Mao's rampzalige landbouwpolitiek.
Hij verliest daarom begin jaren zestig sterk aan invloed,
maar wist zijn leidende positie terug te winnen. Organiseerde
de Grote Culturele Proletarische Revolutie van 1966
tot 1968. Aanhangers van Mao begonnen een landelijke
terreurcampagne die hem weer in het centrum van de macht
brengt. In de jaren voor zijn dood in september 1976
was Mao weer de onbetwiste leider van de Chinese Volksrepubliek.
(lees Nero 28: Iwan de Verschrikkelijke + 38: De
Man zonder Gezicht + 161: Het Plein van de Hemelse Vrede)
|
|
Hiro-Hito
/ Hirohito
Werd in 1926 keizer van Japan. Als afstammeling van
de Zonnegodin Amaterasoe genoot hij tot het einde van
de Tweede Wereldoorlog een bijzondere verering. Op 1
januari 1946 ontketende hij een historische radio-uitzending
zijn goddelijke afstamming. Zijn macht werd sindsdien
grondwettelijk beperkt. Was niettemin een van de langst
regerende vorsten van de twintigste eeuw. Na zijn dood
in 1989 werd hij opgevolgd door kroonprins Akihito,
die in november 1990 de Chrusantentroon besteeg en de
nieuwe keizer van Japan werd.
(lees Nero 28: Iwan de Verschrikkelijke + 62: De
Planeet Egmont + 105: De Kleine Pieterman) |
|
Mobutu
Sese Seko
Werd in juli kolonel-stafchef van het Congolese leger.
Aanvankelijk steund ehij president Kasavubu, maar op
kerstdag 1965 zette hij Kasavubu af en verklaarde zichzelf
tot staatshoofd voor een termijn van vijf jaar. In maart
1966 trok hij de wetgevende macht naar zich toe en in
oktober van hetzelfde jaar werd hij premier. In 1967
werd hij ook leider van de regeringspartij, de Mouvement
Populaire de la Révolution (MPR). Hij behield
het leiderschap tot mei 1997.
(lees Nero 37: Zwoele Charlotte +
62: De Planeet Egmon + 109: Beo Is Back + 111: De Adhemar Bonbons)
|
|
Idi
Amin Dada
Zette in januari 1971 preisdent Obote aan de dijk. Kort
na deze staatsgreep werd hij president van Oeganda en
liet de centen rollen om te baden in alle mogelijke
pracht en praal. Hij genoot een wrede reputatie. Zo
zou hij tegenstanders voor de krokodillen werpen. In
april 1979 werd hij door Tanzaniaanse troepen uit Kampala
verdreven.
(lees Nero 46: De Wensring +
62: De Planeet Egmont + 63: De Zweefbonbons + 65: Daris
Doet het) |
|
Valéry
Giscard d'Estaing
Was onder president van Georges Pompidou minister van
Financiën in de periodes 1962-1966 en 1969-1974.
In 1974 werd hij tot president van Frankrijk verkozen.
In 1981 leed hij een verkiezingsnederlaag tegen opponent
François Mitterand.
(lees Nero 49: De Vleugeltjes van Xopotl + 62: De
Planeet Egmont) |
|
Menahim
Begin
Was jarenlang de leider van de Israelische, rechtse
Likoed-partij. In 1967 werd hij minister zonder portefeuille
en in 1977 werd hij premier van Israël. Samen met
Anwar-el-Sadat streefde hij naar vrede in het Midden-Oosten.
In 1978 kreeg hij samen met Sadat de Nobelprijs voor
de Vrede. Begin 1979 werd de vrede tussen Israël
en Egypte een feit.
(lees Nero 62: De Planeet Egmont) |
|
Anwar
al-Sadat
Werd in 1969 vicepresident van Egypte. In 1970 werd
hij president. Hij streefde naar een open politiek en
een economisch liberalisme. Samen met Menahim Begin
lag hij aan de basis van het vredesproces in het Midden-Oosten
waarvoor ze samen in 1978 de Nobelprijs kregen voor
de Vrede. In 1981 kwam hij bij een aanslag om het leven.
(lees Nero 62: De Planeet Egmont) |
|
Ayatollah
Khomeini (Sayid Ruhullah Musawi Khomeini)
Was aanvankelijk een sjiitische revolutionaire leider.
In 1961 werd Khomeini Ayatollah, de hoogste geestelijke
waardigheid binnen het sjiisme. In 1979 zag hij zijn
kans om de sjah opzij te zetten waarna Iran werd uitgeroepen
tot een Islamitische republiek. Hij kreeg de onaantastbare
positie van geestelijk leider. Hij werd daarnaast beschouwd
als de geestelijke vader van de jihad of de heilige
oorlog. Hij raakte vooral bekend door een fatwa (een
doodvonnis) uit te spreken over de schrijver Salman
Rushdie omwille van diens boek De Duivelsverzen.
Zwaaide tot zijn dood in 1989 de geestelijke en ook
wel politieke plak in Iran.
(lees Nero 67: De V-Machine +
70: Papa Papoea + 88: De Terugkeer van Geeraard de Duivel
+ 107: De Verloren Zee) |
|
Yasser
Arafat
Werd geboren in Caïro, Egypte, maar beweerde een
Palestijns kindslachtoffer te zijn van de Israëlische
terreur. Richtte in 1958-1959 samen met vrienden de
Al-Fatah op, een organisatie die zich concentreert op
oorlog met Israël. In 1964 werd het opgenomen in
de overkoepelende PLO, opgericht door de Arabische staten.
In januari 1996 werd hij de gekozen leider van de Palestijnse
Autoriteit. Voerde in 1970 een burgeroorlog met het
Bedoeïenenleger van koning Hoessein van Jordanië.
De PLO werd verslagen en vluchtte naar Libanon. Hielp
de terreurbeweging Zwarte September oprichten (verantwoordelijk
voor de elf Israëlische doden op de Olympische
Spelen in München). Kreeg in 1994 de Nobelprijs
voor de Vrede, samen met Peres en Rabin, voor het tekenen
van de Oslo-vredesakkoorden. Steunde Saddam Hoessein
in zijn agressie tegen Koeweit en verspeelde daarmee
veel krediet, niet alleen in het westen maar ook in
andere Arabische landen. In 1996 werd hij president
van de PNA, een persoonlijke veiligheidsorganisatie
dat aanvankelijk uit enkele duizenden medewerkers bestond,
in 2004 zijn dat al 45.000 politiemensen in dienst.
Maar het lukte hem niet om het geweld in Palestina te
onderdrukken. In de laatste jaren doken talloze verhalen
de kop op over persoonlijke verrijking, geldverduistering
en corruptie. Op 11 november 2004 overleed hij na een
kort ziekbed in een ziekenhuis in Parijs.
(lees Nero 88: De Terugkeer van Geeraard de Duivel
+ 107: De Verloren Zee + 111: De Adhemarbonbons + 155:
De Erfenis van Millaflotta + 158: Kroonprins Petoetje
+ 163: Zilveren Tranen) |
|
Jomo
Kenyatta
Werd in 1947 voorzitter van de Kenya African Union.
In 1962 werd hij aangehouden in verband met de Mau-Mau-opstand.
In 1960 werd hij tot president verkozen van de Kenya
African national Union (KANU), de partij die in 1964
de machtigste van Kenia werd. Hij werd in 1964 president
van de republiek Kenia en beleed een Afrikaans democratisch
socialisme.
(lees Nero 102: De Bende van Lamu) |
|
Hashemi
Rafsanjani
Koos als sjiiet de zijde van Khomeini. In 1979 werd
hij chef-luitenant en in 1980 werd hij premier van Iran.
Na het overlijden van Khomeini in 1989 werd hij president
van het land.
(lees Nero 111: De Adhemar Bonbons) |
|
Helmut
Kohl
Duits conservatief politicus. Was in de periode 1982-1990
eerste minister van Duitsland. Na het vallen van de
Berlijnse muur werd hij leider van het verenigde Duitsland.
(lees Nero 113: De Man van Europa) |
|
François
Mitterand
Was van 1981 tot 1995 president van Frankrijk. Drukte
ooit een potentiële mediaheisa rond een onechtelijk
kind de kop in door te antwoorden "Et alors?"
"En dan?"
(lees Nero 113: De Man van Europa) |
|
Margaret
Thatcher
Bijgenaamd "The Iron Lady". Leidde van 1975
tot 1990 de conservatieve partij. Ze voerde haar partij
naar de overwinning en werd in 1979 de eerste vrouwelijke
premier van Groot-Britannië. Ze was eerste minister
van 1979 tot 1990. Loodste de natie in de crisisjaren
van de jaren tachtig door de recessie door onpopulaire
bezuinigingsmaatregelen, onder meer door het sluiten
van de mijnen. Moest ook Argentinië het hoofd bieden
in verband met de onooglijke eilandengroep de Falklands,
die de inzet waren van een heuse oorlog. Op 2 april
1982 bezette Argentinië de Falkland-eilanden en
doopte ze om in Las Malvinas. Thatcher stuurde Britse
troepen die de Falklands heroverden. Op 14 juni 1982
gaven de Argentijnen zich over en was de Falklandoorlog
voorbij.
(lees Nero 113: De Man van Europa) |
|
Giulio
Andreotti
Jarenlang leider van de Italiaanse christendemocraten.
Tussen 1972-1973 en 1976-1979 was hij eerste minister.
Tussen 1989 en 1992 was hij opnieuw premier.
(lees Nero 113: De Man van Europa) |
|
Felipe
Gonzalez
Werd in 1982 socialistisch eerste minister van Spanje.
Begin 1996 leed hij een nipte verkiezingsnederlaag tegen
de conservatieve Partido Popular van José-Maria
Aznar. In juni 1997 werd hij niet herverkozen.
(lees Nero 113: De Man van Europa) |
|
Ruud
Lubbers
Eerste minister van Nederland in de periode 1982-1994.
Leidde als premier van chistelijke signatuur (CDA) drie
opeenvolgende kabinetten en werd daarmee niet alleen
de jongste maar ook de langstzittende minister-president
in de (naoorlogse) Nederlandse geschiedenis. Eind 2000
werd Lubbers door de secretaris-generaal van de Verenigde
Naties, Kofi Annan, gevraagd Sadako Ogata op te volgen
als Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen van de Verenigde
Naties (UNHCR). In mei 2004 kwam Lubbers in opspraak
door een klacht van VN-medewerkster Cynthia Brzak over
een ongewenste intimiteit. Na heel wat verwikkelingen
in internationale media besloot hij op 20 februari 2005
af te treden.
(lees Nero 113: De Man van Europa) |
|
Saddam
Hoessein
In 1979 kondigde Irakees president Ahmad Hassan al-Bakr
zijn aftreden aan waarna Hoessein zich als lid van de
Ba'ath Partij zowel het voorzitterschap van de partij
als het presidentschap wist toe te eigenen. Hij verkreeg
de absolute macht in Irak en benoemde leden van zijn
Al-Tikriticlan op bijna alle belangrijke posten in zijn
regering. Hij overleefde tal van couppogingen en aanslagen
op zijn leven. Om zijn macht te doen gelden, liet hij
vele opponenten ombrengen, waaronder leden van zijn
eigen familie. Onder zijn dictatoriale regime gebruikte
hij de oliereserves om van zijn land een belangrijke
regionale militaire macht te maken. Tijdens dit regime
werden de Koerden, die vooral in het noorden van het
land wonen, zwaar onderdrukt. In totaal werden naar
schatting 200.000 Koerden vermoord door middel van chemische
en conventionele wapens en dodenmarsen waarbij mensen
werden uitgebuit en verhongerd. Onder zijn bewind was
hij medeverantwoordelijk voor de oorlog tegen Iran (1980-1988)
en de twee Golfoorlogen waarbij het land werd aangevallen
door de VS en bondgenoten (een eerste keer in 1990-1991,
na de inval in Koeweit, en 2002-2003, na foutieve informatie
die stipuleerde dat Irak over massavernietigingswapens
beschikte). Na zijn nederlaag verdween hij tot hij op
13 december 2003 gevonden werd in een onderaardse ruimte
bij een boerderij in het dorp Adwar nabij zijn geboortestad
Tikrit. Na een proces werd hij uiteindelijk tot de dood
veroordeeld en werd op 30 december 2006 opgehangen.
(lees Nero 115: De Bibberbalon +
118: De Gouden Hemelkijker) |
|
Dick
Cheney
Sinds 2001 de 46ste vicepresident van de Verenigde Staten
onder Georges W. Bush. De meest invloedrijke en machtigste
vicepresident die het land ooit heeft gezien. Medearchitect
van de War on Terror in Afghanistan en Irak
waarbij hij de Bush-administratie kon overtuigen uitzonderingen
te maken op de conventie van Genève. De beslissende
stem als het gaat om belastingen- en uitgavepolitiek.
(lees Nero 119: De Gladde Figaro) |
|
Bill
Clinton
Werd in 1992 verkozen als democratisch president van
de Verenigde Staten. In 1996 werd hij verkozen voor
een tweede en bijgevolg laatste ambstermijn van vier
jaar. Kon ternauwernood de volledige rit uitzitten ondanks
herhaaldelijke Impeachment-pogingen (afzettingspogingen)
van de republikeinen nadat hij onwelvoeglijke dingen
deed met een sigaar en een stagiaire op het Witte Huis,
genaamd Monica Lewinsky.
(lees Nero 138: De Held der Helden + 147: De Dolle
Steek) |
|
Boris
Jeltsin
Van 1961 tot 1990 lid van de Communistische Partij van
de Sovjet-Unie. Eind 1985 werd hij door Michael Gorbatsjov
benoemd tot partijchef van Moskou waar hij zich onder
meer inzette voor de bestrijding van corruptie. Toen
Jeltsin korte tijd later vond dat de perestrojka van
Gorbatsjov te langzaam ging (Gorbatsjov liet regelmatig
hervormingen terugdraaien als hij zag dat dit te veel
protest opleverde), bekoelde de relatie tussen hen.
Nadat hij een grote lading kritiek had geleverd op de
partijleiders voorafgaand aan een plenaire zitting van
het Centraal Commitè van de CPSU, werd hij uit
zijn post als eerste-secretaris gezet en uit het Politburo
gegooid. In maart 1989 werd hij echter verkozen tot
lid van het Congres van Volksafgevaardigden en kreeg
hij zitting in de Opperste Sovjet (hoogste orgaan van
de Sovjet-Unie). In mei 1990 werd Jeltsin gekozen tot
voorzitter van de Opperste Sovjet van de RSFSR, waarna
deze zich in juni soeverein verklaarde als de Russische
Republiek binnen de Sovjet-Unie. In juli 1990 verliet
hij de Communistische Partij om zich partijloos kandidaat
te stellen voor de presidentsverkiezingen. Op 12 juni
1991 won hij daarop de verkiezingen met 57 procent van
de stemmen en werd zo de eerste Russische president.
Hij stond in Rusland vooral bekend als "de sloper
van de Sovjetunie". In 1996 werd hij herverkozen,
maar op 31 december 1999 trad hij onverwachts af. Op
23 april 2007 stierf Boris Jeltsin na een plotse hartstilstand.
(lees Nero 149: De Vijfurenboom) |
|