Gekken nemen in de avonturen van Nero een zodanig
prominente plaats in, dat het maar normaal is dat wij hier
een parade aan hen opdragen.
Het kan immers ook niet anders in een reeks waarin het
hoofdpersonage debuteert als een gek die onder invloed van
Matsuokabier meent keizer Nero te zijn en onder deze naam
de rest van zijn avonturen beleeft. En bij vrijwel alle
hoofdfiguren zat er wel eens een steekje los:
hetzij door toedoen van een drankje, spuitje of drug,
hetzij door een plotse bevlieging waarin men zich iemand anders waant. Zo meende Meneer Pheip al meermaals dat
hij Napoleon was en kregen we Nero te zien als generaal,
padvinder of halfgare hippie.
Maar wie is nu gek in de strips van Sleen? Is de professor
hoogbegaafd of geestesziek? Is de dictator impulsief of
stapelgek? Leeft de eenzaat bewust teruggetrokken van de maatschappij of is het een waanzinnig geworden
kluizenaar? De grens is heel dun tussen normaal en
afwijkend. Zelfs een overwerkte Sleen werd in de Nero-strip
al eens weggebracht naar het gekkenhuis.
Vandaar zestig kolderfiguren, sommigen compleet
kierewiet, anderen helemaal niet, maar toch merkwaardig
en markant genoeg om ze in deze parade op te nemen.
 
Nonkel Isidoor
De op 87-jarige leeftijd overleden oom van detective Van Zwam, muzikant en mensenschuwe zonderling. Door Matsuoka terug tot leven gemaakt middels het B-Gevaar en sindsdien teruggetrokken onder de grote markt van St-Niklaas waar hij naar hartelust kan "trompetteren" of Van Zwam doof blazen.
Verdubbelt zichzelf door zijn vest op de stoel van het B-Gevaar te leggen. Beiden beëindigen het verhaal als twee schone jongelingen — "Gij lijkt op Clark Gable! En gij op Greta Garbo!" — want waarom zouden ze heel hun leven als twee scheve lavabo's rondlopen?
(lees Nero Klassiek 2: Het B-Gevaar)

Diogenes
Oude man met snor en sik, blootvoets, gekleed in tabbaard en voorzien van een scheepslantaarn. Is op zoek naar een mens, meerbepaald een mens die hem geld kan lenen. Wordt door Van Zwam aangetroffen in een oorlogsbunker aan de Belgische kust en doorkruist sindsdien voortdurend de wegen van Van Zwam, Nero en Jef Pedal. Is vergezeld van het hondje Tito en woont in een ton vanwaaruit hij Van Zwam toeroept uit zijn zon te gaan, precies zoals de Griek Diogenes van Sinope meer dan 2000 jaar eerder beval tot Alexander de Grote.
(lees Nero Klassiek 3: Het Zeespook)

Ratsjenko
Griezelige gestoorde geleerde die mensen de stuipen op het lijft jaagt vanuit het rattenkasteel. Is verzot op schedelboringen, het wegnemen van hersenpannen of het afzagen van benen. Om zijn doel te verwenzenlijken, menselijke hersenen over te planten in een getemde rat, infiltreert hij zich als docent geneeskunde in de Leuvense universiteit. Na gevat te zijn in een loden kist met helium onder een temperatuur van -273°, wordt hij uiteindelijk opgesloten in een gesticht voor zwakzinnigen te Lovenjoel.
(lees Nero Klassiek 4: Het Rattenkasteel)

Oscar Bikini
Gediplomeerd koppensneller uit Waikiki Beach in de Stille Zuidzee. Uitgedost als een inboorling maar dan met hoge hoed, sigaar, stijve col, stropdas en manchetten aan zowel handen als voeten. Zijn wapen: een groot mes. Zijn motto: snel en geruisloos. Is niet alleen prijzig, maar ook omkoopbaar. Wanneer hij zich tot zijn opdrachtgever keert, komt hij om het leven door een sprong uit het raam van een bovenverdieping.
(lees Nero Klassiek 8:
De Man met het Gouden Hoofd)

Prosper Cholvee
Een soort Robinson Crusoë inclusief de lange baard en de paraplu. Vraagt entreegeld — zeven cens en half — aan iedereen die het niet echt onbewoond eiland Moea Papoea betreedt. Rrrrolt met de rrr en is van zeer adelijk geslacht. Is buikspreker en heeft als metgezel een papegaai die voortdurend "hei flaawe" roept. Wordt door de menseneters op het eiland geduld en genegligeerd omwille van zijn oude knoken. Blijkt tevens de vader van professor dokter Schweinenburg.
(lees Nero Klassiek 10: Moea-Papoea)

Johannes Plons
Zuid-Afrikaans handelsreiziger in Plons-pillen. Of het nu slapelooshei beteft, last van een suurmaag of een eggenoot die weg is, voor alles helpen de Plons pillen. "Plonspillen kan u liggaam opbou van ’n swakkeling tot ’n stoere krag atleet! Moe nie wag nie!" — waarop Madam Pheip hem een oplawaai verkoopt waardoor de man zich op zijn eigen medicijnen beroept — "Teen blauoo en hartaderbreuk de pillen Plons!!"
(lees Nero Klassiek 12:
De Bronnen van Sing-Song-Li )

Vigor Hasmanitjeff
Wirussische prins, afstammeling van Iwan de Verschrikkelijke die reeds 47 jaar in de cel zit. De tsaar draaide hem erachter omdat hij niet met zijn dochter wou trouwen. Na de revolutie blijft hij opgesloten omwille van zijn ouderwetse gedachten en omdat sommigen beweerden dat hij gek geworden was. Gelooft dat er een pruimelaar op zijn hoofd groeit omdat hij zeven jaar geleden een pruimpit in zijn haar heeft geplant. Verraadt ten slotte Nero en Madam Pheip voor 2000 roebel en 15 dagen op de Krim.
(lees Nero Klassiek 13:
Het Vredesoffensief van Nero)

Dr. Prof Vladimir Romarofski Rostramoskja Rosenbaum
Uitvinder die zich naar aanleiding van Nero's aanbod van 1 miljoen aanmeldt met een vliegtuig als tijdmachine. Is gerechtelijk gezocht als krankzinnig geworden geleerde van Russische afkomst, geesteszwak en zeer gevaarlijk. Wordt opgesloten in een en gekkenhuis maar naar aanleiding van zijn succesvolle uitvinding terug vrijgelaten. Laat een politieagent een glas inkt drinken om de alteratie weg te spoelen. "Kleurt het gehemelte en de ingewanden zwart, een van mijn vele uitvindingen".
(lees Nero Klassiek 18: De Rode Keizer)

Oscar Abraham Tuizentfloot
Of later ook Abraham Oscar Tuizentfloot. De bekendste knotsgekke kolderfiguur van Sleen die meer dan eens in een instelling (Geel) wordt opgenomen. Gediplomeerd kaper, ex-zeevaarder, kaper der acht wereldzeeën en ontdekker van Trinidad, Port Salut en Port Dada om er enkele op te noemen. Overwon ondermeer de Engelsen bij Trafalgar, de Fransen bij Aboekir en de Spaanse Vloot bij Santa Cruz en won de slag bij Zwijnaarde. Beschikt over een scheldwoordenarsenaal dat niet moet onderdoen voor dat van Kapitein Haddock. Trekt prikkend met zijn sabel of gewapend met een klein kanon ten aha aanval tegen de aha vijand. Een van zijn uitspraken: "Krankzinnigheid is beter dan verveling".
(lees Nero Klassiek 28: De Granaatslikker)

Agent 7923
Geheimagent voorzien van koptelefoon en draagbare zender. Staat constant in verbinding met een vermeend hoofdkwartier.
(lees Nero Klassiek 33: Het Knalgele Koffertje)

Linus Baddevinus
Dik ingeduffeld personage met het gezicht verborgen achter een wollen sjaal. Een der grootste denkers van de twintigste eeuw. Hij denkt
's morgens en 's avonds en wordt soms 's nachts wakker. Waarom? Om te denken! Spreekt geen woord tot wanneer blijkt dat hij tevens een gewiekst booswicht is.
(lees Nero Klassiek 33: Het Knalgele Koffertje)

Amedeus Moderato
Wereldberoemde tv-ster, veelzijdig muzikant, speelt eerste viool van het Philharmonisch orkest van Istamboel. Heeft een snor in de vorm van muzieknoten. "Danspeeliknuvooru de sonate in D kleine scherts."
(lees Nero Klassiek 33: Het Knalgele Koffertje)

Gerard
Met de G van Gomulka. Imposant grotesk figuur die omwille van diens geld koste wat het kost Nero's vriend wil worden. Gerard is een krachtpatser, maar wel verschrikkelijk bijziend. Wordt door Nero aangenomen als buitensmijter. Valt voor de liefde van Wawa, de tante van Petoetje, met wie hij in het huwelijk treedt, en ontpopt zich als een heuse afwasheld.
(lees Nero Klassiek 34: De Daverende Pitteleer)

Moto-Moto
Tovenaar van een stam menseneters op een van de vele eilandjes in de Stille Zuidzee. Kan het doen regenen, de lucht doen instorten — "Stort dan lucht!" — en zijn postchecknummer is 21.08.26. Krijgt concurrentie bij zijn stamgenoten van Nero en zijn pitteleer. Moto-Moto blijkt ook nog in Oxford gestudeerd te hebben — weliswaar zonder welslagen — samen met Meneer Pheip. De een is burgemeester geworden, de ander tovenaar. "Veel verschil is er niet" concludeert Madam Pheip.
(lees Nero Klassiek 34: De Daverende Pitteleer)

Jean-Pierre Lowie Van Halfzeven
Vormer van acteurs. Begeleidde onder meer Paula Seemer, Thuur De Sweemer, Dora Van Der Groen en Jef Van Eynde. Doortrapt komediant, grootmeester in vermomming, sterdanser uit Zagreb. Kan zijn haardos en snor verwisselen van plaats. Bestuurt een mechanische plastieken reuzedraak. Na een linkse mokerslag van Nero meent hij Hannibal te zijn en trekt hij naar de Alpen
(lees Nero Klassiek 35: De Draak van Halfzeven)

Tjeef met de Kleppe
Onderdeurtje met veel te grote grote pet en twee emmers zand die te pas en vooral te onpas opduikt met de woorden "Moet er geen zand zijn? Jawaade!". Krijgt zijn comeback in het Gentse stedenverhaal De Bom van Boema.
(lees Nero Klassiek 35: De Draak van Halfzeven)

Markus Liberius
Grootste vorser van de voorbije eeuw en tevens knap orgelspeler. Heeft muzieknoten als vlinderdas. Experimenteert in een ondergronds laboratorium op een vuurtoreneilandje en beschikt over een duikboot. Heeft nog samen met Tuizentfloot in een instelling gezeten (kamers 17 en 18). Wil met een miniwaterstofbom de wereldbol in twee splijten: een westelijk en een oostelijk blok die apart rond de zon draaien. De muzikanten, de optimisten, de dichters, de humoristen, de goedgehumeurden en de lollekesheren op de westelijke helft, de kniezers, de nijdigen, de afgunstigaards, de kwaadsprekers, de jaloersigaards en de talentellers op de oostelijke helft.
(lees Nero Klassiek 39: De Nerovingers)

Irma en Aloïs
De een uitgedost in vrouwenkleren met een over de ogen getrokken muts, de ander verkleed als een overjarige baby in een kinderwagen. Overvallers die zich voordoen als vertegenwoordigers van het A.O.S., de Association Ornithorlogique Suisse, en leuren met Zwitserse horloges. Met zijn 'kanon' knalt Aloïs een enorm gat in Nero's buik. Het duo wordt herkend als Gele Juul en Aloïs 't Konijn en opgesloten in de Griekse gevangenis.
(lees Nero Klassiek 42: Het Lodderhoofd)

De Kille Man Djaro
Heerser en eigenaar van Afrika's hoogste berg. Is nog maar 136 jaar en strijdt tot zijn laatste levensadem om te beletten dat de Kilimanjaro wordt gesloopt omwile van een gouden tempel in de kraterwand, en dat het laatste natuurreservaat wordt bezoedeld en vertrapt door onnozelaars die het goud boven de natuurpracht stellen. Wordt bijgestaan door Kombo de leeuw en Theo en Djambo, twee lievelingsolifanten. Verjaagt indringers met briefjes aan pijlen, reuzenvoetafdrukken of door ze met een eenvoudig handgebaar in slaap te brengen. Terwijl het verhaal De Kille Man Djaro in 1962 in de krant loopt, vertoeft Marc Sleen eveneens in Kenia bij de Kilimanjaro.
(lees Nero Klassiek 45: De Kille Man Djaro)

Nestor de Juweleneter
Huisknecht van Nero met een lange baard die over de grond sleept. Zijn kwaliteiten: Nestor kan stoppen, naaien, citroenen uitpersen, beddengoed strijken, duiven melken, vroeg opstaan, hout hakken, moppen tappen, spreuken citeren en de deur openen. Kleine bijkomstigheid: Nestor lijdt aan peristaltieke pycoruscentis diamanticus met een overdreven afscheiding van pepsine, wat vrij vertaald betekent: de drang om juwelen te eten. Zo loopt hij met de Wittelsbach, een steen die 35 miljoen waard is in zijn buik. Na een ingreep van Adhemar — hij heeft de maagwand binnenstebuiten gekeerd — is de steen opnieuw terecht en is Nestor van zijn vervelende kwaal verlost.
(lees Nero Klassiek 48: De Juweleneter)

Amedee Spekschieter
Beroep: lijfwacht, en dat wil hij ook graag worden van Nero. Voorzien van alpinopet, stalen borstplaat en revolver waarmee hij schiet met spek. Was eerder reeds lijfwacht van Eisenhower, De Gaulle, Olaf van Zweden en Boulganin. Wanneer Spekschieter bedolven raakt onder een lawine rotsblokken, blijkt hij ongedeerd. Zijn geheim? Zijn muts is opgevuld met ijzerwol, ganzeveren en zagemeel. Maar ook zonder muts blijkt hij bestand dankzij zijn keikop, wat zelfs toelaat om hem als stormram te gebruiken.
Spekschieter houdt er nogal beeldrijke uitdrukkingen op na: "Er zitten advocaten in de bomen", "Er staan nijlpaarden op de schouw" en "Er zitten buffels in de spinazie".
(lees Nero Klassiek 50: De Spekschieter)

Cesar Vangsteel
Nederlandse schattenjager uitgedost met bolhoedje, brilletje, vlinderdas en ruitjespofbroek. Uitgerust met een pikhouweel en schatkaarten van ome Theophiel hakt hij er overal op los waar hij meent een schat te vinden.
Trekt met Nero op zoek naar een berg vol smaragden in Mexico. Omhelst bij het vinden van het groene vuur van pure vreugde een cactus. Wordt door huurlingen in de afgrond gesmeten, maar overleeft bij de gedachte aan ome Theophiel en Erich Maria Remarque. Blijkt bovendien loyaal en zeer vrijgevig.
(lees Nero 2: Het Groene Vuur)

Linkadoor-Fuifnummer
Fuifnummer nummer vijf van de Linkadoors, een leger van gehersenspoelde burgers die worden ingezet om Brussel te ondermijnen en te laten instorten. Linkadoor-Fuifnummer ronselt nieuwe linkadoors en loopt rond met carnavalhoedje, toeter en een knalrode dronkemansneus.
(lees Nero 3: De Linkadoors)

Timoteus de Vierde
Raadgever des konings, sterrenwichelaar, expert in occulte wetenschappen, weerprofeet, gediplomeerd horoscooptrekker, specialist in de fantasmagorie, toekomstvoorspeller en technisch adviseur. Na iedere vijf personen die Tuizentfloot laat verdwijnen met een toverstokje gekocht op de luizenmarkt, verschijnt dit 567 jaar oude personage.
(lees Nero 6: De Paarse Futen)

de buikspreker
Langharige buikspreker — ooit Europa's grootste — maar door de opkomst van de televisie aan lager wal geraakt. Begon de mensheid te haten en vluchtte de wereld uit. Leeft alleen en verbitterd op een eiland waar hij reuzekikkers getemd heeft waarmee hij indringers verdrijft. Wordt stapelgek en gevaarlijk na het innemen van Adhemars pillen die optimisme, levensblijheid en vreugde scheppen in verdorde harten.
(lees Nero 6: De Paarse Futen)

Quartertemper
De enige nog in leven zijnde ridder van de vierkante tafel. Tuizentfloot ontdekt hem in de Tweekerkenstraat en trekt samen met hem ten strijde tegen het onrecht, het onkruid en de corruptie. Quartertemper is een onkreukelbare die nergens voor terug deinst en is al drie keer door een auto omvergereden. Hij schreef Cleopatra. Zij heeft hem echter nog steeds niet teruggeschreven. Probeert tevergeefs aan iedereen zijn levensverhaal te slijten. "Zal ik u vertellen hoe ik op de Quartertemperdagen door mijn pleegouders op de stoep gevonden werd?". Bij de wafelenbak zien we eventjes zijn idioot gezicht, alvorens Nero snel zijn helm terug op het hoofd zet. "We hebben genoeg gezien".
(lees Nero 12: De Gouden Kabouter)

Adam Appelmans
Nederlandse eilandbewoner. Leeft al 75 jaar in de struiken en is er zelf een geworden. In zijn volle witte baard groeien appels waar Theo, zijn tamme komodovaraan, verzot op is.
(lees Nero 15: Toffe Theo)

Koekoeksklokverkoper / Engelbewaarder
Deur-aan-deur-verkoper van zangzaad voor koekoeksklokken. Zijn lijflied: "I laaik a tikkenaaike in the morning". Halverwege het verhaal blijkt hij over vleugeltjes te beschikken en wordt hij de beschermengel van Nero in zijn strijd tegen de duivel, die overigens niet tegen koekoeksgeluid bestand is.
(lees Nero 19: De Nerotiekers)

Anarchist
Langharige anarchist met een protestbord "Inspraak" die het vertikt een broek te dragen. "We moeten de infrastruktuur van de intermenselijke relatie ontsmetten, desnoods met geweld. Repressieve tolerantie. Inspraak aan de basis. Agressieve kultuur! Alles moet naar beneden! De macht, de kleren en de fiskus. We willen geen gezag. We zijn tegen het geweld! En we zullen ervoor vechten!"
(lees Nero 19: De Nerotiekers)

Dolle Dina
Zus van Tuizentfloot. Gekleed in mini-jurk, kapershoed op het hoofd en een sigaar in de mond. Een dolle Mina, maar dan extreem. Feminisme en vrouwenemancipatie op zijn scherpst. Vrouwen worden door haar letterlijk gehersenspoeld, mannen worden met een wapen bevroren.
(lees Nero 20: De Dolle Dina's)

Joe Thant
Trekgrage tandarts die bij iedereen rotte kiezen vaststelt, behalve bij Dolle Dina waarop hij verliefd wordt omwille van haar gebit als een puur gedicht. Valt letterlijk voor haar rechtse. De liefde is niet wederzijds, maar wanneer Dina zich door iedereen in de steek gelaten voelt, komt het alsnog tot een huwelijk. De naam Joe Thant verwijst naar Oe Thant, secretaris-generaal van de VN van 1962 tot 1971.
(lees Nero 20: De Dolle Dina's)

Mijnheer O
Bendeleider van de terreurbeweging Zwarte November en gespecialiseerd in bombrieven. Ontvoert Nero en drogeert hem om een bompakket aan de premier te bezorgen. Petatje stuurt hij met nitroglycerine naar het nationaal waterreservoir. Mijnheer O is op zijn hoofd gevallen. Drie keer: op zijn zesde, twaalfde en drieëntwintigste. Toen besloot hij zich te wreken. Nadat de bende wordt opgerold, belandt O in een psychiatrische instelling. O is een karikatuur van Octaaf Landuyt, kunstenaar en bevriend met Sleen.
(lees Nero 32: Zwarte November)

Joseph Tikkenei
Een zwerver. Hij is zijn eigen baas, doet waar hij lust in heeft, niemand kan hem iets bevelen. De wereld is zijn hoofdkussen, de lucht zijn dak. Hij is zo vrij als een vogel. Zonder zorgen. "t Leven is een "Tiekenei". Hij is drager en overbrenger van het lachvirus, maar lacht zelf nooit. Het genezend antiserum van Adhemar blijkt dan wel weer een averechts effect te hebben bij Joseph Tikkenei.
(lees Nero 33: Het Lachvirus)

Jean-Pierre Dwazeghem
Deze avonturier — of het om ontdekkingsreiziger, safari-jager of koloniaal gaat, blijft in het midden — wordt door Adhemar bevrijd uit een valkuil en is bezeten door een diamant van 10 miljoen uit Kivoe. Krijgt volgens eigen zeggen af en toe een 'scheut' van waanzin, maar blijkt compleet dolgedraaid
(lees Nero 37: Zwoele Charlotte)

Danny Van De Pothoek
Striprecensent Danny De Laet in de rol van een spook en lid van de bende van Spinola die het kasteel van Kobbeghem bevolkt.
(lees Nero 40: De Sluikslapers)

Juul De Sluiper / Schele Juul
Uitgedost als een dokter met een plastic handschoen op het hoofd. Eveneens lid van de bende van Spinola.
(lees Nero 40: De Sluikslapers)

Zwarte Fons
Heeft een dubbelrol: het mannetje met bolhoed, grote snor en een bom, maar ook de grenadier met beremuts, speelgoedpaard en hoorn. Op de aankondigingsstrook staat hij dan ook twee keer afgebeeld. Laat zich verdwijnen door zichzelf op te blazen. Dit Spinola-bendelid is ook gekend als Jo Dynamit, Jack de kraker, "Big nose" Silvio, Ex-Jan de knipper en Ex-Stefan de pokeraar.
(lees Nero 40: De Sluikslapers)

Sultan Sir Hassanal Limbang Sukang Melilas van den Bollewinkel /
Generaal Spinola

Militair in parade-uniform met zwarte zonnebril. Brein en leider van de bankovervallersbende die zich voordoet als een stel onschuldige gekken.
(lees Nero 40: De Sluikslapers)

Johannes de Duiker
Gekleed in een ouderwets zwart-rood gestreept badpak duikt hij in een emmer water die hij steeds bij de hand heeft. Blijkt de enige echte gek te zijn van de bewoners van het kasteel te Kobbeghem.
(lees Nero 40: De Sluikslapers)

Silvio
Nog een lid van de bende van Spinola: een omgekeerde trechter op het hoofd, een ruiker herfstforellen in de hand (of toch de graten ervan), gekleed in nachthemd maar zonder broek, en een wekker op de buik.
(lees Nero 40: De Sluikslapers)

Franz Joseph Von Oemtata
Natuurkundige en voormalig professor in de elektronica. Uitvinder van het schokgolfkanon, een wapen bestemd voor de bestrijding van sprinkhanen, dat een dodelijke straal 3000 km ver kan richten. De aan achtervolgingswaanzin lijdende Oemtata wordt achternagezeten door vreemde mogendheden die het wapen voor andere doeleinden willen gebruiken.
Verder is hij zo geleerd dat zijn overbelaste hersenen soms eens in een knoop geraken. "Joepie! Das leben ist ein Oemtata!"
(lees Nero 43: De Straal van Oemtata)

Gregorius Van Watervliet
Ouderling met lange baard waar Clo-Clo op verzot is. Leeft al honderd jaar in een kasteeltoren middenin de oceaan. Zijn vrouw heette Colletje van Haringsma tot Sloten, maar die is 87 jaar geleden in de grote plas gesprongen om naar haar moeder terug te zwemmen. Heeft als gezelschap Juul, de blauwe walvis, die hij tegen walvisvaarders beschermt met een kanon. Pompt de oceaan leeg zodat alle volkeren van alle werelddelen naar elkaar toe zouden kunnen wandelen.
(lees Nero 51: De Blauwe Walvis)

IJskreemverkoper
Op zich geen ongewoon beroep, behalve dan wanneer je dit bent op de Noordpool. Verkoopt ijsjes in een steekkar, maar heeft ook warme worstjes. De leden van de Clo-Clo-Clan zijn z'n vaste klanten. Hoe hij met zijn ijskar op de Noodpool komt, is een pertinente vraag.
(lees Nero 53: De Clo Clo Clan)

Jan-Pieter Astronaut
Komt van een andere planeet en dat kan je zo zien, of niet soms? Wanneer zijn parapluutje open is, krijgen we mooi weer. Wanneer het dicht is, mag je rekenen op regen. Jan-Pieter wil met Adhemar samenwerken aan wereldschokkende uitvindingen. Samen lukt het hen lood in goud te veranderen. Een andere gave van J.P. Astronaut: vaak heeft hij een voorgevoel, iets wat dan ook gegarandeerd uitkomt.
(lees Nero 54: De Wraak van de Grote Clo)

Man in jungle
Een eenzaat in het dichte oerwoud van het centraal-zuidelijk deel van Azië. Zoekt een vluchthaven. Is uit de jungle van de beschaving gevlucht om in wildernis zijn ziel terug te vinden. Zit er als reactie op de rationele overgeorganiseerde technocratische maatschappij.
(lees Nero 59: De Kat van Katmandoe)

Jeremias Burke Brown
De grootste aller jagers met maar één obsessie, de laatste neushoorn in Kenia neerleggen. Na het verorberen van een ketel soep met een speciale bloem als ingrediënt, wordt hij de boezemvriend van Ringo. Voor de Keniaanse krijgers staat het als een paal boven water: de blanken zijn niet alleen van lotje getikt, ze zijn ook "tureluut" geworden.
(lees Nero 68: De P.P. Safari)

Jan Baptist van Zoetendaal
Oftewel het spook van Zoetendaal. Koppig, oubollig, eigenzinnig, door jicht geplaagd spook dat opdracht heeft de eeuwenoude schat der zevenhonderd Franchimontezen te bewaken en hem slechts af te staan aan de wettige eigenaar van de daarbijhorende oorkonde. Lijdt aan lumbago, jicht, spit, reuma, artritis, gewrichtswaterzucht, flerecijn, knokkeljicht, ischias en lendeschot: driehonderd jaar in een muf kasteel is zelfs voor een spook teveel.
(lees Nero 72: Het Kasteel der Zuchten + 73: Het Spook van Zoetendaal)

Piet Peerdezaag
Man met een hart van goud, maar terzelfdertijd de grootste pessimist en de grootste zeur aller tijden. Iedereen mijdt hem, behalve Clo-Clo die zijn verhalen fantastisch vindt en zijn vriend wordt. Piet Peerdezaag schenkt hem dan ook letterlijk zijn gouden hart.
(lees Nero 75: Het Gouden Hart)

Timotheus de vijfde
Zoon van Timotheus de vierde (zie verder naar links in deze parade). Zwaar erfelijk belast en dus de grootste tovenaar aller tijden. Trekt rond met een woonwagen getrokken door Juul, het sprekend paard. Bezit een toverstokje, dat in handen komt van Clo-Clo, waarmee mensen in dieren kunnen worden veranderd. Verandert zelf in een schildpad. Pas wanneer madam Nero het stokje breekt, krijgt iedereen zijn oorspronkelijk uiterlijk terug.
(lees Nero 77: Allemaal Beestjes)

Ambrosius Goegeweten
Een van huis weggelopen kerstmannetje. Een heremiet die op de top van een berg woont in het land zonder naam. Hij heeft geen benen maar een hart van goud. Er schuilen bijzondere gaven en krachten in hem en dankzij deze buitengewone zonderling ontdekt Nero de bierbomen. Zijn bevel "Je moest door de grond zakken van schaamte" wordt door iedereen onweerstaanbaar letterlijk opgevolgd.
(lees Nero 84: Het Bierkanaal)

Jean-Marie Kiekepuut
Bommenleggen is zijn lust en zijn leven. Pas ontsnapt uit de Gentse gevangenis smeedt hij met Tuizentfloot een complot om het Belfort op te blazen. Na een duik in het vervuilde Leiewater raken beiden besmet met puistjes.
(lees Nero 86: De Bom van Boema)

Celestijn Radijs
Graaf, meerbepaald fotograaf. Uitgedost als een ouderwetse kunstenaar met breedgerande hoed, en grote strik kiekt hij overal breed glimlachend fantastische, grandioze en sublieme opnamen, tussendoor een ter plaatse bedachte titel van het werk debiterend. "Halte la voor de kiek van de eeuw. Fantastisch!"
(lees Nero 93: De Verdorven Stad)

Prof. Doctor Zappadopolis
Zeer geleerd, maar knotsgek. Aan het roer van het beest zonder naam, een vaar- en duiktuig dat kruisraketten bevat waarmee hij iedereen wil uitschakelen die niet naar hem luistert. Volgens Tuizentfloot is die knul nog gekker dan hem, en dat is een hele prestatie. Autoriteit op het gebied van lange afstands-, kruis- of muntraketten en andere onzin. Zijn recentste raket zal een vernietigingskracht hebben waarmee ze heel de wereld kan plat leggen, met een kernkop die autonoom kan denken door er menselijke hersencellen in te planten. Het personage zelf is gemodelleerd naar popartiest Frank Zappa.
(lees Nero 95: Het Beest zonder Naam)

Boodschapper "Het einde is nabij"
Oude onheilsprofeet met grimmig gezicht, grauwe baard, verfomfaaide kleren en een bord "Het einde is nabij" waarmee hij heel het verhaal rondzeult. Wanneer Nero ten slotte vraagt wat hij al heel de tijd loopt rond te spoken en wat hij wil bewijzen, wijst dit mannetje in de laatste prent naar het woord "Einde".
(lees Nero 102: De Bende van Lamu)

Wolfgang Amadeus Glasnost
Bewonderaar en aanbidder van Nero die hij verafgoodt en die letterlijk een blok aan het been van Nero wordt. Onophoudelijk houdt hij de lofzang voor Nero. "Gewaldig! Gewaldig! Gewaldig!" Zelf heeft hij een grote gave: hij brengt geluk.
(lees Nero 106: De Gelukbrenger)

Pot van den Hoven tot Pee,
kortweg 'Pottepee'

De grootste zeerover aller tijden met een houten been, een ring in het oor en slechts één oog. Is een achter-achterkleinzoon van Piet Hein en de Mona Lisa. Is op zee geboren ter hoogte van Paramaribo in een geweldige storm waarin hij de enige overlevende van de bemanning was, en is pas nu terug. Zijn been raakte hij kwijt in de slag van Aboekir, zijn oog in de slag van Trafalgar, maar in 't Kattegat gaf hij de Portugezen op hun donder. Tuizentfoot vindt het allemaal maar plagiaat, afkijkerij en concurrentie. Gladio, de nicht van Pottepee, heeft het op zijn fortuin voorzien en wil hem laten opsluiten. Van Adhemar krijgt hij een kunstbeen.
(lees Nero 116: De Zwarte Piraat)

Charles-Louis Pavlov
Grootste hondentemmer aller tijden, specialist in hondendressuur. Zijn gevaarlijkste hond is Prosper Joeplaboem, een onooglijk dwergpoedeltje van niemendal, dat bij het commando "Attack!" iemands neus eraf bijt. Pavlov haat Nero al veertig jaar en wil hem uitschakelen en verminken voor het leven. Zonder neus is Nero niks en is zijn stripcarrière naar de vaantjes. Reden van deze haat: Nero heeft indertijd Pavlovs lief, Beatrijs Vantevoren, afgepakt. Wanneer Pavlov door Prosper Joeplaboem zelf slachtoffer wordt, blijkt wat later dat men in het ziekenhuis zijn neus ondersteboven heeft teruggeplaatst.
(lees Nero 129: De Hond van Pavlov)

Professor R.B. Purmerend
Koestert afgunst en haat tegenover wonderboy Adhemar. Wegens hormonenzwendel en steekpenningen werd hij uit zijn land gezet. Hij wil het ijs van de zuidpoolkap doen smelten en de schuld ervan in Adhemars schoenen schuiven. Zijn uitvinding IJskoud Geblaas wil hij niet alleen op het poolijs toepassen, maar eveneens op Adhemar om hem zo te laten wegsmelten. Wordt uiteindelijk in een instelling opgesloten.
(lees Nero 132: IJskoud Geblaas)

Kweetnie
Hij is groen en zegt alleen maar "Kweetnie". Eet een servies, stethoscoop en Adhemars hoofddeksel. Verkleurt na het drinken van zwavelzuur en waterstofchloride. Hij ontpopt zich tot een stervoetballer bij F.C. Barcelona. Is hij een buitenaards wezen of eerder een bosmannetje? Geen idee, het enige wat we te weten komen, is dat hij wordt aangetroffen in het Zoniënwoud, en dat hij zich er weer terugtrekt.
(lees Nero 156: Kweetnie)

A.P. Jacobus Spoelwaether
Zeer geleerde professor, leraar fysica, kleptomanie en deontologie aan de Vrije Universiteit van Stockholm. Draagt een slipjas en hoge hoed, maar geen broek. Is de uitvinder van de trapezodonoïde en de circonflextheorie. Is van plan de mensheid te vernietigen: "Ze verdienen niet beter". Steelt Adhemars uitvinding die alle dieren en planten onvruchtbaar maakt, en kiepert ze in een spaarbekken van de hoofdstad.
Wordt uiteindelijk in dwangbuis naar een speciale inrichting gebracht.
(lees Nero 157: Het Bio-Bao-Virus)