|
WEEKBLADGESCHIEDENIS
Eerste
verschijning: 1973
Laatste
verschijning:
1986
Tekenaar: Claude Auclair
Scenarist: Claude Auclair,
Alain Riondet |
|
|
De
wereld zoals we hem kennen, bestaat niet meer. Oliecrisissen leidden
tot oorlogen en de civiele onrust die op de oorlogen volgde, ontwrichtte
uiteindelijk de hele maatschappij. Mondiaal implodeert de samenleving.
De steden worden geregeerd door gewapende bendes terwijl op het
platteland de mensheid terug het land ploegt. Brandstof is uiterst
schaars, en de technologische vooruitgang stopt. Er is geen centraal
gezag meer. Simon is de nobele wilde, de man met rechtschapen eerlijkheid
en het gelijk van de vertrapten aan zijn zijde. De machtshebbers
van de steden, een gewapend zootje fascisten dat zich de laatste
restjes technologie heeft toegeëigend, zijn overduidelijk de
slechten. Het is de visie van een idealistische Claude Auclair
die met de ondertitel Kroniek van een Toekomstige Wereld
een waarschuwing poneerde.
Auclairs debuutverhaal De Saga van de Grizzly (1971) voor
het weekblad Kuifje was geen succes en stopte voortijdig.
Een volgende project, Het Eiland Arroyaka (1971), naar
een idee van hoofdredacteur Greg was ook al geen
lang leven beschoren en stopte na drie verhalen. Een gefrustreerde
Auclair stapte over naar het tijdschrift Pilote om er het
gelijkaardige Jason Muller te presenteren. Maar de richting
die Auclair uitwilde, zinde hoofdredacteur René Goscinny
niet en het bijkomstige werk dat de tekenaar opgedrongen kreeg,
beviel hem niet. Het kwam tot heftige en ellenlange discussies met
op de koop toe een rechtenkwestie zodat Auclair zijn reeks niet
kon voortzetten waarop Auclair zich weer aanbood bij Greg die nog
steeds het weekbad Kuifje bestierde als hoofdredacteur.
Eindelijk had hij geluk want met Simon van de Rivier begon
een veelgeprezen stripreeks hoewel het eerste verhaal De Ballade
van Roodhaar nog ferm te lijden heeft onder breedsprakerige
tekstballonnen en een ondermaats geconstrueerd scenario.
Deze opmaat naar de sterkere vervolgdelen, met De Slaven als
een hoogtepunt, werd overgeslagen voor de eerste albumreeks omdat
Auclair ervan werd verweten een boek van Jean Giono te
hebben geplagieerd. De beschuldiging werd nog tijdens de voorpublicatie
in Kuifje neergeschreven door een anonieme briefschrijver
en daarhna door andere lezers. Greg spoorde Auclair aan de kwestie
te regelen met Giono's uitgever Gallimard of anders
wenkte het ontslag. Het aanslepende gedoe noopte Auclair tot het
herlanceren van de reeks. Met De Stam van de Ruiters begon
het ecologische, post-apocalyptische epos alsnog met een Simon wiens
haar wat langer was en de leider is van een nomadische stam. Ook
de toon veranderde naar een persoonlijker realisme, het soort engagement
dat in latere reeksen als Buddy Longway en Jonathan
haast gemeengoed werd en Kuifje aan een nieuwe generatie
overleverde.
Maar ook Auclair werd volwassener. Na een dispuut met Le
Lombard hield hij de reeks na zes verhalen voor bekeken
in 1978. Het was ook voor het laatst dat hij zijn eigen strips schreef.
Voor Casterman, dat furore maakte met het maandblad
Wordt Vervolgd, creëerde hij vervolgens de Keltische
saga Bran Ruz (op scenario van Alain Deschamps)
en daarna andere verhalen voor diverse tijdschriften. In 1986 stond
Simon weer eventjes in Kuifje voor een gelegenheidsverhaal.
De scenarist van dat kortverhaal, Alain Riondet,
nam vanaf 1988 het schrijven van Simon van de Rivier voor
zijn rekening voor nog eens vier afleveringen. Elke mogelijke polemiek
werd daarin achterwege gelaten. Claude Auclair overleed plots in
1990 terwijl hij aan het laatste deel van de Hij-trilogie
begon. Zijn oude Pilote-collega's en vrienden Jean-Claude
Mézières en Jacques Tardi
voltooiden het verhaal dat in 1991 alsnog in album verscheen onder
de titel Hij die het Einde Vindt.
In 2015 en 2016 publiceerde Sherpa alle verhalen
in drie mooie integrales met telkens een achtergronddossier van
tientallen pagina's.
|
|