|
WEEKBLADGESCHIEDENIS
Eerste
verschijning: 1969
Laatste
verschijning:
1979
Tekenaar: Geri
Scenarist: Jean Van
Hamme, André-Paul Duchâteau |
|
|
In
1969 was Jean Van Hamme nog lang niet de gevierde
en uiterst succesvolle scenarist dankzij reeksen als Thorgal,
XIII en Largo Winch. De zakenman cirkelde al wel
wat rond de stripwereld door tussen twee financiële rapporten
Amerikaanse stripverhalen (waaronder Peanuts) te vertalen
voor het Waalse tv-weekblad Télé-Moustique
en hij had al eens gags bedacht voor Ton en Tineke (achtereenvolgens
voor André Franquin, die ze niet gebruikte,
maar hem er wel voor betaalde, Dino Attanasio,
die hem bedroevend weinig betaalde en hem zeer minachtend bejegende,
en Mittéï), wat later voor Guust
en hij bedacht zelfs een nooit-gebruikte en verloren geraakte
synopsis voor De Smurfen (in 1965 of 1966). Hij schreef
genoeg gags om zich te realiseren dat er geen groot komisch talent
in hem schuilging. In 1968 probeerde hij nog te solliciteren voor
Robbedoes voor de functie van hoofdredacteur, maar het
softerotische verhaal Epoxy, dat hij datzelfde jaar voor
Paul Cuvelier had geschreven, nota bene zijn eerste
stripverhaal, werd hem aangewreven door de nogal streng katholieke
uitgever Charles Dupuis. Hij kreeg de job niet.
Onder het pseudoniem Vanam creëerde hij de
komische actiereeks Mr Magellan, in de jolige sfeer van
de Britse tv-serie The Avengers, voor Henri Ghion
die onder de naam Geri tekende. Na twee verhalen
nam André-Paul Duchâteau het van Jean
Van Hamme over.
Mr Magellan (je herkent 'm aan de zware bril en de eeuwige sigaar
tussen de lippen) werkt voor het internationaal opererende I.T.O.,
de International Testing Organisation, om er technologisch hoogstaande
uitvindingen en gadgets te testen, tot een vliegende Rolls-Royce
toe. De knappe, rosse Capella is zijn assistente die heel bedreven
is in martial arts. Haar hobby is antiek verzamelen. Samen nemen
ze het op tegen een verscheidenheid aan gekke geleerden. Hun vaak
weerkerende vijand is Casimir Bodu, ogenschijnlijk een oude man,
maar in werkelijkheid een vredelievende, blauwhuidige alien wiens
missie erin bestaat de technologische vooruitgang van de aarde in
te perken.
De in Anderlecht geboren tekenaar Geri assisteerde al op zijn zestiende
Raymond Reding (Jari) en maakte tegelijk
zijn eerste reclame-illustraties. In 1953 vond hij werk bij Studios
Hergé waar hij het vak van Bob De Moor leerde.
Hij stond er mee in voor de inkleuring en de decors van de reeks
Kuifje. Na zijn militaire dienst maakte hij vele kortverhalen,
gags, illustraties en covers voor het weekblad Kuifje.
Hij was daarnaast een productief tekenaar voor de reclameafdeling
van uitgeverij Le Lombard, PubliArt.
Uit de strip Pif (voor het jongerenweekblad Junior
/ Ons Volkske dat materiaal uit Kuifje herpubliceerde)
vloeide in 1966 de absurde gagreeks Skblllz.
In 1980 tekende Geri zijn laatste strip. Hij werd op zijn 46ste
getroffen door verlamming aan de rechterkant van zijn lichaam wat
hem zijn stripcarrière kostte en hem naar de vergetelheid
bij striplezers verbande. Na een twintigjarige strijd tegen zijn
aandoening leerde hij schilderen met zijn linkerhand. Hij overleed
in 2015. Zijn Nederlandstalige publicaties beperkten zich tot acht
albums in de reeks Mr Magellan, de meeste ervan in de collectie
Favorietenreeks. |
|