Oriëntaals Dagboek 1 door Jacques Ferrandez op nummer 1322
De reeks Oriëntaals Dagboek vertelt de geschiedenis van de kolonisatie van Algerije in 1836 tot de onafhankelijkheid van het land op het eind van de jaren 1950. Het is een groots opgezette en prachtig getekende saga met een focus op familebanden, romances, geheime liefdes en met een veelvoud aan intriges. Slechts drie van de vijf albums werden vertaald.
 
Deogratias door Jean-Philippe Stassen
Dupuis (2000, HC), collectie Vrije Vlucht

De berooide Hutu Deogratias nam tijdens de genocide in Rwanda tegen zijn zin deel aan moordpartijen tegen hun vijand, de Tutsi's, hoewel hij aanvankelijk zijn Tutsi-vrienden probeert te verbergen. Na de oorlog bestaat zijn leven uit het zoeken van manieren waarop hij Urwagwa, het lokale bananenbier, kan bekomen. Enkel met voldoende bier om zichzelf dronken te kunnen voeren, kan hij de vreselijke herinneringen, die in zijn gedachten telkens opduiken, vergeten. Als hij niet dronken genoeg is, gedraagt Deogratias zich letterlijk als een hond. Minder verschrikkelijke episodes uit Deogratias' leven dwalen eveneens in zijn verknipte hoofd. Vóór de oorlog was de jongeling namelijk verliefd op de mooie Appolinaire die evenwel niet verliefd was op hem. Haar zus Benigne daarentegen wel. Deogratias nam genoegen met haar. Maar de zusjes zijn allebei Tutsi's.

Aantal genomineerde albums van Jean-Philippe Stassen: 4/2296
Eind 1996 verbleef Jean-Philippe Stassen zes maanden in Rwanda, twee jaar na de nutteloze genocide volgend op de moord op de gematigde Hutu, president Habyarimana. Stassen bezocht er zijn Rwandese vrienden die hij moest achterlaten. Niet allemaal overleefden ze de oorlog. Stassen kwam er locaties bezoeken en grafstenen plaatsen. Aanvankelijk wilde Stassen geeneens een strip maken over het gebeuren, maar hij verzamelde er niettemin getuigenissen, maakte schetsen en illustraties die leidden naar de creatie van Deogratias. In 1999 bezocht hij de vluchtelingenkampen in Burundi en Tanzania en begon het scenario te schrijven. Op dat moment smeulde de oorlog nog steeds in het noorden van Rwanda. Stassen was er getuige van dat elke dag mensen uit de kampen de grens overstaken om in Rwanda vijanden te doden.
 
De passage waarin Deogratias als hond in een lijk bijt, heeft Jean-Philippe Stassen niet zomaar uit de lucht gegrepen. De Rwandese honden vraten inderdaad de achtergebleven kadavers op na slachtpartijen. Om die reden was het hondenbestand na de genocide drastisch gedaald want de lijkenschennende vierpoters werden bijna allemaal afgemaakt.
 


© De Stripspeciaalzaak 2010