Isabelle Avondrood 4: Maanzieke Mummies door Jacques Tardi op nummer 857
Isabelle Avondrood begon als een gewoon avonturenverhaal in het Parijse Belle Epoque-milieu, maar al snel dook de ene surreële professor na de andere op. Pterodactylussen, mummies, ectoplasma's en prehistorische aapmensen kwamen tot leven om al even snel te verdwijnen. Hoofdfiguren werden vermoord, verminkt en verbrand. Maar, als ze niet weer gespietst werden op een of ander Parijs standbeeld, mocht je erop rekenen dat ze opnieuw gingen opduiken om de onschuldige voorbijgangster Isabelle uit de weg te ruimen. Hoogtepunt van al die waanzin is Maanzieke Mummies dat bij zijn verschijnen werd neergesabeld door critici en genegeerd door het grote publiek. Teveel figuren doken op, het verhaal over mummies met heimwee naar Egypte beuzelde maar door,... maar de laatste vijftien pagina's zijn subliem. Jacques Tardi liet gewoon zijn heldin vermoorden. Boem. Paukenslag. Einde van de eerste cyclus.
 
De Avonturen van Blake en Mortimer 4-5: Het Geheim van de Grote Pyramide door Edgar-Pierre Jacobs
Le Lombard (1954, 1955, 1968, 1974, SC+HC), Lombard Collectie (1954, 1955) / collectie Gouden Klassiekers (1983) / Dargaud (1987, SC) / Uitgeverij Blake en Mortimer (2002, 2009, SC)

De Egyptische professor Ahmed Rassim Bey heeft in een mummiewindsel een papyrus gevonden van de Egyptische geschiedschrijver Manetho wiens werk al 2000 jaar geleden verloren is. De professor nodigt zijn vriend Philip Mortimer, uit om hem te komen helpen bij het ontcijferen ervan. Volgens de papyrus bevindt zich in het binnenste van de grote piramide een geheime kamer die de legendarische begrafenisschat van de ketterse farao Akhnaton bevat. Mortimer besluit om die kamer op te sporen. Maar dan blijkt dat Abdul Ben Zaïm, de assistent van Professor Ahmed, handlanger is van een internationale bende antiquiteitensmokkelaars. Aan het hoofd van de bende staat oude bekende Olrik. In de schattenjacht die volgt, laat Mortimer zich bijstaan door zijn goede vriend Blake.

Aantal genomineerde albums van Edgar-Pierre Jacobs: 8/2296
In dit tweeluik suggereerde Edgar-Pierre Jacobs dat er in de grote piramide van Cheops meer kamers zijn dan archelolgen oorspronkelijk aannemen. Jaren later bleek dat hij nog gelijk had ook. Specifiek ging het zelfs over een voorkamer die Jacobs bedacht en waarin Blake en Mortimer terechtkomen. Dze voorkamer werd pas later ontdekt.
 
In 1984 tekende André Juillard voor een speciaal Edgar P. Jacobs-hommagenummer van Kuifje een kortverhaal van Blake en Mortimer waarin de hoofdfiguren al wat ouder zijn en terugkeren naar Egypte om er Nasir opnieuw te ontmoeten. Jacobs stuurde Juillard een briefje terug met wat complimenten. Na een eerste verzoek in 1987 om de reeks van de pas overleden Jacobs verder te zetten, hapte hij eind jaren 1990 alsnog toe voor samenwerkingen met Yves Sente.
 


© De Stripspeciaalzaak 2010