Kiekeboe 50: Afgelast Wegens Ziekte door Merho op nummer 680
Voor Marcel Kiekeboe breekt een feest aan naar aanleiding van zijn vijftigste album. Van feestvieren komt niet veel in huis want hij krijgt te horen dat hij nog hooguit drie dagen te leven heeft. Verdwaasd loopt hij rond tertwijl Fanny in door Merho afgekeurde stripplaten uit oudere albums neust en die aan de lezers offreert. Dit album met amusante deleted scenes ligt een beetje in het absurde verlengde van Album 26.
 

De Onnoembaren: Gele Geschiedenis door Didier Conrad + Yann
Den Gulden Engel (1986, SC+HC) / Dargaud (1996, SC)

Oktober 1949, baai van Hong Kong. Het stuurloze schip Torquemada boort zich een bloedige weg doorheen de woonboten van Repulse Bay. De Britse havenpolitie gaat aan boord. Ze vindt de ruimen van het schip leeg, de bemanning vermoord. In de radiokamer hebben de daders hun handtekening achtergelaten: het teken van de Yellow Ox, een geheime piratenbende. De avond erop ontsnapt iemand van de Torquemada. Ondertussen hebben De Onnoembaren zich na hun avontuur in Borneo (in het album Shukumei) geïnstalleerd in het drukbezochte bordeel De Purperen Lotus. Bij het wegwerken van een in het heetst van de strijd overleden klant redt Mac het leven van een jonge Chinese vrouw. Alix is een communistische agente en zij weet te veel. De verschrikkelijke kolonel Lychee zit haar achterna.

Aantal genomineerde albums van Didier Conrad: 4/2296
Aantal genomineerde albums van Yann: 16/2296

Na het niet in het weekblad gepubliceerde, maar wel afgewerkte Beerput in de nog jonge reeks De Onnoembaren, vroeg de hoofdredacteur van Robbedoes een nieuwe serie: een grote saga van driehonderd pagina's in de trant van Blake en Mortimers Het Geheim van de Zwaardvis met veel personages en avontuur. Het duo stelde opnieuw De Onnoembaren voor. Uiteindelijk stemde hoofdredacteur Alain De Kuyssche toe onder de voorwaarde dat er geen provocerende scènes in zouden komen, geen gevechten met naakte vrouwen, geen seksuele toespelingen en dies meer zoals in Beerput dat de aanleiding was voor hun ontslag dat snel werd ingetrokken omdat het verhaal nu eenmaal was aangekondigd. Maar er moest snel gewerkt worden. Twee weken later al wilde het stripweekblad met de reeks beginnen. Didier Conrad tekende vier platen per week. Hij vroeg aan Yann om zich te haasten met een beginnetje voor het verhaal. Hong Kong werd het decor, Conrad wilde namelijk liever geen flatgebouwen meer tekenen. Yann had ook al beslist dat er een vrouwelijke toets moest komen, sympathieker dan in Shukumei. Zijn geniale vondst bestond erin om een Chinese in de plomp te laten gooien waarna er kon verdergewerkt worden om op vragen te antwoorden als waar ze vandaan komt, waarom men haar kwijtwilde en hoe ze De Onnoembaren zou ontmoeten die haar zouden helpen. Tegen dan zouden de auteurs al enkele pagina's opgeschoten zijn. Met het jaartal 1949 kon er ook nagedacht worden over wat er zich in die periode in Azië afspeelde. Het enthousiasme was groot, de documentatie was ruim voorradig, de deadlines werden gehaald en de achterstand was vrij kort. Er was zelfs tijd om het verhaal te verfijnen... tot de auteurs te ver gingen.
 
De eerste reacties op de voorpublicatie van Gele Geschiedenis waren unaniem lovend bij zowel lezers als tekenaars van het kaliber André Franquin, Roba, Peyo, François Walthéry,... Mooi meegenomen, maar onderweg wilden de heren Didier Conrad en Yann toch een paar heilige huisjes slopen. Eerst voorzichtig, daarna steeds erger. Een naakt dienstmeisje die door Basil Jardine werd geneukt, moesten ze een bedekkend kostuumpje geven. Dat hebben ze aanvaard omdat het toch niet essentieel was voor het verhaal. Bovendien kleefde de redactie een paar tekstballonnen met "snif" op strategische plaatsen om te vermijden dat jonge lezertjes gechoqueerd zouden zijn. In het latere album werd het dienstmeisje opnieuw ontkleed, zoals voorzien was sinds het begin. Maar dat de jonge vrouw nu plots de dochter bleek te zijn van Matheson was nieuw. Het verhaal werd uitgebreid. Pas met het tonen van de harige teelballen van Tim begonnen de problemen. Er volgde een rondje ontslagen (hoewel het duo al eens eerder werd ontslagen), ook de kop van de hoofdredacteur rolde, grotendeels ook op basis van andere publicaties van het duo. In 1982 kwam de eerste versie van het avontuur bruusk ten einde na 46 pagina's. De Robbedoes-redactie verzon zelf nog een tekstje op het plaatje waar kolonel Lychee in het water lag op een manier zoals men precies geen einde kon verzinnen voor een verhaal.
 


© De Stripspeciaalzaak 2010